N1IUHS- EN ADVMNT1E-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER. No. «7. I 'I 1836. EENENTWINTIGSTE 5 December, Woensdag Slate n-G e n e r a a 1. A I >B 1 H' JS X. A M lu dit benut leest men BURGEMEESTER en WETHOUDERS van- de Gemeente SA EEK maken bekend, dat, ten Gemeentchuize, op Woensdag den 5 December e.k van 11 1 uur, eene herstemming zal plaats hebben voor een lid in de KAMER van KOOPHANDEL en FABRIEKEN tusschen de hoeren Men verneemt dat in alle afdeelingen van de Tweede Kamer der Stalen Generaal de vvensch is te kennengegeven, dat de Regering door het aanbieden van crediei-wetten mogl voorzien in den geregelde» financielen loop van zaken met het begin van het dienstjaar 1867 De tijd aan de kamer gegund voor een grondig onderzoek dt;r slaatsbegrouliogen van het vol* gend jaar is te kort, om deze tijdig genoeg vast te stellen; en zulks te meer, nu de minister van oorlog en marine hoogst belangrijke wij zigingen in het defensie stelsel van het land en in de soort van schepen ten behoeve onzer zeemagt hebben voorgedragen, die zoowel uit een krijgskundig als financieel oogpunt gewig- tige gevolgen voor de toekomst kunnen ople veren. De minister van binnenlandsche zaken heeft het houden van markten en van open bare verkoopingen van rundvee ook in die gemeenten van Gelderland, waar zij nog niet zijn geschorst, na den 2 December e. k. ver* boden, en den kommissaris des konings in die provincie gemagtigd vergunning te verleenen tot het houden van openbare verkoopingen van rundvee, wanneer het vee aan één eigenaar toebehoorl, of wanneer het bij boedelveikoopin* gen lot den boedel behoort. Opmerkelijk is het aantal schepen, dat door de geheerscht hebbende stormen in het laatst der maand November, in onze zeehavens is opgehouden geworden. Den 29 November toch vertrokken uit Texel 66 schepen; uit llel- voetsluis 70 schepen en uit Maassluis 39 schepen, naar verschillende havens in Frankrijk, Enge land, Noorwegen enz bestemd. Het zilveren kistje, dat, namens de ver schillende loges van Nederland aan Z. K. ff. prins Frederik is aangeboden, als geschenk op zijn SOjarig feest als grootmeester nationaal der Nederlanden, is in de Ulrechtsche zilverfabriek ontworpen en vervaal digd; het is een kunststuk van groote waarde en even smaakvol ais geestig zamengesteld. Het stuk is lang 55 duim, breed 25 en hoog 60. Voorop is eene gouden plaat aangebragt, waarop men leest: Aan Willem Frederik Karei prins der Nederlanden, vijftig jaren grootmeesler-nationaal, waarboven eea gouden ornament met gouden kioon, keurig met edelgesteenten en paailen bezet. Onderaan twee geniussen broedermin en dankbaarheid, die een gouden krans houden boven een gouden wapenschild, waarop roet diamanten eene fraaije F. prijkt. Rondom vindt men op 5 paneelen omsioleu door Gharilen, magonnieke emblemata, alles in goud gewerkt, en aan de beide uiterste zijden de jaartallen 1816 en 1866, met dia manten bewerkt. Bovenop is een Sierlijk beeld geplaatst, met een gouden acaciatak in de eene band vertredende een gedrocht dat bet met een lans heeft overwonnen, voorslellende: deu triomf van het licht over de duisternis. In de Staatscourant komt een verslag voor van het op 27 November te Amsterdam ge vierde feest van de orde der vrijmetselaren wuaibij ongeveer 1200 leden der orde tegen woordig waren, lu dit berigt leest men o. a. bet volgende TEETZE GONGGRIJP en JETZE L. BAKKER. .Burgemeester en Wethouders voornoemd WOUDA. De Secretaris HAGA. SNEEKER behooreude renten, rente- de begrootingspos ADVERTENT1EN van 1 tot 4 regels,gtwoa letter 40 Centsvoor eiken regel daarenboven 10 Centg behalve 35 Cents Zegelregt voor iedere plaatsing, van wet tot vaststel- van het fsnds, voortspruitende uit domeinen, dienst 1867. Daarbij van ƒ566,500 aflossing van 3 3 J Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATURDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden is. binnen deze Stad ƒ1.65, buiten de Stad franco/1.90 Aan de Tweede Kamer der Staten Generaal zijn gedrukt roudgedeeldlo. ontwerp ling der begroeting de koopprijzen van wordt die begooting vastgesteld op de som waaronder ƒ525,000 tot amortisat e en nationale werkelijke schuld, daaronder begrepen de af koop van tot het domein behooreude renten, rente lasten en uitkeeringen. 2o. Ontwerp van wet tot wijziging en verhooging van het Vlle hoofdstuk (B) der Staatsbegrooting voor 1865 Daarbij wordt het totaal van het hoofdstuk verhoogd met ƒ3139 3o. Ontwerp van wet tot vermindering van hoofdstuk VII (A) (nationale schuld.) der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1866 (amortisatie van rentegevende nationale schuld). Daarbij wordt het vroeger vastgestelde bedrag tot amortisatie van schuld verminderd met ƒ6,550,060 en alzoo gebracht op 7 7,959,253,34, de lie afd. op ƒ7,965 253 34 eu het geheele hoofdstuk, vast-gesteld bij de wei van 29 December 1865 [Staatsblad no, 1692,op ƒ35,951,489,39. 4o. Ontwerp van wet tot verleening van den termijn gedurende welken de wet van 17 October 1865, betrek kelijk het vaststellen van buitengewone maatregelen tot afwending van besmet telijke veeziekte en tot wering ba rer uitbreiding en gevolgen, van kracht is. Bij dit ont werp wordt voorgesteld de gemelde wet van 17 October 1865 van kracht te doen blijven tot 1 January 1868. In de memorie van toelichting tot dit ontwerp behoo- rende, wordt omtrent deu stand der ziekte het volgende gezegd.- Verlenging der wet tot 1 Januarij 1868 schijnt vol doende- Van onteigening en afmaking vandoor veety- phus aangetast of daarvan verdacht vee, gedurende ee- nigen tijd voortgezet, moet het einde der epidemie wor den verwacht. Wel was het tijdstip waarop met de toe passing der wet van 15 September jl. een aanvang is gemaakt, niet gunstig, omdat er toen een sterke neiging tot uitbreiding der ziekte werd waargenomen, maar consequente toepassing dier wet in gemeenten en streken waar weinige gevallen voorkwamen, of waar de ziekte zich op nieuw voordeed, heeft de ziekte tot het meest besmette gedeelte, bet oostelijk deel van Zuid- hoilaud en het westelijke deel van Utrecht, beperkt. In de overige deelen dier provinciën en in het zuide lijke deel van Noordhollaud komen wel hier en daar gevallen voor; zij zijn echter niet menigvuldig, en ont eigening en afmaking van zieke en verdachte dieren be letten aldaar de uitbreiding. Zoodra ook in de genoemde meest besmette streek de ziekte aal zijn tot staan gekomen en tul een giini- mum gereduceerd, zal zij daar met goed gevolg kunnen worden uitgeroeid Het is uiet. mogelijk te bepalen, wanneer daartoe het oogcublik zal zijn gekomen. Zelfs is de vrees reeds bewaarheid, dat de opstalling van het vee in de besmet te streek het aantal ziektegevallen aanvanklijk heeft doen stijgen. De ondervinding ‘van het vorige jaar heeft echter geleerd, dat daarna eene snelle daling volgt; en men mag dus niet zonder grond verwachten, dat tegen het aanstaande voorjaar het doe! zoowel der wet van 17 October 1865 als der wet vau 15 September 1866 zal zijn bereikt, en de landbouw, veeteelt en handel in de volgenden zomer van menige belemmerende bepaling zul len kunnen ontheven worden. Niet le min erkent de minister van binnen! zaken het weuschelijke van eene blijvende wettelijke regeling der ziak, opdat de regering niet onvoorbereid en ongewapend zij tegenover derge- hjke ramp. 5o. Eindverslag over het wetsontwerp houdende de begruotiug voor de geslichleu te Ommerochaus en Veen- hmzeu, dienst 1867. Bij deze gelegenheid werd de aan dacht gevestigd op de klagten, die in de laatste j Aeu over den gang der zaken in deze gestichten we v en vernomen. De minister van oorlog heeft aan de Tweede Ka- met doen toekomeu eene - >ia van wijzigingen in deu thans aanhangige begrootiug van het VUIste hoofdstuk der staatsbegrooting voor 1867. Die nota van wijzigingen is, volgens den minister, te beschouwen als de vrucht van den tijd, hem door een onvoorzienen loop van omstandigheden, na de indiening der begrootiug, gegeven, om althans eenige zijner denk beelden tot rijpheid te brengen en de uitknmsten daarvan in de begrootiug van zijn departement voor het dienst jaar 1867 op te nemen. Het totaal van het hoofdstuk wordt ten gevolge van deze wijzigingen, op f 12,988,164 gebracht, en dus met ƒ78,164 veimeerderd. Aan de speciale toelichtingen van ten is nog het volgende ontleend .- Overeenkomstig de toezegging gedaan, bij de behan deling der begrooting voor 1866, heeft de regering ge meend, aan den herhaaldehjk uitgedrukten wmsch van de Staten der provinciën, dat de post voor bezoldiging der ambtenaren en bedienden moge worden verhoogd, te moeten voldoen. Daardoor wordt voorgedragen eene verhooging van de betrokken onderdeelen der art. van deze afdeeling met 5 ten honderd van het bedrag, dat op de begrooting voor 1866 is toegestaan voor tractementen van de ambtenaren en bedienden en voor schrijf lootten welke 5 ten honderd tot ronde sommen gebragt zijn. De opleiding van ouderwijzers volgens art. 12, 2de lid der wet draagt over het algemeen, volgens het een parige oordeel van het sehooltoezigtuitnemende vruch ten. Hier eu daar is evenwel de taak, voor zooverre die aan ééiqouderwijzer is toevertrouwd wel wat zwaar, zoo- dat de verdeelmg van den arbeid allezins in het belang van het ouderwijs zon wezen. Ten einde hiertoe, doch alleen in geval van gebleken noodzakelijkheid, te kunnen overgaau, is het cijfer van/12,000 met ƒ1000 verhoogd.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1866 | | pagina 1