Zaterdag
20 December.
MEWS- EN ADVERMTIE-BLAD VOOR DE STAD EN HET ARRONDISSEMENT SNEER.
No. 104
DRIE-EN-TWINTIQSTE .JAARGANG
iedere plaatsing. Alle brieven
gezetenen
en
Uithoofde van den invallenden -NIEUW-
JAARS-DAG zal de Courant van ZATERDAG
2 Januari niet worden uitgegeven.
10
11
12
1
om
3„maanden is binnen deze Stad ƒ1.65, buiten de Stad
behalve 35 Cents
-->n Uitgever.
de begrooting der lands-
Wijk 1
3
5
7
9
den gehouden tot inschrijving der mannelijke in
die alzoo geboren
’s morgens
's middags
's namiddags
Terwijl overigens de inschrijving
dezer Gemeente kan gescheiden
STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER.
Zitting van Maandag 21 Dec.
In de avond zitting van heden zijn achtereen
volgens aangenomen de volgende wetsontwerpen
1. Verlenging van den termijn, gedurende
welken de wet van den 17 October 1865 (Staats
blad no. 121), betrekkelijk het vaststellen van bui
tengewone maatregelen tot afwending van besmet
telijke veeziekten en tot wering barer uitbrei
ding en gevolgen van kracht is.
De heer van Delden vroeg den minister, of de
veeziekte geheel heeft opgehouden. Hij wensch-
te dat dit officiéél blijketen einde het open
baar ministerie wete welke wet moet worden toe
gepast.
De minister van binnenlandsche zaken beant
woordde de vragen in het eindverslag gedaan.
Alle veeartsen zijn, op één na, ontslagen. In
antwoord aan den heer van Delden gaf de minis
ter te kennen, dat er geen veetyphus meer be
staat. Hij is voornemens eerlang de afkondiging
te doen, die den heer van Delden bevredigen
Het ontwerp wordt daarna met algemeene stem
men aangenomen.
2. Verhooging van de begroeting der lands
drukkerijdienst 1867, met algemeene stem
men.
3. Begrooting der landsdrukkerij, dienst 1839
zonder discussie met algemeene stemmen.
4. Bekrachtiging van provinciale belastingen.
Aa discussie worden de provinciale belastingen
voor Gelderland, Zuid-Holland, Noord-Holland en
Zeeland met algemeene, die voor Friesland met
al tegen 7, die voor Overijssel, Groningen en
Limburg met algemeene, die voor Noord-Brabant
met 49 tegen 1 en die voor Drenthe met 40 te
gen 19 stemmen aangenomen.
5. Verandering van de grensscheiding tus-
schen de gemeenten Hedikhuizen en Amerzoden,
en van die tusschen de provinciën Noord-Bra
bant en Gelderland, waar deze laatste de grens
tusschen die gemeenten volgtmet algemeene
stemmen.
6. Begrooting van het fondsvoortspruitende
uit de koopprijzen van domeinen voor 1869.
De heer van der Linden wenscht de behande
ling van dit ontwerp tot no no. 18 van de wet
op de middelen uit te stellen. Daartoe wordt
besloten.
7. Verkoop van gronden van het kroondomein
m de gemeente M.ll en St. Hubert.
De heer van der Linden heett bezwaar tegen
de verkeerde uitdrukking, in acten van het kroon
domein voorkomende, maar dit zal hem niet lei
den om tegen het ontwerp te stemmen.
Het wetsontwerp werd daarna met 52 teo'en
1 stem aangenomen.
8. Bekrachtiging van den onderhandschen ver
koop van twee stukken grond langs den staats
spoorweg te Groningen aan mr. E. Dull. Op
verlangen van den minister van financiën werd
de beraadslaging over dit ontwerp tot later uit
gesteld.
9. Wijziging van hoofdstuk VII G der staats-
begrootmg voor 1867 (Pensioenen enz.), zonder
discussie met algemeene stemmen.
10. Naturalisatie van L. W. Schöffer en acht
anderen.
De minister van justitie zeide, dat hij namens
den koning inlrekt liet wetsontwerp tot naturali
satie van Moses Speijer. Hij beantwoordde de
opmerkingen in het eindverslag gemaakt.
Daarop worden, met algemeenestemmen, aan
genomen de wetsontwerpen tot naturalisatie van
J. W. Schöffer, C. E. HaaseP. A. J. Fasben-
der, J. Leyendecker, T. J. J. Mahler, W. F. A
von Nordheim H. A. W. Köhne en B. G. Pott-
kamp.
11. Wijziging der begrooting van Nederlandsch-
Indie, voor het dienstjaar 1867 (uitgaven in Ne
derland) met algemeene stemmen.
12. Wijziging van hoofdstuk III der staatsbe
groting met algemeene stemmen.
Zitting van Dinsdag 22 December.
In deze zitting van heden is ingekomeneene
missive van den minister van binnenlandsche
zaken, ten geleide van eene nota van inlichtin
gen op het adres van P. Regouthoudende klacht
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor F - -
Zegelrecht v^^iedfre platting. -Al^b^ven^ ofredTf faTf^T daarenJ°V“^10~Cen\s/behalve
1g 1 stuKKen, de uitgave of redactie betreffende, gelieve men franco toe te zenden aan dei
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de
Gemeente SNEEK,
Gelet op art. 19 der Wet op de Nationale Mi
litie van 19 Augustus 1861 (Staatsblad) no. 72.
Brengen door deze ter kennis der ingezetenen,
«at bij hoofdstuk Hl dier wet, handelende over
de inschrijving voor de militieonder anderen
voorkomt het navolgende
Art. 15. Jaarlijks worden voor de militie in
geschreven alle mannelijke ingezetenen, die op
den Isten Januari van het jaar hun 19de jaar
waren ingetreden.
Voor ingezeten wordt gehouden
1°. hij, wiens vader, of, is deze overleden,
wiens moeder, of, zijn beiden overleden, wiens
voogd ingezeten is volgens de wet van den 28sten
Juli 1850 (Staatsblad no. 44);
2°. hij, die, geen ouders of voogd hebben-
de gedurende de laatsteaan het in de eerste
zinsnede van dit artikel vermelde tijdstip vooraf
gaande achttien maanden in Nederland verblijf hield;
3°. hij van wiens ouders de langstlevende
ingezeten wasal is zijn voogd geen ingezeten
mits hij binnen het rijk verblijf houdt.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreem
deling behoorende tot eenen Staatwaar de
Nederlander niet aan de verplichte krijgsdienst is
onderworpen of waar ten aanzien der dienstplich
tigheid het beginsel van wederkeerigheid is aan
genomen.
Ar. 16. De inschrijving geschiedt
1°. van een ongehuwde in de gemeente, waar
de vader, of, is deze overleden, de moeder,of,
zijn beiden overleden, de voogd woont;
2°. van een gehuwde en van een weduwnaar
in de gemeentewaar hij woont
3°. van hemdie geen vadermoeder of
voogd heett of door dezen is achtergelaten of
wiens voogd buiten ’slands gevestigd is, in de
gemeentewaar hij woont
4°. van een buiten ’slands wonendenzoon van
een Nederlanderdie ter zake van ’s lands dienst
in een vreemd land woont, in de gemeente, waar
zijn vader of voogd het laatst in Nederland ge
woond heeft.
Art. 17. Voor de militie wordt niet ingeschreven:
1°. de in een vreemd Rijk achtergebleven
zoon van een ingezetendie geen Nederlander is;
2°. de in een vreemd Rijk verblijf houdende
ouderlooze zoon van een vreemdelingal is zijn
voogd ingezeten;
3°. de zoon van den Nederlanderdie ter
zake van ’s lands dienst in ’s Rijks overzeesche
bezittingen of koloniën woont.
Art. 18. Elk, die volgens art. 15 behoort te
i worden ingeschrevenis verpligtzich daartoe
bij Burgemeester en Wethouders aan te geven
tusschen den Isten en 31 sten Januari.
Bij ongesteldheidafwezigheid of ontstentenis
is zijn vader, of, is deze overleden, zijne moe
der, of, zijn beide overleden, zijn voogd tot het
doen van die aangifte verplicht.
4’0,_ Hij die eerst na het intreden van
zijn 19de jaar, doch voor het volbrengen van zijn
20ste ingezeten wordt, is verplicht, zich, zoodra
dit plaats heeft, ter inschrijving aan te geven bij
Burgemeester en Wethouders der gemeente, waar
de inschrijving, volgens art. 16, moet geschieden.
Daarbij gelden de bepalingen der 2de en 3de
zinsneden van art. 18.
Zijne inschrijving geschiedt in het register van
het jaar, waartoe hij volgens zijn leeftijd behoort.
Naar aanleiding van bovenstaande bepaling ma
ken Burgemeester en Wethouders verder bekend,
dat op Vrijdag den 15den Januari 1869 ten Ge-
meentehuize alhier eene bijzondere zitting zal wor-'
den gehouden tot inschrijving der mannelijke in
gezetenen, die op den Isten Januari 1869 hun
19de jaar zijn ingetreden
zijn in 1850, en wel voor
en 2
4
6
8
10
9 uur.
ter Secretarie
uCz,ei uemeente aan gesclieiden van ’s morgens
9 tot s namiddags 1 uur.
En is deze afgekondigd waar het behoort den
12 en 23 December 1868.
Burgemeester en Wethouders Voornoemd f
IIAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris
G. J. PRUIM.
\l
7
SNEEKER
COURANT.
i
e
■i'-=s=S