NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER.
1853. No. 22.
WOENSDAG
den 17 Maart.
I3de Jaargang
t
SNEEKER
COURANT.
geplaatst
ge-
1
t
WIIIIIIM
u
u
i
i.
■e
e
T
gedurende drie
en danspartijen
Als eene
laars en
De ministers Lotsy (marine), Van Romunde
(R. K. Eeredienst) en Van Meurs (oorlog) be
houden hunne portefeuilles.
Wijders zijn nog bij besluit van den 12
dezer, no. 95, benoemd: tot minister van
staat jhr. mr. A. G. A. ridder van Rappard
minister van binnenlandsche zaken en als
zoodanig met den 18 dezer eervol ontslagen
en tot lid van den raad van state de heer mr.
M. Wiardi Beekman minister voor de zaken
der Hervormde en andere Eerediensten en
mede als zoodanig eervol ontslagen met den
18 dezer maand.
Het heeft Z. Maj. behaagd bij besluit
van 18 February jl. no. 78, 'aan de onder
officieren eu korporaals van het leger eene ver
goeding van ƒ10 en 5 toe te kennen ter
tegemoetkoming van hun kleediogs- en repa-
ratie-fonds hoofdzakelijk om daardoor de in
houding op de soldij voor hen te beperken
die anders nog al drukkend wordt gevoeld bij
de hooge verteringen in de menages.
Den 2 dezer is bij de tweede kamer
een ontwerp van wet ingekomen strekkende
tot wijziging van hoofdstuk VIII der staats-
begrooting over 1857 {Marine).
De aangekondigde zon-eclips op gisteren
is alhier, van wege eenen bijna onbewolkten
hemel en wel juist zoo lang zij duurde op
eene voortreffelijke wijze waargenomen en
zoo zag men dan op nieuw klaarblijkelijk be
vestigd wat de H. Schrift leert, namelijk,
dat de Heere regeert” en dat Hij niet va
ren laat de werken zijner handen want of
schoon zeer veie eeuwen verloopen zijn sinds
de wording aller dingen blijven die tallooze
hemelbollen welke het bewonderd oog veelal
des avonds kan aanschouwen en waaronder
ook ons zonnestelsel steeds geregeld de een
maal aan dezelve voorgeschrevene baan bewan
delen en wel zóó stiptelijk dat de anders
zoo kortzigtige mensch hunnen loop kan na
gaan en zelfs vele jaren vooruitnaauwkeu-
rig derzelver stand en rigting kan berekenen
en aanduiden.
Men meldt uit ’s Gravenhage d. d. 12
Maart De zittingen van de provinciale in
specteurs van het lager onderwijs worden da
gelijks aan het ministerie van binnenlandsche
zaken voortgezet. Die vergaderingen zullen
waarschijnlijk nog 8 of 9 dagen aanhouden.
De hooge raad der Nederlanden heeft op
den <0 dezer verworpen het beroep in cassa
tie van M. C. Swarters huisvrouw van W.
Roussou door het provinciaal geregtshof in
Noord-Holland veroordeeld tot de straffe des
doods, ter zake van moedwillige brandstichting,
W’aardoor het te voorzien was, dat menschen-
levens in gevaar konden worden gebragt.
Üit Zwolle wordt gemeld d. d. 11 Maart
ernstige waarschuwing voor hande-
winkeliers, vermelden wij het vol
gende voorval
Eergisteren avond kwam eene dienstmaagd
bij den koperslager J. van Munster, aan de
Melkmarkt, met verzoek, om voor zekeren
predikant alhier eenige koperen keukenlampen
ter bezigtiging te mogen medenemen met de
bepaling, dat ze vooral voorzien moesten zijn
van tangetjes. De koperslager voldeed aan haar
verlangen door het afgeven van vier lampen,
doch had de voorzigtigheid, haar door den knecht
te doen vergezellen om ze te helpen dragen.
Op de hoogte der woning van den aangeduid-
den predikant gekomen gevoelde de meid
dat het nu tijd werd iets te besluiten. De
twee lampen, welke zij droeg, aan haren ge
leider overgevendezei ze jongen ik moet
nog even meel halen schel maar vast aan
ik ben zoo terug.” Tegelijk maakte zij zich
voort en zal nog terug keeren. Het misdadi
ge doel der opligtster was mislukt.
Onder meerdere merkwaardige bijzonder
heden waartoe de tegenwoordige buitengewo
ne lage waterstand der rivieren aanleiding
geeftdiene het onderstaande
Te Constanz waar de Rijn uit het meer
van dien naam zijnen oorsprong neemt, werd
dezer dagen ter gedachtenis aan de door de
oudste menschen niet beleefde zeldzame da
ling der rivier, een feest gevierd door schut
ters met de karabijn, zoo als dit bij eene ge
lijke gelegenheid den 9 Maart 1679 en 14
Maart 1795 geschiedde. Het wit was geplaatst
in de bedding van den Rijn op 150 voet af
stand van den oever en door het gemeente
bestuur werd een zilveren beker aan den over
winnaar vereerd. De gansche bevolking was
zamengestroomd om dit feest bij te Wonen
tenten waren opgerigten tallooze tafels en
banken stonden op den bodem die gewoon
lijk door water is bedekt, en
dagen werden daar maaltijden
gegeven.
Tusschen Rheinheimin het groothertog
dom Baden en Zurich in het Zwilsersche
kanton Aargau heeft de lage stand der ri
vier twaalf eikenhouten pijlers, overblijfsels
van eene Romeinsche brugaan den dag ge
bragt. Een dier pijlers, tien voet diep in den
grond geslagen en aan zijn uiteinde met een’
ijzeren knop voorzien, werd uit de bedding
der rivier gehaald en na zestien of achttien
eeuwen in het water te hebben gestaan on
geschonden bevonden.
In de nabijheid van Kadelbury hebben de
bewoners van de beide Rijnoevers zich in de
bedding der rivier vereenigd en deze buiten-
gew'one ontmoeting door gezang en toasten ge
vierd. Daarna is van eiken oever een man in
het water nedergedaald met een glas wijn in
de hand en beide klonken in het midden
van den vloedwaar gewoonlijk het water
25 voel diep staat.
Te Wallbach hebben de bewoners der bei
de oevers in de Rijnbedding eene kegelpartij
gehouden en de Baders en Zwitsersonder
de banieren hunner landen geschaard met
toespraken in gebonden en ongebonden stijl
dit feest opgeluisterd.
Te Bacharach zijn al de ambachtslieden
voorzien van hun gereedschap, in de bedding
van den Rijn bijeengekomen, en daar zetten
slotenmakers, schrijnwerkers, kuipers, kleer
makers, schoenmakers, kappers enz. zich aan
den arbeid en werkten een’ ganschen dag op
den bodem, waarop gewoonlijk de Rijn stroomt.
De slagers hebben er een os en een kalf ge-
slagt koks hebben het vleesch dier dieren ge
braden en onder de feestelingen verdeeld die
het ter zelfder plaatse nuttigden. Eenige schip
pers hadden eene groote schuit op eene slede
geplaatst, die door paarden werd voortgetrok
ken en onder luid gejuich der tallooze me
nigte langs het feestterrein gevoerd.
In de stad Rawiczin Posen (Pruissen)
heeft op Aschwoensdagden 17 Febr. jl., een
soort van auto-da-fé plaats gehad. Een aan
zienlijk aantal R. K. gevangenen aldaar had
zich met voorkennis van de directie bijbels en
gezangboeken verschaft en nu heeft een gees
telijke die in de gevangenis onderwijs in de
godsdienst gaf, die boeken op evengenoemden
dag op het vuur geworpen en verbrand. Van
deze daad is aangifte aan de regering gedaan
en de bedrijver er van voorloopig in zijne be
diening geschorst.
In het Anhaltsche heeft de regering de
bepaling vastgesteld, dat geene kinderen bene
den de twaalf jaren op de fabrijken mogen
arbeiden en ook. boven dien ouderdom alleen
dan wanneer bij de kinderen voor een be
hoorlijk lager onderwijs ruimegezonde werk
zalen en naar hunne krachten geévenredigden
arbeid wordt gezorgd. Zoodanige bepaling
verdient ongetwijfeld navolging.
Eene jonge en gevierde actrice te Wee
nen mejvr. Gossmann heeft een’ geheel nieu
wen weg ingeslagen om geld voor de armen
bijeen te brengen. In plaats van nl. eene
voorstelling ten voordeele der armen op het
tooneel te geven, trad zij op zekeren voor
middag, in een blaauw zijden kleed en
kapt la chinoise in eene der voorsteden
van Weenen in den winkel eener arme we
duwe, waar men brood, gort, meel, eijeren
enz. verkochten speelde er tot laat in den
avond voor winkeljuffer. De zaak werd als
een loopend vuur bekend de toeloop was
w’eldra verbazend hoog en laag verdrong zich
in en om den winkelbijna alles werd ver
boven de waarde verkochten ’s avonds was
er over de ƒ1000 ingebeurd.
Uit Rome wordt gemelddat jhr. mr.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de Gemeente SNEEK brengen hiermede ter
kennis der ingezetenen dat op den 15 dezer
maand zijn vastgesteld de herziene lijsten, aan
wijzende de personen die in deze Gemeente
bevoegd zijn tot het kiezen van leden voor
de Tweede Kamer der Staten - Generaalvoor
de Provinciale Staten en voor den Gemente-
Raad dat deze lijsten zijn aangeplakt en van
nu aan gedurende 14 dagen ter Slads Secreta
rie voor een’ ieder ter inzage nedergelegd.
Wijders wordt bekend gemaakt, dat bij de
herziening der lijsten daarvan zijn geschrabd
de navolgende namen als van die
Voor de Tweede Kamer en Provinciale Staten:
Mr. K. Banga I. de St. Blijdesteijn A. J.
de Boer, W. H. Knossen S. Esveld U. Fa
ber, Johs. Fijlstra, A. B. van HagaG. de
Jager, J. W. JorritsmaJ. Keikes, K. J.
Krol, L. Meijer, T. van der Molen, A. S.
van Napjus, W. P. OsingaA. Prins, F.
H. Pijttersen Jan G. de Ruiter, mr. J. H.
de Sitter, A. JE. S. Sluijterman, H. K. van der
Sluis, P. Spoelstra, II. Wieliuga Iz. Wou
ters, W. A. van der Zijpp.
En van die voor den Gemeente-Raad
D. Akkerman, mr. K. Banga, H. Banning,
I. de St. Blijdesteijn Johs. Bouma Jan Brand-
sema S. Esveld, U. Faber, Johs. Fijlstra,
A. B. van Haga J. S. de Jong, J. W. Jor
ritsma, J. Keikes, K. J. Krol, L. Meijer,
A. S. van Napjus, J. Obbema S. Oldendorp,
P. van Os, W. P. Osinga, K. B. Pasma, A. J. Po
lak, Tj. Potma, Jacob Posthumus, F.H. Pijtter
sen, A. Radersma, R. Rinsma, Jan G. de Ruiter,
mr. J. H. de Sitter, A. jE. S. Sluijterman,
H. K. van der Sluis F. Stelma IJ. Stelma
W. Vlink, D. D. van der Werf, B. J. Wie-
lingaH. WielingaIz. Wouters, J. Zwa
nenburg, C. ZwartzA. P. W. G. Zijnen
wartel, W. A. van der Zijpp.
Allen personen die ééne of meerdere in de
kiezers gevorderde vereischten hebben verloren
of die overleden zijn.
En zal deze worden afgekondigd en
in de Sneeker Courant.
Sneek den 15 Maart 1858.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
WOUDA.
De Secretaris 3
HAGA.
BINNEN- EN BUITENLAND.
SNEEK, 16 Maart. Van den 6den tot
en met den 12 dezer zijn in deze provincie 179
runderen aan de besmettel ij ke longziekte ge
storven of afgemaakt; bedragende daardoor het
totaal der gevallen sedert 1 Jan. dezes jaars 1527.
Het heeft Z. M. den koning behaagd
bij besluit van den 12 dezer, no. 95:
1) Op het daartoe door ben gedaan verzoek
eervol ontslag te verleenen aan de heeren
jhr. mr. A. G. A. ridder van Rappard als
minister van binnenlandsche zaken dr. A.
Vrolikals minister van financiën; mr. P.
Meijer als minister van koloniën mr. J. J.
L. van der Brugghen als minister van justi
tie jhr. mr. D. T. Gevers van Endegeest. als
minister van buitenlandsche zaken en mr. M.
Wiardi Beekman als minister voor de zaken
der Hervormde en andere Eerediensten met
ingang van den 18 dezer en onder dankbe
tuiging voor de vele en gewigtige diensten
door hen Z. Maj. en den lande bewezen.
2) Voor het nieuwe ministerie te benoemen
de heeren
Mr. J. J. Rochussen koloniën
J. K. baron van Goltstein buitenlandsche
zaken
Mr. P. P. van Bossefinanciën
Jhr. mr. J. G. H. Tets van Goudriaan
thans commissaris des konings in de provin
cie Zeeland binnenlandsche zaken
Mr. C. H. B. Boot, thans burgemeester,
vau Amsterdam justitie met bepaling, dat hij
tevens lijdelijk zal zijn belast met het beheer
van het departement voor de zaken der Her
vormde en apdere Eerediensten.