NIEUWS- EN ADÏERTENTIE-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER. "'l 1857. No. 18. 12de Jaargang. WOENSDAG den 4 Maart. y -| h I m SNEEKER COURANT e BINNEN- EN BUITENLAND. ■e d. cl. 24 Febr.: 9 ure is hét schip e e n e 1 der en p Hierdoor wordt 1 dat het nader onderzoek zich aan het gereedelijk zal aansluiten en afkopen. Maar ook tevens, dat er gebruik is kunnen gemaakt worden Naar wij vernemen, is het departement van oorlog door Z. M. gemagtigd, om de mi liciens der ligting van 1856 die in reserve zijn gesteld, tegen den 1 April aanstaande in werkelijke dienst op te roepen, ten einde ge kleed en in den wapenhandel geoefend te worden, en wel die, welke tot het wapen der kavallerie en de regementen veld- en rijdende artillerie behooren in het algemeen, voor den tijd van een jaaren diewelke bij het wapen der infanterie, de drie rege menten vesting-artilleriehet corps ponton niers en het bataljon mineurs en sappeurs zijn ingedeeld, voor den tijd van zes maanden. In de zitting van de arrondissements - regtbank te Utrecht, van 26 Februarij jl. is uitspraak gedaan in zake Kemink en Zoon. De regtbank heeft dr. H. H. Kemink schuldig verklaard aan de policie-overtreding van met zijn weten te hebben medegewerkt tot ver spreiding van een gedrukt geschrift, waarin de naam beroep en woning van den schrijver of drukker niet was uitgedrukt doch onder de omstandigheid van den drukker te hebben bekend gemaakt, en hem mitsdien bij verstek veroordeeld tot eene boete van ƒ5 ten bate der gemeente Utrecht, en in de kosten van het regtsgeding ten zijnen aanzien gevallen. Tevens heeft de regtbank verklaard dat de schuld van N. D. Kemink, aan het hem ten laste gelegde feit, niet is bewezen en hem vrijgesproken, de kosten, ten zijnen aanzien ge vallen te dragen door den staat. Het valt thans niet meer te betwijfelen dat het verzoek door den heer mr. C. G. E, d’Engelbronner aan den koning gedaanom eene commissie te benoemen tot het onder zoek van zijne handelingen als secretaris-gene- raal bij het departement van justitie, is af gewezen. Gisteren heeft de requestrant daar van kennis bekomen. Wij zien dus het reeds door ons gegeven berigt dat door het Han- delsblad inmiddels stellig onjuist” werd ge noemd bevestigd. Het verzoek van den heer d’Engelbronner om verschoond te mogen blijven van de aan vaarding van het wachtgeld, onder de voor waarden hem door den minister van justitie opgelegd is bij hetzelfde besluit toegestaan. (Amst. Cour.') Men meldt uit Harlingen Heden morgen tusschen 8 en 1 Dirkje Adamakapt. O. Mehlen bestemd ter walvisclivangst, uitgezeild. De bemanning telt 56 koppen. Dezer dagen zijn, door middel van den Engelschen duiker George Hall de luiken opengemaakt van het te Vlissingen gezonken stoomschip Rarensbourne en bereids twee kisten met zilveren specie gered. Men meldt uit Staphorst d. d. 26 Febru ary Gisteren achtermiddag bezweek te Rou- veen alleronverwachtst in de kracht zijns le vens, de landman W. W. Hij was met zijheri ISjarigen zoon met dorschen bezig. Plotseling roept hij uit: O wat word ik raar,” en hij was een lijk. Een kwartier uur vroe ger had het huisgezin, onder vrolijke gesprek ken nog met elkander koffij gedronken. Hij laat eene vrouw na met zeven nog onverzorg de kinderen. Onlangs is een gedeelte verbrand van de gebouwen der mairie van het 6e arrondisse ment van Parijs; de duplicaten van de bij dit ongeval te loor gegane acten zijn volgens de wet gedeponeerd aan de griffie van het ge- regtshof van eerste instantiemen heeft be rekend dat men om al de verbrande acten te doen copiëren vijftien personen acht jaren lang dagelijks daartoe zou moeten bezigen en eene som van 400,000 francs daarvoor uitge ven. Een natuurverschijnselin de van de polen verwijderde streken zeer zeldzaam is jl. maandag, van 5 uur des namiddags tot zonsondergang, te la Rochelle waargenomen. Men zag aldaar de zon en twee nevenzonnen op gelijke lijn geplaatst, de ware zon in het midden en hare beide afspiegelingen, die uit den aard der zaak minder schitterend waren, aan weerszijden. Een vreesselijk ongeluk is, niettegen- SNEEK, 5 Maart. Van den 21 tot en met den 27 Febr. zijn in deze provincie 502 runderen aan de besmettelijke longziekte ge storven of afgemaakt; bedragende daardoor het totaal der gevallen sedert 1 Jan. dezes jaars 2375. De afdeelingen van de tweede kamer der staten-generaal zetten dagelijks het onderzoek over aanhangige wetsontwerpen voort. Volgens in omloop zijnde geruchten zou de kamer vóór paschen geene openbare beraad slaging houden over eenig aanhangig gewiglig wetsontwerp en zou zij na den afloop van het onderzoek in de afdeelingen en bel afdoen van eenige ontwerpen van minder belang, weldra hare werkzaamheden tot na paschen schorschen. In dien tusschentijd zou de rege ring gereed zijn met hare antwoorden nopens de voordragten van wet die nu het onder werp van overweging in de afdeelingen uit maken waarover de beraadslagingen alsdan achtervolgers kunnen worden gehouden. Bij de tweede kamer der staten-generaal is den 26 Februarij jl. ingekomen eene missi ve van den minister van koloniën waarbij om zoo veel mogelijk aan het verlangen van de kamer te voldoen worden toegezonden ex emplaren van no. 74 en 73 van het Staats blad van Nederl. Indïéinhoudende het re glement op de drukwerken in Nederl. Indië en de bepalingen tot verzekering van de uit voering en regelmatige werking van dat re glement. Hoewel de minister gaarne bereid is al die inlichtingen te geven welke niet strijdig zijn met art. 89 der grondwet, zoo meent hij zich echter te moeten verschoonen andere bescheiden mede te deelen. Uit het nu onlangs ingediende wetsont werp op het lager onderwijs ontleenen wij het volgende Art. 1, Het lager onderwijs omvat het Lezen schrijven rekenen benevens de beginselen der Nederlandsche taal der ge schiedenis, der aardrijkskunde, der kennis van de natuur, der wiskunde en der vorm leer.” Art. 15. In elke gemeente wordt lager onderwijs naar den omvang van art. 1 ge geven in een voor de bevolking en de behoef te voldoend getal scholen toegankelijk voor alle kinderen zonder onderscheid van gods dienstige gezindheid.” Art. 21. Het schoolonderwijs wordt, door het aanleeren van gepaste en nuttige kundighe dendienstbaar gemaakt aan de ontwikkeling van de verstandelijke vermogens der kinderen en aan hunne opleiding tot alle Christelijke en maatschappelijke deugden. De onderwijzer onthoudt zich van iets te leeren te doen of toe te laten wat strijdig is met den eerbied verschuldigd aan de gods dienstige begrippen van andersdenkenden. Hij prent aan de- kinderen dien eerbied in en wekt hen op tot onderlinge liefde en verdraag zaamheid. Het geven van onderwijs in de godsdienst wordt overgelaten aan de kerkgenootschappen. Hiertoe zijn de schoollocalen buiten de school uren voor de leerlingen der school beschikbaar. Waar de kinderen van het bezoeken der openbare school uit hoofde van godsdienstige bezwaren der oudersworden teruggehouden en deze bezwaren na een zorgvuldig onder zoek niet kunnen worden uit den weg ge ruimd wordt indien hieraan kan tegemoet gekomen worden door de oprigting van eene bijzondere schooi, tot het öprigten en onder houden van zoodanige schooldes gevorderd hulp verleend door middel van een rijkssubsi- diè. Het verleenen van zoodanig subsidie ge schiedt door de wet.” De memorie van toelichting bij dit wetsont werp vangt aldus aan Het ohtiverp van wet, hetwelk thans aan de kamer is aangeboden, heeft tot grondslag het ontwerp hetwelk in de vorige zitting onafgedaan bleef. Dat ontwerp had voornamelijk onder één opzigt aanleiding gegeven tot den wensch des konings dat alvorens verder te gaan, over wogen werd of de bezwaren welke er wa ren ontstaan niet konden uit den weg ge ruimd worden. Aan die lastgeving is voldaan. Het ge- wigt en de moeijelijkbeid daarvan zijn bij de bewerking ondervonden. Eene proef om tot bevrediging te geraken is nedergelegd in de nieuwe redactie van art. 21. Voor het overige kon het wets-ontwerp door de tegenwoordige raadslieden des konings aan Hoogstdenzelve aanbevolen worden als al- lezins geschikt om behoudens eenige wijzi gingen ook ten gevolge van aanmerkingen door de kamer in haar voorloopig verslag me degedeeld op nieuw tot grondslag van het na- gemeenschappelijk overleg te dienen. - -t het voordeel verkregen i vroeger spoediger kunnen een ruim i van den arbeid, welke door den voorlaatstee minister van binnenlandsche zaken, zoo tot herziening van het wets-ontwerp als ter beantwoording van het voorloopig verslag, was in gereedheid gebragt.” Bij de bijzondere toelichting van het hoofd beginsel (art. 21 hierboven) wijst de regering op het verschil van beschouwing en gevoelen, dat zich daaromtrent van den aanvang heeft voorgedaan en dat, het valt niet te ontken nen eenige spanning” heeft doen ontstaan. Allen te bevredigen zal den wetgever zoo ooit, op dit gebied althans niet te beurt val len zijn streven moet zijn aan zoo velen mogelijk te voldoen.” De regering is voor het behoud der gemengde school, de openbare school, toegankelijk voor de kinderen van al le godsdienstige gezindheden. Om tot eene oplossing van het godsdienstig vraagpunt te komen stelt de regering drie beginsels op den voorgrond, namelijk: In de eerste plaats de lagere school is niet bestemd om eigenlijk gezegd onderwijs in de godsdienst, om kerkelijk leerstellig onder wijs te geven. Dit is de taak, ja het regt der kerkgenootschappen waartoe de kinderen behooren. In de tweede plaats daar de openbare school toegankelijk moet wezen voor kinderen van verschillende godsdienstige gezindheden moet aan de kinderen niets geleerd worden wat in strijd zoude zijn met hunne godsdien stige begrippen. De onderwijzer behoort de begrippen van andersdenkenden te eerbiedi gen dien eerbied aan de kinderen in te pren ten en hen te stemmen tot onderlinge liefde en verdraagzaamheid. In de derde plaats: datgene, wat aan de godsdienst voor het schoolonderwijs ontleend wordt, moet zooveel doenlijk in overeenstem ming zijn met de godsdienstige begrippen der bevolking.” «Overigens begeert de regering niets anders, dan dat de openbare gemengde school zóó zij ingerigtdat de kinderen van alle gezindhe den daarvan gerustelijk kunnen gebruik ma ken. Zij wil alzoo geene eenzijdige rigting volgen of gevolgd hebben.” In de zitting van de tweede kamer der staten-generaal van den 2 dezer is met alge- meene stemmen aangenomen het wets-ontwerp tot vaststelling van het koloniaal batig slot voor 1854. De Staats-Courant behelst de Algemee- ne openbare rekenschap” van de besteding der liefdegaven ontvangen ten gevolge der collecte tot leniging der rampen veroorzaakt door den watersnood van 1855. Uit die op gaven blijkt, dat in het geheel werd ont vangen eene som van f 679,208.95. Van die gelden is toegekend aan de noodlijdenden in Noord-Brabant 118,466.14'/,in Gelderland ƒ454,670.47, in Zuid-Holland 46,791.587, en in Utrecht 79,280.95*/,. Bij den minister van financiën is ont vangen een naamlooze brief, gedagteekend Ley* den 19 Febr.met de volgende woorden wegens aan het land verschuldigde doch te goeder trouw niet voldane cuccessie- en andere regten te weten in bankbiljetten ƒ140, in muntbiljetten ƒ160, eene coupon Rusland ƒ50 en in gereed geld ƒ7, te za- men uitinakende eene som van ƒ557.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1857 | | pagina 1