HUNTS- BI IHBIBIIHUI VODII BI STAD KI BET ARRBSMSSEIIEST ML
BiAisi vm it zinnm.
I860. EENENTWINTIGSTE
JAAUGANG
t
Woensdag o September.
r
1
Slaten-GeneraaL Tweede Kamer.
1l
v
r
r
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels,gewone
latter 40 Cents, voor eiken regel daarenboven 10 Cents
behalve 35 Cents Zegelregt voor iedere plaatsing,
H M 1 S 1 A 8
Zitting van 5 September.
In de zitting van heden, waarin de beraad
slagingen over de Oost Indische begrooling is
vocrtgezöt, zijn de discuasien ever paragraaf 1
afgeloopen.
Z. M. heeft den luit, ter zee le kl. O./
van Slooten, met den laatsten September a. s. op
zijn verzoek eervol afgevoerd uit het korps
zeeofficieren der Nederlandsche marine, en met
1 October daaraanvolgende de betrekking van
inspekteur over het loodswezen, de betonning,
bebakening en verlichting in het le district te-
Groningen, waarmede hij thans tijdelijk is be
last, bepaaldelijk aan hem opgedragen; op
hun verzoek, eervol ontslag verleend behouders
aanspraak op pensioen en met dankbetuiging
voor hunne langdurige aan den lande bewezen
diensten, aan de heeren jhr. O. van den Sant-
heuvel, uit zijne betrekking van provincialen
direkteur der dirskte belastingen, in- en uit
gaande regten en accijnsen in Groningen, en
G. D. Simon, uit zijne betrekking van provin
cialen direkteur der direktie belastingen, in- en
uitgaande regten en accijnsen in Friesland;
voorts is de provinciale direktie der direkte be
lastingen, in en uitgaande regten en accijnsen
in Drenthe, met den S October aanst. opge
heven en vereenigd tot ééne direktie met de
provinciale direktie van Groningen; en be
noemd tot provinciale direkteur der direktie be
lastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen:
iu Friesland, den heer J. J. B. Püster, thans
provinciaal direkteur in Drenthe; in Groningen
en Drenthe, residentie Groningen den heer W.
J. Terkuyl, thans provinciaal direkteur in Zee
land; en in Zeeland, den heer U. W. van der
Grondenthans kontroleur dier middelen te
Zwolle.
Naar wij vernemen is de raad vaa den
Waterstaat, belast met het onderzoek van het
plan tot droogmaking enz van een gedeelte der
Zuiderzee, zamengesteld als volgt: de hh. F. VZ.
Conrad hoofdinspekteur, voorzitter; H. F. Fyajö
van Salverda, inspekteur ia de le inspek tie; J.
G. van Gendt, hoofd-ingeaieuï ia Koord-’iol-
land; W. C. P. baron van Reede ven Outslioorn,
hoofd-ingemeur in Utrecht; jhr. J. Ortt van
öchonauwen, hoofd-ingenieur iu Gelderland; N.
J. vau der Lee, hooid-iugeuieur iu Overijssel;
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en
ZATÜRDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden is
binnen deze Stad f 1.65 buiten de Stad franco f 1,90
Gelijk bekend is, is voor eenige dagen door
der. Inspecteur ven den Waterstaat, J. A. Beye-
riuck eene brochure uitgegeven getiteld„Proe
ve van een ontwerp tot afsluiten enz. van een
gedeelte der Zuider Zee;“ opgemaakl ten ver-
1 rrj voor
de strekking hebbende om
i wenschelijkheid te betoogen
der droogmaking van het zuidelijke deel der-.
Keuchenius met 63 tegen A, van den heer van
Swieten met 48 tegen 19, van den heer Thor-
becke met 48 tegen 19 en van den heer van
Heukelom met 35 tegen 32 stemmen.
Morgen zijn aan de orda gesteld de motiën
van de heeren Fokker en de Brauwover de
aangelegenheid der afdamming van de Ooster»
Schelde.
In deze zitting is ingekomen een wetsontwerp
tot vaststelling der regeling van uitgifte van gron
den in erfpacht in Oost-Indie.
der Anna Paulowna-polder en der Waard en I De onderscheidene motiën van orde zijn bij
Groetgronden voor de geldschieters hebben ge- stemming allen verworpenalsvan den heer
had.
Volgens het oordeel van den heer A. zoude
eene meer noordelijke rigting der afsluitdijk,
misschien tusschen de Noord-Hollandsche wal
en Harlingen of Hindeloopen, verkieselijk zijn
vooral omdat de lengte der zeedijken, die buiten
de afsluiting zijn gelaten, daardoor zeer zou
worden verminderd en die dijken, ten koste
van het Rijk of onder het verstrekken van
Rijkssubsidiete gemakkelijker verhoogd en
versterkt zouden kunnen worden, ’twelk verder
zou leiden tot groote besparing van onderhouds
kosten der tegenwoordige dijken en sluiswerken
legen de hooge stormvloeden.
Hoezeer nog in wording, kan deze onderne-
een der belangrijkste vraagstukken der eerste
jaren daarslellendat vooral met het oog
op onze Friesche zeeweringen, waarvan de
duurzame soliditeit wel eens wordt betwijfeld,
en derzelver onderhoud, hetwelk reeds thans
mede op anderen dan de van ouds daartoe
verpliglen wordt gelegd, onze voortdurende
belangstelling in de hoogste male verdient. Bij
eene mogelijke daarstelling toch van het ge
projecteerde werkj, in den geest van den heer
Beyerinck, lijdt het geen twijfel, dat met noord-
westelijke stormvloeden het Noordzeewater veel
hooger tegen onze dijken zal worden gezweept
wanneer de groote zuidelijke boezem der Zui
derzee zal zijn afgesloten, dan vroeger vóór die
afsluiting het geval was; dat daardoor het
gevaar van dijkbreuk en overstrooming zal ver
meerderen, de onderhoudpligtigheid, voor wie
dan ook, aanzienlijk verzwaard en tegenover de
mogelijke voordeelen voor den Staat, aan Fries
land een last eu nadeel zal worden berokkend
voor die provincie door niets gewettigd. Ter
wijl het dus nog lijd is, trachte men door
naauwkeunge kennis van den aard der moge-
Ujke gevaren die ons misschien binnen kort
zullen bedreigen, deze zoo doenlijk af te wen
den of de daardoor te berokkenen schade op
de schouders van die ze veroorzaakte, over te
brengen. Wij achten het niet noodig voor
alsnog meer te doen dan op de eventualiteiten
te wijzen, overtuigd dat de zaak door onze
Friesche waterbouwkundigen te zeer op haren
waren prijs zal worden geschat, dan dat niet
iedere meerdere aanbeveling onzerzijds overtol
lig zou zijn.
zoeke der Nederlandsche maatschappij
grondcrediet, en i
de mogelijkheid en
Zuider Zee,’ langs de lijn loopende van het
Keteldiep bij Kampen, langs Urk tot bezuiden
Enkhuizen, waardoor ongeveer 193,700 bund,
grond voor den landbouw beschikbaar zouden
worden. Thans is door de Commissarissen en
Directeuren der voornoemde maatschappg een
verzoekschrift aan Z. M. den Koning gerigt,
waarbij die maatschappij zich bereid verklaart
die droogmaking le ondernemen, op later met
den Staat overeen te komen voorwaarden, in
geval n. 1. de Regering er toe mogt besluiten,
dit werk door particuliere krachten te doen
tot stand brengen. De Minister van Binnen-
landsche Zaken heeft dien ten gevolge een raad
van den Waterstaat benoemd, ten einde te
onderzoeken, in hoeverre het dooi den heer
B. ontwerpen plan uitvoerbaar is, en of de
uitvoering aan particulieren behoort te worden
overgelaten dan wei van Staatswege moet wor
den ondernomen. Hoezeer nog geenerleij uit—
zigt op eene concessie is geopend, verdient de
maatschappij, die reeds belangrijke kosten heeft
aangewend, om door bevoegde deskundigen,
den kolonel Beyerinck en den ingenieur Stiel
tjes een onderzoek naar de gesteldheid van
den bodem der Zuider Zee le laten doen
allen lof, dat zij den eersten aansloot heeft ge
geven tot eene onderneming dieveel groot-
«cher dan de droogmaking der Haarlemmermeer,
krachtige hulpbronnen voor de toekomst kan
openen en waardoor eene geheel nieuwe pro
vincie op welenschappelijken weg aan ons Va
derland zou worden geannexeerd. Het is na
tuurlijk dat plannen van zoo ruimen omvang
vooral daar alle gegevens, zóó wat kosten,
als de veraoedelijke waarde der te verkrijgen
gronden betreft, niet dadelijk met volledige dui
delijkheid kunnen omschreveu worden, veel
tegenspraak zullen ondervinden. Reeds nu is
een open brief van den heer P. Opperdoes
Alewijn van Hoorn, aan den heer Stieltjes in
het licht verschenen, waarbij de groote beswaren
worden op0esomd, die de uitvoering van het plan,
zoowel voor den Waterstaat van Noord-Hoïland
al» voor de nijvere kustbewoners der Zuider Zee,
aan wie hun bestaanmiddel, de vischvangst,
ontnomen wordtzal hebbendaargelaten
nog de slechte uitkomsten, welke de indijking
Zie onder de Binnenlandsche berigten,
SHEERER
'I
COURANT
A !>-■■
1*