NIEUWS- KN ADVERTENT1E-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER.
:;L
:C
n inblik
-1 bet
n i ons.'
(blies
1
1861. No. 12.
ZATURDAG
den 9 February.
VERGADERING
VAN DEN GEMEENTER AAD VAN SNEEK
MAANDAG DEN 11 FEBRUARIJ 1861,
des voormiddags ten 10 uur.
s
I
BINNEN- EN2BUITENLAND.
r
i
ril
et
>r-
Idc
en
n
de I
in 1
nr I
f-
sommjge straten.
Bestek voor eene nieuwe praam.
Adressen van de voormalige commiezen der
plaatselijke belastingen, om eene gratificatie.
Adres om vergunning tot het bouwen van ka
mers.
Missive van de PI. Schoolcommissiebetref
fende de regeling van het onderwijs op de Ne-
derd. scholen.
Rapport omtrent het Oude Kerkhof.
7.
'7u
7»
7.
'7.c
7,
7,
5 1
r J
r r
i I
F-
i - n j
- k/
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
SNEEK noodigen bij deze uitsollicitanten naar
de betrekking van tweede Hulp-onderwijzcr in eene
der lagere scholen alhierop eene jaarwedde
van ƒ300.
De aanvragen daartoe moeten, met overlegging
der vereischte stukken vrachtvrij ter Secretarie
dezer gemeente worden ingezonden vóór den 24
Februarij 1861.
Burgemeester
PUNTEN TER BEHANDELING.
Besluit omtrent de begrafenisregten.
Idem tot betaling uit de onvoorziene uitgaven.
Idem van goedkeuring van de aankoop van een
huis.
Te besluiten omtrent het al of niet verkoopen
van een gedeelte van dat huis.
Adres van Kornelis Jongbloed omtrent het
bouwen van een huis enz (aangehouden.)
Adres van de trekschippers naar Leeuwarden,
om wijziging in den tijd der afvaart.
Adres om wijziging van het reglement voor
het beurlveer naar Rotterdam.
Adres van Hijlke Ages Zoethout, om eene plek
gronds.
Rekening wegens het afgraven van landen.
Adres van H. Wouda en P. van der Feer Cz.,
omtrent het aanleggen van een voetpad.
Benoeming van een' Apotheker ten behoeve van
de Israël, armen.
Missive en voorstellen tot af- en overschrijving
van posten van uitgaaf over 1860.
en Wethouder» voornoemd
WOI11A.
De Secretarie t
1IAKA.
n rep.:
- met
n
e
-
n
t
Te Lent
weder wassende.
Kohier van omslag wegens het onderhoud van stand 10 duim
drijfijs bedekt was.
Het dorp Heesbij Nijmegen staat geheel
onder water. De weg naar Kleef is overstroomd
en onbruikbaar. Ubbergen en Beek staan mede
gedeeltelijk onder water terwijl Persingen en
Ooij grootendeels onder 'ijs en water zijn bedol
ven. De bewonersdie op de zolders hunner
woningen eene schuilplaats gezocht hebbenkan
men door het ijs niet redden.
Z. M. de koning is heden morgen van het
Loo herwaarts gekomen en heeft zich onmid
dellijk van hier over Beusichem naar de plaats
van het onheil in Maas en Waal begeven.
Aan een' brief uit Tiel, d. d. 2 dezer, ver
slag gevende van de doorbraak tc Leeuwen en
de omstandigheden aldaarontleenen wij de vol
gende treffende bijzonderheid:
„Een boer, mij bekend, zag zijn huis, zijne
vrouw en kinderen en 91 stuks vee vergaan,ter
wijl hij zich nog redde door naar den dijk tc
zwemmen. Een ander had vier van zijne kinde
ren bij een’ vriend gebragt, meenende ze daar
veiliger te zijn, en ziet, dat huis was een der
eerste dat met wat er in was verging.”
Uit Arnhem wordt gemeld d. d. 4 Febr.
De nadere berigten, over de gevolgen van de
doorbraak bij Leeuwen, zijn hartverscheurend.
Even beneden Ochtend had zich het ijs gestopt,
en dit was oorzaak van het bezwijken van den
dijk, even als in 1827. De dijkbreuk is zeer
groot en juist op een puntwaar het hoogst
moeijelijk is, die, althans vooreerst, te herstel
len. Bovendien was de toestand van den dijk bij
t Deest en Druten allerbedenkelijkst. De water
staat geeft zich alle moeitedie gedeelten door
het aanbrengen van dam-piankenmestenz. te
behouden. Maas en Waal is reeds voor het
grootste gedeelte onder water. Het bereikte reeds
vrijdag avond Weurt en zaturdag morgen Beu-
ningen. Weurt is gedeeltelijk en Beuningen ge
heel geïnundeerd. Te Ewijk had het vloedwater
zaturdag reeds eene ongekende hoogte bereikt en
bleef het nog wassende. In die gemeente had
niemand van beneden overstrooming verwacht en
waren de bewoners meestal gerust in hunne hui
zen gebleven, toen zij onverwachts werden over
vallen en op hunne zolders schuilplaats moesten
zoeken. Men begrijpe, welk een' angstigen nacht
zij doorbragten, terwijl zij steeds het water za
gen rijzen en men eerst den volgenden morgen
kon beginnen met schuiten menschen en vee te
redden, en hen die in hunne woningen konden
blijvenvan levensmiddelen te voorzien.
Uit Kampen wordt gemeld d. d. 4 Febru
arij: De ijsdam, die zich even boven het Ke-
telrak in het Regterdiep had gevormd door het
losgaan van den IJsselis gisteren namiddag te
half vijf ure het Regterdiep uitgedreven, terwijl
de Ketel heden morgen te zeven ure is los ge
gaan. De zee vóór de Ketel zit echterzoo
verre het oog reikt nog vast. Het Kamperei-
land is plasgeloopenmet uitzondering van het
hoogc bouwlandterwijl het Buiten-Haatland
de algemeene weide de Greentc genaamdbe
nevens de Vosse- en Zuiderwaard geheel vol zijn
geloopen. De bezorgdheid, dien men koesterde
voor de dijken is gelukkig verdwenen want
hoezeer de overloop een’ geruimen tyd heeft aan
gehouden hebben de dijken geene of althans
weinig schade geleden.
Uit Arnhem wordt gemeld d. d. 5 Febr.
Gisteren namiddag is het ijs vóór deze stad weg
gedreven en werden de seinschoten gelost. De
mond van den IJssel was reeds 's morgens los-
gegaan. De IJssel is verder op thans vrij van ijs.
Intusschen slaan nog vele gemeentenwaaron
der Alphen, Altforst en Dreumel, geheel onder
water en is de toestand verschrikkelijk.
Toen Z. M. zondag naar Tiel vertrok, werd
den koning tc kennen gegeven, dat er welligt
geen voegzaam nachtverblijf zou te vinden zijn.
„Danben Ik nog sterk genoeg (was het antwoord) om
des noods eenen nacht op den dgk door te brengen."
Van het Loo wordt berigt, dat door Z. M.
den koning alleen reeds ƒ75,000 voor de nood
lijdenden is verstrekten het laat zich aanzien
dat Z. M. weldadigheid aan de in nood verkee
renden wil blijven uitoefenen. Op de aanmerking,
dat *s konings kas op die wijze zou te kort schie
ten antwoordde Z. M.Dan verder maar stop
pen zooveel wij kunnen, en er ons een jaar wat
voor beholpeni' Een edel voorbeeld voorzeker I
Uit Amsterdam wordt gemeld d. d. 6 Febr.,
dat de rivierberigten aangaande de Lek althans
niet ongunstiger, en over het geheel heden gun
stiger luidenen het ijs van boven tamelijk
opruimt, zoodat zelfs, zoo als uit Nijmegen wordt
gemeld, op sommige punten reeds de scheep
vaart wordt hervat.
Men verzekertdat het water-gevaar voor
de Over-Betuwe geheel geweken is. Het ijs was
langzaam en geregeld afgedreven.
Uit 's Hertogenbosch wordt gemeld d. d. 5
Februarij: Sedert de laatste dagen komen geval
len van typhus voor, onder de noodlijdenden
door den watersnooddie hier ter stede verpleegd
worden. Vooral worden daardoor aangetast die
genen welke in de hal zijn geherbergd.
Uit ’s Gravenhage wordt gemeld d. d. 6
Februarij: Men verzekert, dat op den 19 dezer,
's konings verjaardag, eene algemeene collecte
voor de ongelukkigen door den watersnood in
het geheele rijk zal worden gehouden.
Hier volgt een afschrift van een deswege door
den koning gezonden telegrafisch berigt aan den
minister van binnenlandsche zaken
Ooggetuige der verschrikkelijke rampen, waar
door een deel Mijner beminde landgenooten ge
teisterd wordt, zoo verlang ik, dat een beroep op
de nationale weldadigheid gedaan worde, enver-
I zoek ik u, eene algemeene collecte, even als in
1855 daartoe te willen uitschrijven.”
Uit Assen wordt gemeld d. d. 5 Februari):
Na de treurige tijdingen wegens nieuwe over-
stroomingen hopen wijdat Z. M. de koning
de wetgevende magt bijeenroepe en haar een
wetsontwerp ter goedkeuring aanbiede hetwelk
voorstelt, uit de schatkist die thans meer dan
dertig millioen gulden bevat één millioen te ne
men tot onmiddellijke en krachtdadige hulp in zoo
onlzettenden nood.
Wij geloovendat zoodanig voorstel algemee
ne goedkeuring zou verwerven want dat milli
oen zou gewis niet beter te gebruiken zijn. Dia
lijden zouden dankbaar zijn en die buiten ge
vaar leven zulk een voorsteldat door kracht
van geld spoedige hulp kon schenken, hartelijk
toejuichen.
De heer mr. J. H. Burlage verzoekt ons
het volgend treffende berigt van ontvangsten
waarvan wij om die reden overname aan alle dag
bladen verzoeken mede te deelen
Van een oudkameraad voormalig onder-
i officier bij de plattelands Noord-Holl. schutterij van
SNEEK 8 Februarij. Volgens het Handels-
blad zal de tweede kamer derjstaten-generaal
tegen den 19 dezer worden bijeengeroepen.
De minister van marine heeft bekend ge
maakt, dat er met 1 September 1861 vier jon
gelingen als kadet bij het corps mariniers kun
nen worden toegelaten. Zij moeten hun 15de
jaar bereikt hebben en hun 18de jaar nog niet
zijn ingetreden. Het examen der adspiranten
heeft plaats in de maand Junij en de aangifte
daartoe moet plaats hebben vóór uit. April bij
den minister van marine.
Dingsdag jl. is alhier gearresteerd en naar
het huis van arrest overgebragt de persoon van
A. v. d. W. v. II bewoner van het huis waar
alhier in de vorige week brand ontstond, doch
die spoedig gebluscht werdals tegen welken
persoon ten aanzien van dien brand bezwarende
vermoedens schijnen te bestaan.
Op den volgenden dag is een ligte brand
ontstaan in de huizinge van den heer S.op den
Oosterdijk alhier, doch die, hoewel met eenige
schade mede al zeer spoedig werd gebluscht,
zoodat de reeds aangevoerde brandspuiten geluk
kiglijk ook hier geene dienst behoefden te doen.
-- In een op den 3 dezer verschenen buiten
gewoon nommer der Arnhemsche Courant leest
men o. a. het volgende
„Arnhem, zondag 3 Februarij, ’smorgens 8
uur. Wij hebben onzen lezers eene allertreurig-
ste tijding mede te deelen. Gisteren in den la
ten avond ontvingen wij een nader berigt over
de gevolgen van de doorbraak bij Leeuwen. Die
gevolgen zijn verschrikkelijk. Behalve de omge
komenen verkeeren zijdie het leven gered heb
ben, in grooten nood. Wel is waar zijn zij al
len onder dakdoch aan alles is gebrek. De
ellende moet bitter zijn. In jaren werd zulk eene
ramp niet beleefd. Hulp is noodig, maar vooral
is spoedige hulp een hoofdvereischte. Aan le
vensmiddelen erwten gort rijst boonen en
speken ook aan kleedcren, is behoefte.
Te Leeuwen brak de dijk op twee plaat
sen door. Behalve op het reeds gemelde punt
bij Veldzichtdrie kwartier van Wamel be
zweek de dijk ook iets hooger. Te Appeltern
worden verscheidene ingezetenen van Leeuwen
verpleegd. Die gemeente verkeert intusschen ook
in zorg. Terwijl het ijs nog vast is blijft het
water in de Maas wassende.
De toestand der overige Waaldijken blijft
bovendien zeer verontrustend. Deest, in Maas en
Waaltusschen Nijmegen en Leeuwenverkeer
de gisteren in groot gevaar. In den dijk ont
dekte men op verschillende plaatsen afschuttingen
die het ergste deden vreezen en alle krachten
deden inspannen, om den dijk te behouden.
Te Lent was gisteren namiddag het w-ater
In 3 uren tijds was de water-
gerezen terwijl de rivier met
SNEEKER
COURANT.
1
1
A
buisman ttï
J
i
i
i
1