T 1
1
l NIEUWS- EN ARFERTENTIE-BLID VOOR DE
GEMEENTE EN RET ARRONDISSEMENT SNEEK.
1875.
No. 23.
N
20 MAAKT.
ZATERDAG
Verkeerde gewoonten.
Nieuw tonnenstelsel.
I
I
ii.
i
en an-
2.
D<
KENNISGEVING.
kwaadspreker.
i
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Ahonnementspiijs voor 3 maanden is binnen deze Stad ƒ1.65, buiten
de Stad franco ƒ1.90.
cm
17
van nieuwsgie-
waren.
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents f
voor eiken regel daarboven 7 '/2 Cents. Alle brieven en stukken f
de uitgave of redactie betreffende worden franco ingewacht.
t
ot-erschrijven.
56
81
«38
«30
8.25
«34
26
*b I
zeer
winkels vaste prijzen hebben
en dus niet meer overvragen.
dit erg. Men bleef
waarop men trots was. Velen logen daarom uit
hun zak en verkleinden den besteden prijs, om
zich te hooren prijzen over hunne pingelvaardig-
heid. Er is wat tijd zoek gebracht met al dat
gepingel, en geld ook! De winkelier was wel ge
noodzaakt te overvragen, zou hij verkoopen en
geen schade lijden.
Op kermissen werd verbazend overvraagd en
afgedongen.
Het was eene leelijke gewoonte. Gelukkig is
zij bijna verdwenen, althans als regel.
Op zekere waren wordt echter nog steeds over
vraagd en afgedongen, zooals op visch, groenten,
vruchten, en dergelijke.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek maken door deze bekend dat het door
hen voorloopig vastgestelde Kohier van den hoof-
uit hel lijf.
van twee voet lelterlengte, stonden
gel bloot.
nalaten.
«Kan ’l niet wat minder,” lag hun in den mond
bestorven.
Sommige dames konden zoo dingen, dat eene
vischvrouw er zich voor geschaamd zou hebben.
Zekere juffrouw bood uit pingelzucht een zeeuw
op iets, waarvoor een acht en twintig werd ge
vraagd en was zeer in haar schik, toen haar bod
werd aangenomen.
Goed te kunnen afdingen ging voor eervol door,
Het afdingen is zeer verminderd sedert de
meeste winkels vaste prijzen hebben aangeno
men en dus niet meer overvragen. Voorheen
was dit erg. Men bleef over en weer op een
halve cent dood en pingelde elkander het hart
Zelfs winkels met nvasle prijzen'1
aan ’t gepin-
Sommige menschen konden het niet
verkeerde gewoontedie al menig huisgezin in
ellende heeft gebracht en steeds een voorname
bron van rampen blijven zal.
Verkeerd en kostbaar is de gewoonte van pron
ken.
Aan pronk en opschik wordt meer verdaan
dan de gezamenlijke slachters ontvangen.
Pronk en opschik zijn, even als snoeplustde
oorzaak van veel bedrog.
Het volgende, bijvoorbeeld, komt dikwijls voor
bij de zoogenaamde hoogere standen.
Mama en mama’s dochters hebben jaarlijks over
een zekere som voor kleeding te beschikken.
Niet zelden is die som grooter dan het inkomen
van een nijveren burger, en toch noch ma
ma noch mama’s dochters, komen er mede uit.
Er moet dus iets op gevonden worden, want pa
pa wil niet meer betalen dan bet eens vastge
steld bedrag. Is de rekening hooger, dan waait
het uil het noorden en wordt er gedreigd met ver
mindering van periodieke pretmakerij, z. a. di
ners soirées, bals, logeren, opera en wat .dies
meer zij.
Daartegen moet dus gewaakt en het budget niet
overschreden worden.
Goede raad is duurmaar mama heeft die
i toch
De praktijk is deze: af- en
1 Costume
18 el gros de Napels a 4/2
1 Napolitaine
1 dozijn glacé handschoenen
3 meter imitatie-Malines a 2%
1 Polonaise
1 Sortie
De poets- en schóonmaak-gewoonte is zoo al
gemeen, dat zij een voorname rol in ’s menschen
leven speelt.
De groote schoonmaak in de lente, het uitha
len tegen den herfst, en dan nog iedere week
een 4 twee dagen voor den gewonen schoonmaak
in huisbehalve nog die welke op straat ge
schiedt.
Ja, sommige huismoeders drijven dit zoover
dat haar geheele leven één schoonmaak is, waar
van ’t gevolg is dat het in zulke huizen nimmer
schoon is, nimmer net, nimmer frisch.
Fokke Simonsz gaf in zijn »De vrouw is de
baas” een uitmuntend goede beschrijving van
schoonmaak-razende huismoeders, wier huis altijd
vuil en een ware plaag voor allen is.
Ik heb eene juffrouw gekend, wier man een
kaarsenmaker zich van kant heeft gemaakt
ten gevolge van haar schoonmaakwoede.
Met hare beide zoons liep het niet beter af.
Toen zij op sterven lag, beschikte zy nog over
den schoonmaak na haar dood.
Zij moest in den gang worden gekist, de dra
gers moesten, in huis komende, de schoenen af
leggen, de vloermatten (met was geboend) moes
ten omgekeerd wordende gordijnen mochten
niet geheel vallen, om de franjes niet te beder
ven, de «vrienden” moesten in zeker nabij gele
gen logement bijeen komen, want anders zou het
huis vuil worden.
Haar huis was heel zindelijk doch had veel
van een hel op aarde. Men zag haar nooit zon
der stofdoek, zeemenlap of stoffer.
Zij was een ware plaag voor haar zelf
deren.
Hare verkeerde gewoonte was inderdaad mis
dadig.
Voor 't overige was zij een goed mensch, doch
zij leed aan schoonmaakwoede, erger dan de dol-
lehondswoede, omdat zij meer slachtoffers maqkt
Een dolle hond kan men ontloopen een
schoonmaakdolle onmogelijk.
Hondsdolheid duurt niet lang, schoonmaakdol-
heid is eeuwig en neemt gaandeweg toe.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek,
Uitvoering gevende aan het 3e lid van ’s Raads
besluit van 6 Februari 1875, no. 12, tot wijzi
ging der verordening dp het houden van ver
zamelingen van mest en op de Sekreten welk
besluit is afgekondigd den 24 Februari 1875
Hebben, op voorstel der commissie van beheer
over de exploitatie der faecale stoffen, besloten:
1. te bepalen dat het gewijzigde art. 8 en de
intrekking van art. 9 der gemelde ver
ordening op DONDERDAG 15 APRIL 1875
IN WERKING ZULLEN TREDEN VOOR DE VOL
GENDE GEDEELTEN DER GEMEENTE
a. het Kleinzand, met uitzondering der
huizen bewoond door de heeren S. H.
Geertsma C. J. BruningsJ. A. J. Ver-
stege, mr. L. U. de Sitter en mr. C. W.
A. baron van Haersolte.
b. de Suupmarkt in baar geheel, en van
de Breede en Smalle Burgstraten en
Schapenpleinde huizen bewoond dooi
de heeren Johs. Gorter, M. Wilbers, R.
Prins K. 11. Fortuin J. Godthelp G.
Stockmann Zonen, Mejufvrouw de Wed.
Vogelzang en den heer Johs. Feenstra.
het Grootzand, met uitzondering der
huizen bewoond door de heeren G. N.
Bouma, T. P. de Jong, P Binkes, J. Hou-
wink, M. Veltman en K. Vrolijk; voorts
van Leeuwenburg de huizen bewoond door
de heeren J. Droge, W. A. van Gent en
H. Westerhof; en van het Hoogënd het
huis bewoond door J. Siksma
d. de Pollen voor het geheel, en van de
Breede Burgstraat het huis bewoond door
Mejufvrouw de Wed. R. Gorter.
e. de Potterzijlen voor het geheel en van
den Oosterdijk het huis bewoond door den
heer W. O. Brunings.
het Cingel en het Achterom, met uit
zondering van het huis, bewoond door den
heer dr. K. Dorama.
g. de Kleine palen voor het geheel.
h. van hel Hoogënd de geheele Zuidzijde
met inbegrip van het huis bewoond door
den heer Teetse Gonggrijp, en de Noord
zijde van den hoek tegenover de Kleine
palen tot het hoekhuis, bewoond door den
heer B. Haga Az.
i. de stegen die op de genoemde hoofd
straten uitloopen, voor de naaste aan die
hoofdstraten liggende helft.
aan de betrokkene ingezetenen te kennen
te geven
dat de nieuwe sekreettonnen tegen ge-
melden dag in hunne sekreten zullen wor
den geplaatst
dat zij dus behooren te zorgen, dat die
sekreten tijdig zoodanig zijn ingericht als
voor de plaatsing der nieuwe tonnen
noodzakelijk is
en dat zij of hunne timmerlieden daar
omtrent alle medewerking en inlichting
kunnen bekomen bij den heer Gemeente-
architect, en bij den Stoepopzichter der
exploitatie van faecale stollen.
Snoek, 15 Maart 1875.
Burgemeester cn Wethouders voornoemd
J. ten GATE.
De Secretaris. 11. FENNEMA.
ƒ273.25.
Maar het budget zegt dat ƒ250 het maxi
mum is. Welnu de sortie kan weg gelaten
worden, om plaats te maken voor een stuk lin
nen (huishoudel.-rekening) of de gros de Napels
kan van 4'/2 op 2’/2 worden gebrachtten
bezware van 1 tafellaken met 24 servetten die
laatst noodig zijn geweest, toen Edouard bij ons
dineerde Edouard, de zoon van zeker iemand,
die algemeen gezegd wordt in kennis te zijn met
een ander iemand, die een groot getal iemanden
zou kennen, welke met den minister van oorlog
liet geheel onbekend zyn, waarvan dus mama’s
oon, de broêr van mama’s dochters, kan profi
leren, omdat hij te Breda is.
Het budget is dus niet overschreden en toch
lebben mama en hare dochters haar zin dooi
f- en overschrijving hebben zij haar doel bereikt.
Sommige winkeliers zijn gedwongen uit dien
oofde «dubbele” boeken te houden.
Om langs anderen weg tot hetzelfde resultaat
e komen, wordt van oude ponden wel eens kilo-
rammen gemaakt.
Zeker voogd kon niet sluiten met zijne eind-
skening, hij kwam ƒ84 te kort, welke hij no-
1 -erde voor mosterd, die zijn pupil had veror-
i erd.
Pronk- en opschik-zucht zijn nauw verwant
’an modezucht. Zij zijn te gaèr een en dezelfde
«Nieuwsgierigheid wacht kwaad bescheid,” en
zeer te recht, want nieuwsgierigheid is al eene
zeer kwade gewoonte. Bijna altijd gaat zij ge
paard aan babbelzucht en is zij oorzaak van de
grootste onaangenaamheden. Nieuwsgierigheid
is vaak het noodzakelijk gevolg van babbelzucht.
Immers, om te kennen babbelen, zijn nieuwtjes
noodig, zoodat de babbelaar, als hij aan zijn ge
kakel bot wil vierennieuwsgierig moet zijn.
Dit is hem even onmisbaar, als den hengelaar
het aas.
De nieuwsgierige is niet zelden gevaarlijk.
Te ’s Hage woonden vóór eenige jaren drie ou
de juffrouwen, in wier dienst een geheel leger
van naaisters en schoonmaaksters stond.
Deze waren goedkooper dan de overigen van
dat gild, en verdienden toch meer, daar zij van
twee kanten werden betaald, ééns om te werken
en ééns om te luisteren en af te loeren.
Op die wijze lag menig huisgezin op straat,
zonder dat men het zelf wist.
In kleine plaatsen en ten platten lande is men
gewoonlijk nieuwsgieriger dan in groote steden,
tenzij de huizen van elkander afgelegen zijn, zoo
dat er minder gelegenheid tot beloering en inkij
ken bestaat.
Ik heb eens een paar staaltjes
righeid bijgewoond, die ergerlijk
Kleine kinderen werden ingeroepen, gestreeld
en getracteerd, met het doel ze uit te hooren.
Een andermaal was men op den kippenloop
geklommen om bij den buurman in den tuin te
spionneren en het gesprek tusschen man en vrouw
af te luisteren. De latten van den loop waren
niet sterk genoeg, zij braken, en juffrouw Onbe
schaamd lag onmiddellijk op den grond.
Haar buurman, dien zij beloerde en die ge
neesheer was, werd gehaald, om naar de kneu
zingen te zien, die zij zich zelve had op den
hals gehaald. Hij wist zeer goed hoe zulks ge
komen was. Spoedig wist de geheele plaats hoe
de «vrome” ziel dien Zondag-morgen had besteed.
De geneesheer wist tevens ook, hoe zijne huis
houdelijke zaken op straat geraakten, en ging
verhuizen.
Zulke buren zijn schadelijk voor de verhuur
ders van huizen daar zij nog meer geschuwd
worden dan vocht, rook, water in den kelder en
dergelijke lastige zaken. Zulke buren zijn ware
plagen.
De nieuwsgierige babbelaar is in de meeste
gevallen een lasteraar en altijd een
m i hi is (diiin
I
I
i
i
c.
j-
e
iunümlllMiuUiu ilèfiluifLuiia
iV A
I'
