fiMffl HET ARRONDISSEMENT Sffi.
NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BLAD TOOR DE
1876.
No. 6.
E E N-E N-D E R T I G 8 T E
19 JANUARI.
WOENSDAG
1
a
SLAGERIJ.
KIESRECHT.
STOO M-OLIESL A G Ell I J.
>0
I I
H.
SMI. KIR ((HKU
it.
15
over
bijge-
die aan den Jei-
II V 5 EX L AXil.
i
'r
a
4 i
t
M.
n.
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementspiijs voor 3 maanden is binnen deze Stad ƒ1.65, buiten
de. Stad franco ƒ1.90.
gedaan moet worden, is de herziening
de neutrale school.
<-
d
eene
voeren.
in
in
or
15
or
<4
>1
or
or
or
14
>U
J
m
m
se
I.
I een instituut der
200 jongelieden van den R.
Te Katwijk a/d Rijn bestaat
Jesuïten, waar aan f""
om
dezen toestand een einde te maken Op
het eerste mid-
>0
b6
17
>8 -
(3
’t Hoofdbestuur van ’t onderwijzersgenoodschap
heeft het plan opgevat tot ’t oprichten van een
paedagogisch museum, zooals die o. a. te Pe
tersburg en te Rome bestaan. Dit museum zal
niet alleen betrekking hebben op ’t lager, maar
ook op middelbaar onderwijs.
De plaat van den Spectator met het opschrift
»Een brandend vraagstuk,” toont den minister van
financiën schrijlings op een rookstel gezeten. Met
een zeer bedenkelijk gezicht kijkt hij den bran-
denden sigaarwelken hij tusschen de vingers
mTEX-ftEMKAAL.
Eerste Kamer.
Zitting van Zaterdag 15 Jan.
In de heden gehouden zitting der Eerste Ka
mer zijn gekozen tot rapporteurs voor de alge-
gemeene beschouwingen der Staatsbegrootieg de
}ih. Borsius, Pincofïs, Cremers en Smidt. Maan
dag komen aan de orde eenige ontwerpen, waar
onder de spoorweg-onteigeningswetten. Daarna
zal in comité-generaal de heer Cremers inter-
pelleeren over onze verhouding tot Venezuela,
Het Gemeentebestuur van Sneek brengt, naar
aanleiding van de artt. 6 en 7 der Wet van 2
Juli 1875 (Staatsblad no. 95), ter kennis van de
ingezetenen
dat ter Secretarie der gemeente Ier visie is ge
legd een verzoekschrift van ANTOON de JONG,
om vergunning tot het uitoefenen eener Slagerij
in het huis, staande aan de Oosterdijk, kadaster
sectie B no. 430, met de bij die verzoekschrif
ten, volgens art. 5 der aangehaalde Wet, behoo-
rende bijlagen
en dat, op Woensdag 2 Februari 1876,’s mid
dags 12 uur, in het Gemeentehuis, gelegenheid
zal worden gegeven om, ten overstaan van het
Gemeentebestuur of van een of meer zijner le
den, bezwaren tegen de inwilliging van gemeld
verzoek in te brengen.
Sneek 18 Januari 1876.
J. van DRIESSENL. Burgem.
H. FENNEMASecretaris.
De Voorzitter van den gemeenteraad van Sneek
noodigt, ter voldoening aan art. 7 der wel tot
regeling van het Kiesrecht enz., van den 4 Juli
1850 (Staatsblad no. 37), de inwoners dezer ge
meente uit, om, zoo zij elders in de Directe be
lastingen zijn aangeslagen, daarvan vóór den
15 Februari e. k., hetzij door de aanslagbiljetten,
hetzij door andere daartoe betrekkelijke beschei
den te doen blijken.
SNEEK, den 18 Januari 1876.
De Voorzitter voornoemd:
J. van DRIESSENL. Burgem.
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel daarboven 7'/a Cents. Alle brieven en stukken,
de uitgave of redactie betreffende worden franco ingewacht.
waarover de Min. van Builenlandsche Zaken be
reid is inlichtingen te geven.
Zitting van Maandag 17 Jan.
De heden aan de orde gestelde wetsontwer
pen zijn allen door de kamer aangenomen, waar
onder dat tot onteigening voor den spoorweg
Loiden—Woerden, na korte toelichting door den
minister, met algemeene stemmen, en tot ontei
gening ten behoeve der lijn RotterdamHouten,
na discussie, met 23 tegen 4 stemmen, die van
de heeren den Tex, van Swinderen, Schot, en
Dumbar. Alle overige kleine ontwerpen werden
met algemeene stemmen aangenomen, waarna de
kamer overging in comité-generaal, tot het ont
vangen van inlichtingen van den minister van
buitenlandsche zaken, over de zaken Venezuela
betreffende.
De zitting der eerste kamer, in comité, heeft
geduurd tot 3% uur. Morgen ten 1 uur be
handeling der staatsbegrooting.
Bij den aanvang der zitting
heeft de minister van
Daaruit diijki, dat de kampongs Garoet en
Lampadang, daar zij ons bivouac te Pakenbader
beschoten, zijn verbranddat de gemeenschap
met Olehleh is verzekerddat de zwaar versterk
te stelling BitalLamtermin door den vijand,
tengevolge onzer manoeuvres verlaten, werd be
zet; dat de versterking van Pakenbader werd
voortgezet en de vlotbrug over Lagune bij Si-
nangri is voltooid; dat eene verkenning in de
richting der Kloof naar de IV Moekim een zeer
ongunstig terrein aantoonde; dat een tocht is ge
maakt naar Lamtenga en Sabong.
Bij de Moskee Lamtenga sneuvelde van ’s vij-
ands zijde Panglima Moedalamtoeta wij telden
twee gewonden. Sahong werd bezet. De IV
Moekim zijn thans geheel in ons bezit. Toekoe
Lemparei vertrok met een oorlogschip naar Kloe-
ang, om de hoofden der IV Moekim op te roe
pen. Het hoofd van Lampager is naar ons bi
vouac gekomen, om zich te onderwerpen. Den
11 Januari is verkenning gemaakt naar Lampa
ger, met de bevolking gesproken en bezetting
achtergelaten. De bevolking van Lampager heeft
onze hulp ingeroepen tegen Toekoenanta en Toe
koe Tjihiklamuga. Den 13 Januari is verkenning
gemaakt naar Lambadak, om te trachten, hoof
den der IV Moekim te ontmoeten. De geest der
agerende troepen bleef uitmuntend en de ge
zondheidstoestand gunstig, behalve by de Madu-
resche Barissan.
De Algemeene gezondheidstoestand in Atchin
was bevredigend, evenwel begon zich weder
meer cholera te vertonnen.
Het Gemeentebestuur van Sneek brengt, naar
aanleiding van de artt. 6 en 7 der Wet van 2
Jtdi 1875 (Staatsblad no. 95), ter kennis van de
ingezetenen:
dal ter Secretarie der gemeente ter visie is
gelegdeen verzoekschrift ,van L. E SMILDE,
vor^unnin^ tot hcè drijven eener Stoom-olie-
slagerij in zijne fabriek, staande aan den Op-
penhuizer weg kadaster sectie C nos. 760 en
761, met de bij die verzoekschriften, volgens art.
5 der aangehaalde Wet, behoorende bijlagen
en dat, op Woensdag den 26 Januari 1876,
’s middags 12 uur, in het Gemeentehuis, gele
genheid zal worden gegeven om, ten overstaan
van het Gemeentebestuur of van een of meer
zijner leden, bezwaren tegen de inwilliging van
gemeld verzoek in te brengen.
SNEEK, 8 Januari 1876.
J. van DRIESSEN L. Burgem.
De Secretaris, H. FENNEMA.
van de kamer
koloniën mededeeling ge
daan van telegrammen uit Atchin, loopende
gebeurtenissen aldaar van 113 Januari.
Daaruit blijkt, dat de kampongs Garoet
Katholieken godsdienst onderwijs wordt gegeven.
De leeraren (geestelijken) hebben geweigerd om
den hoofd, omslag voor het afgeloopen jaar te
voldoen. Na gerechtelijke aanmaning en dwang
bevel verklaarden zij sniets te bezitten.” Men
moet echter weten, op welke weeldeiige wijze
die heeren leven en daarom wordt met groote.
belangstelling te gemoet gezien, welke maatrege
len het gemeentebestuur tegenover den onwil
dier heeren zal nemen.
In een artikel,, getiteld de tabakstorm, schrijft
de Schoonh. Crt. o. a.
»Te oordeelen naar den omvang en het ge
weld van den tabakstorm, kan men nu reeds
zeggen, dat, al zijn jonder de goede ook zeer
zwakke argumenten aangevoerd, het plan van
den minister reeds thans volkomen veroordeeld
is, dat die storm de grondslagen van dat plan
reeds geheel uit elkaar heeft gerukt.
Ook de heer Van der Heim zal zich daarom
trent wel geene illusiën maken.
Doch het is niet genoeg tegen eene voorge
stelde belasting bezwaren aan te voeren. Dat
is geen kunst. Daar is geene enkele belasting,
welke eene scherpe kritiek volkomen kan door
staan. De oppositie vooral in deze zaken moet
niet afbreken, maar opbouwen.
Waarom evenwel zoude ook de beweging
tegen den tabaksaccijns niet opbouwend kunnen
zijn? Een storm rukt boomen en huizen omver,
maar een storm reinigt ook de atmosfeer.
Mocht dit hier het geval wezen. Mochten de
geesten van staatslieden en burgers, doordrongen
van de noodzakelijkheid eener. belakting-hervor-
ming, overtuigd van de onmogelijkheid om hhar
in de invoering van eenen tabakaccijns te vin
den, rijp worden voor die andere overtuiging,
dat alleen óf inkomsten-belasting óf een succes
sierecht in de rechte lijn en eene belasting op
de goederen in de doode hand, of alle deze sa
men, de goede grondslagen kunnen zijn eener
belasting-herziening, welke iederen dag met meer
aandrang wordt en moet worden geëischt.
Ten aanzien van den aanleg en de exploitatie
van buurtspoorwegen in Groningen en Friesland,
waarvoor dezer dagen door den Minister van
Binnenlandsche Zaden de concessie-uitvoering is
verlengd tot ultimo December 1876, wordt uit
het noorden des Lands aan de N. R. Ct. mede
gedeeld, dat men daar goeden moed heeft cp
het eindelijk tot stand komen der onderneming,
in dien zin, dat de Regeermg zal toeslaan de
gevraagde rijkssubsidie van 3 millioen gulden.
Immers wanneer da Staat den spoorweg Gro
ningenDelfzijl aanlegt (waartoe de wet den
Staat zou verplichten, als de weg er anders niet
komt), dan zal hem dat p. m. 3 millioen gulden
kosten, en voor diezelfde som, als subsidie aan
de heeren van Heemstra c. s kan hij den aan
leg det geprojecteerde buurtspoorwegen in Gro
ningen en in Friesland tot stand helpen bren
gen. Dat onder die buurtspoorwegen ook be
hoort een spoorweg van Groningen naar Delf
zijl, is bekend.
Men schrijft uit Limburg aan het Vad.:
Bijna dagelijks leest men in de dagbladen een
en ander over den abnormalen toestand van Lim
burg; menige lezer echter zal denken, dat de
daar geschilderde toestand zeer overdreven is,
maar helaashet is maar al te waar. Limburg
gaat dag aan dag meer achteruit; men kent er
niets meer dan den Paus, de Jesuïeten enz.,
men hoort over niets anders meer spreken; al
len zijn vol partijhaat.
Maar hoe komt dat dan toch, zal menigeen
vragen. En ziehier in ’t kort het antwoord op
deze vraag, en tevens den eersten stap om aan
dezen verderfelijken toestand een einde te ma
ken.
Het Limburgsche volk op zichzelven is vrien
delijk, goedaardig, medelijdend en nederig, en dit
dreigt, de een, omdat het hem niet kan schelen,
een ander, omdat men naar hem toch niet hoe
ren zal, en een derde omdat hij te dom is.
Maar op wie rust nu de verantwoording,
33Ï1 - - -rt--
den Staat, op de Regeering, en
del daartoe is de neutrale school.
Geen neutrale school in naam, maar in wer
kelijkheid. Geen onderwijzers, die zelven tegen
het openbaar onderwijs zijn en die aan den lei
band van de pastoors gaan, maar flinke ontwik
kelde en vooral beter bezoldigde onderwijzers.
Dan was er ten minste nog hoop, dat het na
geslacht beter zou worden.
Maar zooals het hier thans met het neutraal
onderwijsër uit ziet, is het allerellendigst, het is een
speelbal in de handen der geestelijkheid daar
bij komt nog, dat in de eene plaats de school
gesloten is, omdat de schoolopziener het lokaal,
waarin zij vroeger gehouden werd, heeft afge
keurd en het Gemeentebestuur geen ander wil
geven, en op de andere plaats kan men geen
onderwijzer krijgen, omdat het tractement te
klein is en hel Plaatselijk Bestuur niet meer wil,
naar hel zegt, kan geven.
Is het zoodoende te verwonderen, dat de kloos
ters overal vol zijn van leerlingen, waarin nu
reeds vroeg de kiem van onverdraagzaamheid en
domheid gelegd wordt?
Ziet, als een gevolg van dit alles, het Lim
burgsche volk dag aan dag armer worden en
achteruit gaan, terwijl al zijn have en goed in
de kloosters komt.
Ziet, als bewijs hiervan, die paleizen van kloos
ters, die gebouwd zijn met het geld der arme
ongelukkige bevolking.
Wij hopen dan ook dat de Regeering zich spoe
dig het lot van Limburg zal aantrekken, en doel
treffende maatregelen zal nemen, en wij twijfe
len niet, dat ook zij zal inzien, dat het eerste
wat er gedaan moet worden, is de herziening
van
weten de pastoors en de Jesuïeten maar al te
welzij zoeken zich nu op allerlei wijzen bij hel
volk bemind te maken, door den schijn van hei
ligheid, zij weten ook, dat, als zij iels willen uit
richten, zij vooreerst zorgen moeten dat de aan-
zienlijksten op hun hand zijn; het mindere volk
volgt dan van zelf, daar het grootendeels van
eerstgenoemden afhankelijk is.
Langzamerhand hebben zij zich overal in be
moeid, en vooral zijn hun thans de tijden zeer
gunstig, om hun goedgeloovige kudden onder den
duim te krijgen. Zij wijzen op de verschrikke
lijke vervolging van hun broeders en zusters in
Duitschland, en toonen hen aan hoe noodzake
lijk hel is, dat allen met hen medewerken om
zich staande te houden, want dat de liberalen,
de mannen der loges, niets anders willen dan
den ondergang van het Katholicisme. Zoo heb
ben zij dan langzamerhand hun plannen bijna
verwezenlijkt. De meeste leden van de Gemeen
teraden in Limburg zijn volbloed altramontanen
en bijgevolg ook, vooreerstdie ambtenaren waar
over zij te beschikken hebbenen het grootste
gedeelte der overige bevolking, de burgerstand,
volgt het voorbeeld van de aanzienlijken, maar
ach, hoe zouden zij ook anders? haalt niet de
burgemeester de aardappelen en andere veld
vruchten bij hen, haalt niet de secretaris altijd
de koffie en andere levensbehoeften bij hen
en dus, indien ze anders dachten en handelden,
zouden zij al deze klanten verliezen, en 1
volg broodeloos worden.
En zoo waagt het niemand zijn stem te ver
heffen tegen het groote onheil dat Limburg be-