sms. n immra-iiuii wmi he GEMEENTE EN HET ARRONDISSEMENT SNEER if ft i 1876 No. 62. 2 AUGUSTUS. WOENSDAG het kiesrecht. van Uitbreiding K •tó-' 0 0 U it A A T» SNKKKE UINNEXLAVB. volgens vorige rap en z I Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden is binnen deze Stad f 1.65, buiten de Stad franco ƒ1.90. te zijn «kerke- te zorgen voor kosteloos neutraal lager onderwijs ook in die kundigheden welke vwn kiezers ge* vorderd worden.” ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel daarboven 7'/2 Cents. Alle brieven en stukken, de uitgave of redactie betreffendeworden franco ingewacht. Onder de argumenten, die dienst moeien doen tegen T Algemeen stemrecht, behoort ook al, eene vingerwijzing naar den uitslag, welke de algemeene verkiezingen in de Ned. llerv. Kerk hebben opge leverd. «Ziedaar nu de prachtige resultaten van die onbekookte nieuwigheden Jan zijn maat worden baas Inderdaad: dat schijnt een argument tegen het algemeen stemrecht, want de banken” der Ned. Herv. Kerk in Nederland zijn voor een groot deel verwisseld van groot waar- digheidbekleeders en meestal ten nadeele van de zoogenaamde vrijzinnige richting. De orthodoxie werd daar vrijwel de baas. Maar wordt daarmeê bewezen, dat het op staat kundig terrein ook zoo zou gaan als ook daar het algemeen stemrecht werd ingevoerd? Wij nemen de vrijheid dit voorloopig te betwijfelen. De ver gelijking en de daaruit getrokken gevolgtrekking gaat immers reeds daarom niet op, omdat de be langstelling in kerkelijke zaken bij de vrijzinnige richting meestal niet groot is. Velen willen zich zelfs de moeite niet getroosten den orthodoxen een terrein te betwisten, T welk hun-zelf reeds tamelijk onverschillig geworden is. T Is hier thans de vraag niet, of die onverschilligheid goed- of afkeuring verdient, wij hebben in deze slechts een feit willen constaleeren, waardoor de zooe- ven genoemde vergelijking al dadelijk vrij wat van haar kracht en beteekenis verliest. Wij twijfelen er dan ook geen oogenblik aan, of de verkiezingen op staatkundig gebied zouden tot een geheel ander resultaat leiden. Men be denke toch, dat daar geheel andere belangen in het spel zouden komen. Daarbij toch treden voortdurend vraagstukken op den voorgrond, die, direct of indirect, ingrijpen in den toestand van en dus in het nauwste verband staan met de belangen van het geheele nederlandsche volk. Van de beslissing daarvan hangen vaak af de min of meer gunstige politieke toestand en hel welzijn van een groot deel van dat volk; zijne hem toe te kennen rechten of hem op te leggen plichten. En juist dat groote deel van het Nederland sche volk, T welk thans van het kiesrecht is bui tengesloten, en zich in T kerkelijke niet mengen wil, zou zich o. i. bij de invoering van het algemeen stemrecht op staatkundig terrein niet onbetuigd laten. Op dat terrein toch zou bijv, de Nederlandsche Werklieden-vereeniging die, vergissen wij ons niet, zich nooit met eenigen kerkdijken strijd bemoeit zich krachtig doen gelden. Zij telt reeds duizende leden en zij zou o. i. vrij zeker op flinke wijze het liberale kiezers- element versterken. Dal liberale element, zoo beweert men verder, zou, bij de invoering van het algemeen stemrecht, al spoedig geheel worden overheerscht door ker kelijke invloeden en van het thans door hem in genomen terrein worden verdrongen "door kie zers, die alle zelfstandigheid missende aan den leiband zouden loopen van dominé of pastoor. Wij erkennen dat er onder die bemoeizieke heeren zouden zijn, die zich ook dim niet onbe tuigd zouden laten en ook dan heel wat kiezers meè op sleeptouw zouden nemen, maar doen zij dat dan ook thans reeds niet? Ei lieve, hoe gaat het bij de tegenwoordige verkiezingen in som mige geheele provincies en bijna overal ten platten lande ’t Is waar, de geestelijke drijvers zou den dan een ruimer arbeidsveld vinden, maar men bedenke, dat ook in dezelfde verhouding de partij van den vooruitgang versterkt zou worden waardoor’t evenwicht vrij wel zou behouden blijven Bovendien maken wij ons ook reeds daar om niet zoo erg ongerust over den overwegenden invloed der kerkelijke partijen in ons land om dat deze te spoedig zelf aan T plukharen zouden geraken als ieder voor zijne tegenstrijdige be langen voldoening wilde hebben. Verdeeldheid in eigen boezem nu zou het kerkelijk-politieke rijk al spoedig in één doen storten. III. Door census-verlaging, zeiden wij in ons vorig artikel, zouden we wenschen te komen tot Alge meen stemrecht. DitbTijve dan ook het ideaal, waar naar wij voortdurend moeten streven. Om daartoe te geraken zullen er echter heel wat moeilijkheden en vooroordeelen overwonnen moeten worden. Immers, tegen het algemeen stemrecht worden nog voortdurend allerlei be zwaren geopperd en zelfs van een kant waarvan k men die niet zou verwachten. De bezwaren ech ter door de tegenstanders vaak meer aardig dan waardig daar tegen aangevoerd, concen- treerenzich meestal in de bijbelscbe uitspraak: «houd wat gij hebt, opdat niemand u de krone roove Juist onder de tegenwoordige kiezers schui len de sterkste tegenstanders van het alge meen stemrecht, ’t Schijnt wel, dal zij zich zelf bij uitsluiting wenschen geconserveerd Ie zien in al hunne kiesrechterlijke-rijksdaalder-heerlijkheid. Vooral het amphibie-ras der half-liberalen zal zich voor Teerst wel blijven aankanten tegen zoo’n radicale uitbreiding van het kiesrecht. «De tijd is er nog niet rijp voor”, is een hunner keurspreuken, een hunner gemeenplaatsen a jour. Men kan er echter gerust op zijn, dat men over 30, 40, 50 jaren uit diezelfde mondennog die zelfde verklaring zou kunnen hooren. Zij zullen met bedaarden tred blijven rondwandelen op het voor hen geëffende en daarna door hen ingenomen te rein, en dit dan nu ook voortdurend het alléén- L zaligmakend juste milieu noemen, T welk men niet mag overschrijden op straffe van voor een om verwerpen van de «bestaande orde van zaken” te worden uiigekreten. «De tijd is er r.og niet rijp voor” Heeft de Jaa-saliegeest dat niet voortdurend toegeroepen aan eiken hervormer wiens geavanceerde denk beelden op poliliek of maatschappelijk gebied zich het burgerrecht zochten te veroveren Immers, ja En het treurigste is nog, dat diezelfde «Jan” nog noojt een enkele poging deed om lot die zoozeer op prijs gestelde «rijpheid” meè te wer ken, maar dat hij integendeel door het alarmee- rend schudden van zijn «geachte”. slaapmuts, veel heeft bijgedragen om de zaken hier en daar «rot” te maken. Maar zelfs voor een oogenblik aangenomen dat wij te optimistisch waren in onze beschou wing; toegegeven zelfs, dat de invoering van het algemeen stemrecht de liberale richting voor eeni gen tijd want het blijft onze vaste overtuiging, dat dit nooit lang zou kunnen duren in de minderheid zou brengen, mag dit dan als ar gument gelden daartegen als men overigends overtuigd is dat de billijkheid meebrengt dat het stemrecht algemeen zij omdat ieder belang heeft bij eene goede regeering Wij vertrouwen, dat geen enkele ware liberaal die vraag toestemmend zou kunnen beantwoor den. Nog ééns de meeste bezwaren tegen hel al gemeen stemrecht concentreeren zich in hel «houd wat gij hebt 1” «Wij zijn nn eenmaal de baas, laat ons nu ook tradhten het Ie blijven 1” Precies! En dat Conservatief idéé wordt op kunst matige wijze aangekweekt en uitgewerkt door allerlei drogredenen en schijn-argumenten, die echter allen zich aankanten tegen het: gelijk recht ook voor anderen. Men versta ons wel Al stemmen wij toe, dat er a priori geen enkele reden bestaat, waarom de een meer recht op stemmen heeft dan de ander, zouden toch ook wij nog een enkele re serve willen gemaakt zien, bij de toepassing van dat gelijkheidsbeginsel. Wij zouden namelijk eeni gen waarborg willen eischen dat geen gehee] onontwikkelden tot de stembus werden toegela ten; men kan geen blinde over kleuren laten oor- deelen. Daarom zouden we een soort «kiezers- examen” wenschen te zien invoeren. Overweging verdient, Tgeen Dr Feringa daar omtrent eventueel in de kieswet zou wenschen te zien opgenomen 1. Elke Nederlandsche man of vrouw heeft het kiesrecht, zoo hij of zij voldaan heeft op een examen, loopende over de kennis onzer staatsin stellingen en voornaamste wetten, inzonderheid der grondwet. 2. Die eenig door de wet geregeld examen met goed gevolg heeft afgelegd, waarbij ook ken nis onzer staatsinstellingen wordt gevorderd, is van rechtswege ktezer. 3. Overgangsbepaling. Die wetten kiezer is, blijft dit. En gaarne onderschrijven wij, wat hij als me morie van toelichting daaraan zou willen toevoe gen «Slechts de ontwikkelingstoesland is de natuur lijke, billijke en doelmatige maatstraf ter bepaling of iemand kiezen mag. Een staatsburger, een werkelijk kiezende kiezer moet althans iets van de voornaamste wetten weten, gelijk een lid eener inrichting hare statuten dient te kennen. De overgangsbepaling schijnt nuttig om het getal kiezers niet op eens te klein te doen worden. De gewoonte zich aan een kiezersexamen te on derwerpen, zal slechts langzaam ingang vinden Het blijft de taak van elk, die daarop invloed heeft, te zorgen, dat de gevorderde kundigheden algemeen worden verspreid, dat er volksregee- ring zij, niet naar de wet alleen, maar ook naar de zeden, d. i. inderdaad. De regeering behoort door 9.15 door 9,34 9 51 door door door 0 14 O 5 T Nieuws v. d. Dag acht den toestand, waarin ons land op T oogenblik verkeert, deerniswaar dig. Er is matheid en onverschilligheid, die me delijden in plaats van toorn wekt. Wij domme len voort. Een besluit moet er worden geno men. Wil het ministerie niet weggaan, goed, dat het dan de Kamer ontbinde (Ons oordeel daarover is bekend.) «De lucht dient gezuiverd.” Niemand zal ontkennen dat Heemskerk ook in deze dagen van crisis een bijzonderen ijver aan den dag legt, maar dat is het punt van quaestie niet. Komt hij straks voor de Kamer, dan zal de vraag worden gedaanin hoeverre hebt gij deel gehad aan de bestendiging van een toesiand, die mede door uw schuld in T leven is geroepen, de wanverhouding tusschen de wetgevende en de uitvoerende macht? Maar T was wenschelijk dat het zoover niet behoefde te komen en dat uit de natie krachtig geprotesteerd werd tegen de lauwheid en traagheid, waaronder we gebukt gaan, tegen een oplossing der crisis, die geen oplossing is. T Geldt hier geen politieke quaes tie; T geldt de conslitutioneele regeeringsvorm waarmede een on waardig spel wordt gedreven. Dit moet alle partijen tegen de borst stuiten. Eu buiten de redactiën der bladen zijn er immers nog anderen, even bekwaam of bekwamer dan de meeste leiders der publieke meening 1 Laat hen zich doen hooren, juist nu, nu de ernst van den toestand voor de groote menigte niet dui delijk schijnt. T Is hoog tijd dat deze voel- en tastbaar gemaakt worde. De Tijd heeft ontdekt waar het euvel schuilt, waaraan de tegenwoordige ongezonde staatkun dige toestand moet toegeschreven worden. Het gaat niet aan te regeeren overeenkomstig het stel sel der meerderheid in de volksvertegenwoordi ging. Bij een zeer groot deel van ons volk is scheiding tusschen de godsdienstige en de andere belangen onmogelijk. Men moge dit voor ver keerd houden, het is zoo. Bij de groote ver scheidenheid van geloof en meening in het gods dienstige, is het duidelijk dat het een utopie is, op een bestendige meerderheid van één rich ting in de vertegenwoordiging te rekenen. Het bestaan en den invloed der kerkelijke partijen op ons bestuur is niet te verijdelen. Met deze vaste factoren moet dus rekening worden gehouden. En moeilijk is dit niet, als men in ernst de eisschen der clericalen wil op lossen. Zij willen geen uitsluiting, zij willen geen bijzondere bepalingen te hunnen batezij wen schen alleen gelijke vrijheid en gelijk recht voor allen. Dit echter wordt hun geweigerd door de libe ralen, uit haat tegen hun richting en tegen het beginsel van gezag, waaronder de clericalen le ven door de conservatieven, uit ijdele vrees voor het marktgeschreeuw der liberalen. Van de libe ralen bevreemdt deze houding de Tijd niet. Zij toch worden gedreven door de haat tegen het geen de clericalen het liefst is, maar de illusie, dat de conservatieven hun recht zouden doen weervaren, verdwijnt. Thorbecke heeft het in dertijd begrepen, vandaar zijn macht, maar Heems kerk voldoet aan de billijke verwachting van hem gekoesterd, niet. «Mogen eindelijk zoo be sluit de Tijd onze regeeringsmannen begrij pen dat hel euvel niet alleen schuilt in de ver tegenwoordiging, maar ten deele ook hij hendat zij den toestand gezonder kunnen maken met zich zóó boven de partijen te verheffen, dat zij

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1876 | | pagina 1