NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER.
'1
1854. No. 30.
ZATURDAG
den 15 April.
Jaargang.
I
SNEEKER
eene
BINNEN- EN BUITENLAND.
lands belangen
I
1853;
het mi-
van
v» va n
COURANT
het weder zeer gunstig. Den 27sten hadden
de admiraals eene divisie fregatten naar Kos-
tendjick afgezonden, een punt aan de Zwarte
Zee, alwaar de muur van Trajanus uitloopt.
Men verzekert, dat deze beweging ten doel
heeft, den regtervleugel van Omer-pacha te
ondersteunen.
Naar het schijnt, begint men twijfelen
aan de handhaving der Zweedsche gewapende
onzijdigheid, bij de geestdrift en spanning,
die allerwege onder de bevolking van Zweden
merkbaar worden, en die vermeerderen naar
mate het tijdstip nadert, waarop de vijande
lijkheden op de Oostzee eenen aanvang kun
nen nemen. Bereids hebben wij medegedeeld,
dat de Zweedsche zich mannen reeds verheu
gen in het vooruitzigt, dat de Engelsche vloot
hun Finland zal teruggeven; de daardoor voort-
gebragte beweging maakt snelle vorderingen.
Sommigen vreezen, dat de regering wel zal
genoodzaakt worden, zich met de Westersche
mogendheden te vereenigen; zooveel is zeker,
dat het Zweedsche eskader bevel heeft gekre
gen, voor drie maanden proviand in te ne
men en zich gereed houden zee te kiezen.
De tijdingen uit Griekenland zijn zeer
belangrijk. De regering van koning Otto is
volstrekt niet bij magte, om de geestdrift te
beteugelen, die zijne onderdanen bezielt, om de
opstandelingen van Epirus, Tessalië en Mace
donië ter hulp te snellen. Mogt de Grieksche
regering het beproeven, dan ware eene omwen
teling onvermijdelijk. De verlegenheid, waarin
de koning zich bevindt, is groot: aan den ee
nen kant kwelt hem de vrees voor eene om
wenteling in zijne eigene staten; aan den an
deren kant wordt hij door Engeland en Frank
rijk bedreigd, als hij zich niet verzet tegen
elke deelneming zijner onderdanen aan den op
stand. Het schijnt, dat de twee nota’s, die
den 24 Maart dienaangaande zijn ingediend,
op den meest krachtigen toon gesteld zijn; in
de nota van Frankrijk moet nog een weinig
de vorm zijn in acht genomen, doch die van
Engeland is, naar men verneemt, uiterst scherp,
ja beleedigend.
Den 2 April werd in het winterpaleis te
Petersburg een plegtig Te Deum gezongen en
van de vesting een salvo uit het geschut ge
lost, ter viering van den overtogt van den
Donau door de Russische troepen. Des avonds
was geheel de stad verlicht.
De gezondheidstoestand der Russische troe
pen laat thans niets te wenschen over; hunne
oorlogszuchtige gezindheid vermindert niet.
Den 12 dezer wordt vorst Paskewitsch te Bu
charest verwacht.
Te Odessa zijn twee keizerlijke ukasen
ontvangen, houdende bevel aan de legers te
velde, de Engelsche en Fransche krijgsmagt te
behandelen op gelijken voet als de Turksche.
Een Duitsch dagblad meldt, dat onder
het volk een vernuftig antwoord op de vraag
gegeven is, wat het lot van Turkije tegenover
de vijf mogendheden zal zijn. Het antwoord
vindt men, wanneer de eerste letters van de
namen der vijf mogendheden bijeengevoegd
worden: Oostenrijk, Pruissen, Frankrijk, En
geland, Rusland (ppfer, d. i. offer, of het kind
van de rekening).
De door de heeren Rotschild aangekon-
digde Turksche geldleening is voor het oo-
genblik ingetrokken, zijnde er, naar men ver
zekert, door dat huis schikkingen getroffen,
om in de tijdelijke behoeften der Öttomannische
porte te voorzien. Namik-pacha is naar het
vasteland vertrokken.
De sultan heeft een bezoek ontvangen
van de Kurdische Amazone, bijgenaamd de
Zwarte Vrouw;” hij heeft haar de waardig
heid van pacha verleendeene allezins ver
diende belooning voor Fathma Hanamwelke
voor eigene rekening 450 ruiters uitrust en be
zoldigt, aan wier hoofd zij voor de verdedi
ging van Turkije zal strijden. Deze vrouw
is 60 jaar oud, doch bezit in het hanteren
der wapenen nog al de behendigheid en kracht
der jeugd.
’s GRAVENHAGE, 7 April. Men verneemt,
dat de nieuwe muntbiljetten van f 100 eerlang
zullen worden vervangen door eene betere,
van de overigen te onderscheidene soort.
een 40tal adspiranten aangemeld, tot het doen
van examen voor de telegrafie dat den 1 Mei
zal gehouden worden.
Te Haarlem werd gisteren in het St. Eli
sabeths—Gaslliuis gebragt het lijkje van een
pasgeboren kind, benevens de moeder er van,
die, als keukenmeid in dienst zijnde bij
der aanzienlijkste familien, uit vreeze bij ont
dekking van hare bevalling hare dienst te moe
ten verlaten, haar kind, pa zich zelve verlost
te hebben, op eene oiimenschelijke wijze moet
hebben geworgd.
Men schrijft uit Goes, dd. 6 April In
het naburig dorp Kapelle had gisteren een
treurig ongeluk plaats. Zekere boerenknecht
zoon van den landbouwer Nijsse, geraakte,
van het veld terugkomende, met paard en
wagen op hol. Om de paarden weder meester
te worden, windt hij de leidsels rondom den
arm; doch niets mogt baten. Integendeel, de
paarden trekken hem over bet voorstuk van den
wagen heen, hij valt tusschen de paarden in,
en was, door dat de wagen hem over het hoofd
ging, in weinige oogenblikken een lijk.
Men verneemt, dat ten laste van den hr.
F. R. C., pastoor in Heem in Noord-Braband,
dezer dagen proces-verbaal is opgemaakt, we
gens overtreding van art. 6 der wet op de
kerkgenootschappen, aks zullende hij eene be
grafenisstoet in kerkelijk plegtgewaad uit de
kerk tot op den publieken weg gevolgd zijn.
Volgens een berigt van Zr. Ms. consul
te Marseille, hebben de-invoeren van granen
aldaar, gedurende de maand Maart jl., bedra
gen 557,000 charges; gedurende de laatste 5
maanden bedroegen ze 948,000 charges of 30,560
Verordening tot wijziging van
art. 1 van het Reglement
Polieie voor de dienst
het Trekoeer tusschen
Leeuwarden en Sneek.
Art. 1 wordt gewijzigd als volgt:
Dagelijks
warden en
van
maanden bedroege
Nederl. lasten.
De Moniteur bevat een breedvoerig ver
haal van de wijze, waarop het Fransche es
kader van het Oosten een geschenk van Na
poleon III, bestaande in eene schilderij, de
H. Maagd voorstellendeals beschermheilige
der matrozen, heeft ontvangen.
Het ministerie in Oostenrijk heeft bevo
len, dat Joodsche kinderen op plaatsen, waar
geen Israëlitisch instituut bestaal, de Roomsch-
Katholieke school moeten bezoeken, en slechts
dan ter schole van een Protestantsch onderwij
zer mogen gaan, wanneer dit wegens een’ te
verren afstand volstrekt niet te vermijden is.
Sedert eenige dagen heeft men te Frank
fort buitengemeen warm en vruchtbaar weer,
dat reeds eeneu weldadigen invloed op den
plantengroei uitoefent. De aankomst der zwa
luwen, die doorgaans eerst in de laatste helft
van April aldaar verschijnenkondigt mede ee
nen vroegtijdigen zomer aan.
Het Oostenrijksch-Pruissisch- of defensief
verbond is tot stand gekomen. Het tractaat
bepaalt: «dat de beide staten zich verpligten
elkander onderling hunne tegenwoordige be
zittingen te waarborgen, en elkanders belan
gen te beschermen. Voor het geval, dat Oos
tenrijk, tot verdediging van zijne en van Duitsch-
lands belangen, zich zal genoodzaakt zien aan
den krijg deel te nemen, zal Pruissen bereid
zijn, zijne strijdkrachten bij die van Oostenrijk
te voegen.”
In het lagerhuis verklaarde lord John
Russell vrijdag, dat Oostenrijk eene aanzien
lijke legerraagt op de grenzen van Servië con
centreertdoch dat het hem onmogelijk was,
bepaalde ophelderingen te geven omtrent de
voornemens van dien staat.
De tijdingen uit de Oostzee wederspro
ken het berigt, dat de vaart tusschen Reval
en Petersburg vrij is; volgens la Patrie, die
eenen brief uit Finland mededeelt van den
24 Maart, lag het ijs nog zeer sterk voor
Kronstadt, en heerschte er een hevige noord-
oostewind. Volgens den staat der atmosfeer
op het meer Ladoga, te Petersburg en te Kron
stadt, dacht men niet, dat de dooi spoedig
zou intreden, en dat laatstgenoemde haven
vrij zou zijn vóór de eerste dagen van Mei.
Is deze bewering juist, dan zouden natuur
lijk de operatiën der Oostzee-vloot eene ver
traging ondergaan.
Van de vereenigde vloten heeft men be-
rigten langs den gewonen weg tot den 28
Maart. Zij lagen dien dag te Badjick nabij
Kavarna, Sedert haar vertrek van Beicos, was
SNEEK, 14 April. In de zitting van de
eerste kamer der staten-generaal van den 10
dezer zijn aangenomen de navolgende wets
ontwerpen dat tot verhooging van hoofdstuk
VIII der staatsbegrooting voor 1854 (drooge
dok te Willemsoord), met algemeene (52) stem
men na eene woordenwisseling tusschen den
heer Van Swinderen en den minister van ma
rine; dat tot verhooging van hoofdstuk V der
staatsbegrooting voor 1855 (herstel van water-
keeringen in Zeeland), met 51 tegen ééne stem
die'van den heer De Villers de Pité, nadat
de minister van binnenlandsche zaken op het
verslag der commissie van rapporteurs eenige
inlichtingen had gegeven dat tot verhooging
van hoofdstuk X der staatsbegrooting voor
1854, met algemeene (52) stemmen, nadat de
heeren Van Dam van Isselt en Van Rijcke-
vorselalsmede de minister van oorlog daar
over het woord hadden gevoerd; die tot ver-
eeniging der gemeenten Valburg en Loenen en
Wolferen, Laren en Verwolde, Nieuwer-Am-
stel en RietwijkeroordBeets en Schardam,
Leijmuiden en Kalslagen, Avenhorn en Grost-
huizen en ScharwoudeHeerhugowaard en
Veenhuizen, alle zonder beraadslaging met al
gemeene stemmen, met uitzondering van die
betrekkelijk Beets en Schardam, en Heerhugo
waard en Veenhuizen waartegen de heer Van
Andringa de Kempenaer gestemd heeft.
Den 11 den zou de kamer beraadslagen over
de ontwerpen van wet, betreffende: den vrij
dom van invoer van meststoffen in Ned. In-
dië; het fonds van koopprijzen van domeinen;
hoofdstuk V der staatsbegrooting voor
het pensioen der militaire leden van
litair geregtshof, en 26 naturalisatiën.
De Amst. Cour, meldt uit Sneek, dd. 7
April: LI. dingsdag werd door de policie, in
gevolge afgegeven bevel van gevangenneming,
op de weekmarkt aangehouden zekere W. H.,
slagter van Oosterzee; terwijl gisteren gevan
kelijk werd binnengebragt zekere H. P., koop
man, wonende te Echten, beide beschuldigd
van zware verwondingen te hebben veroor
zaakt, op zondag den 2G Maart 11., te Echten,
gemeente Lemsterland verkeerende de ge-
Wondde in gevaarlijken toestand.
Naar men verneemt, hebben zich ruim
AFKONDIGING.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van de Stad Sneek doen te weten, dat door
den Raad der gemeente Leeuwarden in zijne
vergadering van den 9 Februarij 1854, no.
en door den Raad dezer gemeente, in zijne
vergadering van den 6 Maart daaraanvolgende
no. 5, is vastgesteld de navolgende Verorde
ning:
zullen vier schepen van Leeu-
warden en van Sneek varen en wel bepaal-
delijk van Leeuwarden des morgens te 5 en
te 9 ure en des namiddags te 1 en te 4 ure;
en van Sneek des morgens te 5 en te 9 ure
en des middags te 12 en te 4 ure, doch van
den 1 December tot den laatsten Februarij
zal uit de beide steden des morgens slechts
één schip en wel van Leeuwarden en van
Sneek te 9 ure vertrekken uitgenomen des
dingsdags, als wanneer van Leeuwarden, en
des vrijdags, wanneer ook van Sneek de ge-
wone vroegbeurt zal plaats hebben.”
Zijnde deze Verordening aan de gedeputeer
de staten van Friesland, volgens hun berigt
van den 28 Maart 1854, no. 19 in afschrift
medegedeeld en door hen goedgekeurd.
En is hiervan afkondiging geschiedwaar
het behoort.
Sneek den 12 April 1834.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
S. TEN LITE.
De Secretaris
IIA CA.