15 Mark belooning. V Bijvoegsel belioorende bij „FRISO” van Zaterdag 18 Nov. 1911. waggon uit ik had hem altijd richting, van den z.g. Platten weg en aanslui- met de vrouw des huizes en den kleinen Ole Schrale. Punt 4. het formulierge- de orde: Notulen, vraag: uitvaardigen, zijn en waar- De heer Krul acht het ook een moeilijke Ilniii'iT.-con on PTnnvinhcnn «orfio Allan willan nnarna dian wo<r maar O. Clll 1 KÖCll Gil Lltlll lUlftt II. Naar het Deensch van HANS JüRGENS. zwaar is destijds geo dat het bestuur van genegen was de z.g. Platte wat volgens Spr. wel degelijk het geval is, teerde weg door de Noordermeerpolder over de daarvan lecture te doen, waaruit blijkt dat een Koebrug door, de stad. Met de door hem aan- jaarlnksche subsidie wordt gevraagd voor gegeven wyziging komt hy niet te laat en propaganda. «Vijftien Mark belooning voor dengene, die mij den moordenaar aanwijst, die verleden Zon dag mijn hond heeft doodgeslagen, of mij zijn naam kan noemen, zoodat ik hem gerechtelijk kan vervolgen. ja of neen. Er is wel iets voor en iets tegen I te zeggen, maar Suavureu wu «u ccuu>«»i i richting door de stad, en waar dat reeds twee- i 1 J J f- z-aazl rartlr zin r<rl rral llöt I 1911, in verband met de Symke- y„. een college als den Raad onwaardig. Dat is b. idem het plan der geldleening ten bedrage het kardinale punt, hetwelk het eerst onder de oogen moet worden gezien, en d~x kennend moet worden beantwoord. is! Maak dat je weg komt die slaat je dood, als hij je te pakken krijgt; zijn vrouw zal er natuurlijk over beginnen en vertellen dut je een lichtgrijze broek en een lichtgrijzen I flambard draagt. Ga mee naar huis, ik zal je een donkere broek en mijn trouwhoed leenen l en zie dan, dat je zoo gauw mogelijk de stad uitkomt, als je geen trek hebt, bont en blauw te worden geslagen. Verbeeld je I dat was de slimste verrassing! Toen ik mij verkleed had, met een zwarte Het adres is vergezeld van eene memorie van toelichting, waarvan geen der leden, op een vraag des Voorzitters, voorlezing vei langt, waarna de Voorzitter namens B. en W. voorstelt, af wijzend op het verzoek te beschikken, omdat niet dermate hier de behoefte wordt gevoeld om den strijd tegen drankmisbruik met eene subsidie uit de Gemeentekas te steunen. Na eene opmerking van den heer Brandsma, dat er veel voor het verzoek valt te zeggen, wat door den Voorzitter wordt beaamd, wordt het I gedane voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Punt 5. Betaling uit den post voor onvoor- i van af- en over- schrijving op de Gemeente-begrooting voor 1911. Po Vn/wzittnr ctolt vnnr nm uit dpn Dost VOOF I VERSLAG van de Vergadering van den Raad der Gemeente Uemelumer Oldephaert en Noordwolde, op Zaterdag 11 November 1911, ’s voormiddags 10 uur. Voorzitter de heer P. Eringa, Burgemeester. Tegenwoordig alle leden. Na opening der Vergadering door den Voor zitter met het uitspreken van 1 bed, stelt deze als punt 1 aan welke na lezing door den Secretaris onveranderd worden goedgekeurd en vastgesteld. Punt 2. Mededeelingen. a. dat van Ged. Staten is goedgekeurd terug ontvangen het Raadsbesluit tot wijziging der begroeting over wijk. De Voorzitter stelt voor om uit den post voor onvoorziene uitgaven te bestrijden de aan de wegwerkers toegekende gratificatiën ten bedrage van f 82.50 en de verschuldigde kassiersprovisie, ten bedrage van f 16.36, hetgeen zonder hoof delijke stemming wordt goedgekeurd, alsmede het door den secretaris voorgelezen concept-be- sluit tot het doen van af- en overschrijvingen op de Gemeente-begrooting voor 1911. Punt 6. Vaststelling van een suppletoir kohier van Hoofdelijken Omslag voor 1911, zal op voorstel van den Voorzitter in geheime zitting worden behandeld. Voor daartoe wordt over gegaan doet hij do gewone rondvraag, waarbij de heer Boersma de aandacht vestigt op het in de vorige vergadering genomen besluit om geen vasten wegwerker weer aan te stellen, maar bij gelegenheid hulp-personeel te gebruiken. Hij meent dat het tegenwoordig wel noodig is, nu er basalt op den weg wordt gebracht, vooral in Oudega, welke opmerking nader door B. en W. zal worden overwogen. De heer A. A. Bajema vraagt of de herstelling aan het Scharlerbalkje, waartoe in de vorige vergadering besloten is, wel zoo noodig is, waarop door den Voorzitter wordt geantwoord dat dit door Koornstra noodig wordt geacht, maar dat B. en W. dat wel nader willen on derzoeken. Verder brengt de heer A. A. Bajema dank aan B. en W. voor den spoed waarmede de verbetering aan den weg bij Hemelumer Nieuw- buren in orde is gebracht, wat volgens den Voorzitter nog even is opgeschort om in nadere onderhandeling te treden met de familie van der Feltz, iets wat volgens den heer IJntema niet meer noodig is, wijl hij meent, dat de zaak volkomen in orde is gebracht. De openbare vergadering wordt hierna ge sloten. Tjjdens een bezoek aan Horsens maakte ik kennis met den vleeschhouwer Henriksen, den joligsten kerel van en anecdoten. Hij was verloofd, smet een rozeknopje,« zooals hij zeide, gezien heb ik haar nooit. Binnen kort zouden zij trouwenhij had mij graag op zijn bruiloft gehad, maar ik kon zoolang niet blijven, en daarom moest ik beloven, hem zoo gauw mogelijk eens in zijn eigen huis op te zoeken. Ik gaf hem mijn hand er op en toen reisde ik heen. Drie jaren vergingen, eer ik weer in Horsens kwam. Ik wist niet waar mijn vriend Henriksen woonde, maar een kleine jongen wees mij den weg. Henriksen was niet thuis, zijn vrouw ontving mij. Ik was min of meer verrast bij haar aanblik, zij was zóó groot, dat ik het hoofd achterover moest buigen, om naar haar op te zien, maar vleezig was zij, zooals een slagers vrouw behoort te zijn. En dat had Henriksen een rozeknopje genoemdhij moet er een eigen aardig begrip van knopjes op hebben nagehouden goeie hemel, hoe moet een groote knop er bij hem dan wel hebben uitgezien! Ik vertelde wie ik was en dat ik mijn reis door Horsens had genomen, om mijn vriend Henriksen op te zoeken. Ja, het trof nu on gelukkig, dat hij juist van huis was en eerst over drie dagen zou terugkomen. Is hij misschien den boer op, om vee te koopen vroeg ik. Ik zat reeds gemakkelijk te schom melen in een Amerikaanschen schommelstoel en het dienstmeisje bracht Beijersch bier. Me vrouw Henriksen was gastvrij als een echte Jutlandsche, dat merkte ik. Neen uit de stad is hij niet, antwoordde zij langzaam en weifelend. «Vader bromtklonk het bij de deur en ik zag een kleinen jongen van ongeveer zes jaren, met een dik hoofd, die op den drempel met zijn rechtervoet de verf van den deurpost stond te schoppen. Dat was de tweede verrassing. Henriksen was sinds twee en een half jaar ge trouwd en had reeds een zoon van zes jaren Ik wilde er zijn vrouw niets over zeggen ik kan erg kiesch zijn, vooral tegenover dames. Wat beduidt dat: hij «bromt?» vroeg ik. Zijn vrouw lachte even: Och, u weet hij heeft altijd een losse hand; als hij kwaad wordt slaat hij er maar op los en wanneer wij alle geld boeten wilden betalen, waar hij om die lief hebberij toe veroordeeld wordt, konden wij den winkel wel meteen sluiten, daarom zit hij zijn i Vanmorgen is hij gaan brom- I komen, men, drie dagen blijft hij zitten en 1 - ochtend komt hij er weer uit. i broek en een hoed, en op weg naar het spoor was, zei mijn vriend Henriksen tegen mijJe zult zien, we treffen Henrichsen aan het station. Van tijd tot tijd draaide hij zich om en eensklaps riep hijJawel, net wat ik zei daar heb je ’m blijf nu maar kalm. Ik I kon niet nalaten even op te kijken. Ja, daar 1 stoof een reus van een kerel, met waterlaarzen en geweldige stappen ons achterop. Goeie morgen, Henrichsen zegt Henriksen. Goeien- dag, collega, heb geen tijd ben er op uit om schobbejak af te ranselen! Hij holt voorbij, maar wendt zich meteen weeromStel je voor, de een of andere be drieger, wie weet ik niet eens, maakt van mijn afwezigheid gebruik, om drie dagen lang op mijn zak te teren, geeft zich uit voor mijn vriend, slaapt in mijn bed, eet aan mijn tafel, rookt mijn sigaren en maakt uitstapjes naar Karolinen- bad met mijn vrouw en kind, ’k Sla hem op zijn allerminst dood, dat recht kan mij niemand ontzeggen. Ken je hem dan wel eens? Neen, maar ik zal hem wel vinden lichtgrijze broek, grijze flambard 1 Dood slaan zal ik hem Henrichsen wide voortrennen, maar Henriksen hield hem terug. Wacht even, we gaan mee, ik moet mijn vriend naar den trein brengen. Henrichsen reikte mij de hand Aangenaam kennis te maken! Zoo gingen wij te samen. Ik was alles behalve opgetogen over dat gezel schap en ergerde mij geducht over het ge grinnik van mijn vriend Henriksen, die het blijkbaar hoogst grappig scheen te vinden. Toen wij op het perron kwamen, snuffelde Henrichsen met ch als een rattenvanger naar een man met een grijzen flambard. Een conducteur meende een grijzen flambard te hebben zien loopen, hij zat zeker al in de coupé! Henrichsen nam een kaartje naar Ivingstrup en ging naast mij zitten. Toen de trein in Ivingstiup stil hield, stormde hij den waggon uit en keek in zooveel coupés als hij gedurende het korte oponthoud kon, nam een kaartje tot Hovedgaard en nam weer bij mij plaats. Zoo deed hij, totdat wij aan Aarhus den grijzen flambard nog in Bij het afscheid drukte Reken er vast op: ik zal hem wel vinden en dan sla ik hem al zijn ribben eens in Horsens komt, trek we hebben altijd een logeer- kwestie. Allen willen gaarne dien weg, maar een feit is het, dat het beter is den anderen kant om te gaan, en hij is dus ook voor wijziging der richting, vooral ook nog omdat de moge lijkheid kan worden geschapen dat Stavoren het voorschrift «stapvoets rijden« zou wat alweer een belemmering zou mede het algemeen belang niet zou worden gediend. De heer Dokkum bespreekt de mogelijkheid ook nog dien tweeden weg aan te leggen, en waar oorspronkelijk 50 0/0 in de overblijvende kosten is toegestaan, wordt dat bedrag, nu Rijk en Provincie een verhoogde subsidie hebben toe gezegd, aanmerkelijk kleiner. Hij zou er voor zijn de toegezegde 50 0/0 in de hoogere kosten te betalen, onder voorwaarde dat Stavoren ook de platte weg gaat verharden. De heer A. A. Bajema meent, dat het beter is, de verdere behandeling te doen plaats hebben in geheime zitting, waartoe dan ook wordt overgegaan. Na heropening der openbare vergadering zegt de Voorzitter dat de kwestie van f 1000 meer of minder in de kosten weinig tot de zaak af doet, waarom B. en W. voorstellen het Raads besluit van 17 December 1910 te handhaven, waarbij is besloten 50 0/0 in de overblij vende kosten bij te dragen en het onderhoud van den weg op zich te nemen voorzoo ver deze op het gebied der Gemeente is gelegen. Dit voorstel in stemming gebracht, wordt verworpen met 7 tegen 4 stemmen. Vóór stemmen de heeren Brandsma, Schut, O. H. Bajema en Dokkum. Na dezen uitslag zegt de Voorzitter dat daar mede dus thans deze zank is afgedaan, wijl Stavoren geen nadere onderhandeling zal wen- schen, wat de heer A. A. Bajema nog eens zou willen beproeven waartoe ook de heer Dokkum genegen is. Immers de voorbereiding voor den weg heeft nu plaats gehad en indien Stavoren nu ook nog de z.g. Platte weg zou willen ver harden, zoo, dat men die ongehinderd zou kun nen passeeren, dan zou de Raad dezerzijds nog met het ontworpen plan mee kunnen gaan. Uit de onderlinge discussie blijkt dat de Raad in zijn geheel dat gevoelen wel is toegedaan, waarna met algemeene stemmen wordt aange nomen het voorstel van den heer Dokkum, be doelende om nog gelegenheid tot aanleg van een verbindingsweg Warns-Stavoren open te laten, om het oorspronkelijke Raadsbesluit te hand haven zonder eenige splitsing van kosten, mits tegelijk voor rekening der Gemeente Stavoren zal worden aangelegd eene voor het ongehinderde publieke verkeer open te stellen kunstweg, rechtstreeksche verbinding brengende tusschen den voor gemeenschappelijke rekening aan te I Jtraf^maar uit leggen kunstweg door den Noordermeerpolder 1 - over de Koebrug naar Stavoren en denbestaan- den grintweg van Stavoren naar de wachtpost, aldus over het verlengde, in noordwestelijke J I *VX WCXC1IX KCXXJJIXUCXX. xucviuuw w»», zuuais i - ui i j au IX SU1113 u ten e aan genoemden gemeenschappehjken weg zej bijzonder gastvrij, ik werd dadelijk in de aan huis zal komen?» ij e grens Stavoren-Hem. Old. en Noord- logeerkamer geïnstalleerd en bleef er de drie «Maar dat gaat toet i j j r. ,1 dagen, dat Henriksen bromde, logeeren. Ik «Zestig markjes voc o e en er Commissie, om nadere onder- werd er bediend als een prins en ging’s avonds goeding! Dat is spot handelingen met Stavoren te voeren, worden met de ypn„w doc bi„;_ nu jJln aangewezen de heeren A. A. Bajema en A. j wandelen. Donderdag ’s morgens toog ik op weg ontvangst te nemen. Wij ontmoetten elkaar 11 was van i t «Nou, hoe is *t? ’k Heb niet lang tijd!» «Daar dan, zestig mark, afzetter! En nu verschrikt een stap terug. Ben je bezeten verkies ik verder hierover met rust te worden i vu xx -x-jjen_ ge|aten ‘i «Wel bedankt! Van myn kant zult u rust SCHRUMM, Birnstrasse 7. Drie dagen zat de heer Schrumm voor het venster met de 15 mark voor zich op de ven sterbank, wachtende op «dengene die.» Want Schrumm ziedde van woede en dorstte naar wraak. Eindelyk kwam er iemand. «Daar ben ik van wegens de 15 mark.« «Weet u, wie den hond van kant heeft ge maakt?» «Natuurlijk!» «Hoe heet hij «Eerst ’t geld!» «Eerst den naam l« «Dan groet ik je!» «Halt! Beloof je op je eerewoord dat je mij den kerel zult noemen?» e.r’& «Nu dan daar!» J «Dank u wel!» «Wie heeft ’m doodgeslagen?» «Ik zelf.» «Wie?» «Ik «Wat ’n onbeschaamdheid. En daarvoor moet ik je nog betalen!» «Zeker, ’k heb het geld hoog noodig voor een advocaat; die lui vragen voorschot. En alleen van wegens u!« «Mij 1 «Natuurlijk! Omdat ik je aanklaag en scha devergoeding eischUw hond heeft mijn zoontje z’n kleeren van ’t lijf gescheurd en ’m gebeten in ’z.... heelemaal van achteren. Hij moet minstens een paar weken in bed blijven. Onder zestig mark doe ik ’t niet.» - «Denk je soms dat mijn jongen voor honden voer rondloopt. Op ’n zestig mark zal ’t wel oEn de kosten natuurlijk! Zoo’nblauw Donderdag- lapje van honderd bij mekaar! Dat was de «Ik voor ’t gerecht! Dat mankeerde me derde verrassingHenriksen’s losse handnog ik had hem al tij d voor den goedhartigsten kerel «Dat zal toch wel moeten meneer Schrumm ter wereld gehouden. Mevrouw was, zooals j of had u soms ’n idee dat de rechter bij u «Maar dat gaat toch niet aan!» «Zestig markjes voor reparatie en schadever- _jx__i rx_x x- spotgoedkoop, man! Wou jij graag "veertien dagen op je buik liggen met ’n ijsblaas op je rug voor zestig mark?» In ’s duivels naam dan! Dus nog kwamen, waar hij tot het vermoeden kwam, dat de man met Horsens moest zijn, hij mij de hand. T 1-1 - J -- kapot. Als u weer dan bij ons in, kamer open. Maar ik ben sedert niet meer in Horsens ge weest, ik wacht er liever mee, totdat slager de geheele stad, vol grappen Henrichsen met ch naar een andere stad verhuisd is. oogen moet worden gezien, en De heer A. Schrale erkent dat tweemaal door den Raad de belofte van medewerking aan de geprojecteerde richting is toegezegd, maar later is tengevolge de voorgestelde wijzigingen van Ged. Staten er iets bijgekomen. Zijn gedachten omtrent eene veranderde richting zijn in den beginne doodgedrukt, en ofschoon met den heer A. A. Bajema lid der voorbereidende Commissie, zijn zij later tot andere gedachten gekomen in zake de richting. Door den Voorzitter is gezegd dat er drie partijen zijn, maar waar Rijk en Provincie 2/3 bijdragen, als vertegenwoordigende het algemeen belang, moet dan die stem worden onderdrukt ten bate van 1/3, ja, misschien wel ten bate van l/8? Zouden we daarom niet van een eens ingenomen standpunt mogen afwijken? Juist in het tegengestelde geval wordt een dwaasheid begaan, want de gewijzigde richting brengt juist verbetering aan, en daarom is het beter ten halve gekeerd dan geheel gedwaald. De Voorzitter erkent dat hij bij zijn komst in de Gemeente niet geheel op de hoogte der zaak was, maar herinnert dat in de vergadering van 20 Mei dit punt hier is behandeld en toen aan de wensch van Stavoren is gehoor gegeven. En ook de Provinciale opzichter acht twee we gen niet noodig, omdat de weg door de stad maar weinig langer is, zoodat dus het algemeen belang mede gaat met de wensch van Stavoren. De heer O. H. Bajema deelt mede dat de Voorzitter van den Noordermeerpolder hem des tijds heeft gezegd dat tegen afstand van den z.g. Platte weg bezwaar bestond, maar deze isi sinds overleden en misschien dat de zienswijze daaromtrent thans is gewijzigd. van f 6200. c. idem het schoolgeldkohier over het 3de kwar taal 1911. d. idem dat de Gemeenterekening over 1910 definitief is goedgekeurd tot een bedrag in ont vang van f 58416.64, in uitgaaf van f 57100.77 met een batig saldo van f 1315.87. e. idem het Raadsbesluit tot ruiling van grond met het Bestuur van de vereeniging voor Chr. schoolonderwijs te Koudum. f. idem dat het Raadsbesluit tot verhooging der presentiegelden voor de leden van den Raad niet is goedgekeurd. g. eene mededeeling van B. en W. dat de geldleening ad f 6200 is gegund tegen 43/4 0/0, met inbegrip van alle kosten, aan B. L. C. de Haan’s Bank te Leeuwarden. h. een adres van B. en W. van Harderwijk, ingezonden aan de Tweede Kamer, om alsnog maatregelen te nemen tegen de nesthandel. i. een dankbetuiging van J. IJntema, con cierge in het Gemeentehuis, voor de hem toe gekende verhooging van salaris, welke mededeelingen zonder hoofdelijke stem ming voor kennisgeving worden aangenomen. Punt 3. Behandeling van een schrijven van Burgemeester en Wethouders van Stavoren in zake den aanleg van een grintweg Warns-Sta voren. De Voorzitter deelt mede dat bij B. en W. een schrijven is ingekomen van hunne ambtge- nooten van Stavoren met verzoek daarvan mede deeling te doen aan den Raad. De Secretaris geeft daarvan lecture. In dit schrijven wordt o.m. gememoreerd, dat B. en W. van Stavoren met groote be vreemding kennis hebben genomen van het laatste besluit van den Raad van H. O. en N., waardoor het geheele plan van aanleg aan den kant wordt gezet, terwijl in aanmerking mag worden genomen dat niet alleen door de weder- zijdsche colleges van B. en W. maar ook door den Raad meermalen deze zaak is besproken, en in eerste instantie tot den aanleg is besloten onder toezegging van 20 0/0 in de kosten en de helft in het onderhoud te zullen bijdragen, wat later is gewijzigd tot een bijdrage van 50 0/0 in de overblijvende kosten en het onderhoud over eene lengte van 1650 M. Bevreemdend is ook de houding van het commissielid, de heer A. A. Bajema, die oorspronkelijk geen bezwaar tegen de richting heeft geopperd en het dien overeenkomstig rapport heeft onderteekend. Verder wordt opgemerkt, dat Ged. Staten reeds destijds hebben gemeld, dat de richting van den weg in oostelijke richting niet gewenscht was, maar over de Koebrug moest worden ge nomen, welk gevoelen ook door den Hoofd ingenieur wordt gedeeld, hebbende anders dien weg, zoo hij niet door de stad wordt geleid, voor Stavoren geen belang. Uit de tusschentijds door Ged. Staten aangebrachte wijzigingen vloeit voort, dat elke Gemeente f 500 meer zal moeten betalen, wat misschien eene teleur stelling is geweest, maar opgemerkt mag worden, dat de oorspronkelijke bijdrage van Rijk en Provincie tot 33t/3 u/0 is verhoogd en dus 62/3 o/o meer bedraagt, zoodat de meerdere subsidie thans tot f 1189.89i/2 is gestegen. Een aan vrage bij het Waterschap om steun heeft niet het gewenschte succes gehad. Reeds van den beginne af is de wenschelijkheid uitgesproken, dat Stavoren zich met uitvoering zou belasten, maar ontkend moet worden, dat dezerzijds daarmede te los is te werk gegaan. Rijk en Provincie willen nog l/3 in de kosten bijdragen, wil H. O. en N. niet in de verhoogde kosten deelen, dan is Stavoren nog genegen de overige f 1000 voor hare rekening te nemen, maar zij verzoekt overigens dringend het vroeger genomen besluit te handhaven. De Voorzitter zegt dat B. en W. niet veel aan dit schrijven hebben toe te voegen, waaruit blijkt dat Stavoren niet wil medewerken aan eene veranderde richting. Zij stellen daarom voor het vroeger genomen besluit te handhaven en de toegezegde subsidie gestand te doen, onder voorwaarde, dat de meerdere kosten worden betaald door Stavoren. Hij kan nog meedeelen, dat zoo f' o7. en de Provincie elk f 6927780 hebben bij dragen, H. O. en Noordwolde f 3982.38i/o Stavoren f 4915.71i/2. Vxzxxwm A A T>_ de eindstemming in geheime het door hem ingenomen standpunt. Overigens is voor hem niet de kwestie, de financiën, maar de richting van den weg. van i' houden, dan dient lyke voorstel te handhaven. Hij acht d 0^8 ft*n groote bezwaren onderhevig. Kerk in Stavoren, maar ook de twee over het groot-scheepsvaarwater gelegen bruggen, waar door eene bedenkelüke stagnatie in het verkeer kan ontstaan voor hc. bruik moeten maken, uit r meest gewenschte 1 wordt geen gek figuur gemaakt, en zal geen weg worden gelegd, die door het publiek niet wordt begeerd, wel door Stavoren. Zijn oppositie j is niet tegen Stavoren alszoodanig gericht eh j na rijpe overweging kan hij het door hem thans ingenomen standpunt niet verlaten. De Voorzitter zegt dat er drie partijen zijn, n.l. de Gemeente H. O. en N. en het algemeen belang, vertegenwoordigd door de subsidie’s van Rijk en Provincie. Reeds tweemaal is aan I Stavoren de belofte gedaan om mede te werken aan de geprojecteerde richting, en nu is het de zal dat standpunt gehandhaafd worden, neen. E_ L _1 7 o te zeggen, maar Stavoren wil nu eenmaal de I zjene uitgaven en het doen maal door dezen Raad is goedgekeurd, zal het verlaten van dat standpunt een houding zijn, een college als den Raad onwaardig. Dat is dat z. i. ont- dit plan wordt aangenomen, het Rijk j te Noordwolde f 3982.381/2 en De heer A. A. Bajema begint met te zeggen, dat hij straks voor de eindstemming in geheime zitting eenige mededeelingen wil doen omtrent j-.x .j-— j- 7 is voor hem niet de kwestie, de financiën. o. Wil de meerderheid den Raad de geprojecteerde richting be- men het volledig, oorspronke lijke voorstel te handhaven. Hij acht de rich ting aan groote bezwaren onderhevig. Niet alleen de gevaarlijke bocht bij de Doopsgezinde AVtlr 11. groot-scheepsvaarwater gelegen bruggen, door eene bedenkelüke stagnatie in het ten, die van de treinen ge- Daarom is die richting een oogpunt van publiek verkeer niet de -- voor een verbindingsweg rum 4. aares om suosiaie un aewemei tusschen Warns en Stavoren. Een ander be- kas voor propaganda tegen drankmisbruik. «pperd, door de mededeeling, j den Noordermeerpolderniet ingekomen van de gezamenlijke besturen der groot. Welzoo beste Henriksen, beste Hen- heb aangegeven!» weg at te staan, j verschillende drankbestrijders-vereenigingen in riksen, hoe gaat het? ’k moet je de groeten J x j’x“i i. -p—u- - »-•— is» en i deze Gemeente, n.l. te Hemelum, Heidenschap, van je vrouw overbrengen, ik logeer al drie I juist dit laantje is hem liever dan de geprojec- Oudega en Warns en verzoekt den Secretaris dagen bij je, terwijl je bromde. Henriksen teerde wetj door de ^SoordermeemoldAr ovat dp doswovi lopfiiFo to woamit- TiUiVt een trad ^o»»»sz»Viv»iizt' Dn». .- j jaarlyksche subsidie wordt gevraagd voor de Dan ben je niet bij mij geweest, maar 1 nmn.Mndo, richsen met ch die een wildvreemde voor je «Neen, zóó niet, oolijkerd! Die vijftien mark r J naar Adres om subsidie uit de Gemeente- de gevangenis, om mijn vriend Henriksen in I vijf-en-veertig mark!» ontvangst te nemen. Wij ontmoetten elkaar «Neen, zóó niet, oolijkerd! Die vijftien mark De Voorzitter deelt mede dat een adres is halverwege. De vreugde was van weerskanten is belooning, omdat ik den honden-vermoorder 1 van f* -i

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1911 | | pagina 5