Oindeloopen en Stavoren.
ZATERDAG U^JUUgWlfc
De minske libbet
net fen brea allinne.
No. 28.
41ste Jaargang.
Binnenlandsch Nieuws.
FRISO.
hooi is meer dan 70 procent duurder dan voor
den oorlog.
Uitgave van T. GAASTRA Bz.
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKUM.
De minske libbet net ten brea allinne, seit it
en wjj foegje der hjir bjj oan en
net for brea allinne.
routineerde
Hij heeft
doeling, it is sa
Sjuch, follen scil men süpen sjen,
Dy kljje oer listen, wiif en bern.
Mar 't blykt yen folie en faken,
Seis binn’ se ornaris snaken,
Dy *t alles rüze en waeije litt’
As hja mar bjj hjar glêske sitt;
Dêr kinn’ se skelde en tsiere,
Mar well’ neats goeds ütfiere.
En dy ’t him seis net master is,
Kin ’t baesskip ek net hawwe wis.
Al kinn* se al süpe en swetse,
Of krimmenearje en kletse,
Ja binn’ der greate basen yn,
Hjar saken flean meast yn trewjjn,
En elk moat ek mar leauwe
Drank scil noait leed fordriuwe.
Dit blad verschjjnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents
Per post f 0.65. Enkele Nos. 3 ets. Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. AdvertentBn Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
brengen, althans zulks trachtte te doen. De
nijpende honger brengt de menschen tot der
gelijke daden, zegt >de Maasbodes, want ho*
werk is schaarsch en weinig loonend, de Re-
geering Iaat het vervoer in deze plaatsen toe,
en de Duitschers zien zeer gaarne, dat er
bij wagonladingen voedingsmiddelen op doze
wijze worden overgebracht, soodat het einde
niet te zien is.
De postbode G. Pasman te Meppol had
bij de inning van kwitantiön een bedrag van
f 161 verloren. Alle nasporingen om het geld
terug te krijgen, bleven zonder resultaat.
Voor den getrouwen ambtenaar Pasman
zal binnenkort met vol pensioen den dienst
gaan verlaten was dit verlies dus een be
langrijke schadepost. Dezer dagen is P. ech
ter het geheele bedrag ter hand gesteld.
Een paar kooplieden hadden verschillende
handelaren een lijst laten aanbieden, waarop
in zeer korten tijd voor het verloren bedrag
was ingeteekend. Voor P. was dit een ver
rassing en tevens het bewijs dat de handel do
diensten van een getrouw ambtenaar weet te
apprecieeren.
Valsehe allverbons.
De >’s H. Ct.< meldt uit Eindhoven, dat
daar Vrijdag wederom een valsehe ml verben
van f 2.50 bij de autoriteiten gedeponeerd
werd, zoodat binnen enkele dagen reeds vijf
stuks ondeugdelijke waarde-papieron aan de
circulatie zijn onttrokken. AUe in beslag ge
nomen stukken hebben hetzelfde serie- on
volgnummer B. D. 18323, ze toonen allo de
zelfde afwijking bij de onderteekoning van don
Minister van Financiën en ze missen alle het
watermerk de kleur is iets lichter dan de
gewone. Verondersteld wordt, dat langs don
weg der kleurenfotografie done valsehe bil
jetten zijn vermenigvuldigd. Opvallend mag
het heeten, dat do inbeslagname of deponoo-
ring steeds geschiedde op een marktdag te
Eindhoven, zoedat men op goede gronden
mag aannemen dat do frauduleuss uitgifte
plaats had in een plattelandsgemeente om
Eindhoven. Rijks- en gomeento-politio heb
ben een uitgebreid ondersoek ingestold.
Uit Duitsche krijgsgevangenschap ontvlucht.
Op de grens van Nederland en Dnitschland
in het Noorden, loopt een vuil, swart water,
water, de Westerwolfsche Aa, tusschen Nieuwe
Schans en Nieuw-Statenzijl, aldus vertelt hot
Nwsbl. v. h. N.
Daarvoor stond aan den ooatenlijken oever
op Zondagavond j .1. een Belg. Tegenover hom
lag het vrije Nederland, achter hem do plaats
waar hij acht maanden krijgsgevangene was
geweest.
Vlak voor hem blonk het zwarte water,
hem aanlokkend en tegelijk afschrikkend. En
door s’n hoofd woelden drie gedachten, gevangen,
dood of vrijheid. Toen plonste hjj in het water.
Een motorboot pufte snol voort langs do
duistere wallen. Daar plots verscheen een ge
stalte aan den kant om het volgend oogonblk
te verdwijnen naar omlaag. Een klatering van
waterspatten werd vernomen.
Het roer omwenden en naar de plaats van
het onheil to varen was het werk van een
korte tijdruimte, daar word nu de drenkeling
opgevischt, kon hij zich prezen de vrjjheid
herwennen te hebben.
De vluchteling vertelde in Duttschland niet
naar zjjn zin behandeld te zijn. Van straat-
makers wist hij een kaart weg te nemen.
De laarzen, die hg droeg, werden tot schoe
nen versneden. Op andere wjjze kwam hjj
langzamerhand in het bezit van een burger
pak. Een blauwe bril zou een doel van het
gelaat bedekken, van koper word oen trouw
ring gedraaid. Zoo vermomd wist hij tusschen
werklieden weg te komen. Do spoorstaven
naar het westen waren zgn gids. Moest liep
bij 's nachts, was er onraad, dan boden do
korenvelden een veilige schuilplaats. En was
hij overdag nog eens onderweg, dan wist hij
door z’n kennis van de Duitsche taal rich oen
uitweg te bezorgen.
Ten slotte bereikte hij de Aa, en had hot
bovenvermelde plaats.
De Soc-democratische Kauerfractie.
Op uitdrukkelijk verlangen van mr. Troelstra
benoemde de Komerfractie een nieuwe voorzit
ter, meldt Het velk. Alszoodanig word vorke-
Dure kalveren.
Duitsche handelaren zoo schrijft men
uit de prov. Groningen maken een tour
nee door de noordelijke provinciën voor het
opkoopen zoowel van vaars- als van stierkal
veren, die 7 a 8 maanden oud zgn, om deze
binnen enkele weken af te leveren.
De prijzen ervan konden we nog niet te
weten komen.
Een veelbelovende knaap.
Te Arnhem heeft de politie de hand ge
legd op een 16-jarigen knaap, die reeds ge-
inbrekershandigheid vertoonde.
van de laatste tijden een drietal
diefstallen met braak en inklimming achter
den rug.
Aanvaring op de Zuiderzee.
De tjalk van schipper D. Roode van Mak-
kum, geladen met maïs, komende van Am
sterdam met bestemming Sneek, is Zaterdag
avond 10 uur tusschen Enkhuizen en Stavo
ren door de van Enkhuizen komende stoom-
pont Leeuwarden evervaren.
Het schip was door den storm reeds erg
gehavend en de lichten waren gedoofd door
het zeewater en den wind. Toen de schepe
lingen (schipper, vrouw en 2 volwassen kin
deren) de pont zagen naderen, schreeuwden
ze ter waarschuwing uit alle macht, maar het
werd aan boord van de pont niet gehoord.
Na de overvaring bleef het schip drijvende.
De bemanning van de pont trachtte driemaal,
door bij te draaien, de tjalk te naderen, maar
van redden was, wegens den hevigen storm
en golfslag, geen sprake. De pont stoomde
ten slotte door naar Stavoren. De schipbreu
kelingen, vastgeklemd aan het touwwerk,
brachten een vreeselijken nacht door. Zon
dagmorgen heeft de van Stavoren keerende
pont, met behulp van een sloep, alle in nood
verkeerenden gered en te Enkhuizen aan wal
gebracht. Later is ook het schip te Stavoren
binnengebracht.
Smokkelen.
Maandagochtend was, naar uit Ossendrecnt
gemeld wordt, de grensplaats in rep en roer.
Het is van algemeene bekendheid, dat in deze
gemeente zeer velen een daggeld verdienen
met het overbrengen van meel, rijst en an
dere artikelen, waarvan de prijs in het door
Dnitschland bezette België veel hoeger is dan
hier te lande. Aanvankelijk ging zulks met
eenige Kg. Thans is er een heel leger van
arme menschen, die hiervan hun dagelijksohen
arbeid maken. Zoolang deze personen niet
meer dan 2 Kg. vervoeren, althans wanneer
het Nederlanders zgn, wordt hierop tijdens
het vervoer weinig aandacht geschonken, zoo
dat deze personen van den oenen dag in den
anderen brutaler worden. Doch zooals het
mot alles gaat aan het geduld der manschap
pen komt een einde, en zoo moest Maandag
ochtend wederom een slachtoffer vallen.
Te ongeveer 9 uur bevonden rich twee
personen in het veld, elk vervoerende eene
sekere hoeveelheid bloem. Zij werden gear
resteerd en 't bleek, dat één hunner 10 Kg.
bloem vervoerde. Naar zijn naam gevraagd,
gaf hij dezen op, doch de soldaat meende
daarin een valschen naam te zien en gelastte
hem mede te gaan naar de wacht ter con-1
frontatie. Zulks bleek een hunner te kras,
daar hg reeds meermalen met de douane en
marechaussee in aanraking was geweest en
hg zette het op een loopen. Aangeroepen
door de soldaten, ging hg toch vorder.
Mon loste een of twee schoten in de lucht,
maar het hielp niet, tot een goed gericht
schot hem trof. Hjj liep nog verder door en
een tweede schot viel, den man andermaal
en nu doodelijk treffende. Men begrijpt, dat
van alle zijden menschen toestroomden en
weldra werd de getroffene per brancard naar
het Patronaatsgebouw gebracht. Het bleek
te zgn Corn Dierckx, 48 jaar, gehuwd en
vader van 7 kinderen, wonende op Hageland
(gem. Ossendreeht.) Daar zijn long doorboord
is on andere doelen zgn geraakt vreest men,
dat by het met den dood zal moeten bekoopen.
Toch is de schrik er niet in gekomen, daar
men don gohoolen dag voortging mot ever-
Tot plaatsing van adv. en reclames voor Handel, Nyverheid en
like min kin men it geestlik libben troch kinst
middels op proppen hélde.
Alle dielen fen it liehem moatte hjar wirk
goed dwaen, alle lidden moatte brüksum wêze,
scil men soun wêze, hwet dochs op in dür for
it libben onmisber is. Sa moatte ek alle kref
ten fen de geest gearkomme en yn oarde en
regel hjar biwege, scil de geest soun bliuwe,
en it geestlik libben gjin hindernissen of for-
koarting oan dien wirde.
Mar sa ’t er kinstmiddels binne, dy *t it lichem
for in hoatsje lykje op te knappen, sa wend men
yen soms ek kinstmiddels oan om ’e geest op
te knappen, sadat men soms wier wier seis leaut
dat men soun is en in libben fen op 'n dür foun
hat.
De ütkomst bewiist, dat men ven seis bidra-
gen hat, en men fen ’e wél yn ’e sleat tolanne
komt is. Hwent yn ’e bluisterige rite, dy *t men
for ’n skofke hat, mient men in hele kearel te
wèzen en alles te kinnen, mar it giet er mei,
as mei de sike, dy ’tsoms oerstjelpe fen senu-
wen, mient, dat er wit hwet üt ’e woi sette
scil, wylst er gou field, dat er syn swakken
kreften fiers to sterk skatte.
In soune geest is de béste abbekeat for in
libbensgeniet op it lange ein. Om dy sounens to
krjjen moat de geest foerre wirde mei de kennis
dy ,t swakte, en gammele foaroardielen en ün-
kunde oan ’e kant set, mei dy kennis dy ’t de
rjuchte wei fen it libben oan wiist en alle kref
ten bij set om it greate libbensdoel tebeheljen,
dat doel nammentlik dat betsjut, ’t foredeljen
fen de minske. Hwet geniet dér utfoartkomt
is net to sizzen. Dat is allinne it geniet hwet
bliuwende wearde héld, en dat folie heger stiet
as alle nocht, dy ’t men siket mei bline drift
en idele sucht, nocht dy*t noait bevrediget.
Wylst ik dit skriuw komt er mei in feske yn
’t sin dat doelt op it sin forsetten mei in for-
keerd middel, nammentlik mei, de drank. Dat
rymke komt hjir sahwet ek tolanne bjj üs be-
Né it scil it leed net fordriuwe mar wol oan
helje lyk as alle kwea, kommer en fortriet yn
wein tomjitte stjurd om it as gast yn te hel jen.
Né ien goed middel is er mar om alle dagen
in bytsje gelokkiger te wirden, ek onder de
greatste knelling, en dat middel is better te
wirden.
De mensch moet iets hoogers, iets goddeljjks
in en boven zich erkennen, zonder dien blik op
waarts is hjj verloren, seit Kamerling, hwent,
„Het leven van den geest eindigt niet in dat
zwarte punt, dat het lichamelijk leven sluit;
het ontwikkelt zich steeds verder en meer en
reiner en schooner.” Sa seoene wjj hjir op in
paed tolanne kom me dat to lang waerd om it
alheel üt te rinnen yn ien kear. ’t Wier üs for
diz kear er allinne mar om to dwean om effen
yn ’t sin te bringen, dat libjen, goed opfette,
hwat oars is, as dat lege dierlike bisteen, dat
mei allerhanne swakte en geast like earmoode
to wrakseljen hat en om de fraech yn oerweging
to jaen, dy *t men yens sa twisken beiden seis
ris stelle moast, de fraechLibië ik en om to
biseffen dat it heechste doel fen it libben
libjen is.
r_
wijde boek,
Goedkooper brood.
Bij de regeering bestaat het voornemen, in
het begin der volgende week de prijzen van
bloem en meel te verlagen. In verband hier
mede zullen de maximumprijzen van het brood
een verlaging ondergaan.
Duur hooi.
De hooihandel in Maas en Waal dit jaar
bijzonder vroeg, en de prijzen zgn bijzonder
hoog, zoo meldt men uit Leeuwen aan de
Gold. Het is een zeldzaamheid als 2000
kilo prima hooi de kapitale som van 100 gui
de» niet opbrengt. Dat togt genoog. Hot
Hwa wit in goed antwird to jaen op *e frage
Hwet is libjen Elkenien fensels wol scil men
licht sizze. Alles hwet libbet, ta de neatige
wjirm, dy *t yn ’e tsjustere groun omkrdllet,
wit wol hwet libjen is. Ja? Foarsichtich in
bytsje. Men mient it wol to witten, en derom
jewt men yen der net yn en as dan de fraech
stelt wirdt dan laket men omdat it yen to nüver
in fraech is om er iens antwird op to jaen.
Hwet is libjen. Wel, dat is ommers oars neat
as ite en drinke, ja fensels ek sliepe en wol
men in mear folledich antwird hawwe, nou dan
der ek mar bjjarbeidzje. Mar elk docht dit
léste net. Dos koart en bounich sein. Hwet is
libjen Siikheljen.
>Pas mar goed op siikheljen hjerc, »Jy
scille de tachtig wol fol krije as jy mar op
siikheljen passec, heardt men sa foar en nei,al
is *t dan gekjeiendwei, wol sizzen. Goed. Mar
in baerch libbet ek krekt salang as er ite, drin
ke sliepe, koartom libbet ek krekt salang as er
siikhelje kin.
Dus de minske en de baerch meitsje hjir in
kampreed. Mar as dat allinne libjen is, ho kin
men dan sa oan dat libjen hingje, en alle prik
ken yn ’t wirk stelle om it to rekken en sa
mooglik to halden
Om hwet langer ite, drinke en sliepe to kin
nen, scil men dan antwirdzje moatte. Dat scoe
de baerch ek wol sizze as er prate koe. Sjuch,
as men dat neigiet scil men wol yn sjen dot
men mei it antwird fen niis net earlik folstean
kin.
It scoe wol ongelokkich wéze as de minske
net in oar, in better en heger libjen koe. En
howol in hopen er net omtinke, is er dochs net
in oaren, of hy field, hwet libjen is, yn *e
wiere sin fen it wird.
In pear foarbylden om dit to biwizen.
Hessel en Hesseltsje moesten beide tsjinje.
As *t nou oan hjar seis lei ef oan ’e plakken
dy 't se hienen. dat wit ik net, mar as de feint
for in kear ris thus kaem dan klage er stien en
bien bjj heit en mem. Hy hie *t sa drok, hy
hie ’t sa min, sa swier, sa... keartom hy bi-
slüte syn kleiliet altyd mei dit refrein>Ik ha
der gjin libben.
Hesseltsje fen *t selde lekken in pak. Altyd
slaafje for in oar, by dei en nacht hast drok
hawwe, noait ris fry wêze, noait ris lins hawwe I
Hesseltje koe by hjar aldeljue soms triennen as
prottersaejjen falie litte hwent nei ’t seselssei:
It libben dat hja hie dat wie gjin libben.
Dy feint en faem krigeii tafallich sin oan el-
koar, en om net langtriedich to wézen, scil ik
mar gau sizze hja trouden. Do moasten jy ris
sjoen ha ho danich Hessel yn ’t skik wie. Hy
arbeide fensels, mar as ’t skoft om wie dan
stapte er nei syn eigen hüs, en skikte er om
syn eigen tafel en syn eigen wiif skonk him ris
yn, ensafoart. -Wel man al dy eigendommen
makkethim tainrykman. En do’t er seis wiken
sa foarby gien wieme, polske mem him ris en
do Mi er
>Och mem, nou ha ’k earst in libbentsje.c
Hesseltsje wier al sa yn ’e beane. Hja hie
nou immen dy *t de kost for hjar woun, en wie
dwaener en litter yn hjar eigen hüs. Seach
hja de boerefammen nou efter *e kjj oan flcanen
yn *e hjittens fen ’e simmer dan joech se hjar
In bytsje yn ’t skaed mei hwet nifelwirk op ’e
skette, on tocht by hjar seis >Jonge jonge, hwet
ha *k al in libbontsjec.
Seit dit net genéeh, achte lêzers Hja fiel
den oan hjar seis, dat men ek noch in oar bi-
gryp fen libjen merkt.
Nou yet de fraechHwet is libjen Ite en
safoart, dat is libjen nei ’t lichem, mar men
meat ek libje nei de geest, en dan anderje wy
op de fragede geest entwikkelje, foarderje yn
"t goedeyens sodelike kreften sterker meitsje
om sa de wiere bectemmingo fen it libben to
bimachtigjen; yens hert en holle, yn oare wir
den sein yens gemoed en forstén foredelje om
der fen to genietenfoldien wêze troch de ge
dachten dat men net forgoes libbet, dat is lib-
jen yn ’e wiere sin. Dingen der ’t de baerch
him net mei ynlitte kin.
De oanliz en de fetbrens for dat libjen is grif
bjj elke minske, der is er ienkear minske for
fen it mear en minder biskaefde fen him seis,
hinget it eigen libbensgeniet ou. Wirdt dat
steurd en bilemmere, dan hat de minske seis
de greatste skild der oan. Fensels de omstan-
nichheden, de üterlike dingen draege wol tige
hy ta mear en minder libbenswille, dat folget
mar dy dogge neat ta dat ynerlike, hwent it
iibbensoigjinsel stiet der ienkear boppe. Oars
wie *t faek net bést.
Hwet men immen it minste binidet, dat kin
soms for him krekt hwet weze hwer’t hy kreft
ut opdippe moat, dat kin de oorsaek wêze fen
in libben, dat yn stilte forgund wirdt.
Men libbet dus nei it lichem mar ek safolle
nei de geest. Lichem en geest moatte beide
ünderbuden wirde, mar like mi» u men yn it
Hckem Mei kiut Middelt It libbe» Hide kit
De prijs der Advertentiën is van 15 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters naar plaatsruimte. Buiten
Friesland, uitgezonderd Familieberichten, 10 ets. per regel.
abonnement belangrijk lager.
Geldwezen buiten de prov. Friesland is uitsluitend gemachtigd het Alg. Adv.-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76-78, Amsterdam.
ISO
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
voor de Gemeenten Workum. Hemelumer Oldephaert en Noordwolde.