NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER. 3de Jaargang. 1848. No. 83. Zaturdag den 14 October. BINNENLAND. pen BUITENLAND. en teling des blad iger ACO en ee- verkie- i ied- i aan U‘J Hes ioof- zijn om- be- toeg oor- oor eseu ijne zet- en n'ij- ad om nds ken- om- n in- oon enz. voort it de uilen flveii il den lelijk -ring 'P le stau- iren. :gel, oor- lot. werd bcur- tneendèer waren vruch- het vat koude en mgr. Affre kwam 7! 7 6!J !4! 17J Ï21 >3’ 58 S5’ 51 - l'gt ns en i leer- rhaal- kin- i eer- huis. ii bet er in at hij ij den in in- et hij leren reeds zich om ar ee- e na- dito 295; pd. ■rker 118 Oct. 6 w. lieg. Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Za- turdag. Abonnements-prijs voor 3 maanden 1.40 buiten de Stad franco ƒ1.65, enkele nominees cent. Prijs der Advertenliënvan één tot vier regels, gewone letter, 40 cents, en voor eiken regel meer 10 cents, behalve 35 cents zegelrcgt, voor iedere plaatsing. teerde staten die stellen. DELFT9 October. Den 5 Octoberom streeks half één urebegaf zich de meester knecht der branderij, aan de Lange Haven, op den hoek der Bokkensteegtoebehoorende aan den heer D. Meijer, te Schiedam, in het zoo genaamde beste vat, om hetzelve schoon te ma ken. Door de vreesselijke stiklucht bevangen trachtte hij uit hetzelvé te klimmen doch den bovenkant naauwelijks bereikt hebbendeviel hij geheel bewusteloos in het vat terug oogenblik- kelijk schoot de onderknecht toe om hem te redden, doch oc/k dezte onderging hetzelfde lot. Door vérschillendè der aanwezigen telings beproefd de lijken zoo men uit te halen ddch *1'1 e ^oghïgén teloós, aangezieii niemand het in uithoudenreeds was men bezig met scheepsha- kentoen de verdienstelijke Willem de Bruin, met gevaar van zijn leven zich aanbood te be proeven wat anderen niet hadden kunnen vol- ’sGRAVENHAGE, 9 October. Deden mid dag te half 2 ure is er een ministerraad gehou den na afloop daarvan zijn eenige heeren mi nisters naar de eerste kamer gegaan, die heden te 3 ure eene bijeenkomst gehouden heeft. Te half 4 ure is die bijeenkomst geëindigd naar men verneemt, zal die kamer morgen in sectiën vergaderen en daarna tot de stemming over de grond wets-ontwerpen overgaan. Men verwacht nog deze week onmiddelijk na afloop der werkzaamheden van de eerste ka mer, de sluiting van de gewone zitting van 18471848. Daarna zal op maandag aanst. de opening plaats hebben van de gewone kamers, die, tot op de bijeenkomst der nieuwe, tenge volge van het voorloopig kies-reglement zamen te stellen, in functie zullen blijven; evenwel zal de maandag te opene vergadering zich al leenlijk bezig houden met eenige voorloopige werkzaamheden en welligt met eenige aan te biedene wets-ontwerpen, bij welker afhandeling spoed is, doch daarop dadelijk uiteen gaan. Jle pleglige opening der nieuwe kamers door Z. M. den koning, wordt in December tege moet gezien als wanneer de anderen van regts- wege ontbonden zullen zijn. De twee nieuw benoemde leden der eer ste kamer, de heeren Van Sevenstern en Van Bylandt, hebben heden morgen in handen des konings den gevorderden eed afgelegd. Thans nu de zaak der grond wets-herziening binnen eenige dagen haar volkomen beslag zal erlangen is de aandacht zeer gevestig op het te vormen definitief ministerie. De geruchten deswege in omloop zijn te onbepaald om er beteekenis aan te hechten. ’s GRAVEND AGE 11 October. De eerste ka mer der staten-generaal heeft heden de geheele grondwet aangenomen. De Slaats-Couranl bevat lieden het gewo ne programma der plegtigheden volgens welke Z. M. de koning de vergadering der staten-ge neraal op maandag 16 October zal openen. AMSTERDAM 11 October. Naar men ver zekert, is thans van wege de regering het noo- dige toezigt bevolen op de schepen die uit de aan de Oostzee en aan de Elve gelegene havens hier te lande binnenkomen, ter zake van de al daar uitgebrokene cholera. ROTTERDAM, 10 October. Men schrijft uit Monlfoort, dat, den 4 dezer aldaar het collegie van kiezers vergaderd is geweestter verkiezing van een nieuw raadslid doch in het genoemde collegie heeft zitting gehad een door de armvoogdij bedeeld man met name Cornelis Eyckelenboom die geen kiezer is en toch zijne stem heeft uit- gebragt op zekeren Hendrik Vlóoswijk die dan ook met meerderheid van stemmen tot lid van den edel achtb. raad is gekozen. Een der wethouders, die tevens kiezer is, verliet de ver gadering met de betuiging, dat hij in dergelij ke handelingen geen deel wilde hebben nige kiezers hebben de onwettigheid dier zing ter kennisse gebragt van heeren gedepu teerde staten die ze zeker buiten eflect zullen daan. Dus zal ik aan het hoofd mijner geeste lijkheid Uwe Majesteit komen geluk wenschen maar geene aanspraak doen.” Ua zeide de koning, een nieuwe aan val die gij tegen mij doet ik dachtdat onze geschillen ten einde waren en nu schijnt gij we der te willen beginnen. De reden waarom ik uwe redevoering niet heb willen laten opnemen in den Monileur, is, dat gij u het doen van onbevoegzame raadgevingen hadt veroorloofd.” «Ik vraag den koning om verschooning her nam de aartsbisschop; «maar mijne bedoelingen of mijne woorden waren niet in dien geestvrij heid en geene bescherming is welligt de meest gematigde eischdien de kerk doen kan.” En ik wil dat niet riep de koning uit met uwe eischen en dagbladen sticht gij over al verwarring. Zoo hebt gij bij voorbeeld voor cenigen tijd een concilie te St. Germain gehouden.” «Het was geen concilie,” voerde mgr. Affre aan maar eenige bisschoppen vrienden van mij kwamen mij bezoeken en toen handelden wij over verschillende punten van kerkelijke tucht.” «0 ik weet het wel zeker,” riep nogmaals de koning, «gij hebt een concilie bijeengeroe pen: weet, dat gij daartoe liet regt niet hebt.” Nadat de aartsbisschop het regt der kerk vol gehouden en de koning verklaard had er zich legen te zullen verzetten bragt de koning op liet tapijt, dat mgr. Afire eenen zendeling naar den paus gezonden bad en wilde weten welke last aan denzelven was opgedragen. De aarts bisschop weigerde zulks te zeggen. Daarop steeg den koning van toorn het bloed in het gelaat en plotseling opstaande greep hij mgr. Affre bij den arm en voegde hem toe: «Aartsbisschop, denk er aan dat reeds meer dan één myter verbroken is!” Deze stond ook op en sprak met Imogen ernst: «Gij hebt gelijk siremaar God behoede ’s konings kroon want men heeft ook menigmalen kroonen zien verbrijzelen!” Dit was de laatste audiëntie, die de aartsbis schop bij den koning had. PARIJS, 8 October. Met betrekking tot Louis Bonaparte cn met beoordecling der kansen die de onderscheidene pretendenten hebben mogen om tot het presidentschap der republiek gekozen te worden leest men (in een’ brief) de vol gende aanmerkingen Het is reeds ietsdat men bij de bcoor- deeling dezer vraag als eene bewezene daadzaak mag aannemen dat de graaf De Chambord van alle aardsche kansen op zijne verkiezing afstand gedaan heeft. Wat den prins De Joinville be treft, zoo is het niet eerst zes maanden na den 24 February, dat hij op de volksstemming be roep kan doen van het vonnis eener nog naau- welijks voleindigde omwenteling. Van de drie prinsen-preteridenten blijft dus slechts Louis Na poleon doch de meening begint veld te win nen dat ook hij zijn hardnekkig stilzwijgen, of misschien later eenige mislukkende optreding als redenaar tegen zich hebbende, daarenboven ontdaan van dien krans van stralen, welken de onbehendige vervolgzucht zijner vijanden hem om het hoofd strengelde niet ligtelijk bij het volk eene volstrekte meerderheid van stemmen verwerven zal. Het zal dus weder aan de ver gadering komen, tussclien de kandidaten te kie zen. In dat geval zou de worsteling zich waar schijnlijk tot drie namen bepalen: Cavaignac Lamartine en misschien Thiers. Nu heeft de al les overtreffende roem als redenaar, door den schrijver der Girondynen verkregen, daarom het land en de vergadering nog niet overtuigd dat hij een genoegzaam praktikaal man zou wezen en men is het eensom als mogelijk te beschou wen dat op het oogenblikwanneer de verkie zing gebeuren moet, een ongelukkig baseule- stelsel (het overslaan van de eene partij naar de andereom beide den voet te ligten) en vooral het lang vasthouden der bestuursmagtde volks gunst waarin de generaal Cavaignac gestaan heeftgenoeg vermoeid en versleten zullen heb ben om de meeste kansen van benoemd te wor den aan den heer Thiers te leveren. Reeds brengen. Moedig met een touw om het ligchaam gebonden, daalt hij in het vat neder, en heeft het geluk den onderknecht aan een medegeno men touw te binden waardoor deze gelukkig boven gehaald werd ten tweedenmale daalt hij neder, doch kan, zelve bijna geslikt, niet an ders dan de beenen van den meesterknecht grij pen en binden, hetgeen echter zonder gelukkig gevolg bleef, daar deze, een eind opgehaald, door het losgaan van het bindsel weder neder- viel ten derdenmale begeeft zich De Bruin in het vat, en heeft het onuitsprekelijk genoegen, ook de tweede er uit te zien halen. De tal rijk aanwezige geneeskundigen hebben alle po gingen aangewend om de bewusteloozen bij te doen komen, hetgeen hun eindelijk is mogen gelukken. ASSEN, 9 October. Er is weer sprake van het aanleggen van eenen spoorweg door deze stre ken. Het plan is van Engelsche ondernemers en strekt, om van Harlingen naarde NieuweSchans, met een’ zijtak door Drenthe naar Utrecht eenen spoorweg aan te leggen die in verband gebragt met reeds bestaande Duilsche spoorwegen tot eene verbinding der Noordzee met de Middel- landsche Zee, en daardoor, onder andere voor- deelen ook tot hespoedigeng van den Indischen overlandpost zou leiden. De ontwerpers verze keren de tot daarstelling van dien spoorweg be- noodigde fondsen geraamd op f 40,000,000, te zullen kunnen bijeenkrijgen en hebben reeds stappen tot verkrijging der concessie gedaan en met autoriteiten alhier zich in betrekking ge steld. PARIJS, 6 October. Mgr. Affre, de vorige aartsbisschop van Parijs bad zeer dikwijls ge schillen met Lodewijk Philips over de regten der kerk. De koning bragt dan daarbij bijbel spreuken enz. te pasmaar kon het met den aartsbisschop toch nooit ééns worden. Bij de uitbarsting der Februarij-omwenteling was mgr. Affre reeds geruimen tijd in ongenade op de Tuileriën. Het laatste onderhouddat hij met den koning had, wordt door een als volgt medegedeeld Bij de receptie der ambtenaren op ’s konings verjaardag in 1846, waagde de aartsbisschop in zijne aanspraak tot geluk wenschingte zeggen, dat de kerk vrijheid vorderdemaar geene be scherming verlangde. Deze uitdrukking mishaag de Lodewijk Philips zoo zeer, dat hij de op name der redevoering in den Moniteur verbood ofschoon alle andere bij die gelegenheid uitge- bragte aanspraken in dat blad geplaatst werden. De prelaat beschouwde zulks als eene censuur en als eene gisping van zijn gedrag. Toen der halve in 1847 ’s konings verjaardag naderde begaf bij zich eenige dagen te voren naar de koningin en melde haar, dat hij den koning zij ne gelukwenschingen aanbieden maar geene re devoering uitspreken zou. «Maar, monseigneur!” zeide de koningin, «dat zal den koning weder vertoornen. Spreek hem bevorens, hij zal u gewis regt laten we dervaren, opdat het geschil in der minne worde bijgelegd.” «Indien de koning mij audiëntie wil verlee- nen antwoordde de aartsbisschop, «zal ik mij gaarne tot hem begeven.” Er werd een uur bepaald op de audiëntie. Na eenige vragen en antwoorden over onver schillige onderwerpen, nam de koning hem ter zijde en beiden zagen elkander zwijgend eenige oogenblikkeh aan. Eindelijk nam de aartsbisschop liet woord en sprak: «Daar ik vernomen heb, dat uwe Majesteit mij spreken wilde «Ik?” riep de koning uit, «men heeft mij juist gezegd, dat gij mij wildet spreken. Ik ben bereid u aan te hooren.” «Welnu!” antwoordde mgr. Affreuwe Ma jesteit behoort toch de reden van mijn bezoek te vernemen. Ik kom mededeelendat ik mij niet voor de tweedemaal wil blootstellen aan de beleedigihgdie mij verleden jaar is aange-

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1848 | | pagina 1