AARDSTRALENOF NIET
Zonen
en
Q
I
fa. R. Dikland
BINNEN-ARCHITECTUUR
N. V. Intercommunale Waterleiding
GEBIED LEEUWARDEN.
I
I
lil
L
DE
GAASTRA'S
BOEKHANDEL
ANADESE
39 ERFENIS
G 1MENGD NIEUWS.
I
j
FEUILLETON
»’T
(Wordt vervolgd).
r.
i
W oninginrichtin g
Opgericht in 1875
SNEEK - Grootzand 37 - Telefoon 3121
Wordt ons leven door „aardstra-
len” beïnvloed? Zijn sommige ziek
ten door verplaatsing van bed ot
zitplaats te voorkomen? Zijn asth
ma, kanker, rheumatiek, hartkwa
len en zenuwaandoeningen afhanke
lijk van magnetische storingen in
onze lichaamsgesteldheid?
Al lange tijd verrichten bekende
wichelroedelopers opvallend werk
door onomstotelijk de plaatsen aan
te wijzen, welke schadelijk zijn voor
de gezondheid van mens en dier.
Alhoewel men in medische kringen
nog zéér sceptisch staat tegenover
de resultaten van de vele experi
menten, kan men thans toch de
ogen niet meer sluiten voor alle
goede gevolgen.
En daarom is het nodig èn nut
tig, om de stand van zaken niet
langer te verbloemen, maar volledig
te onthullen.
juiste wijze het verloop en de intensiteit
der straling te bepalen, dan kan daaruit
Romans
Studieboeken
Kerkboeken
Bijbels
Kleurboeken
Oliekrytjes
Plakkaatverf
Penselen
Prentenboeken
Kwartetspelen
Pennen
Potloden
en nog vele andere arti
kelen koopt U voordelig in
<jevertna
c) Uit de kaarten bleek verder, dat oj
vele andere kruisingen geen kanker.?-
vallen bekend waren, zelfs, dat in en
kele huizen, waardoor een zware stra
ling, geen kanker was geweest.
Bij nader onderzoek is aan het licht
gekomen, dat de bedsteden in ’t geval
van ontbreken der ziekte-verschynselen
juist niet in de straling stonden, of b.v.
tussen twee stralen in.
dccz
Bijna 75 jaar het gerenomeerde adres ter plaatse op het gebied van
Stoffeerden] - Behangerij
Meubilering
'e/ieef tyledez/amd
Onweerlegbare bewijzen.
Te Zwolle zijn door de zelfde wichel
roedeloper onder controle van dr. J. J.
Reinking twee ziekenhuizen onderzocht,
waarvan het ene een verontrustende
trombose-frequentie toonde. Mieremet,
hiervan onkundig gelaten, wist niet al
leen het juiste gebouw aan te wijzen,
doch meldde tevens dat twee kamers ei
wel veilig waren, terwijl twee afdelin
gen van het andere, 40 km. ten Noord
oosten van Zwolle, ook gevaarlijk ble
ken. Deze resultaten klopten wonderlijk
wel met de ervaringen der ziekenhuis
leiding
En tijdens het onderzoek van een
school in Den Haag concludeerde dhr.
Mieremet in een klasselokaal,,’t Is
goed dat de onderwijzers veel van klas
Prachtige altaren in
pr{jzen vanaf f 42.—
Mandolines en
Banjo’s vanaf f 36.
Gramophoon platen met sterren
als: Richard Tauber, Beniamino
Gigli, Josef Schmidt
Ook in Klassieke platen
grc^e sortering
al aantrekkelijk grasland en. begaven
zich nooit in de bestraalde delen
Natuurlijk zullen de stralen geen
ziekten veroorzaken. Ook is de ene mens
gevoeliger dan de ander. Maar de ont
wikkeling van allerlei kwalen wordt er
waarschijnlijk wel door beïnvloed en
aanmerkelijk verergerd. De sterkte van
de straling is hier volgens de heer Mie
remet doorslaggevend.
Als het werkelijk waar is, dat vele
vreselijke ziekten voorkomen kunnen
worden door deskundig onderzoek ,van
do bodemgesteldheid, dan mag de weten
schap deze verschijnselen niet langer
negeren!
Te laat
Helaas komt het onderzoek in vele
gevallen wel eens te laat. De toneel
speelster Ali TartaudKlein sliep in ee
kankergevaarlijk kruispunt aan
Schieweg te Rotterdam en in 5 jarer
volbracht de ziekte haar werk. Toen de
wichelroedeloper de „aardstralen” aan
toonde, was een operatie niet meer te
vermijden. De actrice overleed.
En zo kunnen we blijven opsommen.
Ondanks alle sceptische opvattingen
van bepaalde medici en andere geleer
den, zijn de feiten onweerlegbaar vast
gesteld en de resultaten niet meer te
betwisten. Dr. Van Dam vraagt dan ook
terecht: „Nu kan men decreteren, er
zijn geen aardstralen, mij wel, maar dan
vraag ik: wat is er dan wel?”
Die dieren voelen het aan.
Het opvallende is, dat dieren zeer ge
voelig zijn voor de straling. Een gans
versleepte haar eieren net zo lang, tot
zij uit de gevaarlijke zóne kon broeden
(of zou dit dier ook de wetenschap „ge
wetenloos willen bedriegen”??); paar
den graasden alleen op scherp af te ba
kenen gedeelten van een schijnbaar over-
Orgaoiaatie van de
Arbeidsvoorziening in de Landbouw
in 1949.
Tussen de Directie van de Land
bouw van het Ministerie van Land
bouw, Visserij en Voedselvoorziening,
de Stichting voor de Landbouw en
het Rijksarbeidsbui eau is onlangs uit
voerig overleg gepleegd over de or
ganisatie van de arbeidsvoorziening
in de Landouw voor het komende
seizoen Genoemde instanties zijn een-
heen hulp halen, betekende een eindeloze
worsteling door de sneeuw, al ging ze ook
niet verder dan Beautiers huis.
Dat kon niet. Ze moest het alleen zien
op te knappen, totdat de storm luwde.
Drie dagen lag Eric zo. Drie dagen van
eindeloze angst, van verwoestende wan
hoop en v*n smeulende hoop. De storm
had nog een volle dag geduurd en in de
ochtend daarop was het haar eerst mo
gelijk geweest door de losse sneeuw, die
op sommige plaatsen twee meter hoog op
gestoven lag, het huis van Beautier te be
reiken.
„Normaal gesproken,” zei de dokter
later, „had hij dood moeten zijn; hij was
zo goed als leeggebloed. En dat in een
sneeuwstorm! Ik begrijp nog niet, hoe hij
het overleefd heeft.”
Maar Eric overleefde de beproeving. Heel
geleidelijk kwamen kracht en kleur terug.
Arbeidsregisters
Chauffeursregisters
Notulenboeken
Dictaatcahiers
Notitieboekjes
Kantoorboeken
Briefordners
Perforators
Dossiermappen
Combinatiemappen
Dozen Post
Schrijfmappen
Blokken Schrijfpapier
Prima Enveloppen
Diverse Inkten
Kleefpasta
De wetenschap staat voor een raadsel
AANGESLOTENEN OP HET NET VAN DE
Ook Uw hulp is nodig om dit jaar stagnatie in
de watervoorziening te voorkomen!
Wij stellen alles in het werk om onze capaci
teit te verhogen en aan te passen aan de toe
genomen behoefte aan leidingwater, beperkt gij
Uw waterverbruik vooral op Maandagen en Za
terdagen. Indien gij allen meewerkt zullen
nadelige gevolgen van het tijdelijk tekort aan
capaciteit kunnen worden vermeden.
De Directie van de
N.V. Intercommunale Waterleiding, Gebied Leeuwarden.
geschoolde wichelroedelopers. Schijn
baar on geneeslijk zieke mensen voelden
verbetering, zodra zij zich uit een aan
getoonde straling verwijderd hielden.
En van enige suggestie kon absoluut
geen sprake zjjn, waar het soms kleine
kinderen of ziekgeworden vee betrof,
dat toch van aardstralen zeker geen be
grip heeft.
„Uw arbeid is met geen goud te be
talen!” zei de Nederlandse gezant te
Parijs, jhr. dr. J. Loudon tegen één der
wichelroedelopers.
De vracht was slordig geladen; de slee
zag eruit, alsof de paarden midden onder
het werk weggelopen waren. Met één oog
opslag had ze gezien, dat het span stuur
loos naar de boerderij was komen lopen.
Een rommelige hoop dekens scheen onder
een vracht sneeuw midden op de slee te
liggen. Waar was Eric? Wat was er ge
beurd? Toen zag ze de vorm van een laars
onder de sneeuw en nu eerst begreep ze,
dat die hoop rommel Eric was, die haar
daar door de paarden werd thuisgebracht.
Met starre ogen en krampende handen
woelde ze met haar wanten door de be
sneeuwde massa en vond Erics gezicht,
lijkwit, met de verraderlijke, nog wittere
plekken op neus, oren en wangen, waar
het vlees bevroren was. Haar eerste bewe
ging was Eriè van de slee af te beuren en
in de schuur te dragen, buiten de storm,
zo gauw mogelijk. Maar onmiddellijk be
sefte ze, dat ze hem dan niet meer naar
huis kon krijgen. Ze pakte Turk bij de kop
en sleurde het span achter zich aan, dat
onwillig volgde, nu het van de vertrouwde
schuur werd weggeleid. Met de snijdende
wind dwars op de slee, sjorde Evelyn, bijna
huilend over de langzaamheid van de paar
den, aan de bitten van de dieren, totdat
ze eindelijk bij het huis kwam. Ze had ge
dacht er nooit meer door te zullen komen,
maar daar was eindelijk de deur!
Ze sleepte meer dan ze droeg het ge
kromde en verstijfde lichaam van de slee
en legde het eerst in de keuken. Maar dan
trok ze hem verder naar de slaapkamer,
die niet verwarmd was, want ze herinner
de zich, dat bevroren mensen nooit dadelijk
In de warmte gebracht mogen worden. Ze
werkte systematisch, bijna mechanisch. Het
was, of alle gevoel uit haar weggetrokken
was. Ze wist alleen, dat Eric waarschijnlijk
dood was. Het gezicht was zo strak en
geel, met de scherp witte vorstvlekken, dat
het vrijwel niet anders mogelijk was. Wat
kon ze doen? Niet anders dan hem binnen
brengen. Ze boog zich over hem heen. Geen
ademhaling kon ze waarnemen; de ogen
waren bijna dicht. Zou ze hem zijn dikke
jassen uittrekken? En op een bed leg
gen?
Maar eerst de paarden! Die stonden nog
In de sneeuw. Ze zouden daar ook dood-
vriezen! Ze liet de deur van de slaapka
mer naar de keuken open, zodat de warm
te er geleidelijk in kon trekken en bracht,
zo vlug ze kon, het span naar de schuur.
Een kwartier later was ze terug.
Nu zag ze pas, dat Eric gewond moest
zijn. Een plasje gesmolten sneeuw aan
zijn voeten was rood gekleurd. Een nieu
we angst sloeg in haar op. Gewond! Maar
de flauwste echo van een harteklop was
niet te horen.
Ze wendde zich van armen en gezicht
weer naar het gewonde been. Met een
lange slag begon ze te wrijven.en stop
te weer even snel. Vergiste ze zich of trok
het been onder haar handen? Ze keek
naar de voet, ze keek naar het gezicht,
dat nog even onbewogen was, ze keek weer
naar het been, naar de wondPlotse
ling zag ze, dat er iets roods uit de diepe
snede druppelde; de wond was begon
nen te bloeden.
Vreugde en angst vermengden zich. Nu
wist ze zeker, dat hij nog leefde, maar zou
hij niet tegelijk doodbloeden? Het bloe
den zette echter niet door. Was het mis
schien zijn laatste beetje leven geweest,
dat daar wegvloeide? En zij zat hier
machteloos. Machteloos! In vertwijfeling
kneep ze haar handen ineen. Kon ze maar
een dokter bereiken. Met een transfusie
was hij misschien te redden. Haar bloed
kon hem er weer bovenop helpen. Maar
hier zat ze, geïsoleerd in de storm en
het leven ebde weg. Het leven, dat nog
slechts een flauwe trilling was
Ze kroop naar de andere kant van het
lichaam en nam het hoofd in haar schoot.
Zacht streelde ze over het klamme haar.
„Arme jongen, arme, arme jongen.” An
ders kon ze niet zeggen, iets anders kwam
haar niet in de gedachten. Iets anders was
ook niet nodig; wie hoorde het? Hij niet!
Niemand! Zij alleen en ze hoorde zichzelf
niet. Zacht ging ze verder het bleke
hoofd, dat in de warmte van haar schoot
lag, te strelen. Tranen liepen langs haar
wangen, zonder dat ze zelf merkte, dat ze
huilde.
Toen trok even een der oogleden en een
zacht gekreun kwam uit het slappe
lichaam en eerst daarop brak Evelyns
wanhoop in heftige snikken naar buiten.
Eerst toen er weer hoop was, voelde ze,
hoe wanhopig ze was geweest.
De warmte van haar lichaam had zijn
weg gevonden door Erics bevroren lijf en
langzaam kwam hij bij. Heel langzaam
en heel kleintjes kwam het leven terug.
En Evelyn koesterde zijn hoofd tegen zich
aan, alsof ze zo het leven terug wou lok
ken in zijn verlamde spieren. Ze dorst
haast niet op te staan uit angst, dat hij
weer in zou storten. Ze had het gevoel,
alsof met haar het leven weer van hem
wijken zou. En toch was het noodzakelijk,
dat ze opstond; ze moest hem toch ver
der verzorgen. Voorzichtig legde ze het
hoofd terug van haar schoot in het kus
sen, met eindeloze voorzorgen, als iemand,
die een slapend kind in bed legt.
Even later was ze in de keuken en hing
dekens om het fornuis. Nu moest hij in
een warm bed en dan zou ze proberen hulp
te krijgen. Hulp moest er komen: een dok
ter! Maar waar vandaan? Met deze storm
was het even onmogelijk, dat er iemand
naar de boerderij toekwam, als het voor
haar onmogelijk was hulp te gaan halen.
Ze kon Eric ook niet uren lang alleen laten
liggen. Urenlang, want door een storm
„Misdadig bedrog” schreef nog niet
zo lang geleden de Haagsche Post, en
„minderwaardige praktijken” noemde
dr. Berthold Stokvis het zoeken naar
aardstralen in De Telegraaf (12 Nov.
’35). Niemand minder dan dr. L. Heyer-
mans sprak van „kwakzalverij”. Dr.
Tenhaeff waarschuwde tegen „fantas
ten” en „gewetenloze bedriegers”, waar
van de praktijken „in studie zijn geno
men”. Welnu, die studie envele
andere onderzoekingen hebben thans
wel uitgemaakt dat er voor dergelijkt
grote woorden geen plaats is.
Natuurlijk schuilt er kaf onder het
koren, maar wat er van bonafide wichel
roedelopers bekend werd, is wel zc
doorslaggevend, dat grote geleerden van
naam openlijk de waarde van dit werk
moesten erkennen. De uitslag van proef
nemingen onder hun leiding moest ten
slotte de laatste twijfel wegnemen.
Het blijkt, dat een geschoolde en ge
oefende wichelroedeloper precies bepa
len kan, op welke plekken bijvoorbeeld
kanker niet, en op welke deze vrese
lijke ziekte w 1 voor kan komen. Met
andere woorden, wanneer de roedelope
te hulp wordt geroepen, zou de ziekti
in vele gevallen voorkomen kunnen wor
den of bij bepaalde personen niet be
hoeven te bestaan.
’t Gaat om de sterkte
der stralen.
Prof. Lakhofski neemt aan, dat span
ningsverschillen in het magnetisch veld
der aarde de oorzaak zijn van ziekte
verschijnselen. De taak van de wichel
roedeloper, die schadelijke invloeden op
menselijk en dierlijk leven vorkomen wil.
bestaat dus uit het opsporen van de
stralen, die door deze spanningsverschil
len ontstaan. Daarbij fungeert de wichel
roede als antenne en het lichaam vf
degene die haar hanteert als ontvang
toestel. Weet de roedeloper nu op de
tegelijk een nieuwe hoop, want ze wist, dat
dode mensen niet bloeden. Die gedachte
werd echter onmiddellijk weer doorkruist
door de tegenwerping, dat het best sneeuw
kon zijn, die reeds veel eerder met bloed
doordrenkt was en dat het dus helemaal
niet zeker was, dat de wond nog bloedde.
Intussen was ze bij het lichaam neerge
knield en begonnen de stijve natte kleren
los te maken. Het gezicht was nog even
kleurloos, als toen ze hem pas neergelegd
had. Zou hij werkelijk dood zijn? Plotse
ling liet ze de jas los, die ze bezig was los
te knopen, stond op en haalde het spie
geltje uit de keuken. Ze had zich herin
nerd, hoe jaren geleden de wijkverpleeg
ster een spiegeltje voor mond en neus van
haar grootmoeder gehouden had, toen die
gestorven was. Als ze nog leefde, zou er
een aanslag van waterdamp op het glas
gekomen zijn, had de zuster gezegd.
Ze hield het spiegeltje voor Erics ge
zicht. Eén tel, twee tellengeen
aanslag! Dood? Dood!
Toen snikte ze ’t uit, tegen de rand van
het bed geleund. Dat hij nu zó moest om
komen! De ellende overweldigde haar,
maar dadelijk weigerde ze te geloven, dat
Eric werkelijk dood was.
Had ze de proef wel goed gedaan en was
het wel afdoende? Ze vermande zich
weer. Haastig maakte ze verder zijn goed
los. Alle warmte was nog niet geweken.
Nu legde ze een kussen onder het hoofd
en pakte weer de spiegel. Ze durfde bijna
niet; met trillende handen bracht ze
dan het armelijke stukje spiegelglas naar
het dode gezicht. Toen drukte ze het plot-
selijk tegen mond en neus aan.
Ze zuchtte hard op; een flauw grijs
waas van nauwelijk enige vierkanten cen
timeters oppervlakte was ontstaan op de
plaats, waar de neus het glas geraakt had.
„Hij leeft.... hij leeft nog!”
Met koortsachtige vingers trok ze hem
nu verder het dikke goed uit. Waar zou
de wond zitten? Wat zou er gebeurd zijn?
Daar vond ze de gespleten laars, waarvan
nu hele brokken halfgesmolten sneeuw
met bloed vermengd afvielen. Nu vond ze
ook de plaats, waar het been afgebonden
was. Met het broodmes sneed ze de reep
deken door, waarmee de stok vastgeklemd
zat. Zou ze die laars uit kunnen trekken?
Te gevaarlijk misschien, de wond kon
wel weer eens gaan bloeden. Voorzichtig
sneed en knipte ze het gummi weg, tot ze
eindelijk de dikke zool van de voet kon
lichten.
Wat moest ze nu doen? Ze had geen
telefoon. En door deze sneeuwstorm heen
hulp halen was uitgesloten. Met sneeuw
wrijven had ze altijd horen aanprijzen als
middel tegen bevriezen. Vlug schepte ze
buiten een emmer sneeuw en begon eerst
het been en laten armen en gezicht te
wrijven.... maar geen warmte keerde
terug in het lichaam, dat nu wel slap was
geworden. Zou ze zich toch vergist heb
ben? Ze trachtte de pols te voelen, maar
kon geen hartslag waarnemen. Ze ging met
haar hoofd op zijn borst liggen, maar ook
stemmig tot de conclusie gekomen,
dat de desbetreffende regeling van
1 Maart 1948 dient te worden gehand
haafd.
Evenals vorige jaar moeten land
bouwers aanvragen voor oogsthulp
indienen bij de plaatselyke commissies
van de Stichting voor de Landbouw.
Om voor oogsthulp in aanmerking te
komen, dienen de betiokken bedry-
van, zoals reeds is aangekondigd.de
beschikking te hebben over een re-*
delijke vaste kern van arbeiders, dit
ter beoordeling van genoemde com
missies. Wanneer een dergelyke kern
ontbreekt, zullen, behoudens in ge
val van oyermach, aanvragen worden
afgewezen.
Voortszal de betrokken ondernemer
een verantwoord bouwplan moeten
hebben, bij de opstelling waarvan
hij mede aandacht dient te schenken
aan de mogelijkheden, die de arbeids
voorziening biedt.
Handel in opfok- en fokzeugen.
Met ingang van 11 April a.s. zal
op de voornaamste veemarkten de
handel in opfok- en fokzeugen wor
den toegelaten. Bij koop en verkoop
van opfok- en fokzeugen blijven aan-
koopvergunningen voorgeschreven,
terwijl het vervoer moet zijn gedekt
door een geleidebiijet.
De voor het vervoer naar de markt
vereiste geleidebiljetten moeten bij
de plaatselijke bureauhouders worden
aangevj-aagd.Demarktadministratie’s
zullen geleidebiljetten afgeven voor
het vervoer van de markt af.
De plaatselijke bureauhouders ver
strekken nadere inlichtingen voor
welke markten geleidebiljetten kun
nen worden verstrekt.
Met ingang van l April zal het
zijn toegestaan lichtreclames te bran
den voor zover deze dienen voor de
aanduiding van de naam van het be
drijf waar >p deze reclame ie aange
bracht. Het verlichten van reclame-
slagzinnen e.d. is dus niettoegestaan,
evenmin als de naamsverlichting op
andere panden dan die waarin het
bedrijf is gevestigd.
vormsseèen, wam indien er hies* iemand
lang was, zou hij asthma kunnen kry-
gen”. De heer Kamp, hoofd van de
Prins Mauritsschool moest bekennen,
dat in dat lokaal al 8 jaar de zelfde on
derwijzer stond, dienu vijf jaar aan
asthma leed!
Ontelbaar zijn de verbluffende voor
beelden uit de praktijk der (en dit zeg-
afgeleid worden welke plaatsen onscha- gen wij er nadrukkelijk bijbonafide en
delijk, zwak schadelijk, gevaarlijk of
zeer gevaarlijk zyn.
Een belangrijke proefneming is ver
richt door dr. J. van Dam te Rauwerd,
die zijn gehele leven aan de studie der
kankerbestrijding wijdde. Onder scherpe
controle moest de wichelroedeloper J. G.
Mieremet in enkele dorpen een onder
zoek naar de aardstralen instellen.
Tevoren waren alle woningen en de
daarin voorgekomen en voorkomend
ziektegevallen over een verloop van 50
jaren in kaart gebracht. Mieremet wa
onkundig gelaten van de plaats der
proefnemingen, (kwam niet in de ge
legenheid iemand anders dan de aan
wezige geneesheren of getuigen te spre
ken, en diende zich aan vele beperkende
voorwaarden te houden.
Desondanks bleek overtuigend uit de
uitslag der onderzoekingen met de wi
chelroede (en wij citeren hier het offi-
ciël rapport)
a) kankergevallen kwamen nagenoeg
uitsluitend voor in de door dhr. Miere
met als bestraald aangegeven huizen
Door deze huizen liepen zware stralen
of kruisingen van stralen.
b) Van de 64 woningen waren er 46
zwaar bestraald. Op een zware straal ir
een dorp, die door 8 woningen liep, kwa
men 7 kankergevallen voor. In een an
der zestal woningen liep de zware be
straling juist over de bedden van de pa
tiënten. Alle stierxen aan kanker.
„Nee,” zei Evelyn, „ik verkoop niet!”
Een donkere blos trok over Edmonds ge
zicht, een nijdige trek langs zijn neus. Dan
gooide hij het hoofd achterover en brieste
woedend los.
„Ben jij.... ben jij gek geworden? Zeg
je me dat nu pas? Laat je me daarvoor
een hele winter verknoeien? Waar moet
ik nu zo gauw een andere boerderij vin
den? Maar dat gaat niet, dat néém ik
niet! Hoor je! De boerderij is verkocht en
daar hou ik me aan!” Hij schreeuwde nu,
maar het meisje tegenover hem schudde
slechts halsstarrig het hoofd en herhaal
de: „Ik verkoop niet!”
Edmond was buiten zichzelf. Nog niet
eens zozeer om het verlies van de boerde
rij, als om de onafwendbaarheid, waar
mee hij deze weigering had voelen aanko
men. Sinds Eric uit het westen was terug
gekomen, had Edmond geweten, dat hij
de boerderij niet zou krijgen en hij had
zich aan Evelyns toezegging vastgeklampt,
terwijl hij in zijn binnenste niet geloofde,
dat ze hem werkelijk ooit het land zou af-
staan. Juist daarom had hij al die node
loze opmetlngen op het land gedaan, om
te laten zien, dat hij op het land rekende, I
ondanks Erics terugkomst. Dat was om
zijn eigen gevoel van onzekerheid te over
winnen. En nu moest hij eindelijk toe- 1
geven, dat hij verloren had; hij moest toe- I
zien, dat een wilde zwerver als die Zweed I
deze boerderij kreeg, die voor hem geknipt
was. Voor zo’n fantast moesten hij en
Kate ergens anders heen trekken en al de
gehechtheid van de boer aan de grond,
waar hij woont, verzette zich tegen zo’n
verhuizing. Dit land, dat hij kende, was
zekerheid; wat daar bulten lag was Iets
vijandigs, Iets vreemds. iets, waartegen
je je verdedigen moest, maar waar je je
niet zonder de hoogste noodzaak in
waagde.
F
een
SPECIALE INRICHTING
voor Piano* en Orgel
stemmen en repareren.
EERSTE KLAS WERK
HUIS MET DE NOTENBALK’.
SNEEK, Telef. 227P
VtR X O i JGBAAB BU
Gaastra’s Boekh.
ReclameverlichtiDg
op beperkte schaal toegestaan.