Nieuws- en Advertentieblad
Voetbalwedstrijd
Een Bril
ïoor de Gemeenten Workum, Hem. Oldeph. en Noordw, Hindeloopen, Stavoren, enz. enz.
ZONDAG 23 OCTOBER
a.s.
Tewerkstelling van kleine grondge
bruikers op eigen bedrijf.
Distributiekantoor.
Kennisgeving ran hat houden eenor
collecte.
65ste Jaargang
ZATERDAG 21 OCTOBER 1939.
No. 43
Kennis is macht.
Officieel Gedeelte
Terrein Lemmerweg - Aan vang 2.30 u.
7)
H
ONS WEEKPBAATJE
Een Buikband
of Corset
Breukband
Elastieken kousen
-Uitgave van T. GAASTRA Bz. te WORKUM Telefoon No. 45 -
Zij, die achterbleven
Wollen kousen voor soldatenkinderen.
Ut d© éilde Friso’s.
J[
en
raat
line
rer-
dge
illie
len,
end
>oek
mth
raat
van
de
•ties
doorkomen, dan zQ zelve. Door ze
van die zorg wat te ontlasten, zullen
we het moreel van den troep doel
matiger bevorderen dan met wollen
sokkerQ.
Hier en daar, vooral op het platte
land, vermindert de werkloosheid,
Gesteund door onze jarenlange er
varing garanderen wij pasvorm en
kwaliteit
schoolbanken, voor nog hóóger te
bekwamen.
Er was toen blQkbaar een nijpend
gebrek aan officieren.
;ke-
had
[ga
len
end
;ten
i In
tks-
ien
ien-
•on-
•rd,
.len
te
ten
zijn
roor
chts
,nge
zaal
iter-
ruk
üge
zen
i en
den
i de
van
r de
het
zich
elke
itiek
;ren-
het
rme
tijd
iden
erne
reels
chte
•xen
eren
•t in
dat
II-
Dit blad verschijnt des Za
terdags en kost per kwartaal
50 cents; franco per post
80 cents. Enkele Nos. 5 ets.
Ingezonden stukken Donder
dags voorm. in te zenden. Ad-
vertentiön tot uiterlQk Don
derdagsmorgens 12 uur, uit
gezonderd familieberichten
il-
naar de bekende ZAAK
De prQs der Advertentiën
is van 1—5 regels 60 cents,
elke regel meer 7 cents
Grootere letters naar plaats
ruimte. Buiten Friesland,
uitgezonderd Familieberich
ten, 10 cents per regel.
Bij abonnement belangrijk
lager
GROOTZAND 18 TELEF. 3054
Het Gemeentebestuur van WOR
KUM maakt bekend, dat voor kleine
grondgebruikers (b.v. koemelkers)
onder bepaalde omstandigheden de
gelegenheid openstaat, tegen een van
overheidswege toe te kennen ver
goeding, op eigen bedrijf tewerkge
steld te worden (bijzondere bedrijfs
steun aan kleine boerenbedrijven)
ZQ, die hiervoor in aanmerking
wenschen te komen, moeten zich
voor het invullen van de verelschte
formulieren vervoegen op het Bureau
voor Sociale Zaken, Bagjjnestraat op
Vrijdag 27 October a.s. des voor-
middags van 9—11 uur.
Workum, 16 October 1939.
Het Gemeentebestuur voornoemd,
W. M. OPPEDIJK van VEEN,
Burgemeester.
v. d. GOOT, Secretaris.
NU ALLES DUURDER WORDT
Ziezoo, ik geloof, dat nu overal de
wollen sokken-collectes achter den
rug zQn, zoodat ik wat ik ook
onderneem geen schade meer
kan berokkenen aan het ook mij
sympathieke doel: den mannen, die
ons beschermen en verdedigen een
extra-paar wollen sokken te ver
strekken, een wollen muts en een
paar wanten, wanneer ze straks, In
barren winter, op post moeten staan.
Ik gun het ze zoo van harte, want
ik ben óók in dienst geweest, heb
mobllisatié-jaren meegemaakt, heb,
om een soldatenterm te gebruiken,
staan „blauwbekken” op schildwacht,
ben bQ nachtelijke velddienstoefe
ningen over bevroren slooten moeten
krulpen om den vijand onzichtbaar
te benaderenik heb gestampvoet
om warme voeten te krijgenIk heb
stroo en oude kranten om mijn onder
danen gewikkeld en ik heb mQn
ooren wel eens met sneeuw inge
wreven om ze te ontdooien.
Ik heb óók ondervonden hoe zalig
het is om eens een beetje vertroeteld
te worden.
Maar wQ, u en ik thans Achter
het front gelegerd moeten het
toch niet té gek gaan maken. Heel
Nederland breit thans wollen sokken
en idem mutsen voor de soldaten
De Burgemeester van WORKUM
brengt ter kennis, dat het Distributie
kantoor voor de distributtekring,
Workum, omvattende de gemeenten
Hemelumer Oldephaert en Noordwol-
de, Workum, Stavoren en Hindeloopen
Is gevestigd}In’;het perceel van de
Coöperatieve Boerenleenbank, wQk
D no. 29.
Met de dageljjksche leiding van dit
kantoor ls4 belast de heer P. de Boer.
Workum, 19 October 1939.
De Burgemeester voornoemd,
W. M. OPPEDIJK van VEEN.
Burgemeester en Wethouders van
WORKUM brengen ter kennis, dat
door hen vergunning is verleend tot
het houden eener collecte op Woens
dag, 25 October 1939, ten behoeve
van de Christelijke Bewaarschool te
Workum.
Workum, den 19 October 1939.
Burgemeester en Wethouders
W. M. OPPEDIJK van VEEN.
De Secretaris,
v. d GOOT.
en straks gaan we Sinterklaas- en
Kerstpakjes voor ze gereed maken,
maar. we moeten degenen niet
vergeten, die door de soldaten thuis
moesten worden achtergelaten.
De overheid zorgt voor een be
hoorlijke uitrusting van de soldaten,
het zou een schandaal zijn, als
het niet zoo was. In mQn tQd althans
kregen we oer-degelQke sokken van
den staat. Veel te degelQk zelfs voor
de burgers, die niet aan deze zware
kwaliteiten gewend waren. Hetzelfde
kon van bet onder- en bovengoed
worden gezegd. En we kregen ook
wanten „van den dienst”,
We kregen nog veel méér. Per
man b.v. op het einde van de mobi
lisatie nog 4 ons brood toen het
rantsoen voor de burgers tot 2 ons
was geminderd. En 31/2 ons „vleesch
en vet tesamen”, toen dit weelde
artikel door de burgert] niet meer
te betalen en haast ook niet meer
verkrijgbaar was.
We kregen, kortom we kregen
veel méér dan de burgerij. Als we
met verlof gingen, namen we een
paar uitgezuinigde kuggles mee naar
huis, waar we als Sinterklazen wer
den ontvangen.
Ik wilde maar zeggen, dat we de
vertroeteling van onze militairen
met sokken en wanten en mutsen
niet moeten gaan overdrijven, ze
moet geen weeë passie worden.
Onze „jongens” aan de grenzen en
in de stellingen zQn kérels, die
daar zorgt de staat wel voor
materieel niets te kort komen, al
zullen ze elke goede daad, jegens
hen begaan, weten te waardeeren.
Maar thuis hebben ze vrouw en
kinderen, minstens vader en moeder
met broers en zussen, achtergelaten.
Ze hebben er veelal méér zorg over
hoe die den moeilijken tQd sullen
Iets dergelQks als m(j in mijn dienst
tijd overkwam, geschiedde een dezer
dagen een jonge onderwijzeres. Zeis
kweekeling met acte en had gesolli
citeerd in een dorpje in Frleslands
greidhoek. Ze kwam op een tiental
en kreeg in de klas, waar ze werk
zaam is, op een goeden dag bezoek
▼an het schoolbestuur: de dominee,
het schoolhoofd en twee brave bur
gers. De proefles was het duurde
nogal lang was eindelijk geëindigd
en... ja, toen kwam het. Ze moest
worden getest op algemeene ontwik
keling, op geestelijke paraatheid en
dergelQke dingen.
Wat is clearing klonk haar opeens
m de ooren.
Ik weet niet, of het de dominee
was, die haar de vraag stelde dan
wel de kruidenier of de kantoorhou
der van de posterQen. EerlQk gezegd,
weet ik zelfs heelemaal niet, welke
ambten de leden van het dorpsche
schoolbestuur vervulden, wanneer ze
niet als schoolbestuurders q q optra
den. Maar de gestelde vragen zQn in
elk geval écht, want die ontleen ik
aan het orgaan van de Unie van chr.
onderwijzers en onderwijzeressen in
Nederland.
Wat is clearing?
Ik kan me voorstellen hoe de dreu-
messen in de klas van de kweeke-
linge met acte, mét hun juffrouw
verbleekten.
Wie was Haneman?
Zou de juffrouw er een antwoord
op hebben geweten? Zelf zou ik het
niet hebben gekend. Ik heb er een
encyclopaedie op nageslagen en daar
vond ik wél: hanebalk en hanedoek
en hanekam en hanepoot, maar van
Haneman vond ik niets. Misschien is
het de slager in het dorpje uit Frles
lands greidhoek, wie weet...
Wanneer is ColQn geboren?
Wat kost 1 K.G. goud?
Zou de vragensteller zich een ver
band hebben gedacht tusschen de
beide vragen? ColQn en de gave
gulden, ’t is nog zoo gek niet.
In elk geval: de onderwijzeres zal
wel kennelijk in verwarring zQn
geraakt onder dit kruisverhoor, terwijl
de kinderen in stillen huiver moeten
hebben neergezeten bQ de geestelijke
vivisectie, door de greidbezoekers
toegepast op hun juf.
Wie was de stiefmoeder van
Isaak
Is het niet griezelig, zoo n verhoor
Welke duikbooten zQn pas ver
ongelukt van welk land?
Aan deze vragen kan men zien,
dat het gebeurde dateert van eenige
dagen vóór September. Ophetoogen-
blik zou het moeilijk te zeggen zQn,
welke duikbooten er pas zQn veron
gelukt, want de Duitschers houden
de cijfers van hun;verloren U-booten
geheim.
Doch alles tesamen genomen er
werden nog veel méér dwaze vragen
gesteld zou ik willen weten:
wat doen zulke greidhoekers op dit
terrein
het werkloosheidscijfer weer groeien
de. Echter, of er werk is of niet, de
inkomens zQn uiterst gering, óók van
de gezinnen, die moeten rondkomen
van de kostwinnersvergoeding, welke
aan de vrouwen van gemobiliseerden
wordt uitgekeerd. Dat is du eenmaal
zoo en er is niemand, die dAaraan
iets kan verhelpen.
Daartegenover staat een onmisken
bare prijsstijging van vele artikelen,
welke tot de noodzakelijke levens
behoeften moeten worden gerekend.
Een uitzichtlooze winter staat voor
de deur...
Ik zou nógmaals willen verzoeken
om mQn bedoeling niet mis te ver
staan. Ik gun de soldaten hun
extraatje; ik waardeer den ijver,
waarmee vrouwen en meisjes wollen
sokken voor de militairen breien.
Maar laten we „hen, die achter
bleven” niet vergeten in den komen
den winter. Ten onzent wordt méér
gebrek geleden Achter het front dan
In het „front”.
Ik begrjjp de goede bedoeling. De
soldaten doen veel voor ons en
daarom willen we iets terugdoen.
We zQn vervuld van onzen plicht
van dankbaarheid. Maar ik ben er
van overtuigd, dat den gemobiliseer
den geen grooter genoegen kan
worden gedaan dan door ze de ge
ruststellende zekerheid te verschaf
fen, dat degenen, die ze thuis moesten
achterlaten, in den komenden winter
aan niets gebrek zullen hebben.
Md.
Maar macht is nog geen kennis.
In de vorige mobilisatie gebeurde
het me... Neen, het is niet mQn be
doeling om wéér over oorlog en
dergelQke narigheid te schrijven,
/jaten we het liever eens over wat
anders hebben, er is immers nog
narigheid genoeg in de wereld
waarover te praten valt. Maar
beginnen moet ik dan toch met een
mobilisatieherinnering.
De landstormllchting 1910 was
onder de wapenen en deshalve droeg
ik twee dagen ’s konings wapenrok,
toen ik mét eenige kameraden op het
copiesbureau werd ontboden, waar
ons werd medegedeeld, dat we, gelet
op het vroeger door ons genoten
onderwQs, voor de (verplicht gestelde)
officiersopleiding waren aangewezen,
’t Was een slag voor ons, want deze
aanwQzing ontnam ons de kans om
na 8 maanden voor zaken- of bijzonder
verlof in aanmerking te komen.
Weer een paar dagen later stonden
we opnieuw op het copiesbureau,
waar we moesten worden getest op
de mate onzer algemeene ontwikke
ling. De geïmproviseerde examen
commissie stond onder leiding van
den kapitein, een beroepsofficier en
twee reserve-luitenants van wie de
een ’n bekende advocaat was in het
burgerleven en de ander ’n functie
placht te bekleeden wélke deze
was, weet ik niet precies in een
apotheek. De kapitein bepaalde zich
tot het toezicht op den gang van
zaken. Ik viel in handen van den
luitenant uit de apotheek.
Vertel mQ eens, zoo begon die,
welke de meest zuldelQke staat is
van Zuid-Amerika.
Ik antwoordde naar waarheid, dat
hetzuidelQkste deel van Zuid-Amerika
gesplitst was in twee deelen, welke
respectievelQk aan Chili en Argentinië
toebehoorden.
Mis! zei de lult’uit de apotheek.
De meest zuldelQke staat van Zuid-
Amerika is Vuurland.
Ik keek verbQsterd en de luit.-
advocaat grinnikte zachtjes voor zich
uit. Ik had willen zeggen, dat Vuur
land geen staat was, maar een eilan
dengroep, gedeeltelijk Chileensch en
gedeeltelijk ArgentQnsch bezit. Maar
daags tevoren waren ons juist de
regelen van het krQgsrecht voorge
lezen en ik was nog onder denindruk
van „den dood door den kogel”,
waarmee velerlei soort opstand tegen
het militaire gezag werd bedreigd.
In dienst, zoo herinnerde ik me,
heeft de meerdere altQd gelQk en
dus slikte ik mQn tegenspraak weg.
Maar toch kon ik me niet weerhouden
om te vragen:
Kan de luit’ me dan ook zeggen,
muu, wiuuuuv.. «v w«>.ivVOU»iU, wle d® konlng of de president van
maar over het algemeen genomen is Vuurland is?
De luit’-advocaat kneep, zoo ver
beeldde ik me, ’n oogje tegen me,
maar de luit’ uit de apotheek bulder
de me toe
JQ hebt mQ geen vragen te stellen
Ga behoorlQk in de houden staan. Wat
ben jQ voor een slappen kerel?!
Ik sprong „stram”.
Wat weet jQ, zoo vervolgde mQn
examinator, van Hugo de Groot,
ja, ik bedoel wat weet je méér van
hem dan die geschiedenis met die
boekenkist?
Niets luit’ I
Niets? Niets? Nou zeg, jQ bent
me ook geen licht.
Heb je welderis... laten we zeg
gen... heb je welderis van Victor
Hugo gehoord
Nooit luit’.
Ken je een boek „L’homme, qui
rit”?
Neen luit’.
Ken je de fabels van Laiontalne?
Fabels, lult’
Ja, kerel de fabels van Lafontaine I
Noem er eens een.
Roodkapje, luit’.
De advocaat schoot in den lach en
de kapitein zei me, dat ik kon inruk
ken. Ik zou er wel méér van hooren.
Terug op de copie, wreef ik in
mQn handen en ik verzekerde mQn ka
meraden blQ dat ik over acht maanden
met „bQzonder verlof” konvertrekken.
Maar toen het zoover was, had ik
al gouden strepen op mQn mouwen
en poogde men mQ, gezeten in
1876 III
Wy scille dan des nou ris sjen ho’t de died fen de trije
moedige manljue beleane waerd. Yn de >ledenvergadering< fen
it Dept. Workum fen de Mij. tot Nut van 't Algemeen, dy’t
balden waerd op 22 Juni 76, wier it de.hear" E. Akkeringa, as
Seer, v/d comm. »voor Edelmoedige bedrijven», dy’t for-lach
utbrocht. Ut namme fen de comm. waerd it foarstel dien, om
o?n: Tjeerd Tiemens Brouwer, Albert Tjeerds Buma en Reinder
de Vreeze, in medalje of getugskrift ut to rikken foar itjinge hja
dien hawwe yn de winter fen 1875/76.
Sa 't foarsteld waerd is it oannommen ek.
Yn de Friso fen 21 Febr. 1877 fyn ik in forslach det wy sa
oernimme scille.
>ln de j.l. Donderdagavond gehouden Nutsvergadering met
Dames alhier, had na afloop der verhandeling, de uitreiking
plaats van een getuigschrift aan Tjeerd Tiemens Brouwer, Albert
Buma en Reinder de Vreeze, allen hier woonachtig, voor hun
moedig en menschlievend gedrag, betoond in den winter van
1875/76, door op 29 Januari 1876, bij ijs en mist in zee te gaan
om aan een schip dat naar men vreesde in nood verkeerde zoo
mogelijk hulp te bieden, zonder hierbij eigen voordeel te be
rekenen. De beide eerste waren met hunne vrouwen ter vergadering
aanwezig, de laatste wegens afwezigheid, vertegenwoordigd door
zijn reeds bejaarde moeder. De getuigschriften werden door den
Voorz. van ons Departement, den Heer Westerman Holstijn, met
een zeer gepaste toespraak uitgereikt, waarbij ZEd. wees op de
gevaren die genoemde personen hadden moeten trotseeren en op
zelfopofferende liefde die hen daartoe bewoog, waarom hij hun
een woord van hulde toebracht voor hun moedig en navolgens-
waardig gedrag.»
Sa hat men yn Warkum de helden» eare. En hja hiene it
dübbeld en dwêrs fortsjinne.
Derom ek, haw ik dizze aide skiednis noch ris ophelle, as eare
oan de neitins fen hjarren hwaens nammen wy neamd hawwe.
Lit my dan ta beslüt in wird fen tank bringe, oan hjarren
dy’t üs holpen hawwe oan meidielingen.
Hjirmei scille de fragen dy’t steld binne, wol beandere wêze.
F. f. 't N.
Sneek-Heerenveen
s
HOFSTEDE
SNEEK