Woensdag
12 Mei.
MEIUS-
EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR BE STAB EN RET ARRONDISSEMENT SNEER.
I
fa tfi
NA 37
VIER-EN-TWINTIGSTE JAARGANG
1869.
we even-
wor-
aan-
3 maanden is binnen deze Stad ƒ1.65, buiten de Stad
eiken regel daarenboven 10 Gentsbehalve 35 Gents
J "1 men franco toe te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs voor
vooruc
de uitgave of redactie betreffende, gelieve
kennisgeving.
De BURGEMEESTER van SNEEK herinnert
de ingezetenen der gemeente Sneek aan de be
palingen van de op 29 Juli 1868 afgekondigde
Verordening omtrent het houden van verzame
lingen van mest en onreine stoffenluidende
als volgt
Art. 1. Alle in deze gemeente aanwezige ver
zamelingen van mest, vuilnis of andere onreine
stoffen zullen vóór den 5den Juni e. k. tot op
een afstand van 50 ellen voorbij de stads-bui-
tengracht moeten zijn weggevoerd met uitzon
dering van die welke enkel uit paardenmest of
asch zijn samengesteld en die van zathengele
gen aan hiertoe behoorende landen, doch niet
dan na vergunning hiervoor te hebben gevraagd
en bekomen van Burgemeester en Wethouders.
Art. 2. Geene verzamelingen van mest, vuil
nis, bloed, secreetmest of andere onreine stof
fen, hoe ook genaamd, zullen op nieuw mogen
worden daargesteld dan op eene na aanvrage
bekomen vergunning van den gemeenteraad. Zoo
danige vergunning zal door den Raad niet
c en verleenddan nadat de bewoners der
VOLKSRAMPEN.
IV.
Verschillende volkeren hebben ook verschillen
de zedelijkheidsbegrippen, een verschijnsel waar
van de oorzaak trouwens gemakkelijk te verkla
ren is, als men bedenktdat die begrippen zich
wijzigen naar de meerdere of mindere mate van
de ontwikkeling van een volk. Als men die ver
schillende begrippen eens in zijn fijnste nuances
met elkaar ging vergelijkendan zou men ze
ker al een curieuse staalkaart krijgen, niet on
gelijk aan een bonte lappendeken. Met zoo’n in
vakjes afgedeelde monsterkaart hebben
wel op ’t oogenblik minder noodig nu we ons
neêrzetten om het eerste deel onzer vroeger ge
stelde thésis «oorlog is ongeoorloofd uit een oog
punt van zedelijkheid'’ nader uit te werken
Immershoeveel verschil er ook moge bestaan
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de
gemeente SNEEK, brengen door deze ter ken
nis aan alle houders van pretentien, ten laste
van deze gemeentede dienst van 1868 betref
fende, om hunne declaratien zoo spoedig moge
lijk in te zenden, en het uiterste tijdstip van in
diening, zijnde de laatste van de maand Juni e. k.
niet af te wachten, vermits alle pretentien, welke
dien tijd niet ingediend zijn, volgens art. 228 der
gemeentewet in verband met de wet van den 8
November 1815 (Staatsblad N° 51J worden ge
houden voor verjaard en vernietigd.
En zal deze worden afgekondigd en geplaatst
in de Sneeker Courant.
Sneek den 7 Mei 1869.
Burgemeester en Wethouders Voornoemd
HAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris,
G. J. PRUIM.
KENNIS GEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de Gemeente SNEEK geven door deze kennis,
dat door den gemeenteraad in zijne vergadering
van den 8 Mei jl. is vastgesteld het kohier, van
den Hoofdelijken Omslag dezer gemeente over
het jaar 1869, en dat dit kohier, te beginnen
met heden, gedurende acht dagen ter Secretarie
der gemeente voor een ieder ter inzage is neder-
gelegd.
Sneek den 12 Mei 1869.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
HAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris
G. J. PRUIM.
111,e. ,m. onderdeelen gesplitste en uitgewerkte,
zedelijkheids begrippenin beginsel zijn de
afwijkingen meestal gering, althans bij de aan
elkaar verwante volkeren.
Het grondbeginsel nu, der zedelijkheid al
thans bij de meer beschaafde volkeren zal
wel zijnhumaniteit; wat met dit beginsel strijdt
zal men gerust immoreel kunnen noemen. Naar
dit humamteits-beginsel moeten de regeerinmm
hare staatsregeling trachten in te richten; dat moet
de grondwet zijn waaruit alle andere wetten en
bepalingen voortvloeien. In hoeverre zij dat be
ginsel overal en te allen tijde handhaven, zal
blijken.
In Europa is aan de regeeringen in de eerste
plaats opgedragen de zorg voor de persoon-
7 ./engheid barer onderdanen. Men gaat
daarbij van ’t beginsel uit, dat niemand recht
heeft te beschikken over ’t leven of de bezittin
gen van zijn evenmensch, wat dan ook zoo een
voudig duidelijk is, dat het onder ieders begrip
valt. Als zoodanig zal men dan ook in dit we-
relddeel geen volk vinden dat, bijv, moord »deuo,d”
en aèn moordenaar een »zedelijk” ontwikkeld
mensch noemt. Vrij algemeen vindt men zoo’n
daad eehe onhebbelijke manie en den dader een
onaangenaam mensch. De zucht tot zelfbe
houd, vaak de beste, althans meest practische ze-
demeester verklaart deze aversie. Geen re-
geenng zal dan ook aan een moordenaar in 't
•tlein, als zoodanig patent afgeven, hoe vrijge
vig men daarmeê overigens ook zij. Neen 1
moord is een onbelastemaardaardoor ook
met getoloreerde industrie, en de smokkelende
executant, wordt doorgaans dan ook niet heel
prettig geëxecuteerd, wat alwéér gelukkig is
beginsel? conse<Iuente uitwerking van dat
Er wordt wel eens gezegd: «niets consequen
ter dan de inconsequentie”, en, inderdaad, hier
schijnt dat spreekwoord een waar woord te zijn,
immerswat in casu in ’t bijzonder onzedelijk
en ongeoorloofd is, schijnt het in ’t algemeen
niet meer te zijn. De moordenaar in ’t klein
toch, heet een slecht, gevaarlijk sujet, en de
maatschappij tracht hem zoo spoedig moo-elijk
onschadelijk te maken; de moordenaar in ’t qroot
promoveert men tot held en vergoodt men in
gedichten en liederen. Zoo wordt dus vaak een
geheel beginsel gevioleerd zoodra ’t voor een
oogenblik hinderlijk blijkt te zijn aan de heersch-
zuchtige of egoistische bedoelingen van enkelen
die de macht hebben, van ’t gezag. De groot
ste misdaad kan geïllustreerd met deugden
van den dag op die wijze tot een zedelijke
handeling verheven worden. De moord in ’t
groot de oorlog! wordt bijv, grootsch,
heroïek, ja wie weet wat al! zoodra er maar in
komt van vaderlandsliefde, dapperheid, gods
dienst enz.
Men versta ons wel’t is volstrekt niet onze
bedoeling een dezer abstracte deugden in waarde
te willen verkleinen; wij protesteeren maar alléén
tegen hare deugdelijkheid, zoodra ze, even
grenzende panden in hun belang zijn gehoord,
en het den Raad gebleken is, dat de algemeene
gezondheidstoestand. er niet door in gevaar wordt
gebracht.
Ait. 3. Het is verboden secreetmest, asch,
af valkrengen, bloed, stroo of eenige andere
vuile en stinkende stoffen te werpen of te laten
loopen op of in openbare grachtenhavens, stra
ten opslagen of wallenof in of op de eigen
dommen van bijzondere personen.
Deze bepaling is mede van toepassing op de
thans bestaande secreten en riolen tot afvoer van
secreetmest.
De bestaande secreten moeten binnen twee
maanden na de afkondiging dezer verordening
door of van wege de eigenaren met de voorzeg
de bepaling in overeenstemming zijn gebracht of
ingericht en alzoo zijn besloten privatenvoor
zien van een vat of bak tot vervoer der mest
stof welk vat of bakbij het vervoer behoor
lijk moet zijn gedekt en geene grootere inhouds
maat mag hebben, dan dat het, gevuld, door
twee personen kan worden gedragen.
v j na’a^Hen en overtreders dezer
verordening zullen worden gestraft met eene geld
boete van vijf tot vijf en twintig gulden, en met
eene gevangenisstraf van een tot drie dagen te
zamen of afzonderlijk.
Art 5. Tot het constateeren der overtredin
gen dezer verordening zijn bevoegd de Commis
saris van Politie, de Agenten van Politie, als
mede voor zooverre de secreten betreftde
Stads-Architect.
Art. 6. De in het vorige artikel genoemde
beambten zijn ter verzekering van de nakoming
dezer verordening bevoegdde erven en woon
huizen binnen te tredenmet inachtneming van
de bepalingen der wet van 31 Augustus 1853
(Staatsblad no. 83).
Art. 7. Elke verordening, met deze in over
eenstemming blijft van kracht.
Sneek, 11 Mei 1869.
De Burgemeester voornoemd,
HAMERSTER DIJKSTRA.
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs
,e““- 40 C“,S’
SNEEKER
- -
COURANT.