PU ROL
j PUROL
Üurwerk-Roparatie's
Nieuws- en Advertentieblad
:30a
voor de Gemeenten Workum, Hem. Oldeph. en Noordw., Hindeloopen, Stavoren, enz. enz
W?. Sanapjrin;
I
J. van Douwen Zuipers
ZATERDAG 15 FEBRUARI 1930»
No. 8.
56ste Jaargang
Jassen
Broeken
Vesten
Uitgave van T. GAASTRA Bz. te WORKUM Telefoon No. 45.
RUIME VOORBAAD
Manchester
Manchester
Manchester
Blauw keper Overall’s
GEBRs. FLAPPER
Horlogerie Markt
Dit blad verschijnt des Za
terdags en kost per kwartaal
65 centsfranco per post
1 gulden. Enkele Nos. 5 ets.
Ingezonden stukken Donder
dags voorm. in te zenden. Ad-
vertentiën tot uiterlijk Don
derdagsmorgens 12 uur, uit
gezonderd familieberichten
Winterteenen
Winter hielen
BRILLEN
J. W. DE JONG - Opticiën - Markt
Ruwe Huid
Ruwe Handen
Ruwe Lippen
MIJNHARDT’s
Zenuw-Tabletten 75 ct.
Laxeer-Tabletten 60 ct.
Hoofdpijn-Tablelten 60 ct.
Bij Apoth. en Drogis^a
e
A
De volgende week ontvangen al
onze lezers te Workum een exem
plaar van ons Geïllustreerd Zondags
blad. Ieder kan zich er dus van over
tuigen, dat ons weekblad een schat
van foto’s bevat, boeiende vervolg
verhalen, interessante korte novellen,
een hoekje voor de jeugd enz. De
prijs bedraagt te Workum slechts 571/2
ets. per kwartaal, daarbuiten 85 ets.
Niemand verzuime zich te abon-
neeren. Iedere nieuwe abonné ont
vangt de Maartnummers, waarin een
nieuw vervolgverhaal begint, gratis,
alsmede een gratis boek „De Kleine
Gouvernante”.
De prijs der Advertentiën
is van 1—5 regels 60 cents,
elke regel meer 7 cents.
Grootere letters naar plaats
ruimte. Buiten Friesland,
uitgezonderd Familieberich
ten, 10 cents per regel.
Bij abonnement belangrijk
lager
zijn van een plaats, doch overal te
kunnen gebruiken.
B. en W. stellen voor, daar een
vaste mast waarschijnlijk een belem
mering voor het verkeer is, het plaat
sen van een uitneembare mast in een
daar aangebrachte koker, onder nader
te stellen vooi waarden toe te kennen.
De heer Brandsma meent dat een
vaste mast voor het verkeer geen
bezwaar oplevert, de aanlegpalen
toch staan eveneens ver de wal op.
De heer Dijkstra merkt op dat
adressant weinig gebaat is met een
uitneembare mast, daar men dan met
inzetten en uitnemen wel werk kan
houden. De koker moet toch blijven
staan en het is z. i. hetzelfde als daar
Verslag van de vergadering van
den Raad der Gemeente
WORKUM,
op Donderdag 6 Februari 1930, ’s nam.
5 uur.
Voorzitter de heer A. Wagenaar Az.,
Burgemeester.
Secretaris de heer D. v. d. Goot.
Tegenwoordig alle leden.
De voorzitter opent deze eerste
vergadering in 1930 met gelukwen-
schen voor den Raad en Gemeente,
waarna wordt overgegaan tot
Punt 1. Notulen der vorige verga
dering.
Deze worden na voorlezing onver
anderd vastgesteld.
Punt 2. Ingekomen stukken en me-
dedeelingen.
a. Resolutie van Ged. Staten dezer
provincie tot goedkeuring van de
volgende raadsbesluiten
le. tot onderhandsche verhuring
voor den tijd van 1 jaar van hetle
en 2e tolhuis, resp. aan D. Visser en
J. Kuipers.
2e. tot het aangaan van een kasgeld-
leening voor het dienstjaar 1930,
ten hoogste groot f35000.
b. Resolutie van Ged. Staten, waar
bij wordt medegedeeld, dat de wijzi
ging van de verordeningen op de
heffing en invordering van ontsmet-
tingsrechten, bij K. B. van 23 Novem
ber 1929, no. 25, is goedgekeurd.
c. Resolutie van Ged. Staten tot
verdaging van hunne beslissing op de
gemeentebegrooting 1930.
d. Schrijven van Jelle Gras, waarin
hij, onder dankbetuiging voor ’t in
hem gesteld vertrouwen, mededeelt,
de herbenoeming tot armvoogd aan
te nemen.
e. Schrijven van E. IJdema, waarin
hij mededeelt, de benoeming tot lid-
werknemer van de Commissie van
Toezicht op het Correspondentschap
der Arbeidsbemiddeling aan te nemen.
f. Idem van W. de Jong als lid-
werkgever.
g. Schrijven van J. Krol te Workum,
houdende mededeeling, dat hij zijn
benoeming tot onderwijzer aan de
O. L. school aanneemt.
h. Schrijven van J. T. de Jong,
houdende mededeeling, dat hij de
herbenoeming tot weesvoogd aan
neemt.
i. Verslag en rekening over 1929
met begrooting voor 1930 van de afd.
Workum der Maria-vereeniging.
men uit het voorgaande gesprokene
zou kunnen meenen dat B. en W.
gefauteerd hebben tegenover Jellesma
ten opzichte van de zaak met Klaren,
wat z.i. niet het geval is, en wat be
treft de wijziging in ’t contract over
de compost, zegt spr., dat dit den
kooper (die nog de grootste strop heeft)
ten goede kwam, terwijl met Jellesma
overlegd is, die dit goedgevonden
heeft. Spr. is van oordeel dat Jellesma
zeer clement door B. en W. behan
deld is.
De voorzitter geeft nog een nadere
verklaring over het geval met Klaren,
zeggende dat men als borg hoofdelijk
voor ’t geheel aansprakeljjk is, en in
’t contract van schuldsplitsing geen
sprake iswas indertijd bij het ont
vangen van Klaren’s verzoek tot
ontheffing als borg wegens onvermo-
gendheid, uitgezien naar een andere
borg, zooals de heer Brandsma’s be
doeling was, dan had men waarschijn
lijk niemand hiervoor bereid gevon
den, zoodat het contract met Boersma
ontbonden had kunnen worden, waar
door Jellesma voor nog veel hoogere
kosten had komen te staan. Spr. deelt
verder nog mede, dat men van ge
meentewege de aschbelten enz. achter
de stad, langs de Droge Dolte, heeft
opgeruimd, waarvoor men Jellesma
ook had kunnen aanspreken, zoodat
z. i. door B. en W. de noodige cle
mentie is betoond.
De heer Haijtema verklaart zich
hierop voor het voorstel van B. en W.
De heer van der Gaast zegt dat B. en
W. volgens de wet geheel vrij uitgaan,
doch meent dat het in dergelijke ge
vallen de gewoonte is naar een tweede
borg uit te zien. Spr. kan het voor
stel van den heer Brandsma wel
ondersteunen.
Ook de heer Hobma kan wel met
den heer Brandsma meegaan, omdat
ook tusschen de pachtsom van nu en
vroeger een flink verschil is.
De heer de Roest kan zich volkomen
met B. en W. vereenigen, daar bij
een poging om een andere, tweede
borg te krijgen, men deze toen vast
niet had kunnen vinden.
De heer Brandsma is 't hier niet
mee eens en merkt op, dat indertijd
door B. en W. de verzekering is ge
geven, dat men Jellesma clement zou
behandelen.
Hierop wordt het voorstel van B.
en W. om afwijzend op 't verzoek
van Jellesma te beschikken, in stem
ming gebracht, aangenomen met 6
tegen 5 stemmen. Voor stemden de
heeren de Vries, Gaastra, Sikkes, de
Roest, Haijtema en Roelofs. Tegen de
heeren Hobma, Posthumus, Dijkstra,
Brandsma en van der Gaast.
Punt 9. Verzoek van het bestuur
der Friesche Mij. van Landbouw om
wijziging te bevorderen van het con
tract met de Ned. Thermo-Chemische
Fabrieken, ten aanzien van de waarde-
vergoeding voor huiden.
Betreffende dit punt is nog een stuk
binnengekomen van den heer Tjeerde
e.a., handelaren in huiden, met het
verzoek deze kwestie aan te houden,
waarbij tevens de mededeeling werd
gedaan dat binnenkort een uitvoerige
toelichting hunnerzijds over deze zaak
wordt ingezonden.
B en W. stellen voor hierover van
avond geen beslissing te nemen, om
verdere inlichtingen af te wachten,
waartoe zonder hoofdelijke stemming
wordt besloten.
Punt 10. Verzoek van H. J. Wes
tendorp te Workum tot het plaatsen
van een vaste mast met laadboom op
den loswal, voorbij den Paardenstal-
brug.
Uit het verzoek blijkt dat bedoelde
mast 4 M. hoog is, terwijl voor het
lossen gebruik zal worden gemaakt
van electrischen stroom, en adressant
voor electrische lamp zal zorgen.
Vroeger had de gem.-architect ge
adviseerd een dergelijk obstakel te
weren, daar dit even goed op een
schip kan worden aangebracht met
nog het voordeel niet afhankelijk te
j. Proces-verbaal van kasverificatie
bij den gemeente-ontvanger op 23
December 1929.
k. Dankbetuiging van wed. J. Oude-
boon voor de toegekende gratificatie
over 1929.
l. Schrijven van wed. A. C. Stout—
de Krijger, waarin zij kennis geeft
van het overlijden van haar man
Joost Stout, vroeger hoofdagent van
politie en mede namens hare kinderen
dank zegt voor de jaarlijks ontvangen
toeslag op het pensioen.
m. Schrijven namens de gecombi
neerde vergadering van gemeentelijke
commissies voor lichamelijke opvoe
ding in deze provincie, waarbij ver
zocht wordt, de voorbereiding voor
de invoering van het onderwijs in
Lichamelijke Oefening op de lagere
scholen aan te vangen en zoo moge
lijk een gemeentelijke Commissie in
tè stellen.
n. Jaarverslag over 1929 van de
Commissie tot wering van schoolver
zuim.
o. Schrijven van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Fries
land te Leeuwarden, waarbij verzocht
wordt, de winkelbedrijven voorloopig
vrij te laten in de uitvoering van het
op 1 Januari j.l. in werking getreden
Werktijdenbesluit voor winkels, doch
af te wachten hoe dit besluit zich in'
de praktijk gedraagt.
p. Schrijven van het bestuur van
den Nederlandschen Bond tot bescher
ming van zuigelingen, waarbij een
brochure ter lezing wordt aangeboden.
q. Schrijven van G. T. Hoekstra te
Workum, dat hij, wegens vertrek naar
elders, als lid van de Commissie van
Toezicht op het Correspondentschap
der Arbeidsbemiddeling bedankt.
Alle stukken worden voor kennis
geving aangenomen.
Punt 3. Verzoek van W. Ketelaar
te Workum om ontheffing van zijn
aanslag in het schoolgeldkohier 1929.
B. en W. stellen oninbaarheid-ver-
klaring van genoemden aanslag voor,
waartoe zonder hoofdelijke stemming
wordt besloten.
Punt 4. Verzoek van A. Mulder te
Workum om verlaging van zijn aan
slag in het schoolgeld kohier 1929.
Hierop wordt gunstig beschikt.
Punt 5. Verzoek van J. Bulthuis te
Workum om onderhandsche inhuring
van de door hem bewoonde midden-
standswoning.
Dit verzoek wordt ingewilligd voor
den tyd van een jaar, op de oude
condities.
Punt 6. Verzoek van de diaconie der
Ned. Herv. Gemeente te Workum om
onderhandsche inhuring van de door
Wed. D. Steiginga bewoonde opzich-
terswoning.
Ook dit wordt toegestaan voor 3
jaren, op de bestaande voorwaarden.
Punt 7. Verzoek van de Weduwe
van J. Stout om een jaarlijksche toe
slag op haar Weduwen-pensioen.
Voorstel van B. en W. om een toe
slag groot f100 per jaar toe te ken
nen, tot wederopzegging, wordt zon
der hoofdelijke stemming aangenomen.
Punt 8. Verzoek van M. Jellesma te
Workum om gedeeltelijke kwijtschel
ding van hetgeen hij als borg voor
H. Boersma, vroeger pachter der ge-
meente-reiniging, aan de gemeente
schuldig is.
In ’t prae-advies van B. en W. wordt
wordt naar voren gebracht dat men
Jellesma reeds in eenige gevallen
tegemoet is gekomen, de verkorting
van den pachttijd, waarom wordt voor
gesteld op de gedeeltelijke kwijtschel
ding van z’n schuld, die 1/3 (4 mnd.)
van f739 (het verschil tusschen oude
en nieuwe jaarlijksche pachtsom)
is f246.33 bedraagt, afwijzend te be
schikken.
Dit voorstel stelt de heer Brandsma
teleur en wel om de volgende reden
Aan Jellesma is geen bericht gezon
den van het ontslagen-worden-als-borg
van Klaren, wat volgens spr. door 't
gem.-bestuur aan de betrokkene borg
Jellesma had moeten worden mede
gedeeld de aanwezige compost werd
overgedaan aan de nieuwe pachter;
indertijd is door de gem. erkend, dat
de lange winter voor een gedeelte oor
zaak was van deze catastrophe. Spr.
stelt voor de helft van de som kwijt
te schelden.
De heer de Vries antwoordt dat
dan een vaste mast staat, die alleen
maar een paar meter hooger is dan
de koker.
De heer Gaastra herinnert zich uit
een vorig verzoek, dat de boom te
licht is om alleen te staan, waardoor
deze voor versterking gesteund moet
worden door tuien en touwen, zoodat
de mast niet zoozeer moeilijkheden
oplevert dan wel de 4 tuien, die li/2M.
vanaf de paal in de grond steunen,
waardoor men kan rekenen dat het
geheel een 21/2 a 3 M. beslaat, van de
wal tot op de weg.
De heer Dijkstra deelt hierop mede
dat 3 tuien voldoende zijn, waarvan
de buitenste dan 2 M. uit de wal staat.
B. en W. willen nu hun voorstel
wel wijzigen tot het plaatsen van een
vaste mast, echter tot wederopzegging
bij moeilijkheden machtiging tot
het verwijderen van de boom het
welk zonder hoofdelijke stemming
wordt aangenomen.
Punt 11. Benoeming van een gede
legeerde in het bestuur van de twee
jarige landbouw-huishoudcursus.
Op de voordracht stond mevr. Hee-
ringa-Braaksma, die met algemeene
stemmen als zoodanig werd benoemd.
Punt 12. Benoeming van een lid der
Commissie van Toezicht op het Lager
Onderwijs.
Voorgedragen werd1. P. Hornstra
2. R. Kroese. No. 1, P. Hornstra, werd
met algemeene stemmen benoemd.
Punt 13. Benoeming van een lid-
werknemer in de Commissie van
Toezicht op het Correspondentschap
der Arbeidsbemiddeling.
De voordracht bestond uit: 1. J. v.
d. Heide2. G. de Vries. In de vaca
ture G. T. Hoekstra, die wegens ver
trek heeft bedankt, werd no. 1, J. v.
d. Heide, met algemeene stemmen
benoemd.
Punt 14. Behandeling van het voor
stel de Roest-Haijtema inzake de sala
risregeling van de politie agenten met
ingang van 1 Januari 1930.
Dit voorstel omvat f 100 verhooging
van de maximum jaarwedden, zoodat
het salaris van den hoofdagent ge
steld wordt (na een kleine wijziging van
den voorz.) op f 1600—f 1850 plus vrije
woning, en van de andere agenten op
f1500—f1750, met 5-jaarlijksche ver-
hoogingen van f50.
De heer Gaastra vindt dat met de
gem.-begrooting hierover reeds ge
sproken is, en spr.’s standpunt tegen
dit voorstel blijft.
De heer de Roest kan zich niet
begrijpen waarom de wethouders te
gen deze verhooging zijn, terwijl zij
zelf een verhooging van alle salarissen
voorstelden.
De heer de Vries wil nog even op
merken dat een partieele verhooging
bij sommige ambtenaren wrevel ver
wekt; om dit te voorkomen hadden
B. en W. premie-vrij pensioen voor
gesteld, waar de Raad echter niet
mee kon instemmen.
De voorz. zegt dat hjj wel zou wil
len zien dat de agenten een verhoo
ging kregen, omdat dit ook in’s Raads
bedoeling lag, hoewel spr. aan de zijde
van B. en W. staat.
De heer Gaastra vindt het onbillijk
dat er nu nog ambtenaren zijn, die
geen verhooging hebben ontvangen.
De voorz. merkt op dat de heer
Gaastra dan met een voorstel kan
komen om die ambtenaren die verge
ten zijn, alsnog een verhooging toe
te kennen.
De heer de Vries antwoordt dat er
van vergeten geen sprake is pre-
mievrij pensioen voor alle ambtenaren
en geeft verder te kennen dat het
inzicht van den heer Gaastra in deze
zaak zeer juist is.
De heer de Roest verklaart dat ook
van den Raad niet gezegd kan worden
dat er iemand vergeten is, alleen wou
zij die salarissen verhoogen, die er
voor in aanmerking kwamen.
Voorstel de Roest-Haijtema wordt
daarop aangenomen met 8 tegen. 3
stemmen. Voor de heeren Haytema,
de Roest, Hobma, Posthumus, Roelofs,
Dijkstra, Brandsma en van der Gaast.
Tegen de heeren Gaastra, de Vries
en Sikkes.
Punt. 15. Rapport van de Nederl.
Heide-Maatschappij omtrent de verbe
tering van het „Groene Strand”.
Uit het uitvoerig rapport stippen
we aan, het advies om tot egalisatie
van 't strand te wachten tot de afsluit
dijk gereed is gekomen. Een voorloo
pig plan om de Z.O.-hoek van bedoeld
terrein te egaliseeren en te zorgen
voor betere afwatering, door het gra
ven van geulen en greppels, mede
ten doel hebbende aanslibbing van
dat gedeelte grond, werd geraamd op
f2150, waarvan f1800 voor arbeids-
loonen, beredend naar een uurloon
van 30 ct. op accoordwerk.
Voor het bedrag van arbeidsloonen
zal waarschijnlijk een Rijkssubsidie
worden genoten.
De heer Hobma v?aagt of de beslis
sing op de subsidie-aanvraag spoedig
kan binnenkomen, omdat het er anders
wel eens bij kon blijven, daar het dan
te ver in de tijd is.
De heer Haijtema wil direct een
begin maken met de werkzaamheden,
want anders kon het, zooals de heer
Hobma ook zei, wel eens 't volgend
jaar worden.
De voorz. raadt dit ten sterkste af
voor men geen zekerheid van subsidie
heeft, die dan misschien ook niet
verstrekt wordt
De heer Brandsma vestigt er de aan
dacht op dat met dit voorloopig plan
voorzichtig te werk moet worden ge
gaan, wil men niet teleurgesteld
worden. De vroegere kosten aan het
strand besteed hebben niet veel ver
betering gebracht en aanslibbing van
de z.g.n. „Slinke” is, tengevolge van
die werkzaamheden niet gebleken.
Daarbij komt dat nu ook weer een
flink bedrag ten koste zal moeten
worden gelegd, 0. m. f32 per week
voor een uitvoerder van dit werk
en 12 pCt. van de uit te betalen ar
beidsloonen aan de Heide-Mij. voor
haar toezicht over de werkzaam
heden.
De voorz. vraagt of de heer Brand
sma dan tegen het voorstel van B. en
W. is, waarop laatstgenoemde ant
woordt dat dit niet het geval is, maar
hij tot voorzichtigheid wil aanmanen.
De voorz. verklaart nu nog dat de
Ned. Heide-Mij. zeer voorzichtig en
met overleg haar onderzoekingen heeft
geleid, waarna zonder hoofdelijke
stemming tot uitvoering van het voor
loopig plan wordt besloten.
Punt 16. Schrijven van het gem.-
bestuur van Sneek omtrent de toe
komstige spoorverbindingen van een
deel van Friesland met Holland.
Met het oog op het eerstdaags ge
reed komen der afsluitdijk, zijn onlangs
de dagelijksche besturen van verschil
lende gemeenten in de Z.W.-hoek van
Friesland, in vergadering bijeenge
komen om een goede verbinding met
Holland te blijven behouden. Naar
aanleiding hiervan is bovengenoemd
schrijven ontvangen van het gem.-
bestuur van Sneek, waarin genoemd
wordt de verbinding Sneek-Stavoren-
Enkhuizen, maar ook en naar’t schijnt
in de eerste plaats de verbinding
Sneek-Bolsward-afsluitdijk te bevor
deren.
De heer Brandsma is van meening
dat de gem. Workum niet aan deze
actie kan meedoen, daar de laatstge
noemde lijn als een tegenwerking
beschouwd kan worden van ons doel
dat alleen goede instandhouding of
zelfs verbetering beoogt van de lijn
Sneek—Stavoren—Enkhuizen.
De heer Gaastra merkt op dat met
een gezamenlijk verzoek meer wordt
bereikt, dan met allerlei afzonderlijke
spr. zou als antwoord aan het gem.-
bestuur van Sneek willen mededeelen,
dat medewerking van Workum alleen
voor de bestaande verbinding Sneek—
Stavoren—Enkhuizen kan worden ver
leend, waartoe zonder hoofdelijke
stemming wordt besloten.
I
l
I
3
F
5
FRISO.
||bJ Koorts, Rheumatiek Wettig beschermd tegen Vervalschingen
O Hoofdpijn en Kiespijn Prijs 10 en 75 ct. Bij Apoth* en Drogisten