NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER. Rich ar o Cobden. 4de Jaargang. 1849. No. 94. Zaturdag den 24 November. ngj BINNENLAND. BUITENLAND. n k tl d d 1. I. le I I I 5ES u t De openbare bij- I j i ti ‘r d n mi eli I e« I la I e- I ol I v n e De minister de belangheb- vrijdag van bet e{ >e- »»- :n 1 rd ■s. lat rn i* n- bt r o- !e t- 1 Prijs der Advertentiënvan één tot vier regels, gewone letter, 40 cents, en voor eiken regel meer 10 cents, behalve 35 cents zegelregt, voor iedere plaatsing. van die grondbeginselen der en beschaving, die toenmaals dierbaar waren. Met het oog op beelden, die mij in het jaar 1847 uwe lende aandacht verwiervenkan ik niet gel ven oor ring koelbloedige len aanvoerders der llonga den. eene man de handelwijs der Oostenrijksche regering verdedigen, van het vasteland zal wel reeds tot drongen zijn en die der Vereenigde Staten Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Za- turdag. Alwniienients-prijs voor 3 maanden 1.40 buiten de Stad franco ƒ1.65, enkele nummers 7i cent. Naar men verneemt, is met de de voltooi- jing van het nieuwe akademie-gebonw te Gro ningen thans zoo ver gevorderd dat de inwij ding zal kunnen plaats grijpen in de eerste helft van het volgende jaar. Ten einde aan eene zoo gewiglige plegtigheid allen mogelijken luister bij te zetten heeft men liet voornemen ge vormd om hen, die vroeger aldaar studeerden uit te noodigen zich ter bestemder tijd binnen Groningen te vereenigen om deel te nemen aan de viering van dien dag. Door de curatoren der Groningsche hooge- school is aan dr. W. Verschuif aldaar opgedra gen om tijdelijk de chirurgicale functiën wel ke de hoogleeraar Sebastiaan vroeger uitoefende waar te nemen in het akademisch gasthuis. TWEEDE KAMER DER STATEN—GENERAAL. Zitting van 19 November. Na het ter tafel brengen van eenige verzoek schriften en boekwerken, is de vergadering over gegaan tot het verkiezen van kandidaten voor de vacature in den Imogen Raad ontstaan door het overlijden van den heer mr. J. P. Noiret de Bruiju. Tot eersten kandidaat wordt be noemd mr. U. A. Everts, raadsheer in het bof van Friesland tot tweeden mr. J. Schmolck raadsheer in het bof van Zuid-IIolland ten der den mr. G. van IJsselstein raadsheer in het hof van Zeeland tot vierden mr. W. J. C. van Hasselt, lid der tweede kamer; en tot vijf den mr. L. Asserlid der regtbank te ’s Hage. 20 November. Des middags te één ure is de commissie van de tweede kamer der staten-generaal belast met het aanbieden aan Z. M. der lijst van vijf kan didaten tot voorziening in de opengevallen be trekking van raadsheer in den Imogen Raad der Nederlanden, welke gisteren is opgemaakt, bij den koning ten gehoore ontvangen, en heeft zij aan de haar opgedragene taak voldaan. AMSTERDAM, 20 November. Het feestmaal den hoogleeraar D. J. van Lennep gisteren aan gebodenen dat ter besluiting fan den heuge- lijken dag in eene der zalen van het Odeon, van den heer Torchianaplaats had kenmerkte zich door de hoogste achting voor den geëerden grijsaard, door de meest innige vriendschap en Behalve prof. W. van prof. J. Bosscha 'ten ook de heeren mr. Lennep en ds. ter Haar 1 van den talent en vader Ook had de gedicht voor dien zal ver bet volk men Deze kunnen eene worden de roode Re- publiek heeft dit getoond eerst openbaart zich honger-dorstdaarna goud-dorsten eindelijk bloed-dorstgelijk de laatste jaren van Europa getuigen. Daarom moet men zich tot hen ver voegen zich hun lot aantrekken en ziende op hetgeen in Duitschland geschiedt bijzonder op de Innere Mission door den heer Wichern in liet Rauhe Haus bij Hamburg begonnen als ook op de Evangelisatiën hier te landewenscht spreker Nederland hoe langer hoe meer in dien geest werkzaam te zien. Hij beveelt verder ko lonisatie der bedelaars aan hetzij in of buiten het land de Havelooze Scholen in bet juiste verband met de kolonisatie gebragt zouden de ze als het ware de bakermat voor gene kunnen worden. Hij leidde hieruit af, dat de Haveloo ze Scholen in allen deele van groot belang ook voor den staat zijn zij strekken tot verminde ring van het aantal bedelaars, en dus ook van dat der boosdoeners. Hij wijst hierbij op En- gelands Havelooze Scholen, en op de opgaven daaromtrent voorkomende in de weergalm bij zonder in het jongste nommer, hetwelk ZWEerw. voor zich had liggen. Hij drukte zijne toehoor ders ten slotte het tijdelijk maar vooral het eeu wig belang dezer jeugdige ongelukkigen op het harte. het hartelijkst onderhoud. Vrolik bij afwezigheid voorzitter der tafel sprak I. da Costa mr. J. van 7 in dichtmaat hulde aan den geleerden held het feestwaaronder de verzen van vollen zoon aan zijnen eerbiedwaardigi eene voorname plaats bekleedden, heer mr. M. C. van Hall een g dag vervaardigd, dat door den heer mr. II. J. Koenen werd voorgedragen. ROTTERDAM 19 November. De Keulsche Courant deelt onderstaand schrijven van Richard Cobden aan den minister Bach te Weenen me de met de bijvoeging dat zij voor de echtheid van hetzelve instaat. Londen, 20 October, 1849. Mijnheer! Deze regelen zijn niet aan u ge- rigt als lid der Oostenrijksche regering; zij gel den u persoonlijk als den man wiens verlich te en vrijzinnige denkwijs eenen zoo duurzamen indruk op mij heeft uitgeoefend, toen ik het genoegen had u te Weenen te leeren kennen. Gij zult dezen stap wel verontschuldigen wan neer gij overweegt, dat ik dien doe in het be lang van die grondbeginselen der menschelijk- heid en beschaving, die toenmaals ons beiden even dierbaar waren. Met het oog op de denk- welwil- oo- dat deze thans in u een minder genegen vinden zullen dan toenmaals. Met huive- en ontzetting verneemt mijn vaderland de wreedheden, welke in de geval- ren vereeuwigd wor- Dit gevoel wordt niet alleen gedeeld door enkele klasse of partij er is geen enkel in Enge landdie door woord of schrift zou De meening der beschaafde staten u doorge- i van Amerika zal ook weldra in Weenen bekend ■wezen. Gij zijt te verlichtom niet te weten dat het eenparig oordeel van den tijdgenoot, te gelijk het vonnis van de nakomelingschap is. Maar hebt gij wel bedacht, dat de geschiedenis niet met de ruwe gevoellooze soldaten de werktuigen der wreedheid rigten zalmaar met de ministers die voor derzelver misdaden ver antwoordelijk zijn? Ik zou mij op niets gerin ger durven beroepen dan op eene betamelijke eerzuchtmaar hebt gij dan ook overwogen welke gevaren u op uwe tegenwoordige baan bedreigen Gij die zoo ervaren zijt in de En- gelsche geschiedenis zult u wel herinneren dat vier jaren na Jeyffry’s bloedgerigt niet al leen hij maar ook zijn koninklijke meester als een ellendige vlugteling voor de wreekende hand der geregtigheid ronddwaalde. Of leven wij in eenen tijd, waarin de openbare meening meer straffeloos kan beleedigd worden dan in de 17de eeuw? Is het niet juist integendeel bet eigenaardige van onzen tijd dal het geweld hetzij het van het volk of van de regering uit gaat, met builengewonen spoed door de reactie gevolgd wordt Doch ik was te vrij toen ik mijne vrees voor uwen goeden naam te kennen gaf of mij veroorloofde voor uwe personeele veiligheid beducht te zijn. Ik bezweer u in naam der menschelijkheid een einde te maken aan dit hernieuwde terrorismusdatniet te vreden met liet vermoorden zijner offers bo vendien nog het beter gevoel des inenschen op de pijnbank brengt; want de wereld is te be schaafd geworden om lang op haar tooneel belden te kunnen dulden als een Alba of een Haynau. Ik bezweer u openbaar te proteste ren tegen de geregtelijke moorden die op krijgs gevangenen worden gepleegd tegen het nog schandelijker geeselen van vrouwen en tegen den kinderroof, ten einde op deze wijze eene verantwoordelijkheid van u af te werpen voor daden, welk* hem, die ze bedreef, met eeuwi ge schande brandmerken. Ik ben enz. ROTTERDAM, 21 November, van marine heeft ter kennis van benden gebragt, dat door hem telken des middags te 12 ure aan het locaal departement van marine in het Voorhout zul len worden ontvangen diegenen welke hem in zijne voormelde betrekking verlangen te spreken. Ook de minister van koloniën heeft ter kennis van de belanghebbenden gebragt, dat hij degenen, die hem over dienstzaken of bijzonde re belangen zouden wenschen te spreken daar toe de gelegenheid zal geven op woensdag van elke week, des middags te 12 ure, alsmede, dat de voor het departement van koloniën be stemde brieven of verzoekschriften voortaan we der behooren te worden geadresseerd v> aan den minister" of aan het departement van kolo niën te Gravenhage." UTRECHT20 November. De openbare bij eenkomst gister avond hier ter stede gehou den waarin ds. Heldring over het belangrijke der Havelooze Scholen sprakwas druk be zocht. De hoofdinhoud der rede van ZVVEw. kwam op het volgende neer: de armen men nimmer van de aarde kunnen doen dwijnen Mozes heeft het reeds aan Israëls gezegd maar de bedelaars moet trachten te herscheppen, roede voor de volkeren FRANKFORT, 18 November. Te Mosskirch in de Badensche Seekreits, is men vooreenigen tijd door nachtelijke inbraak in het bureau van het geregtshof, meester geworden van de akten betrekkelijk een aldaar aanhangig proces van hoog verraad. De daders moeten deze stukken dade lijk op liet open veld verbrand en bij de asch- hoop een staak hebben opgerigt met den naam van Hecker. Dien ten gevolge is een eskadron ulanen Mosskirch binnengerukt. Naar gezegd wordt, zoude men de dieven reeds op het spoor zijn. PARIJS, 18 November. De Ordre deelt de volgende bijzonderheden mede van een gevecht, dat in de omstreken van Zaatcha in Algerie heeft plaats gehad De kommandant Pierre Bonapartetevens volksvertegenwoordiger, was met een bataljon, bestaande uit inlanders en compagniën van het vreemdenlegioen afgezonden om de Arabieren te verdrijven uit een palmboscliwaar zij zich in hinderlaag gesteld hadden. De Arabieren bo den eenen bardnekkigen tegenstand en de strijd werd langdurig en met verbittering gevoerd. Toen de krijgsbehoeften aan beide zijden opge- bruikt waren werd hij plotseling door eene groolc bende Arabieren omsingeld, waar hij zich echter met eenige soldaten doorsloeg. Een Arabier legde op hem aan, maar dezen doodde hij door eene karabijn, die hij nog geladen had gehouden op hem te lossen. Onder het vlug- ten wierpen de Arabieren de Franschen nog met steenen. Na deze feiten heeft de heer Bonaparte plot seling Algerie verlaten, en is hier te Parijs aan gekomen de zonderlingste geruchten waren dien aangaande in omloopwaaraan hij een einde heeft gemaakt door in de Patrie eenen brief te laten opnemen, in welken hij verklaart, dat hij als volksvertegenwoordiger oordeelde terug te moeten komen dat hij in die hoedanigheid daarover alleen vermogt te oordeelen en overi gens aan niemand er verantwoording van ver schuldigd is. Dezer dagen had hier ter stede in het hotel Belliard een verschrikkelijk voorval plaats in den nacht tusschen twee en drie ure ont waakten de buren door het gedruisch van eenen hevigen twist, die plaats scheen te vinden in eene kamer op de derde verdieping van het hotel, welke sedert een paar dagen bewoond werd door een gedecoreerd heer en eene jonge vrouw ten aanzien van welke men eerst later vernam dat zij zijne echtgenoote niet was. De twist scheen even op te houden toen boorde men een venster openrukkenen de buren za gen een wit voorwerp vallen, welks dof neder- ploffen op den grond op eene akelige wijze de stilte van den nacht afbrak. Men snelde der waarts en vond het lijk cener jonge vrouw wier schedel op de steenen verbrijzeld was. Terstond begaf men zich naar de gemelde ka mer wier venster weder gesloten wasmen vond er den heer, met eene ridderorde op de borst, zeer bedaard in een’armstoel zitten; hij weigerde te antwoorden op de vragendie tot hem gerigt werden. De terstond van dit voor val verwittigde commissaris van policie slaagde er evenmin ineen antwoord te verkrijgen.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1849 | | pagina 1