NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER. 1853. No. 77. c. ZATURDAG den 24 September. 8ste Jaargang, BINNENLAND. imiiwiiuiiiiihuhiiiiiiiii Li! l te dragen den men begrijpen betuigingen van de eerste kamer der benoemd de heer mr. J. In de laatste van belangstel- van Marseille wordt het dat koper en-staal een zeker mid- de cholera opleveren en dat die vreesselijke ziekte in 1839 zoowel als in 1849 metalen werkende arbeiders gespaard. In de opgave van het onderzoek, waar- die geneesheer zich gewijd heeft, vindt dit antwoord van ketelmakers: uwen eene zeer geneesheer Burguit welke men zou moeten besluiten, del tegen de in heeft. aan men dit antwoord van ketelmakers: ««Gij verspilt uwen tijd door cholera-zieken in de ketelmakerij te zoeken want het koper doodt de cholera.” Gedurende de te Parijs heerschende epide mie heeft de heer Burg een groot aantal cho lera-zieken genezen, door hun metalen ringen aan de armen de beenen of om den middel aan te leggen. Thans is de zaak aan het onder zoek der akademie onderworpen en wanneer wij acht slaan op de authentieke stukken welke stellige uitkomsten bevattendoor de aanwending der uitvinding van dr. Burg ver kregen dan zal het verslag van dat geleerde ligchaam niet anders kunnen zijn dan de be vestiging van het krachtdadige eener behande ling, wier aanwending de ondervinding reeds bezegeld heeft. Alsdan zal de geschiedenis den pligt te vervullen hebben, om den naam van den heer Burg op de lijst der weldoeners van het menschdom in te schrijven.” Het dagblad la Liberté meldt de volgends nieuwe toepassing van het algemeene stemregt De kleine gemeente St. André (dep. du Nord) had eene nieuwe kerk gebouwd met drie alta ren, waarvan er twee aan St. André en Onze Lieve Vrouw waren gewijd. Men kon het echter niet eens worden, aan welke Heilige het derde altaar zoude gewijd worden, daar zoo wel de Heilige Joseph als de Heilige Roch en Caecilia warme voorstanders hadden, De pas toor kwam eindelijk op het denkbeeld, om de zaak door het algemeene stemregt te doen be slissen. Hij riep eene algemeene vergadering bijeen, waarop niet alleen alle mannelijke be woners, maar ook de vrouwen en de kinderen aan de Nederlander het Oranje blijft altijd dezelfde. Dat Neder- landsche bloed, hetwelk hier door de aderen stroomt, zal blijven stroomen in de aderen van die kinderen en kindskinderen tot in verre geslachten, zoolang Oranje Oranje blijft. «Zoo zal het volk en Oranje prijs blijven stellen op hun beider geschiedenis en de ko ninklijke troon omringd blijven door raadslie den, die in gelijken geest de ware Nederland- sche belangen zullen voorstaan.” JMadat de koning zijne onvergetelijke woor den gesproken had, stelde zich de talrijke stoet in beweging en defileerde drie aan drie voor Z. M.nadat nog eens het leve de koningeu het Oranje boven! uit aller borst was aange heven. Een jongeling uit den burgerlijken stand alhier, die dezer dagen zijnen schoonbroeder, welke om affaire naar Amsterdam reisdeder waarts vergezelde, is, niet lang na zijne aan komst aldaar, door de cholera aangetast en binnen weinig tijds bezweken. Den 18 dezer des morgens ten 9 ure is te Utrecht, in den ouderdom van 80 jaren, overleden de weled. hooggel. heer Dr. J. J. Wolterbeek, rustend hoogleeraar aan de Ut- rechtsche hoogeschool, na een levengewijd aan de wetenschap en juist daardoor aan zijne natuurgenooten, en wat meer zegt, voor het grootste deel aan zijne verarmde natuurgenoo ten. Als uitstekend geleerde beroemd, als mensch bemind en geacht, zal zijne nagedach tenis in zegening blijven. Een aan de Prov. Overijss. Zio. Courant gezonden berigt bevat het volgende: Een landbouwer te Ruitenbroek, ambt Mep pen (Kon. Hanover), had naar men vermoed de, reeds dertien malen pogingen aangewend, om zijn huis in brand te steken, hetwelk hem telkens zoude zijn gelukt, zonder dat men het hem konde bewijzen. Onlangs deed hij zulks voor de veertiende maaldoch ditmaal einde lijk van zijne misdaad overtuigd, is hij door de justitie veroordeeld en verwezen tot de straf des doods. In een dagblad volgende gelezen De wetenschappelijke dagbladen bevatten opmerkelijke mededeeling van den Voorspoedig is ook dit jaar de toestand van handel, scheepvaart en scheepsbouw. Deze takken van volkswelvaart gaan voort zich uit te breiden. De geldmiddelen des Rijks zijn insgelijks in gewenschten staat. De goede verwachtingen omtrent de uitkomsten van de dienst des vo- rigen jaars zijn niet teleurgesteld. Het laat zich aanziendat ook de loöpende dienst slof tot tevredenheid zal opleveren. Onvoorziene omstandigheden hehben de vol- komene uitvoering der Wet tot rentevermin- dering belet. Nieuwe voorstellen tot voortge zette delging van ’s lands schuld zullen weldra aan uwe beraadslaging worden onderworpen. Deze zitting zal, zoo Ik vertrouw, en gelijk het de ernstige wensch is Mijner Regering, de gelegenheid schenken, om belangrijke on derwerpen van wetgeving tot afdoening te brengen. Ons aller streven zal zamenloopen in één doel: het welzijn des lieven Vaderlands, onder den zegen des Allerhoogsten met al onze krach ten voor te staan. Ik verklaar deze zitting der Staten-Generaal geopend.” Tot president staten-generaal, is A. Philipse. Wij ontleenen volgende De laatste dag (1G dezer) van het verblijf des konings in onze stad is gekenmerkt ge worden door eene plegtigbeid, eenig in hare soort, en welke velen, met een terugblik op de geschiedenis van ons vaderland, op het diepst heeft getroffen. Door zevenhonderd burgers, van alle ran gen en standen en van verschillende geloofs belijdenis, werd aan Z. M. een adres aange boden, behelzende een hartelijk Nederlandsch woord, door allen ondeteekend, vervat in een kostbaar album, met keurig geteekende titel plaat, alles op perkament, gedragen op een fluweel kussen van wit en rood. Eene com missie van 50 personen verzamelde zich met de onderteekenaars in het groot Auditorium, en toog toen in statigen optogt naar het woon huis van den commissaris des konings. Aldaar geschaard in den tuin, plaatste de koning zich op de trappen van de groote zaal van het ho tel. De commissie stelde zich aldaar voor Z. M. De hoogleeraar Mulder had alstoen de eer aan den koning voor inbond van het adres. (Zoo kan bestaat die inhoud uit warme betuigingen van liefde en verknochtheid aan den koning en zijn geslacht.) Deze toespraak eindigde met een driewerf leve de koningOranje bovenhetwelk door al de honderden daar aanwezig met geestdrift werd aangeheven. Dadelijk daarop heeft de koning, diep ge roerd, de verzamelde menigte toegesproken in eene taal, die op het innigste trof. Hoe moeijelijk het zij de bezielde taal des konings terug te geven, wij wagen er eene poging toe en zij, die haar mogten hooren mogen ons vergeven, als zij gevoelen, hoe ver wij beneden de ons gestelde taak zijn gebleven. «Mijne Heeren Ten hoogste ben ik getroffen over dit uit nemend blijk van gehechtheid aan mijn huis. Ik ben niet iemand, dien zoo ligt de tranen in de oogen komen. Maar zij zijn in de mijne, gelijk ik ze in de uwe zie. «De weinige dagen, in dit gewest en in deze stad vooral doorgebragt, zullen mij on vergefelijk zijn. Zij zijn meer dan feestdagen. Op nieuw is er mij uit gebleken, welke ban den het Nederlandsche volk en niet het minste deze belangrijke stad en provincie aan het huis van Oranje yerbinden. Diep ben ik er door getroffen; ik ben er trotsch op en dank er God voor, koning van zulk een volk te zijn. «Ik zeg u allen dank voor de woorden, tot mij gerigt. Ik stel het mij aangeboden album op Imogen prijs. Het worde overgebragt aan mijne kinderen pp kindskinderen en zij hun eene blijvende herinnering van de treffende blijken van gehechtheid, mij en mijn huis alhier uit de volheid des gemoed,s geschonken. SNEEK, 25 September. Z. M. de koning heeft op den 19 dezer de vergadering der sla- ten-generaalin vereenigde zitting, geopend met de navolgende aanspraak: «Mijne Heeren! Andermaal, na kort tijdsverloop, bevind Ik Mij in Uw midden. Met genoegen rigt Ik Mij tot Vertegenwoordigers van een Volk, hetwelk Mij de ondubbelzinnigstede harte lijkste bewijzen geeft van genegenheid en ge hechtheid. Bij het hervatten Uwer gewone werkzaam heden mag Ik U de verzekering herhalen, dat Ik de beste verstandhouding blijf' bewaren met de overige Mogendheden. maanden ontving Ik bewijzen ling, welke Ik hoog waardeer. De vredelievende staatkunde, door Mijne Regering gevolgd, stelt in de gelegenheid gee- ne poging te verzuimen, om het vrije han- dels-verkeer tusschen Nederland en andere Sta ten uit te breiden. De zee- en landmagt blijven, voor zooveel de beperktheid der middelen het toelaat, eer vol aan hare roeping voldoen. Onze scheepsmagt vertoont zich in onder scheidene zeeën. Hierdoor worden betrekkin gen onderhouden, en wordt er steun verleend aan de nationale vlag en scheepvaart. De ondervinding wijst meer en meer de noodzakelijkheid aan, om den graad van geoe fendheid der landmagt te verhoogenzoowel door de miliciens langer ouder de wapenen te houden, als door vereenigingen van troepen. De toestand der koloniën en bezittingen van het Rijk in andere werelddeelen is in het al gemeen gunstig. In de binnenlanden van Sumatra werd de rust gestoord doch met geringe krach ls-ont- wikkeling hersteld. Evenzoo is het te vertrouwen dat aan ver nieuwde woelingen van Chinezen op Borneo weldra een einde zal worden gemaakt. In de Molukken hebben tot Mijn leedwe zenaard- en zeebevingen zware verwoestin gen aangerigt. Door de maatregelen van het bestuur en door de belangstelling van het al gemeenis deze ramp aanmerkelijk gelenigd. Aan het veelomvattend werk der verbete ring van onze voornaamste rivieren werd met kracht gearbeid. Aanvankelijk zijn de uit komsten voldoende. Landbouw, fabrijkwezen en nijverheid ver- keeren in gunstigen toestand. De meer en meer opgewekte ondernemingsgeest der inge zetenen deed het oog vestigen op onderschei dene nieuwe werken, waardoor de gemeen schap te water en te land zal worden bevor derd, of nieuwe gronden ter ontginning aan den landbouw zullen worden verstrekt Waar het algemeen belang het vereischt, wordt de inspanning der ingezetenen door bij dragen van het Rijk ondersteund. De werken tot verbinding van Nederland met het buitenland erlangen meer en meer uit breiding. De reeds vroeger goedgekeurde spoor wegen naderen hunne voltooijing. Aanvragen tot nieuwe vergunningen worden zooveel mo gelijk bevorderd. Ook de electro-magnetische telegraaflijnen worden bij voortduring vermeerderd en ver beterd. De onlangs voor rekening van bijzon dere personen aangelegde lijn naar Engeland is voor onzen handel van groot gewigt. Mogt men zich verheugen in het welslagen van de grootsche onderneming: de droogmaking van het Haarlemmer-meer, niet minder ver blijdend zijn de uitkomsten aanvankelijk door den verkoop der blootgelegde gronden verkre gen. Voor zooveel men kan opmaken uit de be- rigten, welke nog slechts gedeeltelijk verza meld zijn zal de oogst niet boven den mid- delmatigen te rekenen wezen. Ofschoon de bekommering, hierdoor in den laatsten tijd bij sommigen ontstaan, eenigzins overdreven mo ge schijnen, heb Ik echter voorloopig maatre gelen genomen, om den invoer der eerste le-' vensbehoeftenreeds niet noemenswaardig be zwaard, verder van belemmering te ontheffen. SNEEKER I I COURANT.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1853 | | pagina 1