B U 1T E N L A N1).
f
feuilleton.
EEN IDYLLE.
Bekendmaking.
VERSLAG-
SNEEK, 3 Januari.
Naar
r
OVERZICHT.
(Eene kleine novelle van F. Hirsch).
(Vervolg.)
3 Januari 1873.
De Secretaris der gemeente Sneek
H. FENNEMA.
Arl. 9.
passing
t
voor het verschuldigde
De nacht was zoo stildat Adele de voorzich
tige schreden van den professor nauwkeurig kon
vernemen, maar toch ook zoo donkerdat zij
zijne gestalte spoedig uit het oog verloor in het
geboomte van den tuin. De maan was achter
een wolk verscholen en slechts een vale schijn
aan den horizontgaf blijk van haar bestaan aan
den hemel; ’t was alsof de bleeke vrijster van den
April 1864 (Staatsblad no.
Bij verschil van
rvan het tarief der belasting of van deze
verordeningberust de beslissing bij Burgemees
ter en Wethouders.
En is hiervan afkondiging geschied waar het
behoort den 4den Januari 1873.
Burgemeester en Wethouders van Sneek,
HAMERSTER DIJKSTRA.
De Secretaris,
11. FENNEMA.
de elastieke slanke figuur van den schilder. Een
herkules met een dichten baard en een hoogen
spitzen hoed opdie hem nog grooter maakte
zal daar boven op het tuinhek en liet zijn witte
tanden zien aan de maan.
Een blauwe blouse omsloot de forsche gestalte,
en een rooden halsdoek op vreemde wijze vast
geknoopt kwam recht bandietachlig van onder
de wilde baard te voorschijn. De bravv scheen
inlusschen geen wapenen te hebben. Ja toch
er fonkelde iets in zijn rechterhand. Daar hief
hij den arm omhoog en sloeg met het metaal op
het hekzoodat het een schril geluid gaf. Het
bleek duidelijkdat het een hakmes of misschien
een bijl moest zijn.
Lang hield de mensch het voor ’t overige niet
uit op zijn ongemakkelijken zetel, Hij sjrong in
den tuin en sloop als een katvoorzichtig het
hoofd omhoogstekendals om te luisteienop
keningen vóór den 20 Januari a. s. in te zen
den ter Secretarie.
Sneek
partij-gemanoeuvreer zie daar alles 1 Er bestaat
continuatie van onééns zijn en of de kleine
president op den duur de toestand zal kunnen
beheerschen, blijft zeer twijtelachtig. De acro-
baat-politicus staat, ondanks zijn balanceerstok en
behendigheid nog altijd zeer wankel. De Köln.
Zeit. zeidedat «de loopjes van den voormali-
gen minister van Louis Philippe hun effect begin
nen te verliezen, en dat de regeering, in plaats
van de richting der republiek te volgen, allen
vooruitgang schijnt te schuwen.”
En de fransche vertegenwoordiging dan
y>Take away that bauble!” zou Cromwell zeg
gen.
negenen, die gedurende het jaar "1872 iets
IJ hebben geleverd aan of verricht voor de
gemeente Sneek, worden uitgenoodigd, hunne re-
Wij hopen dat het nieuwo jaar ook nieuw
bloed zal brengen in de fransche Nationale ver
gadering, die daaraan zeer veel behoefte heeft.
Op ’t oogenblik zit de fransche regeering weer
eenigszins in dik weer door 't bedanken van den
heer de Bourgoingvertegenwoordiger van het
fransche gouvernement bij het pauselijk hof De
liberale pers dringt er op aandat Frankrijk
thans geen nieuwen gezant bij het pauselijk hof
moet benoemen en de clericala spuwt bij voor
baat reeds vuur en vlamtegen dat denkbeeld
alleen.
Thiers ontziet de geestelijkheid, omdat hij haar
vreest, en de geestelijkheid zal natuurlijk geen ge
legenheid, en dus ook deze niet, laten voorbijgaan
om met vernieuwde kracht invloed op den pre
sident uit te oefenen.
Bestaat er alzoo zeker eenige spanning
tusschen Frankrijk en het pauselijk hof, de kloof
tusschen het laatstgenoemde en de D u i t s c h e
regeering wordt met den dag grooter. Niet weinig
zal daar toe weer bijdragen: de wijze waarop in de
jongste pauselijke allocutie over het duitsche rijk
gesproken wordt. De volgende zinsneden hebben in
Duitschland althans een pijnlijken indruk gemaakt.
«Maar de diepe droefheid, waaronder wij door
deze ongerechtigheden en zoovele anderedie
overal in Italië der kerk worden aangedaange
bukt gaanwordt nog verhoogd door de wreede
vervolgingen waaraan zij in andere landen, voor
al in het nieuwe Duitsche keizerrijkblootstaat.
Daar werkt men niet alleen langs"S|uistere wegen,
maar met openbaar geweld om haar geheel en
al te vernietigen. Inderdaad, daar ziet men man
nen, die, wel verre dat zij onze heilige godsdienst
beoefenenhaar zelfs niet kennen en die zich
niettemin de macht toeëigenen van de leerstuk
ken en de rechten der katholieke kerk vast te
stellen. Nog erger, op het zelfde oogenblik
waarop zij haar ’t wreedst vervolgen aarzelen
zij niet onbeschaamd te verklarendat zij haar
volstrekt geen onrecht aandoen. Eindelijkden
laster en de bespotting aan de onrechtvaardig
heid parendeschamen zij zich nietde oorzaak
van deze vervolging aan de katholieken toe te
schrijven, omdat de bisschoppen, en geestelijken
en geheel het geloovige volk weigeren de heili
ge wetten Gods en van zijne kerk ten offer te
brengen aan de wetten en de willekeur van het
burgerlijk gezag en de plichtendie de gods
dienst hun oplegtte verraden. Moge let Gode
behagen dat het burgerlijk gezag, geleerd door
eene langdurige ondervindingeindeljjk inzie dat
van al hunne onderdanen de katholieken er zich
’t meest op toeleggen om den Keizer ts geven
wal des Keizers isjuist omdat zij zich godsdien
stig beijveren om Gode te geven wat Godes is.”
In de laatste dagen des jaars werd nog een
«nieuwtje” gebrachte over eene gebeurtenis van
oudere dagteekening. Daar wij m ons vorig
nummer door gebrek dan ruimte verhinderd wer
den het mee te deelen, laten we ’t hier nog vol
gen, te meer omdat hel de europesche pers nog
wel eenigen tijd zal bezig houden.
De hertog de Gramont, gewezen vertegenwoor
diger van keizer Napoleon III bij het hof van
Oostenrijk en gewezen minister van buiten-
landsche zaken bij dezen ex-souvereinin welke
laatste betrekking hij 15 Juli 1870 de oorlogs
verklaring aan Pruissen onderteekende heeft
in een der fransche dagbladen een brief geschre
ven die veel sensatie heeft gemaakt. Hij ver
klaarde daarin namelijk, dat hij indertijd ge
machtigd was geworden, om aan zijne regeering
de hulp van Oostenrijk toe te zeggen roor het
geval van een oorlog met Pruisen.
Dat dit incident een krachtigen pennestrijd
uitlokt vis a vis, is verklaarbaar. Men kan nu
nog eens rondgrabbelen in diplomatieke beschei
den en dito knutselarijen.
het huis aan. Aan het boschje bleef hij staan
en vermeed het, door de maan helder ver
lichttekiezelpad.
Hemel 1 thans moest de bandiet met den pro
fessor in aanraking komen T
Adele naar een schoudermantel wikkelde zich hen u
daarinenalsof zij wonderen verwachtte van
hare hulp wapende zij zich met een regenscherm
die, zooals haar inviel, een sterke ijzeren punt
had. Heldhaftig wilde zij den professor le hulp
pachters of gaarders bevoegdde inhoudsgrootte
der vaartuigen bij benadering te bepalen. Naar
die raming, waaraan de schippers zich moeten
onderwerpen zullenin dat gevalde rechten
van de
Art. 1 van
het heffingsbesluitzullen op de tijdstippen in
art. 3 van dat besluit vermeldde meetbrieven
:n de rechten betalen.
De eigenaars of begeleiders van hout-
moeten doen van de oppervlakte dier vlotten. De
rechten moeten dadelijk worden betaald.
Art. 7. Op aanvraag van de pachters of gaar
ders of van de ambtenaren der politiezijn de
schippers of gezagvoerders verplichtde kwitan-
tiën der betaalde rechten te vertoonen.
Art. 8. Ingeval var> nalatigheid in de betaling
der rechtenzal daarvan door den gaarder of
pachter kennis worden gegeven aan den ambte
naar bedoeld bij art. 261 der
door wien overeenkomstig art. 275 der gemeen
tewet proces-verbaal zal woiden opgeraaakt.
hetwelk aan den gemeente-ontvanger 2
overhandigd. Deze zal daarna handelen volgens
de bepalingen, vervat in de artt. 258 toten met
261 der gemeentewet. De artt. 262 269, 270
271 en 272 dier zelfde wet en de wet van 22
29) zijn toepasselijk,
gevoelen over de toe
geplaatst zijn hoofdelijk
aansprakeljjk.
Art. 3. De schippers of gezagvoerders der
schepen of stoombootenvermeld in art. 1 let
ter a van het heffingsbesluit, zijn verplicht bij den
aanvang van ieder jaar aan de pachters of gaar
ders hunne meetbrieven te vertoonen, en op te
geven hoe dikwijls zij vermoedelijk in de ge
meente zullen aankomen. Naar den maatstaf dier
meetbrieven en opgaven zullen zij elke drie maan
den bij voorbetalingde verschuldige rechten
betalen.
Art. 4. De schippers of gezagvoerders der
vaartuigenbedoeld bij art. 1, letter bvan het
heffingsbesluitzuilen bij hunne aankomst in de
gemeenleop de eerste aanvraag van de gaar
ders of pachters hunne meetbrieven moeten ver
toonen en de rechten betalen. Ingeval zij de
meetbrieven niet kunnen overleggen zijn de
Gedurende het afgeloopen jaar is aan de Stads
waag alhier gewogenboter 3776Q4 4870/8 en
828001 kilo kaas. Het getal kazen bedroeg
48493. De hoogste aanvoer van boter was 28
Mei 13294 54/8van kaas 4 Juni 55069 kilo.
De laagste aanvoer van boter was 27 Februari
1324 1434van kaas 3 December 118 kilo. De
hoogste boterprijs was 27 Februari ƒ67.00; van
kaas (kanler) 8 Oct. ƒ39.00 de 150 kilo (nagel)
ƒ39.00. De laagste boterprijs was 25 Juni ƒ40.50,
van kaas (kanter) 14 Mei ƒ25 00(nagel) 21 Mei
ƒ23.00. De gemiddelde boterprijs was ƒ54 20;
van kaas (kanter) /34.05(nagel) ƒ34.85,
-j- Balk. De nieuwjaarscollectewelke in de
plaats treedt van ’t wenschen en onder de leden
van alle gezindten verdeeld wordtheeft opge
bracht nagenoeg 300. Zij werd gedaan door
de beide predikanten, zoo als gewoonlijk.
op Zaterdag den 14 December 1872,
1. De notulen der vergaderingen van den 23
en 26 November jl. worden gelezen en goedge
keurd.
Mededeeling van eene missive van het gemeen
tebestuur van Workum, berichtende dat het be
sluit en voorstel van den raad in deze gemeente
betrekkelijk den aanleg van eenen grindweg van
Nijhuizum naar het tolhek onder Workum, in de
eerstvolgende vergadering van den raad dier ge
meente ter tafel zullen worden gebracht.
2. Behandeling der missives van de plaatse
lijke schoolcommissie in deze gemeente betrek
kelijk de verhooging der hoofd- en hulponderwij-
zers-jaarwedden.
Wordt besloten 1° de jaarwedden der hoofd
onderwijzers in de volgende dorpen le verhoogen
met de daarbij vermelde sommen
FolsgareG aast meer, Gauw, Goënga, Jutrijp,
Nijland, OffingawierScharnegoutum, Uitwel-
lingerga, Westhem en iJsbrechtum ieder met
25 Tirns en Wolsum ieder met 37,50 en
Oppenhuizen met 50en om van die verhoo
ging het alterum tantum uit de provinciale fond
sen aan te vragen
2°. de jaarwedden van alle hulponderwijzers te
bepalen op 400, het een en ander in te gaan
den 1 Januari 1873.
Afwijzend wordt beschikt op het adres van
den hoofdonderwijzer B. II, van der Laan, te
Heeg, om eene gratificatie voor het onverplicht
avondschool houden voor de 1ste klasse en ver
hooging van jaarwedde.
3. Missieve van dezelfde schoolcommissie be
trekkelijk de leverantie enz. van schoolbehoeften.
Conform haar voorstel beslist, dat de leverantie
der onderscheidene soorten van leermiddelen zal
worden aanbesteed in die hoeveelheid als ze s. c.
voor een jaar benoodigd zijndat ze dan ook
in eens aan het gemeentebestuur zullen worden
geleverd en dat ieder hoofdonderwijzer ter Se
cretarie telkens eene gespecificeerde aanvrage van
leermiddelenwaaraan hij behoefte heeft, zal in
leveren enz.
4. Benoeming van 6 leden der plaatselijke
schoolcommissie ten gevolge gewone aftreding op
1 Januari 1873.
Alszoodanig worden herbenoemd de heeren
P. R. van der Zijlmr. S. Wijbenga, M, H.
Tromp, F. G. Lanting en W. Beekhuisen in
plaats van den heer A. J. Breeuwsma, die ver
langd heeft niet weder in aanmerking te komen,
de heer A. II. Jorritsma.
5. Resolutie van Heeren Gedeputeerde Staten
ten geleide van eene missive van den heer In
specteur van het lager onderwijs in Friesland
houdende bedenkingen tegen het besluit tot hef
fing van een verhoogd schoolgeld ad 6 in het
jaar.
Besloten het besluit zoo evengenoemd te hand
haven, met die wijziging echter, dat het school
geld voor de 1ste klasse zal bedragen 4voor
de 2de ƒ5 en voor de 3de of hoogste klasse al
leen 6 in het jaar.
6. Adres van den heer J. D. van der Plaats
te Woudsend aan Heeren Gedeputeerde Staten
verzoekende dat 't besluit van den raad tot de hef
fing van een schoolgeld ad 6 niet worde goed
gekeurd.
Besloten te berichten overeenkomstig het be
sluit op punt V.
7. Advies van den heer mr. J. C. Meijer
1 betrekkelijk de zaken van het openbaar lager on
derwijs te IJsbrechtum en te Idsega.
Besloten om tegen de kerkvoogdij-besturen der
Hervormde gemeenten in die dorpen niet te pro
cederen ter zake de verplichting tot mede be
kostiging van het genoemde onderwijs.
8. Missive van de kerkvoogden der Hervorm
de gemeente le Sandfirden, houdende bericht
mensc
toch 1
verdac
Boneel
Ras besloten greep dienst;
wikkelde zich hen u
alsof zij wonderen verwachtte van haan.
Op
hek n
schild»
snellen. Misschien zou zij den bandiet in den sluipe;
rug kunnen aanvallen terwijl de professor hem »H<
van voren te woord stond. Maar, hoe beneden Van L
te komen Welnu zou zij den sprong niet even hebt 1
goed wagen als de professor dat gedaan had mensc
Terwijl het heldhaftig meisje aldus nog stond antwo
te overwegen was haar verdediger niet werke- De
loos gebleven. Hij had den indringer eerst be- Ireden
merkt toen deze op het hek geklauterd was; het ^en vj
dat
van
ari
9.
trek
of k
O
besli
Dan
van
bij 1
voor
zoek
hebt
der
beno
verd
wen,
geen
IC
het 1
Arm
jaar
B<
rapp
vast
11
voog
houd
1873
ten 1
niet
gebr
l ƒ250
op v
W
de 1
verhi
loope
Burg
de n»
L 12
hij d
bare
genoi
13
de gi
i eener
i Won
14
I ten v
I colle^
I tol w
glerm
15.
dendc
hulpo
te Sc
Ee;
nuari
16.
rissen
Bolsu
gehot
volgei
17.
negov
een g
brug
bedra
van
pacht;
dal hi
bonde
sidiaii
langd
teerd,
dienin
ten ei
Wc
e. k.
18.
verzot
levera
BURGEMEESTER en WETHOUDERS bren
ger ter kennis der belanghebbenden dat met de
invordering der rechten voor het gebruik van de
Wateren, Kaden en Wallen in die gemeente -
volgens tarief vastgesteld bij raadsbesluit van 28 schien ook zou interesseren. Partij-gekibbel en
October 1872, no. 7, goedgekeurd bij Koninklijk
besluit van 16 December 1872, no. 28, zal wor
den aangevangen op Maandag 6 Januari 1873,
door den gaarder F. W. FOKKE,
Sneek 2 Januari 1873.
HAMERSTER DIJKSTRA Burgem.
H. FENNEMASecretaris.
nacht incognito wenschte te blijven.
Maar welk een gedruisch was daar aan het
tuinhek Daar rammelde iemand aan de deur
en 't was alsof met een scherp metalen voor
werp legen het hek geslagen werden toen
oer moest zeker eene geheele dievenbende
in de nabijheid zijn weerklonk een schel ge
fluit door de lucht. Daar kwam de maan plotse
ling van achter de wolk te voorschijnlangzaam
maar met helderen glans. Haar vertroostend licht
was op dit oogenblik evenwel schrikaanjagend
voor Adele. Haar scherp oog ontdekte met klop
pend hart, hoe een forsche gestalte opdook van
tusschen de ijzeren traliën van het tuinhek. Daar
klom die gestalte op de deur, langzaam met de
armen voor zich uittastende als om te onderzoe
ken of een punt haar hier of daar ook kon dee-
ren. En thansbij het wassende maanlicht, kon
zij de gestalte ook onderscheiden. Het was niet
Er is een lijd geweest, ’t is nog slechts
weinige jaren geleden dat geheel Europa in
bedoeld bij art. 261 der gemeentewet, gespannen verwachting en met zonder ongerust-
- -heid den nieuwjaardag te gemoet zag. In ang-
opgercaaiU, stige spanning wachtte men op het woord dat
zal worden in F r a n k r ij k s hoofdstad zou worden gespro
ken door den machtigen keizer, den man die de
toestand van het oogenblik scheen te beheerschen
en wiens meer of minder vredelievend woord een
gunstige of ongunstige toekomst aan ons wereld
deel voorspelde.
Dit is niet meer zooDe gevreesde gewelde
naar leeft als balling buiten zijn land en geen
schare van vreemde gezanten en diplomaten be
hoeft zich meer op zijne nieuwjaars-receptie
te verdringenom een welwillend blijk van de
goede gezindheid des keizers tegenover zijn va
derland als gunst af te bedelen. Uit het trotsche
maar vernederde Parijs had Europa voor dit
jaar die raadselachtige nieuwjaars-speech niet meer
te verwachten. Het geniet voor ’t oogenblik zelfs
maar tijdelijk de eer (1) het hoofd der regeering
binnen zijne muren te hebben. Thiers brengt er
eenige dagen der herfst- en nieuwjaars-vacantie
doorhij geeft er diplomatieke diners op het Ely-
séé en kibbelt misschien wat met mevrouw over
de menuwant niets is den kleinen man te
groot. Pour la bonne bouche blijft evenwel de
politiek en train, want hij houdt ook conferenties
met de sub-commissien uit de «commissie van
dertig.” Wat daar verhaspeld wordt is tot nu
toe een geheimwelks oplossing niemand mis
betaald worden.
Art. 5. De eigenaars of gebruikers
schepenvallende onder letter G van A
dat besluit vermeldde meetbrieven
moeten vertoonen en
Art. 6. L
vlotten zullen aan de gaarders of pachters opgave
5SS
VAN HET VERHANDELDE IN DE VERGADERING VAN DEN
filmt AD VAN WlJMBRITSERADBEL