Alle voorkomende Drukkerij „Friso“ ïorknm Alles of niets SCHETSJES FEUILLETON worden netjes en tegen billijken prijs’geleverd door Telefoon No. 45. INGEZONDEN. 5 (Wordt vervolgd.) I door PASSEPARTOUT. de auto voor te brengen. Ik vertrek binnen ’n paar minuten naar Rennes. De Markies was doodsbleek gewer den, maar scheen zich met alle kracht te beheerschen en zei: Het spijt me. maar ik zal aan uw verzoek voldoen. Ik zal u per soonlijk naar Rennes brengen. Dank u, zei Constant, boog èn verliet het vertrek, om zich naar z'n kamer te begeven. Hier werd tien minuten later aan de deur geklopt. Hoofdstuk V. DE DOORSLAG. Al hetgeen Constant Noijens gezien had, tijdens z’n rondrit per auto, was wel in’ staat zijn besluit om te weige ren aan het wankelen te brengen. Tot het kasteel Mériadec behoorden honderden hectaren zeer vruchtbare grond, de vruchtbaarste grond van geheel Bretagne. Al de groote boer derijen waren het eigendom van den Markies d’Auvergne. Op de boerderij en waren pachters aangesteld, die den rentmeester van hun heer jaarlijks aanzienlijke bedragen moesten komen betalen, zoodat het inkomen van den Markies zelfs niet te benaderen scheen. En dit alles zou als Constant, de be rooide, werklooze gymnastiek- en schermmeester in den schoot vallen als de Markies kwam te sterven. Welk groot geheim schuilde daar achter, ’t Was de angst voor een val strik, die Constant telkens weer deed besluiten het voorstel van de hand te wijzen. Hij behoefde echter niette trachten achter dit geheim te komen. Nog één dag, dan moest hij tegenover den notaris en z’n getuigen zijn be sluit kenbaar maken en de overeen komst onderteekenen. In ieder geval, hoe z’n besluit ook mocht uitvallen: Morgen tegen elf uur zou-ie weer naar de serre met de Cactus-planten terug- keeren. Hij zou en hij moest nog eens met de oude Thérèse praten. Misschien zou, wat hij van haar te hooren kreeg van grooten invloed zijn op de beslis sing, die hij ging nemen. Onmiddellijk na de lunch verscheen een in 't licht-grijs met zilver uitge- doschte livrei-bediende, dezelfde, die naast den chauffeur zat, toen hij per auto van den trein te Rennes werd afgehaald Mijnheer de Markies stelt u voor onder mijn geleide het kasteel eens te bezichtigen, zoo u hiervoor althans eenige belangstelling heeft. Natuurlijk, antwoordde Constant, dat doe ik zelfs heel graag. En hij overwoog bij zichzelf: dat is misschien ook al 'n lokmiddel om mijn besluit te beïnvloeden. We zullen zien. De livrei-bediende ging hem voor en het verwonderde nu den jongen Hollander niet plotseling tegenover zulke schatten aan zilver en antieke voorwerpen te staan. Er was ’n rid derzaal, die geheel gesierd was met de wapens en wapenen en harnassen van het geslacht d’Auvergne. Hij zag die achter ’n groepje verscholen stond. Hij haar toe en zij greep z’n hand. dadelijk komt de opzichter om met ons naar de druiven-serres te gaan, ik heb uw moeder als kamermeisje gediend. Haar vader is pas gestorven en heeft 'n onmetelijk fortuin voor haar achtergelaten. Ze zeggen, dat al de couranten vol hebben gestaan van oproepingen voor de erfgenamen. Als v haar zoon bent, is u de eenige erf genaam, mèt markies d’Auvergne, dat s haar neef. Weés voorzichtig voor hem hij heeft een slecht hart. Hij is wreed en zuigt z’n volk uit tot den laatsten cent. Hij straft zelf nooit, we zien hem zelf nooit, maar door middel van z’n rentmeester en z’n opzichters worden we uitgeperst en soms mishandeld. Toch zeggen ze, dat al die rijkdom maar schijn is. Hij moet veel schulden hebben en daarom moet alles zwaar zyde openen, maar dat ging ook niet, belast en beleend zyn. Ik zeg u, neem er kurassen van zwaar antiek zilver, gobelins voorstellende enkele edellie den, levensgroot te paard, met hun gemalin op de valkenjacht, de „ridder slag” van een d’Auvergne door den keizer Karei den Groote. Dit alles zou later het eigendom worden van hem, den allereenvoudigsten Hollandschen jongen, wiens vader het tot kapitein van de artillerie gebracht had, ’n rit meester zonder eenig fortuin, die nooit verder geweest was dan Frankrijk, waar-ie, in z’n kwaliteit van regiments- adjudant, de groote manoeuvres van de Fransche artillerie in 't Zuiden had meegemaakt. Bij die gelegenheid moest kapitein Noijens dan ook z’n verloofde hebben leeren kennen. Hoe langer hoe meer voelde Constant iets tegen-natuurlijks in de manier, waarop de markies hem aan zich wilde ver binden voor 't leven. Dit alles bleef al z’n gedachten beheerschen, terwijl de bediende hem in de verschillende zalen van 't kasteel vertelde van de kostbare antieke voorwerpen en schil derstukken, die, elk voor zich 'n ge schiedenis vertegenwoordigden. Toen zij de bibliotheek binnen gin gen, zei de bediende Dit is de rijkste en meest com plete boekenverzameling van geheel Auvergne. De catalogus geeft over de honderd en veertigduizend deelen aan. Zooals u ziet, neemt zij vier zalen in beslag. Zij is aangelegd door den overgrootvader van den markies en elk zijner opvolgers heeft haar naar zijn beste krachten en weten gecom pleteerd. Wij, burgermenschen zouden, als wij alleen deze verzameling beza ten, meer dan schatrijk zijn. Merkwaardig, dacht Constant, ieder een schijnt er hier op uit te zijn, de rijkdommen van den markies tegen over mij goed te doen uitkomen. Ik geloof 't nu wel en ik zie heusch wei in, dat ik m’n tijd niet in ledigheid zal hoeven door te brengen, als ik hier heer en meester ben. Heel den middag bleef hij in tegen woordigheid van den bediende en bewonderde den overweldigende rijk dom van het interieur. Maar nog steeds werkte de twijfel, nog steeds knaagde de achterdocht: er is iets, er dreigt iets. Wees voorzichtig scheen ook weer dezelfde zachte stem dien nacht te waarschuwen. Den volgenden morgen was-ie zeer vroeg wakker en hij besloot, nadat- ie z’n toilet gemaakt had, in den tuin te gaan wandelen. Hij wilde den grendel voor zijn deur wegschuiven, dit lukte weliswaar, maar de deur kon langs binnen niet geopend worden. Ze scheen van buiten goed gesloten. Hij maakte ’t venster open, wilde ook dat van gewoon glas aan de buiten- Een ingesteld onderzoek in de Ge meente H. O. en N. wees uit, dat ook daar geen controlemiddel beschikbaar was, zoodat gepleegde overtredingen niet kunnen worden geconstateerd en tegen gegaan. De heer Gaastra zou het toch noodig achten een weegtoestel aan te schaf fen, prijsopgave te vragen en moge lijke inwerkingstelling te kunnen zien. Na eenige discussie, wordt vour- loopig besloten de zaak thans nog te iaten zooals het nu is. Verder is nog ingekomen een adres van den auto-ondernemer D. Faber, inzake de wegafsluiting Workum Bolsward voor auto’s, langs welken weg hij en zijn personeel voor een groot deel hun brood moeten verdienen. Van plan zijnde de autodienst via Ferwoude te doen plaats hebben, is hem gebleken dat het deel van dien weg onder Workum zoo slecht is, dat ook spoedig daar sluiting zal moeten volgen, tenzij het geld op de begroe ting, uitgetrokken voor werkverrui ming, hier of op den trekweg wordt besteed. Anders zal Workum bijna geheel worden geïsoleerd. Het is ech ter ongetwijfeld een belang voor de geheele gemeente, dat hare deuren voor het vreemdelingenverkeer open staan, waarom aanvankelijke herstel ling gewenscht is, echter van dien aard, dat direct gevaar geweken is. Radikale verbetering is noodzakelijk, doch z. i. kan deze aanhangige kwestie net zoo goed voortgang hebben met een weg, die geopend is voor het ver keer, als met een afgesloten weg. Niemand der leden heeft bezwaar tegen directe behandeling van dit adres. De heer Gaastra vraagt, of den Voorzitter ook iets naders bekend is, aangaande die sluiting van den trek weg, wat hem alleen gebleken is uit een mededeeling in de Leeuwarder Courant. De Voorzitter geeft daarna, ofschoon daarvoor op dit oogenblik niet voldoende geprepareerd en thans niet in het bezit van talrijke belang rijke en positieve gegevens, niettemin een uitvoerige, interessante en met talrijke gegevens gedocumenteerde uiteenzetting van de geschiedenis van dezen wag, reeds dateerende van een concessie sedert 1647 en opgediept uit de archieven van Workum, Bols ward en Wonseradeel, waaruit blijkt dat de aansprakelijkheid voor het onderhoud van dien weg, voorzoover Workum alleen betreft, nog volstrekt niet als vaststaande behoeft te worden beschouwd. Hij belooft echter een aangevangen serieus onderzoek met kracht te zullen voortzetten, overtuigd dat de uitkomst nog wel eens tot ver rassende resultaten zal kunnen leiden. De Raad, overtuigd, dat oogenblik- kelijk ingrijpen in den benarden toe stand noodig is, machtigt, na eenige discussie, het College van B. en W. een bedrag van f 1500 te besteden aan de verbetering van den weg langs de Makkumerdijk vanaf Zeeburg tot de grens van Wonseradeel. Bij de rondvraag vestigt de heer Dijkstra de aandacht op de brug bij J. Faber, de heer Brandsma op den toestand bij de nieuw aangelegde be- tonbrug en de heer van der Gaastop de wenschelijkheid, om voorverbree- ding der bermen in het Heidenschap geen grond van de z. g. „Stads-Viere” te nemen, maar aan te voeren van Tjerkwerd, aan welke punten door B. en W. de noodige aandacht zal worden geschonken, waarna de Ver gadering door den Voorzitter wordt gesloten. het begin van dit schetsje. „Het ware gevoel van eigenwaarde is eene vrucht van ware beschaving en zelfkennis”, zeker, maar het ligt zoo maar niet voor de gréép. Om het bezit moet gestreden, geleden, gewor steld worden en wie meent, dat po sitie of carrière of promotie het zullen brengen, die dwaalt ganschelijk. Errare humanum est, dwalen is menschelijk, dit woord van Seneca is er niet om er zich op te beroepen. Het herinnert den mensch, dat er fouten zijn niet om er voor op den loop te gaan, maar om ze teveroete- ren. in verkloeking en zonder uitstel uitstel wordt licht afstel en beide schaden ons zelfrespect. ....Nederland werd getroffen door een zware materiëele ramp. Er is echter iets opgedoken uit de water vloeden daarover zal m’n „Swan” het hebben in het e.v. Friso-nummer het houdt speurbaar verband met wat boven dit schetsje staat. het personeel van de gasfabriek wederom een gezamenlijke toeslag van f300 te geven, wordt door voor- en tegenstanders nog al iets in het midden gebracht, tot tenslotte het voorstel wordt aangenomen met 6 tegen 5 stemmen. Tegen stemmen de heeren Dijkstra, Sikkes, van der Gaast, de Roest en Posthumus. Wat de restitutie aan den Directeur der gasfabriek betreft van 2/3 der kosten van de hem door de wet op gelegde zekerheidsstelling, heeft de Raad met 10 tegen 1 stem, die van den heer Brandsma, besloten, die restitutie over de jaren 1924 en 1925 te bestendigen, doch die kosten voor 1926 en volgende jaren geheel voor rekening van het bedrijf te nemen, terwijl ook de Ontvanger in het ver volg in dat zelfde recht zal deelen. De begrootingen van gasfabriek en gemeente zullen in overeenstemming worden gebracht met vorengenoemde besluiten. De punten der agenda zijn hier- medejafgehandeld, doch de Voorzitter deelt mede, dat nog een adres is in gekomen van de politieagenten, waar van door den Secretaris ‘voorlezing geschiedt en waarin wordt verzocht eene salarisregeling te ontwerpen met inachtneming der voor eenieder hunner te stellen regelen (Hoofdagent en agenten), naar den maatstaf, zooals die voor de Rijkspolitie geldende is, aangevuld met een kindertoelage, geldig voor alle kinderen beneden den leeftijd van 18 jaar der gemeente ambtenaar ter verzorging komende en waarvan, zooals bij het Rijksper soneel, geene inkomens-grenzen zijn gesteld, waarbij door overschrijding derzelve, geen toeslag meer zou worden genoten. De aan Rijks- en Gemeentepolitie opgelegde taak is eender, zijnde handhaving van wetten, Koninklijke besluiten, Provinciale, Gemeente- en Waterstaats verorde ningen. Op voorstel van den heer Ferwerda wordt zonder hoofdelijke stemming besloten dit punt aan te houden tot de volgende vergadering. Verder doet de Voorzitter nog me dedeeling van een ingekomen rapport van den Hoofdagent van politie, waar van door den Secretaris lecture ge schiedt en dat betreft het handhaven van het verbod inzake het gewicht, waarmede over bruggen mag worden gereden en de genomen besluiten van Ged. Staten inzake gedeeltelijke sluiting van den weg door het Hei denschap en van den Bols warder weg voor motorrijtuigen. Wanneer de po litie niet wordt uitgerust met een controlemiddel (weeginrichting), is het haar niet mogelijk de hand aan deze verordening of reglementen te houden. En ’t glas was zóó ongewoon dik, dat-ie dit zelfs met een of ander voor werp moeilijk zou kunnen verbrijzelen. Wat moest dat beteekenHij rammelde ’n paar malen aan den deurknop, maar niets hielp. Was-ie hier opgesloten? Met opzet Of was 't toeval Hij luis terde, omdat-ie schuifelende schreden in de gang meende te hooren. Toen probeerde hij nog eens de deur te openen. Dit lukte opeens zeer gemak kelijk. Toen-ie in de gang stond zag- ie nog juist het tipje van de witte schort van Sanne achter de deur van de eetzaal verdwijnen. Was de grendel langs buiten voor z’n deur geschoven geweest? En had Sanne die nu snel teruggeschoven, om hem niet te doen vermoeden, dat-ie den heelen nacht opgesloten was geweest? Constant is dat nooit te weten gekomen. Hij liep naar de eetzaal, waar de oude Suzanne dadelijk diep boog, toen zij hem zag. Is u al op vroeg ze verwonderd. Ja, ik heb erg onrustig geslapen en ik ga ’n beetje in’t park wandelen. Neem eerst ’n kop thee of cho colade met ’n beschuit; nuchter blij ven is niet goed. Constant volgde haar raad en liet zich toen langs de achterdeur over 'n breed terras naar het park brengen. Er begon 'n klokje te kleppen. Dat was zes uur. De arbeid in het park begon. Constant nam zich voor, te voet den weg te volgen, dien-ie gis teren per auto had afgelegd en zou trachten de serre met de Cactus-plan ten te bereiken. Dit lukte hem na 'n wandeling van bijna twee uren. De serre stond wagewijd open, want de zon stond aan den hemel en scheen er recht op. Op het oogenblik dat hij binnen zou stappen, hoorde hij zacht achter zich hoesten’t was Thérèse, j s lage conifères „Ij stapte snel op Ik moet me haasten, zei ze, want dienstbode van G 328 naar Bussum» Brinklaan 22. Rintje Hein IJpma, rei ziger van F 3 naar Bolsward, 2e Hol- landiastraat F 6. Wilhelmina Gerdina Petronella Harmzen, zonder beroep van C 15 naar Dokkum. Hooge Pol C 224. Cornelis Hiemstra, spoorweg- werker met gezin van A 81 naar Hies- lum. Siebrigje de Boer, weduwe Fokke Kalksma, zonder beroep van A 123 naar Bolsward, Gijsbert Japikstraat 33. Alegonda Adema, dienstbode van D 106 naar Heidenschap H. O. N. Jacoba Veenstra, zonder beroep van B 62 naar Rotterdam, Mathenesserdijk 253a. Buiten verantwoordelijkheid der Redactie Uit financieel oogpunt ziet het Be stuur van het Strijkorkest »Ceacilia« alhier zich gedwongen de gewone jaar- lijksche uitvoering op de Sociëteit Har mon ie en in het lokaal »Rehobóth< door het geven van een concert in de Doopsgez. Kerk te vervangen. Op deze wdjze kan éénmaal locali- teithuur, vervoer piano, pianostemmen enz. worden uitgespaard. Een niet on belangrijk bedrag. Wij vertrouwen dat onze donateurs zich kunnen indenken dat werkelijk niet uit gemakzucht tot deze versobe ring is besloten, maar dat inderdaad het recht van voortbestaan van ons Strijk ons noodzaakt zóó te handelen. Na deze korte uiteenzetting zal U ons Uw gewaardeerde (en onontbeer lijke) medewerking toch niet onthouden U, mijnheer de Redacteur dankend voor de verleende plaatsruimte. Het Bestuur van »Ceacilia<, E. ROBIJNS, Voorz. J. WAGENAAR, Pennm. j. VAN DOUWEN KUIPERS, Secr. De auto is voor. Constant begaf zich naar de witte hall, werd door Sanne uitgelaten en daar buiten stond de luxe wagen met den Markies, die er reeds in had plaats genomen. Wanneer we snel rijden, kunt u den expres van vier uur nog halen, zei-ie. En de wagen schoot voort, pijl snel en nam handig de vele bochten tusschen de heuvels van dit zeer gril lige terrein. Pas op, Constant, er dreigt iets, sprak ’n stem. Constant hield z’n vuis ten gereed, 't Was noodig. Plots wierp de markies zich op hem, wilde hem bij de keel grijpen, maar Constant, scherp op z'n hoede, diende den veel ouderen man ’n geweldigen vuistslag tegen den slaap toe, zoodat hij met ’n zwaren zucht ineenzakte. Op dit oo genblik stopte de auto. De chauffeur had zich omgewend en de worsteling gezien. Constant rukte het portier open, sprong naar buiten en dreigde den chauffeur Beweeg je niet of ik schiet je neer Meteen greep-ie naar z’n borstzak, waar enkel z’n portefeuille met reis geld zat. Ruggelings liep hij naar den boschrand achter zich, sprong over den sloot en verdween. Hij was buiten 't bereik van den markies en den grooten sterken chauffeur. Nu was 't zaak zoo snel mogelijk naar Rennes te gaan en den trein naar Holland te nemen. Vanuit de verte hoorde hij den wa gen wegsnorren. Er daagde 'n ruiter op, ’n cavalerist, aan wien Constant den weg vroeg naar Rennes. Dat was al heel gemakkelijk. Ginds waar de huizen begonnen, reed 'n electrische tram af. 's Nachts om twaalf uur arri veerde hij te Brussel en den anderen morgen stond htf in de leege kamer van 't bovenhuis, dat-ie drie dagen geleden verlaten had. En nu, meneer de markies d’Au vergne, al bezit ik geen cent, nu tus schen ons Mijn >Swan« en ik. XII. ZELFRESPECT. „Het ware gevoel van eigenwaarde is eene vrucht \an ware beschaving en zelfkennis, en de bron van be scheidenheid zonder huichelarij, van rechtvaardigheid jegens anderen zon der heerschzucht, van verdraagzaam heid zonder zwakheid, van vast en krachtig handelen zonder geweld.” Deze schoone woorden, even schoon als juist, las ik in een oud werk, dat nimmer veroudert, het werk, waarin de groote paedagoog van Friesland zijne belijdenis als zoodanig heeft neergelegd en uitgesproken mocht ze velen ten voorbeeld zijn en velen sterken in den vaak zoo moeilijken levensstrijd Ik las deze woorden en enkele dagen daarna las ik in een verslagje van eene vergadering, aan welke correctie was verzocht van eene onjuistheid, aan te wijzen en algemeen erkend, dat zelfrespect verbood aan het ver langen te voldoen. Wat uit een wijs hoofd kwam en over ijd’le lippen, schrijf ik niet neer om te vergelijken - ér is polaire tegenstelling, die scherp belicht en wie onjuist was moge afvoeren, vèr, van het benepen standpunt van niet loyale erkenning van foutieven. In onze dagen van moreel verval, inzinking is een te liggen op den weg van ied’ren mensch onjuistheden, dwalingen, inconsequen- tiën, incorrectheden, tekort-komingen, vele en in velerlei vorm. Maar wie nu alleen naar zijn jasje kijkt en naar zijn medailles en weigert in te keeren interno en te keeren van de dwalingen zijns weegs, die berokkent zich zelven ernstige schade, die verstart en mag wegen en overwegen het citaat aan LUST van uit Workum vertrok ken en aldaar gevestigde per sonen over Jan. 1926. lugekomen Klaaske Knossen, dienstbode van Hoogeveen naar G 119. Aukje Hoek stra, dienstbode van Cornwerd naar A 170. Intje Kok, dienstbode van Nije- mirdum naar G 266. Hendrik Tjerkstra, schipper met gezin van Heidenschap naar Workum, aan boord. Grietje Dijk stra, dienstbode van Heidenschap naar G 312. Reinskje van der Meulen, dienstbode van Leeuwarden naar B 54 Hidde de Vries, caféhouder met gezin van Gramsbergen naar G 114. Vertrokken Roelof Veldman, bakkersknecht van D 50 naar Zutphen Buitensingel 71. Taekle de Boer, schipper met gezin naar Stavoren aan boord. Anne Jaspers, werkman met gezin aan boord naar Exmorra. Christiaan Vivilianus de Vreeze, caféhouder met gezin van G 114 naar Beverwijk, Romer Kerkstraat 39. Martha Everarda de Vreeze, zonder beroep van G 114 naar Bussum, Mek- rüivwi lenburgerlaan 40. Jouke de Jong, boe- zwak woord, renknecht van G 8 naar Terband. Liekeltje Porten, huishoudster van G 114 naar Beverwijk, Romer Kerk straat 39. Marten Johannes Schoot stra, horlogemaker met gezin van G 128 naar Huizum, Schrans D 51. Thijs Rienks, Brievenbesteller met gezin van G 120 naar Bennekom, Brinkerweg 12. lemkje Veenstra, huishoudster van G 194 naar Nijhuizum. Gertrud Klaholt, u in acht. Uw moeder was 'n engel, die alles aan haar liefde voor uw va der moet opgeofferd hebben. Maar haar vader schijnt op ’t laatst van z’n leven tot inkeer gekomen te zijn. Wat wil de markies van u Hij heeft me hier laten komen en stelt me voor hier levenslang te blijven. Doe’t niet, doe’t niet en vertrek zoo spoedig mogelijk. Vaarwel, daar komt de opzichter. Wees op uw hoede Vlugger dan men van zoo’n oude ziel verwacht zou hebben, was zij Sanne waarschuwde verdwenen, en Constant stond daar koud en sidderend over al z’n lede maten. Wat hij daar gehoord had, was wel in staat hem geheel van z’n stuk ken te brengen. Bliksemsnel had-ie de plannen van den Markies doorzien. De hemel scheen hem die oude vrouw te hebben toegezonden, om ’n schur kenstreek te ontmaskeren voor het te laat was. De Markies wilde hem dus dag en nacht bij zich houden om den erfge naam van de bezittingen van den vader van z’n moeder, van den heer de Lannoy voortdurend in ’t oog te kunnen houden. Nu was alles duidelijk. Maar nog moest-ie voorzichtig zijn, moest-ie veinzen, want als de Markies er achter kwam, dat-ie hem doorzag, zou-ie in staat zijn hem eenvoudig uit den weg te ruimen. Hij moest zich dus houden, of-ie nog steeds in twijfel verkeerde omtrent 't besluit dat-ie te nemen had. Tot aan de lunch bleef hij in het uitgestrekte park, keerde toen terug naar het kasteel en liet de oude Sanne aan den Markies vragen of deze hem te woord kon staan. Onmiddellijk kwam het antwoord, dat de Markies meneer Noijens gaarne zou ontvangen. Toen Constant in de torenkamer kwam, zag-ie daar tot z’n verwonde ring ’n grooten breeden man, kaal hoofdig en met 'n sterk gebogen neus. In ’n hoek zaten aan ’n tafeltje twee eenvoudige mannen, zij schenen men- schen van ’t platteland te zijn. De Markies zag zeer bleek en zei: Meneer Noijens, het doet me ge noegen u den notaris Delcroix uit Parijs te kunnen voorstellen. Hij is sinds vanmorgen mijn gast in verband met de overeenkomst, die wij hebben aan te gaan. De notaris was opgestaan en reikte Constant glimlachend de hand. Meneer Delcroix, vervolgde de Markies, heeft 'n concept overeen komst Markies, viel Constant hem in de rede, doe geen verdere moeite. Ik weiger formeel de overeenkomst aan te gaan. Is dat uw allerlaatste woord? Ja. En ik wensch ten spoedigste te vertrekken. Gelieve order te geven 71 Drukwerken

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1926 | | pagina 6