12.
95.
1864.
NIEUWS- EN ADVERTEMIE-BLAD VOOR DE STAD EN DET ARRONDISSEMENT SNEER.
r.
NEGENTIENDE
Zaturdag 26 November.
VERGADERING
VAN DEN GEMEENTERAAD VAN SNEER
JAARGANG, -V No.
1.
et
'4
;a
BINNENLAND
I
te
in
:n
d.
’s GRAVENHAGE.
Door den gemeenteraad is eene commissie
benoemd met last om na te gaan, welke de
invloed zou zijn van de voorgeslelde wetten op
de plaatselijke belastingen op de geldmiddelen
van de genoemde stad. Naar luid van het ver
slag dezer commissiezou de bevolking dezer
gemeente bij eene eventuele invoering dezer
verordeningen er op moeten rekenen, dat zij
een bedrag van ƒ243,000 meer dan thans aan
directe belastingen zou moeten opbrengen. B.
en W. I
MAANDAG DEN 28 NOVEMBER 1864,
des voormiddags ten 10 ure.
Mededeeling van besluiten van Heeren Ge
deputeerde Slaten, houdende goedkeuring van
Raadsbesluiten
Idem van eene missive van Z. E. den Mi
nister tan binnenland,che zaken.
Adres van W. Zands tra tot onderhandsche
verpachting van de brug over de Woudvaart.
Missive betrekkelijk het aanleggen van een
geregeld beurlveer van Oldeberkoop op Sneek.
Te besluiten omtrent het maximum van on
derstand voor 1865.
Adres van W. Borneman om grond.
Missive van brandmeesters om meerdere toe
lage voor 1864
Voordragten van geneeskundigen ten behoeve
van de stads algemeene armen.
Voorstel betrekkelijk de publieke verhuring
van de Dille enz.
Rapporten.
STATEN-GENERAAL.
op nieuw tot de Tweede Kamer te wenden
met het verzoek om de bedoelde verordeningen
niet aan te nemen.
De regtbank heeft jl. maandag vrouw Gee-
reke, wier practijken in het vorige nomm. de
zer courant breedvoerig zijn vermeldschuldig
verklaard aan het houden van een leenhuis op
pand zonder vergunning, en haar veroordeeld
tot eene gevangenisstraf toor den lijd van drie
maanden en eene geldboete vsn ƒ500.
Z. M. heeft benoemd bij de orde van
den Nedcrlandschen Leeuw: tot ridders-Groot
kruis, de heeren Nobile Emilio Visconti Venos-
ta oud-minister van buitenlandsche zaken van
Z. M. den koning van Italië, Giovanni Manna,
oud-minister van koophandel van Z. M. den
koning van Italië en Gavaliere Ubaldino Per-
ruzioud-minister van buiten), zaken van Z.
M. den koning van Italië, en tot kommandeurs
dier orde de heeren Gavaliere Dominico Carut-
ti di Contogna minister-resident van Z. M.
den koning van Italië bij ons hof en Don Sili-
ro Spaventasecrelaris-generaal van het mini
sterie van binnenlandsche zaken te Turijn; den
heer K. W. E. Wolff, geheim opperregerings-
raad te Berlijnen tot ridders dier rde de
heeren Gavaliere Augusto Peiroleri secretaris
bij het ministerie van buitenlandsche zaken te
Turijnden markgraaf Gianbatista Borca en
Giacomo Malvano beide laatste ambtenaren
bij het ministerie van buitenl. zaken te Turijn;
A. A. Schultzegeheimraad van financiën P.
L. W. Jordan raad van legatie in werkelijke
dienst; en J. G. R. Meinecke geheimraad van
financiën allen te Rerlijn.
De zienswijze omtrent de voortreffelijkheid
van het in de laatst verloopen jaren voor onze
Oost Indische Bezittingen gevolgde stelsel van
bestuur wordt op nieuw door eene buitenland-
sche autoriteit bevestigd. Een Engelschman,
sir Wallace, een man alzoo ten eenenmale be
langeloos, geheel en al vreemd aan de Neder-
landsche partijen en hare belangen, heeft zich
gedrongen gezien de hooge waarde van ons
kultuurstelsel te schetsen in eene wetenschap
pelijke vergadering zijner landgenoolen. Niet
met het oog op finanliële voordeelen voor het
Rijk, maar uit een moreel oogpunt, namelijk
in het belang der beschaving van dc inlandsche
bevolking, wordt de grootste lof door dien
Engelschman aan genoemde stelsels toegezwaaid;
hij noemt die stelsels, zooals ze op Celebes en
op Java zijn in praktijk gebragt, „voortreffelijk
en juist geschikt, om de inlandsche bevolking
langzaam maar zeker en goed te beschaven,”
en wijst daarna, als een waarschuwend voor
beeld voor onze natie, op de rampzalige gevol
gen, welke het stelsel der vrij arbeiders in de
sKismi^uii £uu luvcavii vpui Engelsche kolonie Nieuw*Zeeland heeft na zich
hebben den raad voorgesteld om zich I gesleept.
«l»-
.8
it
SNEEKER
fl
je
gewone
Cents
.e
1.
13
k-
e-
d-
is
,a
ing on- I
de mi- I
js stelle I
ie hij in I
ontwerp
de spre-
uifgaven
a de te
en. Van
lieg van
oog dok
on voor-
gd, de
en op
undigen
'en, dat
11e ver
is met
met al-
ludende
sn voor
istititic)
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en
ZATURDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden is
binnen deze Stad ƒ1.65; buiten de Stad franco ƒ1.90
AD VERTEN TIEN van 1 tot 4 regels, gewone
letter 40 Cents, voor eiken regel daarenboven 10 Cents
behalve 35 Cents Zegelregt voor iedere plaatsing.
gevMa^J
rtcmeut]
an om 1
den on-
i en li- J
en voor I
vijand» I
ildedcu, 1
kunnen
geliaa-B
raag. ofll
inde ia 1
en. I
Mulkcn
werpen
loonden i
n. De I
leparte- I
Is door 4
n. De I
hij te- I
■deeling I
maar]
ter van I
irloopig I
ntwoor-1
erlegd, I
gcr be-1
an vrij-I
officie*
breedeJ
toondeI
het bc-|
voort*
volgens
i op u|
ud vuil!
uitzoii-1
sclielijk I
rent de 1
lik nog I
t leger, I
ind omfl
fënheid J
oorzien .4
gstelsel I
igon fel
Bij de beantwoording van de aanmerkingen vervat
in het voorloopig verslagbetreffende de begroeting
voor het departement van koloniën, heeft de minister
met dat departement belasto. a. geantwoord, dat aan
de baldadigheden, welke laatstelijk op Java zijn gepleegd,
en waarop bij het onderzoek in de afdeelingeu is gewe
zen een te groot gewigt is toegekend; dat vroeger wan
ordelijkheden hebben plaats gehad van meer belang, dan
die op welke is bedoelddat de wanorde zonder bezwaar
is gestuit, en dat men moet aannemen, dat geenegeest
drijvende Mohammedaansche priesters daarin gemoeid
zijn geweest.
Wat betreft het verlangde ontslag van een hoogge
plaatst O. I. ambtenaarverklaart de minister, dat het
verzoek daartoe uitdrukkelijk is gegrond geweest op de
behoefte om zich ter zake van bijzondere belangen naar
Nederland te begeven, en geenszins als een blijk kan
worden aangemerkt van ontevredenheid onder de ambte
naren daar te lande, zoodat de vrees voor verzwakking
van het gezag der regering als ongegrond moet worden
beschouwd: dat de scheepsmagt, welke laatstelijk naar
O. I. is gezonden, geenszins dient tot versterking,maar
tot aflossing van een gedeelte van het Indische eskader.
Ten aanzien van eene wet op de drukpers in N. I,
heeft de minister verzekerd, dat dit gewigtig onderwerp
bij verschillende departementen wordt overwogen, en dat
de Kamer eerlang het indienen van eene wet voor deze
aangelegenheid kan verwachten.
De minister meent, dat het gevoelen alsof er nog
altijd twijfel zou bestaan nopens zijne zienswijze betrek
kelijk de gouvernements-culture, bevreemding mag ver
wekken*; sedert bij de behandeling van de begrooting
voor 1863, door leden, die het minst genegen waren
hem te ondersteunen te kennen is gegeven dat dien
aangaande geen twijfel kon worden gevoed. Hij stemt
toe dat uit de toegezegde regeling van de aangelegen
heden van den landbouw en de cultuur-ondernemingen
zijn stelsel beter zal worden gekend dan uit den loop
eener beraadslaging; dat hij niets liever wensehtdan
die regeling te kunnen verdedigenmaar dat hem daar
toe nog een advies van de Indische regering ontbreekt.
ÈW courant.
imniu.wuMiiwflguiiitl
Het overleg met den gouverneur-generaal over de hef
fing der landrente is nog niet ten einde gebragt. Daar
in zalvolgens den minister, niet worden beslist zoo
lang de in *s konings aanspraak aangekondigde maatre
gelen, welke van groot gewigt zijn ten aanzien van dit
onderwerp, niet bij de wet zijn bekrachtigd.
Ten aanzien van de herhaalde aanvragen tot uitbrei
ding van gezag en giondgebied in de Buitenbezittingen,
heeft de minister verklaardte behooren tot hen die
meenen dat daarbij de meeste behoedzaamheid is aan te
prijzen, en die, terwijl in onze hoofdbezittingen nog zoo
veel te doen valtverlangen, dat onze beschikbare krach
ten niet dan in beperkte mate zullen worden aangewend
in streken waar dit slechts met belangrijke bezwaren,
of met twijfelachtige kansen op eene voordeelige uit
komst kan geschieden.
Volgens de memorie is het meerendeel van het Indi
sche leger van juistheidsgeweren voorzien. De troepen
op Java worden gewapend met getrokken geweren die
in de buiten-bezittingen met tirailleurgeweren. Van de
eerste soort, welke ten bedrage van 20,000 zullen wor
den vervaardigdzijn 13,050 voorhandenvan de tirail
leurgeweren 15,000.
Nopens de W. 1. koloniën verklaart de minister zich
ongenegen om maatregelen tot regtstreeksche bevorde
ring van immigratie te nemenin strijd met de wet van
1862. De regering erkent allezins de behoefte aan im
migratie en is bereid om dezemet inachtneming der
wettelijke voorschriften te bevorderen, maar de minister
verklaart tevens, dat die bevordering aan belangrijke
bezwaren onderhevig is. Voor het overbrengen van koelies
uit Britsch-Indie is weinig te wachten evenmin als van
het overbrengen van vrijverklaarde slaven uit Noord-
Amerika. Naar het oordeel van Z. E. heeft men nog
het meest van China te hopen, en zullen de planters
zich deswegens, in hun belang, met elkander dienen te
verstaan.
De minister beeft nog eenige wijzigingen in de be-
grootiug gebragt, ten gevolge waarvan zij eene vermin
dering 1.037,133 heeft ondergaan.
STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER.
Zitting van den 24 November.
In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal van heden hebben de ministers van financiën en
van koloniën breedvoerig geantwoord op de financiële en
koloniale beschouwingen in de zittingen van gisteren en
eergisteren.
Sommige leden hebben daarop nog gerepliceerd.
Morgen is het woord aan den minister van binnen
landsche zaken.
De minister van finantiën heeft medegedeeld, dat op
de dienst 1854 nog 31/, millioen meer overschot komt
uit de afrekening der kosten van het Indisch muntwe
zen, zoodat het ongebruikt overschot van 1864 nu reeds
9 millioen bedraagt.