NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER. CO ra F 1853. No. 10. WOENSDAG den 31 Augustus. 8ste Jaargang. YERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN SNEEK WOENSDAG DEN 51 AUGUSTUS 1835,’ des voormiddags ten elf uur. Vb W BINNENLAND. Art. 7. F" gebouw tot uitoefening K. Geertsma cum sociis, om ver- jaarwedde. van de gemeentehegrooting voor Alleen in het belang der openbare orde en rust en bij een met redenen omkleed en open baargemaakt besluit, kan eene aangewezene ves tigingsplaats als zoodanig door Ons ongeschikt worden verklaard. Art. G. De bedienaren der openbare gods dienst dragen het gewaad, voor kerkelijke pleg- tigheden of bij de uitoefening van de openba re godsdienst in hun kerkgenootschap gebrui kelijk, niet dan binnen gebouwen en besloten plaatsenof daar, waar de openbare godsdienst oefening, naar het 2de lid van art. 167 der grondwet, is. toegelaten. Elke oprigting of inrigting van een j;van de openbare gods dienst, binnen den afstand van twee honderd ellen van een bestaande kerk, vereischt in het belang der openbare orde een onderzoek om trent de plaats van vestiging. Vóór <lat de oprigting of inrigting wordt toegelatenwordt daaromtrent door het ge- meente-bestuur beslist. Deze beslissing is vat baar voor een beroep op gedeputeerde staten en bij bezwaar ook tegen de beslissing van deze wordt hunne uitspraak aan Onze eindbe slissing onderwo.ipen. Het besluit door Ons te nemen, na den raad van state te hebben gehoordwordt met redenen omkleed en open baar gemaakt. Wanneer de oprigting of inrigting zonder verlof heeft plaats gehad, word het gebouw ge sloten. Art. 8. Het klokkengelui, tot viering van kerkelijke plegtigheden of om de ingezetenen tot godsdienstoefening op te roepenkan in ge meenten, waar meer dan één kerkgenootschap zijn, in het belang der openbare orde en rust door Onzen commissaris in de provincie wor den verboden. Klokkengelui tot andere einden heeft geen plaats dan met vergunning der plaatselijke policie. Art. 9. Hij die aan deze wet niet voldoet, hare voorschriften overtreedt, of elders dan art. 167 der grondwet toelaat, de openbare godsdienst uitoefent, wordt verklaard in strijd met de wet te hebben gehandeld” en veroordeeld in de kosten. Art. 10. De officieren van justitie bij de arrondissements-regtbanken eischenovereen komstig met de bepalingen van art. 834 van het Wetboek van Burgerlijke Regtsvordering voor de regtbank ter burgerlijke teregtzitting, de toepassing van het voorgaand artikel. Geene vervolging kan door hen worden in gesteld, dan op magtiging van den procureur- generaal, onder wiens bevelen zij staan, of op last des regters, in de gevallen, voorzien bij art. 51 van het Wetboek van Strafvordering en art. 75 van de wet op de Regterlijke Or ganisatie en het beleid der justitie. Art. 11. Van het vonnis wordt appel, van het arrest cassatie toegelaten. Art. 12. Die, na eenmaal ter zake van overtreding dezer wet te zijn veroordeeld, zich aan herhaling daarvan schuldig maakt, wordt gestraft met schorsing in de uitoefening zijner burgerschapsregten voor den tijd van drie tot tien jaren en met gevangenis van eene maand tot twee jaren, te zamen of afzonderlijk. Art. 15. De regtsgedingen krachtens het voorgaand artikel ter zake van herhaalde over treding gevoerd, worden op de gewone wijze door den gewonen strafregter behandeld. Art. 14. Bij het in werking komen dezer wet zijn, behoudens de bepalingen der wet ten en reglementen, bedoeld in art. 167 der grondwet, afgeschaft de wet van 18 Germinal jaar X en alle andere met de tegenwoordige wet strijdige bepalingen. Lasten en bevelenenz. SNEEK, 50 Augustus'. Sedert onze laatste opgave van den 25 dezer, zijn er, in de ge meente Wijmbritseradeel, op nieuw 5 run deren wegens de longziekte afgemaakt, zoodat het gezamenlijk getal thans bedraagt 1790. In de laatst gehoudene vergadering der Utrechtsche veeartsen ij kundige vereeniging werd door eenige leden mededeeling gedaan van ruim 430 inentingen bij runderen, ter voorbehoeding van de longziekte. Deze waren voor het grootste deel onder de veestapels ver- PUNTEN TER BEHANDELING. Besluit betrekkelijk de benoeming van Wet houders. Missives van de heeren H. Veen en J. ten Cate, houdende aanneming van benoeming tot leden van de directie van het stads-werkhuis. Adres van J. H. Wagenaar, om grond op grondpacht. Adres van hooging van Aanbieding 1834. Het thans bij de tweede kamer aangenomen wets-ontwerptut regeling van het toezigt op de onderscheidene kerkgenootschappen, luidt als Volgt Wij Willem III, enz. Allen die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten: Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodig is eenige wettelijke bepalingen vast te stellen ter uitvoering van onderschei dene voorschriften van het Vide hoofdstuk der Grondwet en ter vervanging van op dit on derwerp bestaande verordeningen, opdat Wij gelijke bescherming aan alle kerkgenootschap pen in het rijk kunnen verleenenen waken, dat zij zich houden binnen de palen van ge hoorzaamheid aan de wetten van den staat. Zoo is het, dat Wij, den raad van state gehoord, en met gemeen overleg der staten- generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: Art. 1. Aan alle kerkgenootschappen is en blijft de volkomene vrijheid verzekerd, alles, wat hunne godsdienst, en de uitoéfening daar van in hunnen eigen boezem betreft, te regelen. De bepalingen, betreffende de inrigting, het bestuur, worden, voor zooveel zij niet reeds aan Ons bekend zijn gemaakt, binnen eene maand na de afkondiging dezer wet, door de bestuurders of hoofden der kerkgenootschappen, aan Ons medegedeeld. Nieuw te maken be palingen worden mede vóór of bij het in wer king brengen daarvan, op gelijke wijzen, ter Onzer kennis gebragt. Voor zooveel er zich onder de bepalingen, bij dit artikel bedoeld, eenige bevindt, welke de medewerking van het staatsgezag vereischt wordt die medewerking niet verleend, tenzij de bepaling door Ons is goedgekeurd. Art. 2. Vreemdelingen aanvaarden geene kerkelijke bediening, tenzij na daartoe Onze toestemming te hebben verkregen. Alleen in het belang der openbare orde en rust kan die toestemming geweigerd worden. Art. 5. De titulaturen in de kerkgenoot schappen, aan de bedienaren der openbare gods dienst toegekend, geven noch ten opzigte van het wereldlijk gezag, noch ten opzigte van andere kerkgenootschappen, eenige aanspraak, rang of voorregt. In de aanraking met het wereldlijk gezag worden de titulaturen alleen gebezigd na ver melding van den geslachtsnaam der titularissen. Art. 4. De ter aanwijzing van kerkelijk gebied door kerkgenootschappen gebezigde na men van provinciën of gemeenten worden slechts als van kerkelijken aard beschouwd en hebben geen verder gevolg. Art. 3. Synodale vergaderingen en hoofden die kerkgenootschappen vertegenwoordigen of besturenbehoeven Onze goedkeuring op de plaats van vestiging. Voor zooveel deze goedkeuring bij de afkon diging dezer wet nog niet is verleend, wordt, na met hen gehouden overleg, door Ons, den raad van state gehoord, over de geschiktheid der aangewezene vestigingsplaats uitspraak ge daan. rigt, waaronder de ziekte reeds eenigen tijd had geheerscht, en slechts weinige inentingen hadden onder gezonde runderen plaats gevon den die niet aan besmetting waren blootge steld geweest. De uitkomst was over het al gemeen gunstig, en bevestigde het reeds vroe ger geopperde vermoeden meer en meer, dat de voorbehoedende kracht der inenting bij be smette koeijen het duidelijkste blijkt, indien zij bij het uitbreken der ziekte, en niet nadat deze reeds eenigen tijd onder den stapel heeft geheerscht, wordt in het werk gesteld. De nadeelige gevolgen, als het verlies van een ge deelte van den staart, of het sterven der die ren, tengevolge van de hevigheid der werking, waren gedurende den winter en het voorjaar niet groot in aantal, doch met de meerdere zomerwarmte weder toegenomen. (U. C.) Men schrijft uit Borger-compagnie De rogge en gerst is hier ingeoogst en is in alle opzigten bestde boekweit wordt gezicht en belooft ook veel, haver is ook zoo goed als klaar, maar dit gewas is niet meer dan tame lijk. De aardappelen zijn hier algemeen vrij ziekdoch de opbrengst zal nog wel 200 mud- de per bunder kunnen worden. De berigten uit andere oorden van ons land luidenbe houdens de verwoestingen door het jongste onweder aangerigt, over het geheel niet on gunstig. Vooral schijnt de aardappelziekte wei nig vrees in te boezemen. In de gemeente Doornspijk, buurschap Aperloo, op het daghuurders erfje, bewoond door G. F. Holstege, staat thans een akker ter grootte van een halven bunder met boekweit te bloeijen en te rijpen, die wegens derzelver buitengewone hoogte, van gemiddeld zeven Amsterdamsche voeten (omtrent 2 Ned. el) de aandacht der overige dorpelingen tot zich trekt. De akker, waarop deze boekweit groeit, is eerst sedert 1847 van gewonen heidegrond in kuituur gebragt, en was het vorige jaar met rogge bezaaid geweest. In Zuid-Duitschland heeft de aardappe lenoogst weinig of niets door de ziekte geleden. Als een blijk van het toenemen des han dels op en met Engeland, ook in Noord-Hol- landkan strekkendat alleen door Hendrik Kroon, koopman te Zwaagin eene week, 5000 halve mudden peren naar Londen en Huil zijn uitgevoerd. Bij dit berigt der Hoomsche Courant kunnen wij nog voegen dat door G. Hot! dit jaar in 4 dagen 3700 manden peren voor rekening van den heer Avan Rotterdam naar Londen zijn verzonden. Een jongeling uit Dalen begaf zich ge- passeerden zondag op een afstand van een klein uur van huis, ten einde de aldaar loopende koeijen te zien. Toen hij onderweg was, be speurde hij dat het begon te donderen en dat er eene bui opkwam. Hij stapte intusschen door, niet denkende, dat het onweder nabij zou komen Hij kwam in hetzelfde land, waar de koeijen graasden, en na er eenige oogen- blikken geweest te zijn, is hij op den grond, geworpen en verloor hij zijn bewustzijn. Na dat hij in dien toestand meer dan een uur had doorgebragtontwaakte hijtevens be speurendedat zijn regterarm geheel lam en gevoelloos was. Met moeite bereikte hij het ouderlijke huis weder. Naar de omstandigheden te oordeelen moet hij door een bliksemstraal getroffen zijn. De berigtenomtrent den gezondheidstoe stand van de troepen in het kamp bij Zeist, zijn niet zeer gunstig. Het aantal zieken, naar het hospitaal te Utrecht overgebragt, moet reeds ver over de honderd zijn, terwijl nog een SOtal in de tenten ziek zijn en bovendien nog een aantal in de ambulance verpleegd worden. Op den marsch naar het kamp heeft zich één geval van cholera opgedaan. Behalve dit is nog te vermelden, dat een kapitein (Ken een jager zich door zelf moord van het leven hebben beroofd; eerst- gemelde, die te Utrecht achtergebleven was, door een scheermesom onbekende redenen de jager door middel van zijn geweer, om eene ligte straf te ontgaan. (Z. B.} Den 25sten dezer ontdekte men te Du blin des morgens in het westen, 15 graden boven den horizon, eene buitengewone groote ANT. SNEEKER O -O TWEEDE KAMER DER STATEN—GENERA AL.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1853 | | pagina 1