EN ADI'ERTENTIE-RLAD VOOR DE STA!) EN HET ARRONDISSEMENT SNEER.
NIEUWS-
1848.
Mo. 4.
3de Jaargang.
IVvensdag den 12 Jamt ar ij'
BINNENLAND.
14 A
1
Pieter Eelzes Visser, Gerbcti Seizes VisserKof* zien,
t'ocns-
en de
24’
8f>
49i
dagen i
zonder
Pa-
ik
erd
izes
op-
OO*
in*
van
fop
IS’
Hl
k5A
i al
en
de
r de
ge-
ik
am
ok;
ik
en,
en
ijne
njn
van
nden,
n één
i regel
Using.
-o -, met - .„„v.
an,
ijne
reer
aam
cli
dus
ma-
er*
gc*
ebt
lan*
gc-
ezo
au
:ult
ler
en vrees geslingerd
van den 27 gewacht had namen
bcradene visscherlieden uit het
namen: Taeke Eelzes Visser,
en liüiSonderwljzeres*
Jen
en- I
sen
eef*
pe
on
log*
igte
l’ge-
ar-
■liet
van
;es
zijn
idig
me
den
/oor I
m.)
H
na een
in onze
repatriëren.
liet kan bij deze gelegenheid niet onbelang
rijk zijn, eene beknopte schets van de militaire
des generaaals Cochius mede te dee
rt ike-
p. vl.
han-
36’,
Vlieg.
derstel af, en wierp den daarop staanden water
ketel vooruit op de twee rails welke over een
De water-
hield de
-r jnmgitjMmii^ j-i ieL tg—
nelis Eelzes Visser, Andries Gooitsen Bastra,
Pieter Sjoerds Hiemstra Darmen Klazes de Vries
Eelke Aukes Visser, Wiltje Aukes VissesAarnt
Jans Post en Kornelis Sipkes Visser. Let koene
besluit, hünne redding en den gevaarlijken togt
naar de Engelscbinansplaat te beproeven voor
zien lan eene kleine jol, door vier man gedra
gen? van eenigen leeftogt en middelen om vuur
te kunnen maken voorzien aanvaardden deze
elf moedige mannen, nog in dctizelfden avond
of nacht, den moegelijken en met levensgevaar
vergezelden togt, en het gelukte hun in den
morgen van den 28 dezer de zandplaat te be
reiken, waarop de drie met de kleine sloep van
hel schip vertrokkene matrozen zich bevonden.
Deze ongelukkige schipbreukelingen hadden van
daar drie maal vierentwintig uren vergeefs naar
redding uitgezie» en de moedige visschcrs smaak
ten het onuitsprekelijk genotde drie reeds voor
dood geachte matrozen nog levend te vinden
hoezeer ook in eeneti treurigen toestand, daar
reeds de beide sterksten zoodanig verzwakt wa
ren dat zij slechts enkele stappen konden gaan
terwijl de jongste met bevrozen handen en voe
ten in half bewusteloozen staat ter neder lag.
liet aanleggen van een vuur, de toediening van
een weinig verkwikkends, wekte de uitdooven-
I de levensgeesten weder op; en nadat men zich
verzekerd had, dat er van het gestrandde schip
voor het oogenblik niets te bergen was werd
de terugreis ondernomen en hoewel men ge
noodzaakt was de jongste der schipbreukelingen
bestendig te dragen waren zij toch zoo geluk
kig door inspanning en volharding des avonds
te 7 urenbehouden te Moddergat aau wal te
stappen in het bewustzijn het leven van drie
medemenschen te hebben gered
KOLONIËN.
Volgens particulier berigt uit Batavia van den
27 October 1847 bij de Anisterdamsche Cou~
rant ontvangen, verneemt men, dat de luite-
nant-generaal Cochinskommandant van het 0.
I. leger besloten heeft, met primo Januari) 1848
zijn pensioen te vragen en de terugreis naar het
vaderland in de eerste dagen van die maand per
schip Gertruidakapt. Schaap, te aanvaarden
om, na een onafgebroken verblijf van ruim 31
jaren in onze 0. I. bezittingen voor goed te
SNEEK 11 January. LI. zaturJag voormiddag
ongeveer elf ure, ontstond er brand in de blaailw»
verwurg, even buiten deze stad-aan de trekvaart
naar Leeuwarden gelegen en toebehoorende aan
den heer P. van der Feer Cz. Weldra zag men
de vlammen zich eenen weg door het dak ba
nen, en het stond te duchten daar dit ge
bouw ten Noorden onmiddelyk aan andere ge
bouwen grensde, daar liet vrij stevig waaideen
de plaats hebbende felle vorst zeer belemmerd
voor de goede werking der brandspuiten koude
zijn dat deze uitgebarstene brand belangrijk
nadeel en schade zoude teweegbrengen. Eere
zij echter het personeelaan wiens zorg, bij
ons, het brandwezen is aanbevolen, daar het
aan deszelfs spoedige verschijning, met de be-
noodigde bluschmiddelen op de plaats des on»
geluks, en aan deszelfs beleid beradenheid en
onvermoeide!! ijver mogt gelukken den brand
om een uur nademiddag meester te worden, en
denzelven zoodanig te beteugelen, dat hij geene
andere gebouwen dan het onderwerpelijke maar
dit ook in erge mate, heeft beschadigd. Bij
deze vermelding, kunnen wij niet nalaten nog
in het bijzonder aan te merken, datdoor doel
matig aangewende middelen de brandspuiten
in weerwil der felle koude (zoo men wil 13 gr.
Fahrenheit) geen oogenblik opgehouden hebben
geregeld te werken en dat men vooral het groo-
te nut heeft waargenomen der gom-clastieke
persslangen vervaardigd door de heeren Van
Geuns en Comp. te Haarlem.
Gisteren had alhier eene bijzondere, en
voorzeker de algemeene goedkeuring wegdragen
de liefhebberij op schaatsen plaats. Op eene
onzer binnengrachten, aan het Groolzand na
melijk werd eene hardrijderij gehouden door
leerlingen der Stads Armenschool waartoe 53
jongens, van 12 tot 16 jaren oud, waren toe
gelaten. Baan en alles was behoorlijk ingcrigt,
en, even als bij hardrijderijen van grooteren
omvang, werden orde en regel hier stiptelijk
op het oog gehouden. De prijs bestaande in
eenen nieuwen duffelschen jas en broek, nieu
we pet en schoenen werd behaald door Darm
Boelens; de premie, zijnde eene nieuwe wol
len onderbroek nieuwe borstrok pet en schoe
nen viel ten deel aan Steven Tuinstra; terwijl
aan de daaraan volgende rijders, Gerlof de Wolf
en Hijlkc Osinga ieder een paar nieuwe schoe
nen toegestaan, en aan Sijbout Pasma, oud 12
jaar, om zijne bijzondere bekwaamheid in het
schaatsenrijden door den onderwijzer eene wol
len das geschonken werd.
Na den afloop der hardrijderij die met ee-
nc tusschen pozing van anderhalf uur van ’s mor
gens 10 tot namiddags 4 uur duurde werden
de rijders in de armenschool op eene allezins
gepaste wijze door den onderwijzer toegespro
ken en vervolgens onthaald op warme melk en
koek. Leerlingen der armenschool die geen
deel konden nemen aan den wedloop heeft
men heden verblijd met aan elk een stuk koek
ten geschenke te geven waarvan de kosten ge
vonden werden in de resterende geiden van de
som die tot deze hardrijderij was afgezonderd
geworden, namelijk 70.25 bij in teckening door
eenige kinderlievende ingezetenen bijeengebragt
die wij verzocht zijn, uit naam des onderwij
zers daarvoor bij deze den welmeenendsten
dank te betuigen.
’s GRAVENHAGE5 January. lieden mid
dag is de raad van ministers na de plaats ge
had hebbende ministeriëele veranderingen voor
het eerst vergaderd geweest.
lieden nacht is alhier overleden de heer
M. G. Brorrdg-eestin leven oud griffier bij het
voormalig boog gereglsliof te ’s Gravenhagelaatst
arcliivarius van het oud archief van Holland.
’s GRAVENHAGE 6 Janna rij. In het week
blad de U ekker leest men dat door de Com-
missiën van Onderwijs in ons vaderland in de
najaarsvergaderinggeëxamineerd en toegelaten
zijnonderwijzers van den eersten rang 1 van
den tweeden rang 39 van den derden rang 83
en van den vierden rang 80; huisonderwijzers
rijk zijn,
loopbaan
len.
De heer Frans David Cochius is geboren te
Valburg bij Arnhem, en van een wel geachte
familie afkomstig; in het jaar 1803 trad bij als
kadet der genie in dienst en verkreeg admissie
op de artillerie- en gënie-school te Zutphen
onder de leiding van den toenmaligen directeur
wijlen den luit, generaal Voet.
In den ja re 1808 werd de heer C. tot 2de
luit, surnumerair bij het korps der genie bevor
derd, maar bleef, gelijk andere tot dien rang
benoemden nog eenige maanden de militaire
school te Amersfoort frequenteren die in 1806
daarheen van Zutphen verplaatst was doch wei
nige maanden na die bevordering werden de 2de
luits. surn. in actieve dienst gesteld, zoodat de
luit. Cochius verplaatst werd naar de hoofdstad
Amsterdam, ten einde in de fortificalie-linie
van Noord-Holland werkzaam te zijn waarbij
aan C. de werken te Durgerdam c. a. speciaal
werden aanbevolen.
In het jaar 1809, tijdens de invasie der En-
gelscheu in Zeeland werd C. naar dat gewest
verplaatst; doch door de usurpatie der Fran-
schen was C. genoodzaakt bij het Fransche le
ger over te gaan en heeft hij de krijgsoperatiën
Polen en Rusland bijgewoond,
tot dat hij ten gevolge van de kapitulatie van
Parijs, in 1814 naar het vaderland terugkeerde.
Na den roemrijken veldslag van Waterloo -a
wegens den daardoor bevestigden vrede, geen
uitzigt hebbende van weldra weder op het oor-
logslooueel te kunnen optreden gaf C. gevolg-
aan ziju verlangen oin andere wereldleden te
waartoe zich weldra eene geweu sekte ge*
5schoolhoudel'essen 19
sen 1.
ROTTERDAM, 7 January. Gisteren morgen
heeft op den Hollandschen spoorweg een onge
luk plaats gehad, dat de'noodlottigste gevolgen
had kunnen na zich slepen bndde een toeval
die niet Verhoedt. Door ëen verzuim van eenen
der wachters, geraakte de trein, die ten kwart
over elf ure van Amsterdam vertrokken was en
uit acht wagens bestond even voorbij Veenen»
burg op een verkeerd spoorstiet tegen eenen
daarop staanden waterwegen sloeg hier liet on-
w ierp den daarop staanden water-
daar langs strooniend watertje Ingen.
ketel bleef daar tusschen hangen en
locomotief plotseling tegen die zonder dat be
letsel ongetwyfeld met al de wagensdie reeds
uit de sporen gesprongen waren in den stroom
zou zijn gestort. De passagiers begaven zich
naar Leyden met den goederen-trein die kort
daarop van Amsterdam kwam. Voor den gede-
railleerden trein ontbood men hulp van Haar
lem ten gevolge van welk oponthoud deze trein
eerst ten ruim vijf uren in den namiddag hier
ter stede aankwam.
HELLEVOETSLUIS5 January. Als eene
bijzonderheid dient gemeld te worden dat een
man der equipage van het schip Jan Daniël,
gevoerd wordende door kapitein Zeeman zich
met de sloep van boord begeven had en bij den
loop van het schip in zee was achtergebleven;
hij is door de ijssloep Morgenstergevoerd door
A. Spek, op de gronden van Ooster in groot
levensgevaar gevonden. Deze man was bijna 2
dagen aan de golven ter prooi geweest, alleen,
eenige levensmiddelenen onder felle
koude, tot hij eindelijk door gemelde ijssloep
gevonden en verpleegd behouden aan wal ge-
bragt is.
AMELAND, 25 December. Heden des voor
middag;? te 9 uren, strandde op een buitenrif
der Engelscbinansplaattusschen de eilanden
Ameland en Schiermonnikoog, het Pruissisch
Stoomschip Sirenegevoerd door.kapitein Topf,
geladen met suiker, koffij en peper, komende
van Liverpoolbestemd naar Hamburg.
Weldra was het anders hechte schip zoo lek
.gestoten, dat het zeewater eenige voeten hoog
in hetzelve opklomen de kapitein het raad
zaam achtte, zijn schip te verlaten en in de boo
ten het lijfsbehoud te zoeken. Niettegenstaande
liet gure weder en de felle vorst, werd de boot
in haast te water gelaten en door den kapitein
en stuurman met vijf man der equipaadje be
mand; terwijl de overige drie matrozen hun le
ven met de kleine sloep zochten te redden.
De dag van den 25 December en de daarop
volgende koude nacht, werden al worstelende
met den snerpenden oostewind in de opene boot
doorgebragt, zonder dat het de bemanning der-
zelve mogt gelukken, de gewenschte kust te be
reiken eerst in den voormiddag van den 26
kwam zij in bet gezigt van eenige Wierumer
visschcrs, die dadelijk over liet ijs toesnelden,
om de lijdende manschap ter hulp te komen.
Doch het gelukte hun niet, de boot genoeg na
bij te komen 'om de schipbreukelingen te kun
nen helpen. Na echter eene kleine jol van wal
gehaald te hebben en met behulp daarvan en
met verbazende krachtsinspanning, bragten de
Wierumer visschcrs in den avond van den 26
de zeven manschappen der boot behouden aan
wal groot was de blijdschap dezer zoo vreesse-
lijik afgematte en aan bevrozen ledematen lijden
de schipbreukelingen over hunne redding; doch
deze blijdschap werd vergald, eensdeels dooi
den treurigen toestand, waarin bijzonder de
hoogbejaarde kapitein en de kok door het be
vriezen hunner ledematen, verkeerden, maar in Duitscliland
nog meer' door de onzekerheid omtrent het lot 1
tier drie overige matrerzen welke zich met de
kleine sloep zochten te redden.
Nadat men,, door hoop
1 tot' den' tfv’önd
elf kloeke en
Moddergat