NIEUWS- EN ADVERTENTIE-RLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER.
V
ic.
va o
£-
18Ö6. EENENTWINTIGSTE
Mei.
Woensdag
2
JAARGANG
BUITENLANDSCH POLITIEK 0VERZ1GT.
/'?- 7?7'
Art. 76.
De betrekkingen tusschen Rusland en Rome
zijn voor goed afgebroken. Hoezeer dit te
voorzien was, is het bevreemdend dat de po
litiek van den Heiligen Stoel niet vroeger deze
breuk heeft te weeg gebragt. De door de
Russischen regering gedane pogingen werden
steeds met uitvlugten beantwoord, immers tal—
looze bezwaren en moeijelijkheden door Rome
aan elke schikking in den weg gelegd. Van
de Russische zijde wordt de Paus verantwoor
delijk gesteld voor de gebeden, die door de
geestelijkheid in al de kerken van Polen bij den
aanvang van den opstand werden toegelalen.
Zij waren zoovele opwekkingen tot haat en
verachting der regering, bragten de bevolking
tol overspanning en leidden zoo tot een be
treurenswaard bloedbad dat de Stedehouder
van Christus op aarde had behoorer. voor te
komen. Verder wordt gewezen op de allocu
tie door den Paus uitgesproke.i bij gelegenheid
der geloofs propaganda in April 1864 en de
en de encijclica van 30 Julj deszelfden jaars,
in welke twee documenten de Czar en zijne
reg ling in t openbaar werden beleedigd niet-
te^eiistuanae toen ten aanzien der Poolsche
gecsielijkheid nog geen organieke maatregelen
waicn genomen. De eerste organieke maatre
gel, ueu effende de ordesgeestelijkheid, van 27
O toiler 1864, was in overeenstemming met de
aitikehn vuu het concordaat en kon dus geene
aanleiding tot protest geven. De tweede maat
regel, die van 26 December, betrof de bezol
diging der geestelijken, voornamelijk ter be-
V»
schoon-
1
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels, gewone
.letter 40 Cents, voor eiken regel daarenboven 10 CenUi
behalve 35 Cents Zegelregt voor iedere plaatsing,
COURANT.
Art. 239.
Het lijk van een aan de kinderziekte gestorvene zal
in zijne laatst gedragen kleederen gekist, en, behoudens
de bepaling van artikel 73 en 76, binnen vierentwintig
uren begraven worden.
Sneek den 27 April 1866.
De Commissaris van Politie
WIJM4.
Art. 228 [derde alinea].
De secreten en andere middelen tot afvoer van on
reinheden zullen, bij voldoende ruimte, in of bij de hier
ioreu bedoelde woningen niet anders geplaatst of inge-
rigt worden, dan op aanwijzing en opgave van den ste-
delijken architect.
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en
ZATURDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden is
binnen deze Stad f 1.65 buiten de Stad franco f 1.90
Art. 232.
Alle voorwerpen van verbruik, die te' verkoop aan
geboden, uitgevent of uitgesteld worden, zullen des ver-
eiscut, aau keuring onderworpen zijn.
De Keuring geschiedt door den persoon of de perso
nen daartoe door Burgemeester en Wethouders aan te
wijzen, zij zullen bij het doen der keuring van het be
wijs hunner aanstelling voorzien zijn en dit, des verlangd
aan de belanghebbenden vertoonen-
Art. 233.
Het is verboden, onrijp ooft te verkoopen often ver
koop aan te bieden, uit te venten of uit te stallen.
Art. 235.
Zij die bedorven of anderzins voor de gezondheid
schadelijke, of verbodene of afgekeurde voorwerpen ver
koop, ii, uitventen of uitstallen, zullen voor zoover het
feit met valt in de teimen van het wetboek van straf-
regt of van cenige andere wettelijke bepalingen, gestraft
worden met de boete in art. 242 bedreigd.
Die voorwerpen zullen door de politie inbeslag mogeu
maanden, na de afkondiging dezer verordening door of
van wege de eigenaren, met de voorschreven bepaling
in overeenstemming zijn gebragt, of ingerigt moeten zijn
als besloten privaten, voorzien van een vat of bak tot
vervoer der meststof.
Bij de ophanden zijnde zomerwarmte en hieruit
meermalen ontstaande ziekte gevallen, worden navolgende
artikelen der Algemeene Politie verordening voor de
gemeente Sueek, ter naleving dringend aanbevolen, zul
lende hierop door de politie naauwkeurig worden gelet.
Art. 74.
De ambtenaar van den burgerlijken stand kan, hetzij
ter voorkoming van besmettelijke ziekten, het zjj om
andere redenen van algemeen belang, de begraving zelfs
vroeger dan binnen den bij de wet. bepaalden termijn
van 36 uren na het overlijden, toestaan of gelasten.
Art. 75.
Geen lijk mag begraven worden vroeger dan één uur
na zons-opgang noch later dan één uur vóór zons-on-
dergang. In bijzondere gevallen mag de ambtenaar
van den burgerlijken stand vergunning verleenen, om de
begraving op een ander uur te doen plaats hebben.
Bij de algemeene begraafplaats zal een vertrek be
schikbaar zijn, waar men, hetzij wegens noodzakelijkheid
om een lijk met bijzonderen spoed uit het sterfhuis te
verwijderen, hetzij door dien de gesteldheid van dien
grond niet toelaat een graf binnen den bij art. 73 be
paalden termijn te delven, het lijk inmiddels kan doen
opnemen en plaatsen.
Art. 87.
Ieder bewoner of gebruiker van een huis, gebouw of
erf zal zorgen dat zijne goten en waterlossingen des
Zaturdags behoorlijk worden uitgeschept en gereinigd.
Hij zal tevens zorgen, dat de met klinkersteenen ge
vloerde openbare straat, vóór, bezijden en achter het door
hem bewoonde of gebruikte perceel dien dag geschrobt
worde.
In straten waardoor geen water loopt, zal dit uit
scheppenreinigen en schrobben, des Zaturdags op zoo
danig uur moeten geschieden, als door de politie zal
worden aangezegd.
Het bij dit artikel bedoelde uitscheppen, reinigen en
schrobben zal ook op andere dagen der week moeten
geschieden wanneer zulks door de politie noodig ge
oordeeld en aangezegd is.
Art. 89.
Goten en riolen tusschen belendende huizen [wanden]
zullen ten minste tweemaal ’s jaars, en wel in de maan
den Mei en Augustus, worden uitgehaald en
gemaakt.
Art. 99.
De stoffen en voorwerpen in het voorgaand artikel
bedoeld zoomede die uit het reinigen van goten of
straten voorkomen, waarvan men zich wil ontdoen, zullen
niet anders dau in potten, bakken of dergelijke verza
meld en uitsluitend bestemd ter beschikking van de asch-
lieden worden uitgezet;
Die potten en bakken zullen steeds in goeden staat
en zoo zindelijk mogelijk worden gehouden.
Zij zullen, uitgezet, steeds gedekt zijn.
De bepaling van dit artikel is niet toepasselijk op het
reinigen van wanden.
worden genomen.
Bij de toepassing der straf zal de regter mogen be
velen, .dat die voorwerpen tot verbruik ongeschikt ge
maakt of' vernietigd zullen worden.
Als maatregel van politie in het algemeen belang
zullen bedorven af anderzins voordegezondheid schadelijke
voorwerpen, in spoed vereischeude gevallen, dadelijk na
de inbeslagneming vernietigd of begraven mogen worden.
Art. 236.
Bij heerschende of besmettelijke ziekten, is ieder ver
pligt, de verordeningen door Burgemeester en Wethou
ders, in overleg met de plaatselijke geneeskundige com
missie uitgevaardigd, op te volgen.
Art. 237.
Bij het uitbreken der kinderziekte, [natuurlijke pok
ken] in een huis zal het hoofd des huisgezins daarvan
dadelijk kennis geven aan den Burgemeester.
Art. 238.
Aan zoodanig huis zal van gemeente’s wege een tee-
ken geplaatst worden.
Dit teeken mag niet dan van gemeente’s wege worden
weggenomen.
Art. 139.
De eigenaar of houder van trekhonden of van vreem
de in deze gemeente niet behoorende honden, zal deze
zoolang zij er verblijven, een muilband of muilkorf doen
drageu.
Art. 90.
De onderhoudpligtigen van slooten, havens, water
lossingen, vergaderbakken, riolen en goten zullen deze,
onverminderd de bepalingen van artt 87 en 89, moeien
uitmodderen, uithalen en reinigen op de tijdstippen door
de politie aan te zeggen.
Art. 91.
Zij zullen die werken ten allen tijde behoorlijk onder
houden en des vereischt herstellen.
Zij zullen aan riolen en goten, welke blijken te naauw
te zijn, of die eeue voor de afwatering ondoelmatige lig
ging of constructie hebben, de door Burgemeester en
Wethouders verlangde verandering, aanbreiigen.
Het onderhouden, herstellen of veranderen hierboven
bedoeld, zal binnen een door den stedelijken architect
te bepalen termijn plaats hebben.
Art. 98.
Het is verboden, asch, afvalkrengen bloedstroo
secreetmest, of eenige andere vuile en stinkende stollen,
te werpen of te laten loopen in-of op openbare grachten
havens, straten, opslagen, of wallen, of in- of op de ei
gendommen van bijzondere personen.
Deze bepaling is mede van toepassing, op de thans
bestaande secreten en riolen tot afvoer, van secre. tmest,
voorzooverre de uitmondingen met het boven vei wulf
geene twee palmen beneden zomerpeil in de havens,
grachten, of slooten uitkomen.
De bestaande secreten en riolen moeten binnen twee
Art. 134.
Drie uren nadat zulks door Burgemeester en Wethou
ders bij openbare afkondiging is verboden, mag niemand
een hond op de openbare straat laten losloopen.
Art. 135.
Ieder eigenaar of houder van een hond zal dien steeds
doen dragen een koperen halsband, voorzien van den
naam des eigenaars of houders.
Art. 136.
Hij zal tevens in acht nemen de maatregelen van
voorzorg tegen hondsdolheid, kwaadaardigheid of anderen
overlast van honden op straat, door Burgemeester en
Wethouders te verordenen.
Art» 137.
Dolle honden, of die door eenen dollen hond gebeten
zijn, of verdacht worden gehouden gebeten te zijn, zul
len door of van wege de politie worden gedood.
Art. 138.
Alle andere, door eenen dollen of van dolheid ver
dachten hond gebetene dieren of die, om welke redenen
ook voor de openbare veiligheid gevaarlijk worden ge
acht zullen op last der politie door de eigenaars of
houders opgesloten en zorgvuldig afgezonderd gehouden
worden.
Zij zullen door of van wege de politie, des noodig
worden afgemaakt.