NIEUWS- EN ADVERTENT1E-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEEK.
l
1858. No. 14.
13de Jaargang.
WOENSDAG
den 17 February.
ip Jik
loopt
BINNEN- EN BUITENLAND.
V
tinimiiiHiB
SNEEKER
COURANT.
□n
lersonen vooral ge-
sraëlitische tot het
overgegaan.
de door
goed ver
liet tractaat met Gua-
het ontwerp strekkende tot aan-
SNEEK, 16 Februarij. Van den Gden tot
en met den 12 dezer zijn in deze provincie 171
runderen aan de besmet tel ij ke longziekte ge
storven of afgemaakt; bedragende daardoor het
totaal der gevallen sedert 1 Jan. dezes jaars 854.
In de zitting van de tweede kamer der
staten-generaal van den 12 dezer is ontvan
gen eene koninklijke boodschap, ten geleide
van drie wets-ontwerpen 1) tot regeling van
's rijks algemeene comptabiliteit; 2) nopens de
en de taak van de algemeene
en 5) wegens de geldelijke aan-
van de hoofden der minister!-
KENNISGE KING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de Stad SNEEK maken hiermede bekend,
dat voorloopig is vastgesteld het kohier van
den Hoofdelijken Omslag dezer gemeente, voor
den jare 1858, en dat het van heden, gedu
rende veertien dagen ter Secretarie dezer ge
meente voor een’ ieder ter inzage is ueder-
gelegd.
Sneek den 10 Februarij 1858.
Burgemeester en IKelhouders voornoemd
WOUDA.
De Secretaris
HACA.
samenstelling
rekenkamer
sprakelijkheid
ele departementen.
Nog is ingekomen
temala en
vulling der wetgeving op het patent.
Z. M. heeft bij besluit van 5 dezer
goedgevonden te bepalen, dat, ter aanvulling
der landmagt in onze overzeesche bezittingen
in 1858 2G00 man derwaarts zal worden
gezonden. Onder de naar Oost-Indie te be
stemmen militairen zullen begrepen worden
van het leger hier te lande, eenige voor be
vordering aanbevelenswaardige onderofficieren
en korporaals van de infanterie en de artille
rie, ten einde aldaar den officiersrang te be
komen.
De luitenant-generaal adjudant-generaal
des konings, baron Forstner van Dambenoy
belast geweest met de overbrenging van Zr.
Ms. gelukwensching aan keizer Napoleon III
wegens de ontkoming aan den aanslag op 14
Januarij beproefd, is door den keizer benoemd
tot grootofficier van het Legioen van Eer.
Men schrijft aan de Amst. Cour, uit
’s Hage d. d. 12 Februarij
Reeds werd in de dagbladen gewag ge
maakt van de buitengewone” bedrijvigheid
bij de aldeeling waterstaat en publieke wer
ken in het departement van binnenlandsche
zaken heerschende. Het vermoeden, dat dit in
verband staat met de opmaking van projecten
voor spoorwegen waarvoor door de staten-
generaal f 60,000 op het budget is toegestaan,
is juist. Deze opnemingen nu zullen naar
ik verneem spoedig plaats hebben, en, waar
schijnlijk onder de leiding van den hoofdin-
specleur van der Kun bestuurd worden door
de ingenieurs van den waterstaat Schneiteren
van Dielen, terwijl de hoofdingenieur (titulaire)
Musquetier die van de dienst der lands-ge-
bouwen onder dankzegging is ontslagen met
de loopende dienst er van hier ter stede zal
worden belast; ik hoop in staat te zijn, u
spoedig de benoemingen van het overige per
soneel te kunnen mededeelen.”
Naar men meldt zou door de regering
besloten zijn tot het aanleggen van eene tele
graaflijn van Wormerveer, over Purmerende
Hoorn en Enkhuizen naar de Friesche kust,
om daar aan te sluiten bij de bestaande lijn
te Sneek.
Uit Amsterdam wordt gemeld d. d. 12
Februarij De beurtman van Sneek op deze
stad eergisteren in het ijs beklemd geraakt
voor het Noord-Holl. kanaal, werd belange
loos door de stoomboot Constantia bijgestaan
en in het kanaal gesleeptwaardoor vaartuig
en lading voor gevaar en schade behoed ble
ven. Wij gelooven dus aan al de belangstel
lenden genoegen te doen en in hunnen geest
te handelen door hiervan melding te maken
en den wakkeren kapitein der Constantia
openlijk lof en dank te brengen voor
hem, op echte zeemanswijs, gul en
leende hulp.
Aan het ook alhier onvangen treurige be-
rigt wegens het verdrinken van vier personen
bij het reeds gegraven gedeelte van hetNoord-
Willemskanaal thans breedvoerig voorkomen
de in de Prov. Gron. Courant, ontleenen wij
bet volgende
Vrijdag middag begaf zich een gezelschap
van acht personen uit Eelde en Paterswolde,
op schaatsen naar het evengenoemde kanaal.
Na zich eenigen tijd op de Punt te hebben op
gehouden keerde men terug. Alsnu wilde
men ter loops eveu het kanaal gaan zien
doch bemerkte met schrik dat de beide zich
bij het gezelschap bevindende kinderen zijnde
een I2jarig zoontje van ds. P. Begeman, van
Eeldeen het ruim 9jarig zoontje van den
heer W. J. H. Tresling van Paterswolde,
regt toereden op een open vak op de schei
ding van het Noord-Willemskanaal en het Ho-
rensche diep. Men riep hun nog toe, doch
de knapen schenen het gevaar niet te bemer
ken reden beide in de opening en zonken.
De heeren A. Hesselink van Paterswolde een
grijsaard van ruim 70 jaren en ds. Begeman
predikant te Eelde schoten onmiddellijk ter
hulpe toe. Ds. Begeman sprong zonder zich
te bedenken zijn kind achterna en verdween
naar het schijnt, terstond in de diepte. De
dochter van den heer Hesselink wilde haren
vader nog terughouden doch de moedige grijs
aard herinnerde haar, dat hij een goed zwem
mer was sprong mede in het water, en kwam
weldra weêr boven met het zoontje van den
heer Tresling in den arm. Reeds wenkte hij
zijne dochter, die hem, terwijl hij met het
kind in den arm op den rug naar den kant
zwom haar boa wilde toewerpen dat alles
goed.jging, toen hij plotseling met zijn’last weg
zonk, en nu om niet weder te voorschijn te
komen. Inmiddels kwamen ook de heer J.
G. M. Timmerman gepensioneerd luit.-kolo
nel van het Oost-Indische leger te Eelde en
diens zuster die mede tot het gezelschap be
hoorden bij de plaats des ougeluks, en ge
raakte ook de laatstgenoemde in iiet water
doch had tevens het geluk er spoedig weder
uit te komen. Maar, helaas! elke poging,
om de beide andere heeren en de kinderen te
redden, bleef vruchteloos.Toen later de lij
ken werden opgehaald bevond men dat de
heer Hesselink ook nu nog den knaap dien
hij had willen redden in zijnen arm hield
geklemd.
Uit Zutphen wordt gemeld d. d. 11 Fe
bruarij Alhier en in de omstreken worden
sinds eenigen tijd door Pruissisehe kooplieden
vele runderen tegen buitengewoon hooge prij
zen opgekocht kunnende de oudste landlie
den zich niet herinneren immer zulke hooge
prijzen ontvangen te hebben.
Men meldt uit Genemuiden d. d. 11
Februarij De laatste storm die het ijs in
de buitenpolders gevoerd heeft was voor de
ze streken zeer weldadig, doordien het ijs,
dat in beweging kwam zwaar met klei bezet
was welke kleilaag men nu
terug vindt bij vele duimen dikte, hetgeen als
eene natuurlijke niestspecie kan aangemerkt
worden. Het zal aanstaanden zomer bij den
oogst blijken dat het voortbrengend vermo
gen van den bodem door die klei zeer gewon
nen heeft, terwijl de dijken geene schade on
dervonden.
Uit Groningen wordt gemeld d. d. 12
Februarij Naar wij vernemen heeft Z. M.
de koning beschikkende op de dezerzijds op-
gezondene adressen aangaande de verplaatsing
der buskruidmagazijnen uit deze vesting, goed
gevonden te bepalen, dat die magazijnen naar
elders zullen worden verplaatst, wanneerdoor
de gemeente daartoe eene subsidie wordt ver
leend van ƒ6000.
Eene akelige gebeurtenis heeft dezer da
gen in de buurtschap Ane, gemeente Har
den berg plaats gehad. Op zekeren dag had
een bakker en kastelein W. genaamdeene
hevige benaauwdheid met braking vergezeld
welke dien dag en avond aanhielden. Te bed
gegaan zijnde scheen het iets te bedaren
plotseling springt hij uit het bed, grijpt een
mes en loopt naar de schuur, dadelijk door
de dienstmeid en een’zijner buren achtervolgd
doch die hem reeds in den beestenstal zagen
liggen in zijn bloed wentelende. W. had
zich den bals afgesneden. De ongelukkige W.
had bij zijne welbeklante bakkerij eene tap
perij van sterken drank gevoegd en werd in
korten tijd van een oppassend bakker een lie
derlijk kastelein die zijne zaken verwaarloos
de. Zijne nog jeugdige en knappe echtgenoot
verviel hierdoor in eene kwijnende ziekte en
voelde reeds haar einde naderen. Zij maakte
hem er wel opmerkzaam op om zijn gedrag
te verbeteren maar niets had invloed op den
ongelukkige; hij bedronk zich des te meer,
en wilde nu (volgens gevoelen van sommigen)
door vergift een einde aan zijn leven maken
doch daar zulks mislukte, nam hij tot eene
andere wanhopige daad zijne toevlugt en bragt
die ten uitvoer. Des daags na zijne begraving
is ook de vrouw bezweken nalatende drie kin
deren waarvan het oudste negen jaar is.
Uit Meppel wordt gemeld d. d. 10 Fe
bruarij Van de zijde der vleeschhouwers is
van hier aan de tweede kamer der staten -
generaal opgezonden eene petitie, waarin hun
ne adhaesie wordt betuigd aan het voorstel
van de 9 leden der kamerover de afschaf
fing van de belasting op het geslagt. Zij ver
zoeken daarin verder dat de kamer moge be
vorderen dat welgemeld voorstel kracht van
wet erlange en toonen de wenschelijkheid
daarvan aan in een betoog, dat die belas
ting is onzedelijk als aanleiding gevende tot
vele smokkelarijen en venatoire handelingen
dat ze de behoeftige volksklasse berooft van
het gebruik van het voedzaamste dierlijke voed
sel daar, volgens hunne meeningin som
mige gemeenten door die afschaffing het vleesch
15 cents per Ned. pond in prijs kan vermin
deren dat moeijelijk de juiste waarde van
het slagtvee te bepalen is en dat de uitvoet
naar Engeland van vet vee ten nadeele van
de behoeftige volksklasse wordt bevorderd, door
dien een vet rund voor ƒ8 naar Londen kan
worden vervoerd en hier geslagt wordende
ƒ50 a ƒ40 aan accijns moet kosten.
Men meldt uit Meppel d. d. 11 Febru
arij Even buiten deze plaats aan de Hooge-
veensche vaart op den nieuwen straatweg vond
heden namiddag, ua afloop der markt, weder
om een gelijk voorval plaats als voor eene
maandnamelijk dat een wagen met ééu
paard bespannen waarop een man vrouw
enz. zich bevonden, van den weg op en door
het ijs in het kanaal stortte zeer vermoede
lijk ter oorzake dat het paard voor de schaat
senrijders schichtig werd. Dit schromelijk on
geluk dat den landbouwer R. B. uit het na
burige IJborst overkwam, is, door spoedig bij
komende hulp nog goed en zonder ongeluk
ken afgeloopen ten minste de personen en
hel paard zijn uit het ijs gered.
Als een bewijs van hoe groeten invloed
algemeene gezondheidsmaatregelen op den duur
van het menschel ijk leven zijn wordt door
den hoogleeraar Buchanan eene statistiek me-
op de landerijen degedeeld welke als hoogst belangrijk kan
l worden beschouwd.
In de laatste helft der 15de eeuw stierf de
helft der menschen beneden de 5 jaren en
de middelbare leeftijd der geheele bevolking
was slechts 18 jaar. In de 17de eeuw stierf
de helft vóór dat het 12de levensjaar bereikt
was. In de eerste helft der 18de eeuw be
reikte de helft der bevolking 27 jaar, en in
de tweede helft 54 jaar. De middelbare leef
tijd is thans reeds tot 55 jaar gestegen ter
wijl die verhouding op den duur nog gunsti
ger wordt vooral in de groote steden. Op
merkelijk is dit vooral te Londen en in late-
ren tijd ook te Parijs. De vele millioenen
uitgegeven tot verbetering van straten grach
ten en woningen blijken dus de heilzaamste
vruchten te dragen.
Uit Oostenrijk wordt berigtdat in den
laatsten tijd zeer vele pi
studeerden van het Is
Roomsch-Katholieke geloof zijn
Er wordt bijgevoegd dat de nieuw-bekeer
den in de verschillende betrekkingen, waarin