WORKUMER KRANT
Nieuws- en Advertentieblad voor de gemeenten Workum, Hindeloopen
en Zuidwesthoek van Friesland
IJEME DE BOER, Autoverhuur
met en zonder chauffeur
De Nacht als Bron
BEL 170
S.V.W. AGENDA
van Inspiratie
Zaterdag 12 Februari 1955
No. 6
78ste Jaargang
vereenigen, als iij er in voorzien.
de
waartoe algemeen het verlangen te kennen wordt gegeven. Het ontwerp
FRISO.
HET LAATSTE BOEK
TER WERELD
Algemeen wordt daartoe besloten.
De Voorz. herinnert dat er gesproken is, over een afstand van 200 en
een van 300 M. en verzoekt voorsteller te verklaren of hij een afstand van
200 dan wel van 300 M., wenscht te bepalen.
De heer T. S. Visser zou de afstand wel op 300 M wenschen bepaald
te zien. De heer Tjebbes tot 200 M.
Algemeen goedgekeurd."
Hé, hé, dat hat in hiel krewei west om der üt to kommen, Ja, wy
laeitsje nou miskien om al de beswieren dy’t men doe ütere. Litte wy net
forjitte, in stomboat en it spoar wiene yn dy tiid, einlings mar ófgryslike
mQnsters.
Nije wike fierder
is zoo opgemaakt maar het is voor verbetering vatbaar en spr. stelt voor
om een afstand te bepalen.
De Voorz. brengt het voorstel van de hr. Tjebbes in rondvraag, om
die wijziging in de concept verordening aan te brengen.
Fryske Brief LXXXI.
FAN TREKSKIP TA STOMBOAT
Wy sille nou de „Prins van Oranje” to‘n earsten mar mei rêst litte
en ris sjen hwat der nou yn de Warkumer Ried oer de stomboaten
bisprutsen wurdt. En dan nimme wy foar üs„Verslag Raadsver
gadering van Workum dd. 29 November 1877.
Punt 7. Aanbieding eener verordening op het in-, uit- en doorvaren
van Stoombooten.
Ook dit concept wordt voorgelezen, waarna de Voorz vraagt of men
er zich mee verenigen kan.
De heer Potma heeft opgemerkt, dat alleen bij het afvaren van
stoombooten verboden is een fluitsignaal te geven, wanneer er zich een
paard op den trekweg bevindt. Maar als een stoomboot in de vaart is en
een rijtuig passeert den trekweg, dan dient het ook verboden te zyn fluit
signalen te geven.
De Voorz. antwoordt te veronderstellen, wanneer hh. Ged. Staten
concessie verlenen voor stoombootdiensten, bij zoo danige gunstige be
schikking ook wel de noodige bepalingen zullen stellen, aangezien het
vaarwater hier voor stoomboten geschikt, provinciaal vaarwater is.
De heer Potma merkt op, dat in de conceptverordening, toch over
de stoomfluit gesproken wordt.
De secretaris leest nog eens het betrekkelijk art. waarbij voorge
schreven wordt, dat bij het afvaren en aankomen \an stoombooten geene
signalen mogen gegeven worden, wanneer er zich een paard op den
trekweg bevindt.
De heer T. S. Visser vraagt, of dat niet teveel gevorderd is, om het
geven van sigüalen te verbieden „wanneer er zich een paard op den
trekweg bevindt", en spreker vraagt, of het niet beter is om een afstand
te bepalen.
De Voorz. vraagt of nog iemand het woord verlangt.
De heer Bijlsma wenscht deze wijziging in de verordening, dat er
een afstand wordt bepaald.
De heer Potma acht het nodig, dat als rijtuigen den trekweg passeeren,
de stoombooten geene signalen mogen laten hooren.
De Voorz. betwijlelt of de raad dat wel bepalen kan.
De heer T. S. Visser betwijfelt nog meer of de raad bevoegd is dat
fluiten te verbieden als er een paard op den trekweg is, dat dit doelt op
den geheelen trekweg.
De Voorz. verwacht, als Ged. Staten concessie verleenen voor eene
stoomboot, zij dan tevens wel de noodige instructies zullen geven hoedanig
gehandeld moet worden. Als het er op aan komt, dan heeft de verordening
geen verder regt dan tot de grenzen der gemeente. Spreker had de
uitdrukking anders liever niet gebezigd, maar hij wenscht de zaak verder
aan heeren Ged. Staten over te laten.
De heer Dijkstra kan, als bh. Ged. het goedkeuren, zich er mede
vereenigen, nJs zij er in voorzien.
De heer T. S. Visser vraagt of het niet het eenvoudigst is om te be
palen, op een afstand van 200 of 300 meter. Dat acht spreker beter, dan
dat er geen paard op den geheelen trekweg mag zijn, zonder dat de
stoomfluit verboden is.
De heer Tjebbes stelt voor, om het art. zoodanig te wijzigen, als
Vsrtfcbijnf eatafnlal ptir Wik
Uitgave
t
uur
KERKDIENSTEN
voor
uur
uur
van
en
Leesdienst.
BURGERLIJKE STAND
Gemeente Workum
Van 4 t>t en met 10 Februari 1955.
een
dat boek, met
ANTHONY VAN KAMPEN
PLaaTSELIJK NIEUWS
Advertentietarief: 7 cent per m.m.
Advertentie» van buiten Friesland 9 ct. per m,m;
Contracten volgens algemene regeling
Administratie 45
Postrekening 82259
Getrost das Leben schreitet
Zum ew’gen Leben hin
Von innrer Glut geweitet
Verklart sich unser Sinn.
Het
veel
NOARD D 61
Abonnomentsprii*: f 1.15 per kwartaal
per post f 2.50 per halfjaar
van: Fa. T. GAASTRA Bz.
Boekhandel en Drukkerij, Worknm
Ook Uw adres
voor grote en
kleinere ritten
Van verslagen, berichten enz. gaarne
spoedige opgaaf!
Inzending van advertenties uiterlijk
Donderdagsmorgens, familieberichten desnoods
Vrgdagsmorgens voor 10 uur
Ferdinand Nauta en
Luitzen Stellingwerf!
z
Vertrek 3 uur
Vertrek 3 uur
3
Senioren:
Nijland 1Workum 1
O.N.S. 2Workum 2
Oeverzwaluwen 2Workum
Vertrek 2.15 uur per fiets
Junioren:
Bolswardia 1 AWorkum 1 A
Vertrek per fiets om twee
O.N.S. 2 AWorkum 2 A
Vertrek per trein om 1.40 uur
En de nacht symboliseert de Eeuwigheid:
Nur eine Nacht der Wonne
Ein ewiges Gedicht
Und unser aller Sonne
1st Gottes Angesicht.
Alphons Diepenbroek, evenals Novalis een
groot bewonderaar van de antieke en katho
lieke cultuur, heeft twee van deze „Hymnen
an die Nacht” en wel de laatste op muziek
gezet. In 1899 kwam de Opstandingshytnne
gereed. Zij werd opgedragen aan de be
kende sopraan Mevr. NoordewierReddingius,
die er de eerste vertolkster van was. In
hoge mate lyrisch, wekt deze Hymne reminis
centies op aan de nachtmuziek uit „Tri tian”
van Wagner, ofschoon Diepenbroek minder
uitbundig is dan de Duitse componist.
Het schijnt overigens wel alsof met de uit
vinding van het electrisch licht do invloed
van de nacht op dichters en componisten ge
heel verdwenen is. Althans in de moderne
poëzie wordt hij niet meer bezongen, terwijl
sok de hedendaagse muziek aan zijn bekoring
voorbij gaat. Hetgeen de naar schoonheid en
bezinning hunkerende mens tot weemoed
stemt.
Geboren: Dirk, zv
Lijntje Bijl; Jacob, zv
en Jantje van Dijk; Sjoerd en Japke,
en dv Tjitze Huitema en Feikje Haitsma.
Gehuwd: Geen.
Overleden: Engel Haitsma, 90 jr, wed. van
Marten Hijlkema, eerder van: Jentje Smits;
Elisabeth Rijptna, 80 jaar.
JAARVERG. PATRIMONIUM”
9 Febr. ’55. Hedenavond hield de
Geief. Mannenvereniging Patrimonium” met
de dames haar feestelijke jaarvergadering.
De voorzitter, de heer IJ. van der Heide
kon na de gebruikelijke opening een feestelijk
programma laten gifwerken dat voor „elck
wat wils” bood.
De verslagen van secretaris en zpenning-
meestef getuigden van een opgewekt vereni
gingsleven. De heer R. de Groot hield
referaat over het boek Richteren.
De avond werd verder gevuld met decla
matie, samenspraak en spraakwaterval „wie
doet het uit de doeken”, ballonblazen enz.
Het was reeds tegen twaalven toen deze
goedgeslaagde feestavond met dankgebed werd
gesloten.
BIJ ALLE VERKEER:
Uw spullen in orde, maar oplettendheid
en voorkomendheid al evenzeer nodig!
De minister van Justitie heeft in verband
®et het toenemende aantal verkeersovertredin
gen aan rijks, en gemeentepolitie over het
gehele land opdracht gegeven om binnenkort
een verscherpte controle uit te oefenen op
op de naleving der verkeersvoorschriften.
Maar in het bijzonder zal gelet worden op
de verlichting van alle rijdend verkeer, dus
zowel van auto’s, motorrijwielen, motorcar
riers, als van bromfietsen, rijw.e en, bespan
nen en onbespannen wagens. Speciale aandacht
zal hierbij gewijd worden aan de voor- en
achterverlichting, stand van de koplichten,
de stoplichten en reflectoren en of bij het
voeren van gedimde kop.ichten beide kop ich-
ten gedimd worden.
De politie is geïnstrueerd om niet meer met
een waarschuwing te volstaan, maar aanstonds
bij het constateren der overtredingen proces
verbaal op te maken.
In aansluiting op deze verscherpte verkeers
controle heeft Garage Speerstra a hier voor
a.s. Maandagavond de ge egenheii opengesteld
om de verlichting geheel volgens de eisen in
orde te laten brengen, zodanig dat een en
ander van e«n rijk»m»rk kan worden voorzien.
uur ds D.
Het gebeurde een kleine twee jaar geleden,
op de top der wereld, niet zo heel ver
van de Noordpool af. Een bekend Nederlands
radio.reporter en ik hadden, na een einde
loos lange reis langs de Westkust van Groen
land, de allerlaatste, meest Noordelijke
plaats ter wereld bereikt, waar nog menselijk
le'en voorkwam: Thule. Thule, een ultra-
kleine nederzetting van Eskimo’s, wier enige
wens was, zo weinig mogelijk contact met de
buitenwereld (dat wil zeggen: met de wereld
der blanken )te hebben. Deze Eskimo’s ver
kozen een leven in hun Stenen Tijdperk vérre
boven dat, hetwelk samenhing met a’le wer
kelijke of vermeende zegeningen van de Twin
tigste Eeuw.
Op Thule deden we een paar wonderlijke
ontdekkingen, en een ervan was het vinden
van het laatste boek ter aarde. Ik vond
het in een der verlaten igloo’s, turf.hutjes,
van d« stam. Die stam was er overigens niet
«M«r. Hij wm gevluiht toen de Amerikaans»
UITVOERING EXCELSIOR”
Op Dinsdagavond 8 Febr. hield de
Chr. Gymnastiekvereniging „Excelsior” haar
jaarlijkse uitvoering op de bovenzaal van
hotel ,,De Wijnberg”.
De overbezette zaal getuigde van een grote
belangstelling.
Na een massale opmars van alle gymnasten
opende de heer M. Vrij deze bijeenkomst.
Hierna kreeg de heer Canrinus gelegenheid
z’n programma af te werken. Zijn correcte
vlotte manier van leiding geven, verdient
zeker een pluim.
Algemeen was men van oordeel dat er in
het afgelopen jaar flink was aangeleerd.
„Excelsior” deed zijn naam eer aan.
De .wisselbeker ’55 viel ten deel aan de
meisjesgroep, die met de oefening „kleine
hoepels” het mooiste geheel vormde.
Het programma werd op een uitstekende
manier afgewisseld door het bekende Wor-
kumer muziekgezelschap „The Rangers”.
Het was al bijna 12 uur, toen na een
kort slotwoord nog gemeenschappelijk werd
gezongen. De heer I. de Boer ging voor in
dankgebed.
De avond kan als zeer geslaagd worden be-
whouwj.
en nam.
Telefoon Redactie en
luchtmacht z’n beroemde „Operation Blue
Jay” inzette, die resulteerde in de vestiging
van een mammoet-vliegbasis op de plaats van
de E kimo-nederzetting, Der© geweldige onder
neming, in allure te vergelijken met de lan
ding in Normandië door de geallieerden in de
tweede wereldoorlog, had tot gevolg dat de
Zeehonden, de walrussen, de beren, de witte
en blauwe poolvossen en de vogels vluchtten.
Ze verkozen niet te leven in een wereld
van lawaai, stank en afval. Ze zochten een
nóg Noordelijker plaats op om te leven. En
de Eskimo’s volgden hen, omdat ze zonder die
Zeehonden, walrussen enz. niet konden be
staan. Teen wij te Thule aankwamen, vonden
we daar slechts enkele achtergebleven Eski
mo’s. Wat heel oude en enkele heel jonge.
Ze zouden later met sleden gehaald worden
en ook Noordelijker verdwijnen.
Ik bezocht die verlaten igloo’s van
’s-werelds laatste nederzetting. Veel bijzonders
vond ik er niet in: wat skeletdelen van rob
ben en walvissen, kapot huisraad (gemaakt uit
diezelfde skeletdelen), pelzen en huiden, die
niet de moeite waard geweest waren om mee
te nemen tijdens de moeizame exodus naar de
top der wereld. Maar ineens vond ik iets,
dat me meer ontroerde dan al die andere,
oude, waardeloze, vergane dingen samen: dat
boek.
Het was geen groot boek. Het bevatte maar
een pagina of zestig, zeventig. En iedere
bladzijde droeg de sporen van een té veel
vuldig gebruik. Er waren gescheurde en door
vocht ingevreten pagina’s. Het was een oud,
smerig, opgebruikt boekje, dat geen enkele
waarde meer bezat.
Ik raapte het op
afval en
WORKUM. De heer Chr. Zwart, onder
wijzer aan de Bijz. U.l.o.-school alhier, is
met ingang van Mei a.s.. benoemd aan een
z»lfd« ond*rwijsiuri»htiag te Utreeht.
Dag en nacht, licht en duisternis, beide
zijn ontelbare malen door dichters en com
ponisten bezongen. Er zijn kunstenaars die
zich in hun werken het meest tot de dag
voelen aangetrokken, er zijn er daarentegen
ook wier oeuvre aan de nacht is gewijd..
De tegenstelling van licht en duisternis vormt
eveneens de grondslag van menige religie,
ofschoon het hier in feite om de overwinning
van het licht op de duisternis gaat, zoals
de Oud-Perzische godsdienst ons reeds leert.
Bij de kunstenaars ligt de waardering voor
d» Inacht echter op een geheel ander vlak,
zijn wezen vervult hem vaak met een diepe,
weemoed, waarin bij sommigen een mystieke
klank te beluisteren valt. Het tijdperk der
Romantiek inzonderheid was vruchtbaar aan
Verheerlijkers van de nacht en dan in ’t
bijzonder van zijn Symbool de maan. Zelfs
Goethe, wiens ganse leven toch één wor
steling om licht was, heeft in zijn „Faust”
de piaan niet verloochend. Bij de toonkunste
naars treft men vaak een even grote voor
keur voor de nacht aan als bij de dichters.
Men denke in dit verband slechts aan Richard
Wagner, die in zijn opera „Tristan” de
nacht verre boven de dag verkiest.
,,Wonnereich der Nacht” komt hem
begerenswaardiger voor dan do boosaardige
dag.
Toch mene men niet dat de nacht voor
iedere kunstenaar hetzelfde betekent. Het sym
bool is daarvoor te gecomp'i -eerd geworden.
Voor de ee.i zal hij een normaal, natuurlijk
verschijnsel blijven, voor de ander zpl zijn
inhoud tot een tDyStisch-TeligieuS begrip wor
den. Novalis, de grote Duitse romanticus en
schrijver van dat merkwaardige stuk „Die
Christenheit oder Europa”, koestert een war
me Vertrouwelijkheid voor de nacht. In zijn
„Hymnen ap die Nacht” zingt hij: „Moet
steeds do morgen wederkomen? Eindigt nooit
de macht van het aardse? Onzalige werk
zaamheid Verteert het hemelse waas van de
nacht. Nu weet ik, wanneer de laatste morgen
zal zijn wanneer het licht niet meer de
nacht en de liefde verdrijft wanneer de
sluimer eeuwig en slechts één eindeloze
droom zal zijn.” Bevrijdend klinkt het: „De
nacht is de machtige schoot der openbaring”.
Gelijk de dag zijn voleinding vindt in de
nacht, zo is het leven slechts voorspel tot
de dood:
C.H.U. EN C.H.J.G;
9 Februari werd de familie.avond ge
houden, georganiseerd door de afd. Wor
kum der Christelijk Historische Unie en de
Chr. Hist. Jongeren Groep.
Door de heer G. Bakker, voorzitter der
Jeugdgroep, werd deze samenkomst geopend
met Schriftlezing en gebed. Hij kon een goed
aantal bezoekers verwelkomen (alle plaatsen
in „Ons Gebouw” waren bijna bezet). Daar
de yoorzitter, de heer R. H. Jonkman, we
gens lichte griep niet aanwezig kon zijn,
las de secretaris der C.H.U.-afdeling, het
openingswoord dat door de voorzitter
Jonkman voor deze avond was opgesteld
voor en gaf vervolgens het woord aan de
spreker van deze avond: de Weledele Heer
M. Rozendal, thans te Kollum.
Als onderwerp had spreker gekozen: j,Den
Haag meldt Heiigl” Uitvoerig stond spreker
stil bij de „dize” op nationaal en inter
nationaal gebied, de spanningen op po
litiek terrein, de vraagstukken op het ter
rein van 1 andelijk, provinciaal en gemeente
lijk huishouden en de houding die men als
C.H.U, daarbij moet aannemen.
Spreker besloot deze, met gloed uitgespro
ken rede, (door de aanwezigen met grote
interesse en aandacht gevolgd) met het
citeren van Gezang 300, de eerste vier regels.
Na het hartelijk applaus waarmee <de
spreker beloond werd, trad een groep jongeren
voor het voetlicht met het blijspel „Pake”.
Door de aanwezigen is genoten van een
fleurig stuk, dat door deze groep zeer goed
gespeeld werd. Alle spelers vertolkten hun
rollen zeer goed. Het was een echte Pake,
een gedienstige Siebe, een felle Teatske
en bedroefde Bet, terwijl Lies en haar Jan
en Bartling de vrijgezel, er ook allen echt
„in” zaten.
Na gemeenschappelijk zingen werd deze goed
geslaagde avond gesloten met een kort slot-
woerd «u daakgsbed.
Zondag 13 Februari 1955
Wcrkum (R.K.) Voorm. 7.30 uur Vroegmis
10 uur Hoogmis, 's Av. 7.30 uur Lof
(Herv.) Voorm. 9.30 uur ds E. J. Beker
’s Avonds 7.30 uur ds D. J. Spaling,
(Doopsgez.) Voorm. 10 uur mej. da M.
J. van Hamel (extra collecte).
11.30 uur We^thill-Zondagsschool.
(Geref.) Voorm. 9 uur en nam. 2
ds H. C. Endedijk.
(Bapt.) Voorm. 9.30 uur ds G. Visser.
Geen Zondagsschool.
Heidenschap (Herv.) Voorm. 9-30
J. Spaling. Nam. 1.30 uur ds E. J. Beker
Ferwoude (Herv.) Voorm. 9 uur de heer
Lootsma.
Gaast (Herv.) Nam. 1.30 uur ds Wouda
Bolsward.
Hindeloopen (Herv.). Voorm. 9.30
tussen al dat andere
keek erin. Het was een in de
Groenlandse taal overgezette bloemlezing van
sprookjes van Hans Andersen. Het bevatte
de geschiedenis van de kleine zeemeermin
en die van het lelijke jonge eendje; die van
de sneeuwkoningin en van de rode schoen
tjes; die van de nachtegaal en de varkens
hoeder.
Dat boek bezat plaatjes, de originele plaat
jes uit de een of andere Deense editie, denk
ik. Er waren echter met dikke, onhandige
houtskoolstrepen, krassen door al die teke
ningen gemaakt. En waar wat plaats was
overgebleven op die grauwe, gele pagina’s
had het Eskimokind, een jongen of een meisje
dat is niet bekend, zé.f tekeningen gemaakt.
Onbeholpen, primitief, en zonder enig per
spectief.
De nachtegaal was echter duidelijk een ptar
migan, een sneeuwhoen, geworden; de zee
meermin een combinatie van een walrus en
een Eskimo, vrouw, en de rode schoentjes
waren twee kamikken geworden, de bekende
zeehonden-laarzen, zoals alleen de Eskimo’s
die dragen.
Ik heb daar, geloof ik, nogal lang met
dat boekje, dat beslist het laatste ter wereld
was, in m’n handen gestaan. Omdat het zo
aandoénlijk was te beseffen dat kort daarvoor,
in de eindeloos lange Poolnacht, bij het
flakkerend licht van een stinkende traan-
lamp, een kleine Eskimo bezig was geweest
met de schoonste gedachten van Andersen.
Het is mogeajk, dat hij, toen hij die ver
halen schreef, gedacht heeft: misschien zullen
later veel mensen ze lezen. Hij zal beslist
niet gedacht hebben: ook de laatste mensen
ter wereld zullen ze lezen.
Een kind had ze gelezen. Misschien had een
moeder ze voorgelezen, hoewel maar weinig
moeders daar lezen kunnen. Hoe dan ook—
dat kind had zich op z’n eigen manier de
verhalen verbeeld en die verbeelding met
een stuk houtskool, of misschien een sintel,
gestalte gegeven Vele uren van de Poolnacht,
die maanden en maanden duurt, waren voor
dat kind gevuld geweest met die verbeelding.
Het was op die plaats, en op dat moment,
dat ik me dieper dan ooit tevoren reali
seerde wat soms, in bepaalde omstandigheden,
een boék betekent. Dit boekje was naar alle
waarschijnlijkheid het enige stuk speelgoed
van dat kind geweest. In de haast van de
vlucht naar het uiterst Noorden was ver
geten het mee te nemen.
Treurde dat kind nu om
de zelf er bij getekende plaatjes?
We zullen het nooit weten. Ik wist alleen
die dag, dolend langs de verlaten igloo’s der
Noordelijkste stam ter aarde, dat zelfs daar,
ja zélfs daar, het boek vreugde, vertroos
ting en geluk geschonken had. In een harde
wereld, waar iedere vorm van vreugde, ver
troosting en geluk, bij uitstek zeldzame zaken
zijn. We maakten in die tijd dingen mee,
die grootser, sensationeler, wonderlijker wa
ren dan de vondst van dit bijna verteerde
boekje. Maar dat boekje zal ik nooit vergeten.
uur
’s avonds 7.30 uur ds H. do Wolf.
(Doopsgez.) ’s Av. 7.30 uur ds J. T. Nielsen.
(Geref.) Niet ontvangen.
Koudunt (Herv.) Voorm. 9.30 uur en nam. 2
uur ds B. J. Riemersma van Staveren.
(Doopsgez.) ’s Avonds 7.30 uur mej. da
M. J. van Hamel.
Molkwcrum (Herv.) Voorm. 9.3o uur en nam.
2 uur ds W. L. Dekker.
Warns (Herv.) Voorm. 9.30 uur
2 uur ds mr Q. Rovers.
Staveren (Herv.) Voorm. 9.30 uur
’s Avonds 7.30 uur ds B. J. Riemersma.