IOBTE Eft IIET AIIROftDIffllEftT SXEEK.
MEEWS- Eft ADVERTEftTIE-BLAD VOOR DE
a
i.
N
3FEBRUARI
ZATERDAG
v
d m a k i n
B e k e n d in a k i n
1872.
K e n n i s g e v i n g.
u i t n o o (1 i g i n g.
B e k e n
VERGADERING
van den Geineente-raad van Sneek,
Maandag den 5 Febr. 1872,
des voormiddags 10 uur.
r'
J
HET ONTWERP VAN WET OP DE RECH
TERLIJKE ORGANISATIE.
II.
I
00
i gen.
4
KM]
WETHOUDERS
1.
4
4
l\o. 10.
1
sneek
1
I.
ik
be-
ar-
vs>
tuigschrift heeft ontvangen inhondende dat hij
den 45den Februari e. k., hetzij door de aanslag
biljetten hetzij door andere daartoe betrekkelijke
bescheiden te doen blijken.
En zal deze worden afgekondigd zoo als ge-
heeft hij dit ontvangen tot dat zijn
als vrijwilliger bij
7 35
8,35
9,9
10.5A
dienst 1872.
13.
een
8
f
8.
8
'z
Z8
8
?r.
es
n
30
en,
ADVERTENTIÊN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cent»,
voor eiken regel daarboven 7J/2 Cents. Alle brieven en stukken,
de uitgave of redactie betreffende, worden franco i ngewacht.
De voordeelen die in deze Gemeente aan het
optreden verbonden
van hon-
de finale
O’
i van
COURANT.
I terlijke beslissingen bijna nooit over de Wel
maar genoegzaam altijd over het Recht worden
ingeroepenkan de Cassatie als rechtsmiddel
niet helpen maar de schuld daarvan ligt bij den
Wetgeverdie eene verkeerde Wel maakte.
Dit is zekerdat het beter is de cassatie af te
schallen, dan ze te lalen bestaan, zooals zij
thans is.
Het brengen van alle civiele appellen by den
Hoogen Raad maakt intusschen het bestaan
het rechtsmiddel van cassatie (wij bedoelen
tuurlijk een
O
De BURGEMEESTER van de Gemeente SNEEK
wet lot
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden is binnen deze Stad ƒ1.65, buiten
de Stad franco 1.90.
Mejufvrouw de Wed. Wijbe
Bleeker waarbij schadevergoeding wordt ver
zocht wegens eene p
vene rekening over 1859.
8. 1
lificatie over 1872.
Het nemen van conclusion door het Openbaar
Ministerie wordt gezegd te dienen tot voorlich
ting van den Rechter en dat wei door een onpar
tijdig daartoe van staatswege aangewezen amb
tenaar.
Heeft de Rechter die voorlichting noodigom
■onpartijdig recht te spreken?
De concluderende Officier doel zijne meening
kennen aan den Rechter; hij tracht dus invloed
op het te wijzen vonnis uit te oefenen hij brengt,
om ’t zoo eens te noemeneen vóór-vonnis uit.
De conclusie van den Officier wordt niet altijd
als de juiste beslissing van het geding aangeno
men maar waar de Rechtbank uit onbekwame
of luie leden is samengestelddaar zal er zelden
of nooit van afgeweken worden. Daar wordt
langs een omweg de Officier alleen rechtspreken
de Rechter.
Het concluderen door den Officier is voor be-
nog al den tijd zich als één man te vereenigen
tot een veldtocht tegen den vijanddie hun den
dood dreigt.
Idem van A, Groenhuizen, om eene gra- i zjcj, gedurende zijn diensttijd goed heelt gedra-
- - - - - - i gen.
9. Idem van L. de Haan en anderen om de Hij fcan heeft hij dit oir
hoornen langs het bolwerk van het Hooiblok tot veertigste jaar volbracht is
den weg naar Oppenhuizen te zien gesnoeid je Militie worden toegelaten.
Sneek den 2den Februari 1872.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
I1AMÊRSTER DIJKSTRA.
De Secretaris
II. FENNEMA.
De BURGEMEESTER van de gemeente SNEEK,
I voldoende aan de Circulaire van heeren Gedepu-
i teerde Staten van Friesland van den 12 Januari
I 1872 no. 10 brengt ter kennis van de inge-
zetenen navolgende
»De Gedeputeerde Staten van de provincie
Friesland
«Gelet hebbende op het 2e lid van artikel 75
voor haar als vrijwilliger
worden zijn bepaald op eene premie
derd gulden in eens te voldoen na
goedkeuring en indeeling.
Om als vrijwilliger bij de Mililie te kunnen
worden aangenomen moet men ongehuwd of
kinderloos weduwnaar en ingezeten wezen
voorts lichamelijk voor den dienst geschiktmin
stens 1,56 meter lang, op den Isten Januai i van
het jaar der optreding als vrijwilliger het 20sle
jaar ingetreden zijn en het 35ste jaar niet vol
bracht hebben tot op het tijdstip der optre
ding aan zijne verplichtingen ten aanzien var. de
Militiezoover die te vervullen waren voldaan,
en een goed zedelijk gedrag hebben geleid.
Het bezit van die vereischten met uitzondering
ge-
ge-
(2). Uitgezonderd de Kantonrechters en hun
ne Griffiersdie door de Rechtbankwaaron
der zij ressorteren worden aanbevolen.
verkrijgbaar op plaats en tijd boven vermeld.
1 Hij, die voor de Militie is ingeschreven, wordt
slechts als vrijwilliger toegelalen voor de Gemeen-
te in welke hij ingeschreven is tenzij hij geè-
ne verplichtingen ten aanzien van de Militie meer
te vervullen beeft.
Hij die bij de Zeemacht, bij het Leger hier
te Landeof bij het Krijgsvolk in ’s Rijks Over-
zeesche Beziitingen heeft gediend wordt niet
van
na-
goed) minder noodig. De minister
heeft dat wellicht ook gevoeld al heeft hij zulks
niet in de Memorie van Toelichting uitgedrukt.
Tegen de afschaffing zal de Haagsche balie
die voor hel grootste gedeelte van cassatie-pro-
cessen bestaat, zekerlijk opkomen. Nogtans ver
wachten wij van dien kant minder hevige aanval
len nu de civiele appellen allen bij den Hoogen
Raad gebracht wordenwaardoor het verlies
der cassatie-praetijk ruimschoots wordt vergoed.
Wij twijfelen er dan ook niet aan, of de resi
dentie zal casu quo in plaats van tachtig advo-
katenzooals thanser honderd acht en dertig
zooals te Amsterdam of zelfs meer tellen.
Ter bespoediging, vergemakkelijking en minder-
kostbaarmaking der proceduren, dus in het be
lang en het voordeel der litigerende partijen, zul
len eenige noodelooze en geld kostende schrifturen
worden afgeschaltzooals de conclusie van eisch,
die in den regel niet veel meer of anders bevat
dan hetgeen de introductieve dagvaarding inhoudt,
de acte van pi ocureurstelling. De proceduren over
incidenten die meestal de hoofdzaak op den ach
tergrond schuiven en tot bijzaak maken worden
geregeld zoo, dat de hoofdzaak op de rol blijft
en het verspillen van soms groote sommen gelds
wordt belet.
De proces-kosten zullen bij eind-vonnis vereffend
en de formaliteiten der executie zeer vereenvou
digd wordenalsmede de termijnen van verzet
en hooger beroep verkort.
En dan nog hangt den Procureurs het zwaard
van Damocles boven het hoofd.
De Minister wil den draad waaraan dat zwaard
hangt, doorsnijden; hij wil de Procureurs als een
onnuttigen en hoogstkostbaren last, als een rem
schoen voor de wagen van vrouw Justitiahij
wil ze afschaffen.
Intusschen zijn wij nog zooverre nietwant dit
behoort t’huis in het Wetboek van Burgerlijke
Rechtsvordering.
De tweehonderd acht en-veer tig of zooveel
meer of minder, titularissen als er zijn hebben
aangenomen doch eerst den 1 April a. s. in func-
tie kan treden.
6. Circulaire van het Comité voor den aanleg j
van een Nooid-Holl.-Frieschen spoorweg, nopens
eene bijeenkomst te dier zakete Sneek op
Februari 1872.
7. Adres van
no. 37 de inwoners de-
zoo zij elders in de Di-
ten en wallen.
14. I - - -
onderzoek aangaande de verzochte oprichting eener
wolmarkt. i
15. Idem der Raadscommissie voor het on- 1
derzoek van de rekeningen van den_Waagmeester I
I bruikelijk is.
Sneek den 26 Januari 1872.
De Burgemeester voornoemd
I1AMERSTER DIJKSTRA.
en trappen te zien gemaakt aan de helling van
hetzelfde eind bolwerk.
40. Voorstel van Burg, en Weth. tot af- en
overschrijvingen op de gemeente-begrooting j
dienst 1871 en betaling van onvoorziene uitga- j
ven over dat jaar.
11, Idem van dezelfden tot verbouwing der j
Directeurs woning bij de Gasfabriek.
12. Idem van Heeren Voogden der Algemee-
ne Armen, lot vaststelling van den taux voor
den prijs der geneesmiddelen voor hunne armen, I
Rapport der Raadscommissiebelast met noodigtter voldoening aan art. 7 der
onderzoek nopens de rechten die door par- i Regeling van het Kiesrecht enz., van den 4den
liculieren worden uilgeoefend op de publieke stra- j Juli 1850 (Staatsblad
zer gemeente uitom
Idem der Raadscommissie, belast met een j recte Belastingen zijn aangeslagen daarvan vóór
7
j als vrijwilliger bij de Militie toegelatentenzij
hij, bij het verlaten van den dienst, behalve
I een bewijs van ontslag van den bevelhebber
gedeeltelijk onbetaald geble- onder wien hij laatstelijk heeft gediend een ge
en andere rekenplichtigenover 1871.
16. Brief van den Gemeente-Ontvanger be
helzende opgave van nalatige debiteuren der ge
meente.
17. Benoeming van een len hulponderwijzer in ,j
de Burgerschool voor meisjes.
18. Idem van een lid der Commissie van toe
zicht op het M. O.
BURGEMEESTER en
de Gemeente SNEEK
Gelet op zijner Majesteits besluit van den 17-
den December 1861 (Staatsblad no. 127).
Roepen bij deze opzoodanige ingezetenen
die verlangen als vrijwilligers bij de Militie op
te tredenom zich daartoe bij hen aan ta ge
ven ter Secretarie der gemeentetelken voor
middag van 9 tot 12 uren.
PUNTEN TER BEHANDELING
1. Resumtie der notulen.
2. Brief van den heer G. J. Hennink
richtende de aanneming zijner benoeming tot
Gemeente-architect.
3. Besluit var. Gedeputeerde Staten strek-
kende tot goedkeuring der gemeente-begrooting j
dienst 1872. 't van de lichamelijke geschiktheid en van de
4. Besluiten van dezelfden, strekkende tot vorderde lengte, wordt bewezen door een
goedkeuring der Raadsbesluiten tot afstand van tuigschrift van den Burgemeester der woonplaats,
grond aan H. D. Volbeda en H J. Landman.
5. Brieven van J. van der Veen en van Burg,
en Weth. van Meppelwaaruit blijkt, dat de
eerste zijne benoeming tot hulponderwijzer heeft
y
In den vacantie-tijd Juli en Augustus
gaat de behandeling van strafgedingen voort en
spoed-vereischende burgerlijke zaken worden door
de Kamer van vacantie berecht.
De justitiabele lijdt er geen nadeel door.
Het lang slepende 'blijven van procedures ligt
noch aan de vacanlie, noch aan de Rechters,
maar eeniglijk en alleen aan de vertegenwoor
digers van partijen en wel voor een groot deel
aan de Procureurs.
Zonder vacantie zal het den Rechter even goed
geoorloofd zijn wat rust te nemenals met deze
er zijn immers bij elke Rechtbank vijf plaats-
vervangers.
De vacantie-quaestie is geen quaestie.
Wél eene quaestie en dat eene zeer gewich-
tige is de cassatie in burgerlijke zaken.
De Minister wil haar afschaffen (in strafzaken
behoudt hij ze).
De redenen welke hij tegen haar behoud aan
voertzijn waar, doch zij bewijzen niets tegen
de cassatie als «rechtsmiddel”, maar wel dat
hel rechtsmiddelzooals het bij ons beslaat, naar
niets goeds gelijkt.
Dat in cassatie niet gevraagd wordt naar het
j Recht maar alleen naar de Wetterwijl de rech-
over
kwame Rechters eene beleediging want hij do
ceert hen het vonnis.
Daarenboven is het nemen van conclusie door
den ambtenaar van het O. M. gevaarlijk want
hij is afzetbaar en afhankelijk van den Minister,
wiens bevelen hij moet opvolgen ook in ’t ne
men van conclusie.
Ten aanzien van partijen, is het een schreeu
wend onrecht want de Officier concluded t ten
gunste ’t zij van den eischer ’l zij van den ge
daagde bij treedt op als pleiter nadat de plei
dooien zijn afgeloopenzonder dat men hem
mag weerleggen.Hoe 't ook zijn moge, in
allen gevalle versterkt hij de eene en verzwakt
de andere partij. Het is tevens lijdroovend, want
de tijd tusschen de pleidooien en het vonnis
wordt er door verlengd.
Te recht schaft het Ontwerp ze afwant ze
zijn in strijd met eene onpartijdige en spoedige
rechlspraak. Ze behooren t’huis in den tijd, toen
de Regeering op de rechterlijke uitspraken invloed
uitoefendede oorzaak van haar ontstaan is der
halve onzedelijk.
Erger nog dan die conclusion is de bepaling
in de vigerende Wet, dat de rechterlijke ambte
naren ter benoeming worden aanbevolen door
het Collegewaarin de vacature ontstaan is (2)
Wordt de aanbeveling opgevolgd dan ont
staat er nepotisme, begunstiging familie regee
ring om niet van erger te sprekenwordt zij
ter zijde gelegd zooals in de laatste jaren vele
malen is geschied, dan zet zulks bij het College,
dat zich verongelijkt acht wrok èn tegen den
Nlinister èn tegen den benoemde.
Het systeem van aanbeveling is nadeelig en
schadelijk voor eene goede rechtsbedeeling.
De Minister, ze afschalfendehandelt goed en
in het belang zoowel der justitiabelen als van de
Rechterlijke Macht zelve.
De voorgestelde afschaffing der vacantie is
meermalen besproken zoo in goed- als afkeu
renden zin. Wij voor ons achten hel behoud er
van even onverschillig als de afschaffing.
Dit geschiedt toch wel eens, te weten
door het den Rechter in de hand spelen van
eene Memorieter weêrlegging der conclusie
doch dit middel is bij de Wet onbekend ergo
ongeoorloofd. De Rechter kan er notitie van
nenien doch behoeft het niet te doen.