Ilindeloopen en Stavoren. Kwaad spreken. 38ste Jaargang. No. 3. Binnenlandsch Nieuws. ZATERDAG’13 JANUARI 1912. De loft is dan aan diedat zij kwaad spreekt van den r s e FRISO. te a. i» Margarine in Amerika. machinedeelen. van en Wy wieme in pear, sont oardel jier En ’t lokje, oan jiske het It fet De directie van de Amsterdamsche gemeen tetram heeft besloten, over eenige maanden één motorwagen van de tram te voorzien van twee veiligheidsapparaten Protector. De practijk zal leeren of deze toestellen volkomen bevredigende resultaten zullen ople veren. De ratelwacht. Sedert onheugelijke tijden roerde de nacht- t- t; >r d, or I, a, :n ie m ig >n d- kd >n Ü1 in ir ii: in P- n. ar in □- in in at van den landbouwer den Zegwaartschen weg, te t laten zakken hooiberg tuaschen het en werd dood opge-. motorwagens van eiken aard vervaardigd. De uitvinding is van een weiden lukkig kon bij echter gemakkelijk openschuiven. De Koningin. bereikt, en waren de vlammen gedoofd. Uit den Haag wordt aan de N. Amh. Ct.\ '- lichaam. MEI ’T HERT IS *T MIN TO ROAIJEN. Ik ha hwet frjemds yn my: ja wierl Öraech wo ’k in ding of sa Hjoed ha; En as ik ’t ha, scil binnen ’t jier Dat selde ding, sjeder! Myn hert dochs tsjinstean wer. Forskeelt sa’n hert net bare fier? Ik frege’s om in lokje hier Mei tinken kin ’t wol ta Fen hwa Hja joech it my; ’k laei ’t, sa wier, Op ’t hert. Wier dat net sleau, Op sa’n plak sok in reau Sa’n minskehert faek skikt nin sier! van J. de ’k Tink dan om myn bernetiid En oan ’t blinkend goudne tsientje, Dat myn élde moaike Rientsje Yn myn sparpot falie liet. QREATSPREKKERIJ. In hin, oan ’e igge fen ’e mar, Dy skarle der, en warde hjar. De béste wjirmen socht hja op En loege dy fensels yn ’t krop In kerper, dy ’t to loeren siet En graech ek mei de hin opiet, Lies troch syn ouginst hjar de preek »Hwet dogst hjir, safier üt ’e reek? Bliuw dou mar yn dyn eigen hok En róp der keakelgat: tok-tok! As wier it al in heel kerwei It lizzen fen ién inkel aei. Dou mienst fêst dat sa’n died, apart De wrald yn ’t roun kraeit wirde moat It is hwet! Né, sa doch ik net. Gjinien dy ’t my oait keakljen hjerd. Ik lis myn aeijen stil, mar gau In hundert kear safolle as dou! »Mar, sei de hin, se binne er nei! Jaen op dyn aijen, en ik skaei, Mei hüd en hier, en yn ’e dop, Tsien-tüzend samar yn myn krop. Forfryskingen nei v. Meurs. Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents Per post 0.65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur. De geëlectriseerde Eiffeltoren. De mi- Schoon Feuilleton en Tusschen lip en bekerrand. Een jong paartje te Zaltbommel zou in het huwelijk treden. Ze blaakten van liefde en de bloem-omwon- den ketenen zouden hen zeker al omklemd hebben, als niet op ’t laatste oogenblik een kink in den kabel gekomen was. Pa en ma der bruid leefden namelijk in onmin en gescheiden. Op den trouwdag nu, even voordat naar het stadhuis gereden zou worden, werd aan pa verzocht zijn toestemming te verleenen. Pa ging zoover, zich tot op het bordes van het gemeentehuis te wagen, in een zwak mo ment van verteedering. Maar hij bedacht zich, keerde terug en ging in een naburig café kalm zijn borrel drinken. Afgevaardigden werden gezonden, onderhan- delingen gevoerd met een ernst, als die tusschen I Cambon en Kiderlen Wachter moet hebben gesierd, maar niets hielp. Pa bleef onvermurwbaar. Hij weigerde en bleef weigeren, en onder een hartelijk en wel gemeend hoeraatje van een saamgestroomde belangstellende menigte reden de jongelui on- verrichterzake terug. Meisje in brand. Janna, het zes-jarig dochtertje Jong wonende Vinkenstraat te Zaandam, was Woensdagmiddag door de moeder een oogen- L111- 7-iv Irrrrnm blik alleen in huis gelaten. Zij kwam toen vermoedelijk te dicht bij de kachel, zoodat de kleertjes vlam vatten. Een der buren, H. Siffels, genaamd, hoorde haar gegil en snelde toe. De buitendeur was echter gesloten. Ge- een raam Weldra had hij nu de kleine Het meisje had echter reeds deerlijke brandwonden bekomen, vooral aan de rechterzijde van het De prijs der Advertentiën is van 1 5 regels 25 cents, elke regel meer 4 cents. Grootere letters naar plaatsruimte. Buiten Friesland, uitgezonderd Familieberichten, 10 ets. per regel. Bij abonnement belangrijk lager. Tot plaatsing van adv. en reclames voor Handel, Nijverheid eu Geldwezen buiten de prov. Friesland is uitsluitend gemachtigd het Alg. Adv.-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr.76-78, Amsterdam nu nog niet genoemd heb de gevallen, dat men kwaadspreekt of om z’n figuur te redden wie in gezelschap weinig te zeggen heeft, vindt dat wel eens drukkend en acht het een uit komst dan, als hij het een of ander kwaad ge- zijn; in welken waan van interessant te zijn men gebracht wordt door de groote belang stelling - ook die van u mijn lezers? waar mee publiek luistert naar den kwaadspreker. Niet naar hem, die als zoodanig algemeen ter slechter naarn bekend staat, maar naar den fatsoenlijken kwaadspreker; dat is hij, die op beschaafde, conventioneele wijze het hoos ge rucht door zijn gesprekken weet heen te vlech- I ten. Ja deze groote, ongeveinsde belangstelling van het publiek zij is de krachtigste bond genoot van eiken kwaadspreker. Indien wij dan H. M. de Koningin op het 1 wacht te Ruinen (Dr.) op gezette tijden zijn was van dien aard, dat hij deze het centraal bureau van politie hij werd gehouden en naar Bewaring overgebracht, aange- j De politie bleek te doen te hebben met een gewezen korporaaVstoker der marine. Een nieuwe uitvinding. De Ned. Fabriek van Werktuigen en Spoor- wegmaterieel te Amsterdam heeft automatische keukenzoutoploB8ing°— Kunstmatige teelt van veiligheidsapparaten itegen overriding door koralen< Margarine in Amerika. Is --n---ju-j. gaslicht ofelectrischliohthetmee8t hygiënisch? -o Hollander. Reeds e geëieciriseerue Siumiurvu. eenige proeven afgelegd voor de di- crote]egraaf. Ken weg van leer. recteuren der Amsterdamsche, Rotterdamsche maken van machinedeelen. en Haagsche gemeentetram, die allen hun Het kiemyermogen van mummiegraan tevredenheid hierover hebben uitgesproken. fltokoud brood. Bewaren van late appelen. In de Kruis- Ta ALD-MANNE-KLACHTE. sa triestich och, wied er marblau En wieren de lannen mar grien! De snie blinkt as silfer och, wier it mar dau En wieren de lannen mar grien! De wyn is sa prykjend och waeide er mar lau En wieren de lannen mar grien! Myn hier is sa griis, myn bird stikelblau, Myn lea bin sa stram en myn hert slacht sa flau Wier Maert mar foarby, kaem de Maitiid mar gau, Och wieren de lannen mar grien! M1MER. Sjen ’k jouns yn ’e fierte yet ’t Goudne sintsje yn ’t Westen blinken En tonei yn ’t wolkje sinken O, dan wird ik weak fen hert. gemeld, dat uit de beste bron kan worden medegedeeld, dat de blijde gebeurtenis, waar op werd gezinspeeld in verband met de af wezigheid van jongste Hoffeest, tegen het begin der maand Juli a s. mag worden tegemoet gezien. Majesteitsschennis. Een der politieagenten, die bij het Koninklijk Paleis in het Noordeinde te Den Haag dienst doen, had Dinsdag een zonderlinge ontmoeting. Hij werd daar aangesproken door een man, die zich tegenover den politiebeambte vragen derwijze op minachtenden toon uitliet over de reden waarom hij hier geposteerd stond, on der aansporing om liever een helsche daad te verrichten in het gebouw dat hij moest be waken. De taal persoon naar meenam, waar van ratel. Voor eenige dagen werd hem, van ge meentewege aangezegd, dat hij niet meer mocht ratelen, omdat het als burengerucht werd aangemerkt. Zooals in vele Drentsche dorpen bestaat van ouds nog een boerenbe- stuur »de volmachten,» die uit en door de boeren worden gekozen om hunne belangen te behartigen. De volmachten, door wie de nachtwacht is aangesteld, hebben hem thans gelast te blijven ratelen. Met belangstelling wacht men ter plaatse af of het oude gebruik al of niet zal worden afgeschaft. Inhoudsopgav-J van No. 6. van het Maandblad tegen de Vervalschingen. De aanwending van Krengenvleesch« in Nederland. Een vergiftig haarmiddel Waarschuwing tegen maretine. Melkver- valsching.Vervalsching van surrogaten. Bedrog met kunstmeststoffen. Vergiftigingen van Vee. Waterzuivering. Typhus recurrens. De ooglens vervangen door een Uitgave van T. (JAASTRA Bz., firma H. BRANDENBURGH ZOON te WORKUM. Het apparaat is aan elk motorrijtuig aan te I brengen zonder dit te ontsieren. I I laan te Watergraafsmeer werd gistermiddag het apparaat beproefd. Een man i een auto, voorzien van zulk een apparaat met j een snelheid van ongeveer 20 K M. kwam j aanrijden. Men schrikte een oogenblik, doch A. Droogh, de auto had al geremd en de man zat gevan- Zeg waart, dat wij aangaande onze warenja, dan zouden wij onzerzijds althans het onze doen, om dit groote kwaad eenigszins te stuiten. En om zelf zoo veel mogelyk aan de verleiding van dit kwaad weerstand te kun nen bieden, is m. i. nog altijd dit een uit nemende raad, waaraan een mensch zich kan houdendat men, zooals ik eens ergens las, bij elke opwelling om kwaad te willen spreken, vooreerst vrage is het noodig dat ik dit doe vervolgens is het ergens goed voor, dat ik dit doe? en eindelijk; zou ik ook iemand kunnen schaden, als ik zoo doe? Tien tegen één zegt deze raad, dat gij dan een wacht voor uwe lippen zult zetten. En deze raad wordt nog uitnemender, dunkt mij, als wij er aan toe voegen dit ten vierde: veronderstel, dat hy of zij, van wie gij dit kwaad nu wilt zeggen, eens uw eigen kind of een eigen moeder ware; zoudt gij gaarne willen, dat iemand over dezen zoo sprak Ach, ik weet het, wij zullen al dezen raad telkens weder ter zijde stellenoch, als wij ons dan ook telkens maar weer eens dwingen, om straks hem toch opnieuw ter harte te nemen, want ook voor onzen tijd is waar het bekende woord van den apostel: kwade samen- sprekingen bederven goede zedenik zou er gerust aan toe durven voegenen nog veel meer dan dat! Maar, om te verklaren het feit: dat wij, die schier zonder uitzondering op onzen tijd schuldig staan aan de ondeugd van het kwaad-spreken ja; dat wij des ondanks allen, bij iedere ge legenheid hartgrondig durven verklaren, dat wij geen deel hebben aan dit kwaaddaartoe zie ik geen kans; dat is voor mij een psycho logisch raassel. N. v, h. N. S. Daar is geen ondeugd in de wereld, waaraan de menschheid zich veelyuldiger schuldig maakt b'reidén óf om interessant te dan aan diedat zy kwaad spreekt van den medemensch. En daarnevens is er geen ondeugd die zoo beslist door ieder mensch wordt ver- I oordeeld als deze enniemand zal willen erkennen, dat hij zich aan haar bezondigtDat klinkt als een tegenspraak, waarbij de eene m ogelykheid door de andere wordt buitenge sloten immers wat zoo unaniem veroordeeld wordt, dat moest, zou men zeggen, in den loop der eeuwen ook inderdaad reeds lang zijn uit- j gebannen 1 en toch is het waar. Zoo hoog klimt niet der menschheid historie, of men leest van de onbedwingbare epidemie dezer ondeugd. »ok den kwaadspreker ;ltijd onmiddellijk den Fama ruit zeiden de oude Romeinen. D. w z.konden afsnij§en door hem duidelijk - met het gerucht snelt voort; het booze gerucht; het £nze houding of ons zwijgen te kennen te gerucht van des menschen slechte daden. Men dat 6wij van z0JBnige mededeelingen zou ook kunnen zeggen: het spoelt rusteloos nde onzJe medemenschen niet gediend verder, gelijk een baar der zee en het stuwt met zich voort ook de opmerkingen der men- schen: wat die wel eens hoorde en die; en uit al welk vuil zich samenpakt straks de argelooze (1) laster en als er een rots in zee is, de baar slaat er tegen; maar als zij merkt, dat zij op die geen vat heeft, dan splitst zij zich eenvoudig, vereenigt zich weer aan de andere zijde en spoelt rusteloos verder. En zoo vloeit zij voort over onmetelijke afstanden, brengend een naam, waar iemands voeten nooit geweest zijn of zul len komen. Ja, zoo was het en zoo is het nog. Ook in onze dagen behoort het haast tot de onmogelijk heden om een gezelschap te treffen, in welker midden de kwade samenspreking niet somwijlen aan het woord komtondanks de plechtige ver zekering, dat men van kwaadspreken nu-zoozeer- juist-niet-houdt 1 Inderdaad, deze stereotiepe introductie zou belachelijk zijn, als het niet zulk een ernstige zaak gold. Nu is zij een dubbel- kwaad. Met de verzekering dat men van dat kwaadspreken niet houdt, erkent men te be seffen den ernst van dit euvel. En dan toch aan de verleiding toe te geven dat iszooiets vanovertreden met meer nog dan voorbe dachten rade. Ja, zóó verbreid is de smetstof van dit kwaad onder ons, dat ik vrees, dat niemand nog onaan tast er door is en indien wél hij zal met een lantaarn gezocht moeten worden. Mij aangaande, zoo oud als ik ben, heb ik nog maar van een mensch gehoord, dat hij nooit had kwaad-ge- sprokenmen had het er wel eens op toegelegd om hem daartoe te prikkelen, maar tevergeefs. En daar myn zegsman een zeer betrouwbaar persoon is, wensch ik ook aan dit zyn woord niet te twijfelenmaar wel is dit voorbeeld een unicum onder tien, neen onder honderdduizenden zou ik denken. Maar, hoe is het dan met deze ondeugdzit zij ons misschien in het bloed, zoodat zij onuit roeibaar is Ik geloof het welSpinoza noemt als bronnen van menschelijke boosheid deze drie hebzucht, heerschzucht en zinnengenot. Welnu, in de hand van elk van deze drie soorten der boosheid is het kwaad-spreken het instinctief en bijna feilloos wapen. Om het doel der heb zucht te bereiken, zal de mensch zijn concurrent niet meer schade kunnen toebrengen, dan door kwaad van hem te spreken. Laster zou voor het oogenbltk nog meer kunnen uitwerken misschien, maar met laster is hij niet zeker van zyn zaak. Laster kan ontmaskerd worden en dan zal de schade grooter worden dan de winst is geweest. Neen, het kwaad-spreken, met de verzekering, dat men heusch de waarheid spreekt, is veel zekerder middel. En zoo is het ook met de heerschzucht; wie zijn mededinger wil af maken, grypt als bij instinct naar het wapen der kwaadsprekerij. Hij begint met te erkennen de groote verdiensten van den mededinger plaatst hem grootmoedig, met woorden, boven zich zelvenmaar besluit zijn ophemeling met de bekende tiradenatuurlijk heeft hij als ieder ander z’n gebreken zoo weet ik. En al pratend worden des mededingers kansen steeds geringer en als hij genoeg is zwart-ge- maakt, eindigt de vijand met nog eens weer de mooie verzekering: maar enfin we hebben allen onze gebrekenEn wederom niet anders is het met het zingenot. De jongeling, die dingt naar de hand der maagd, begeerd door meerderen dan hij ja, als bij instinct zal hij zyn eigen kans trachten te vergrooten, door kwaad te spreken tegenover haar van den mede minnaar. Én daar deze drie hoofdbronnen van menschelijke boosheid naar wateren doen uit vloeien naar velerlei stroomen en stroompjes; anders gezegddaar hebzucht, heerschzucht en zingenot in duizenderlei gestalten optreden zal de zonde der kwaadsprekerij ook dag aan dag uit duizenderlei oorzaak worden begaan. En wederomdaar hebzucht, heerschzucht en zingenot de bronnen der boosheid zijn en blijven zal het wapen der kwaadsprekerij door elk geslacht van vleesch en bloed als bij XUItcl my u»u na uu eu uwei. instinct gehanteerd blyven. By al hetwelk ik >Nou, ik wol wól, mar hja wol net.” De ouderdom der aarde. Vraagbord Is azijnzuur een conserveermiddel? Zeep poeder Bofor. Chocolade-kaas. r- Conserveermiddelen in gecondenseerde Melk, stak dwars den weg over toen Boekbeoordeling. Een 5-jarig zoontje aan f geraakte bij het gen in een groote schaar zonder eenig letsel van de kap van een te hebben bekomen. De proef werd nogmaals hooi en de kap bekneld herhaald met hetaelfde succes. i nomen. TA TANK. Ik seach yn ’e finne in blomke Moai glinstrjen fen peareltsje dau It seach as in eachje sa Ijeaflik Nei ’t hege flewielige blau. Ik krige sa’n langst om dat blomke To plantsjen, as sier, op myn hoed, sBliuw er ousei myn hert »Lit it bloeije Somstiids is myn hert fiersto goed. Hwent do ’t ik foarby wier en efkes Noch omseach nei ’t sté, flak by ’t stek, Stiek de kou, sa krekt hie ’k ’m molke» It siersel ta tank yn syn bek. AL HEAL ER TROCH. Sa ’k hearde, och, ’t spyt my mar Dan krigest’ jister blau fen hjar? »Ik Blau Hwet grouwe IjeagensSjpeh It is er heal en heal al troch Fortel my dan ris ho en hwet. bet Huis klaagd wegens majesteitsschennis. Yn ’t süpenbrysteal, fyn ’k fen Knier Ién hier... ik brom: »smoarch wiif!» En ’t hert keart m’ om yn ’t liif. In minskehert is soms ek tier! s 2 e s Q Q re ge ir it k u i; NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD voor de Gemeenten Workum. Ilemelunier Oldephaert en Noordwolde. it m et I, k vt>-» n i aL ftnmo aan .0

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1912 | | pagina 1