GEMEENTE EN HET ARRONDISSEMENT SNEEK.
NIEUWS- EN ADVERTENTIE BLAD VOOR HE
5
I
No. 80.
1876
SEPTEMBER.
WOENSDAG
OPG E VISC II T.
EN.
na-
aar-
400
zeu-
7..
4
'4
bliek
para
3.
O A
VI.
B IN N E M.l MI
afloop
pér
Vier
u P.
bÜ
hou-
te
te I
A. I
ane- j
is; te
Mil-
ihofl i
i K.
Mep-
i.50
5öli
,17
,68
1.43
loor
>.15
oor
,34
51
loor
loor
loor
14
5
82jr
iept.
ries,
itjes
roe-
mes
v.
alk.)
um.
J te
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden is binnen deze Stad ƒ1.65, buiten
de Stad franco ƒ1.90.
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel daarboven 7'/2 Cents. Alle brieven en stukken,
de uitgave of redactie betreffende worden franco ingewacht.
A M.
'pt.
8
3/
8
8
z.
8
f
8
«Is de heer de Savornin Lohman te ’s Her-
togenbosch niet conservatief met eene kerkelijke
tint vroeg de N. Arnh. Ct. aan de Standaard.
«Naar zijne geschriften luidt het antwoord
is hij radicaal anti kerkelijk”, namelijk tegen
overheersching van den Staat door de Kerkte
gen ondersteuning van de kerk door den Staat.”
«Met het uitvoerig geschrift van den heer de
Savornin Lohman kunnen wij ons, als anti-revo-
lutionairen, zeer goed vereenigen.”
etze
laid
:o,z.
a, z.
[aria
Te Amsterdam in de Ferdinand-Bolstraat zijn
Donderdag voormiddag een drietal in aanbouw
zijnde perceelen met donderend geraas ingestort.
Onder de puinhopen raakten negen werklieden
bedolven. Zij werden door de spoedig aange-
rukle brandweer daaronder weggehaald, en
brancards naar het gasthuis overgebracht,
werden licht, vijf echter zwaar gewond; een hun
ner zal er waarschijnlijk het leven bij verliezen.
Omtrent de oorzaak van hel onheil wordt gemeld,
dat bij het opbrengen van de kapgebinten op een
der perceelen een dier omvangrijke getimmerten
tegen een éénsteens scheidsmuur is gesloolen.
Daardoor is een gedeelte van den muur ingestort,
en viel het bovendeel op de balklagen, die braken,
tengevolge waarvan de tweede scheidsmuur naar
binnen viel. De beide andere perceelen zijn daar
door geheel ingestort en van eerstgenoemd per
ceel een groot gedeelte.
Bij de wegruiming van het puin is later nog
het lijk gevonden van een 64 jarig werkman
men schijnt niet te hebben geweien dat deze
zich aldaar had bevonden, hoewel er van de zijde
zijner aanverwanten onderzoek naar was gedaan.
Z. M. de Koning woont de Amsterdamsche
Zangersfeesten niet bij, naar men zegt omdat zijne
gezondheid in de laatste dagen eenigszins te wen-
schen overlaat.
8'/a
I.
»Als gij zegt de conservatieve Rotterdam-
i sche Courant tegen de Standaard er toe ktint
komen om het kerkelijke streng te scheiden van
het staatkundige en geen anderen invloed van den
godsdienst op den Staat toelaat dan den ethischen,
dat is die van het zuurdeeg op het meel, dan
zult gij spoedig tot de ontdekking komen, dat de
anti-revolutionairen eigenlijk niet anders zijn dan
conservatieven.”
De proclamatie aangaande samenscholingen van
meer dan 5 personen te Amsterdam is ingetrok
ken, daar de rust geheel hersteld is, onder dank
betuiging aan allen, die door hunne kalme en
waardige houding de maatregelen tot herstel en
handhaving der openbare orde genomen, zoo
krachtig hebben ondersteund.
De heer van Nierop zal in de aanstaan
de zitting van den Gemeenteraad B. en W.
interpelleeren over de plaats gehad hebben-
ste Algemeene Vergadering van de Evangelische
Maatschappij«de Regeering moet hoofdstuk VI
der Grondwet strikt handhaven bepaaldelijk dat
artikel 't welk voorschrijft ««alle kerkgenoot
schappen houden zich binnen de aangewezen gren
zen.”
«Onze Grondwet nu staat tegenover hetultra-
montanisme, dat zich op zijne beurt niet kan ver
eenigen met de Grondwet.
«Als de Regeering waakt, zal zij zich verplicht
gevoelen aan geen aanhangers van het ultramon-
tanisme eenig staats-ambt toe te vertrouwen.
«De ultramontaan is een vreemdeling
vijand van Nederland.”
De ultramontaansche Tijd noemt dat eene po
ging tot herinvoering eener kermis en wel de
kermis der beeldstorming en zegt, dat de Evan-
gelie-dienaren, die zóó spreken onder den tab
baard het schootsvel verbergen.
Hij ziet er in eene aanhitsing tot burgeroorlog,
leidende tot één punt, een punt «aan welks ein
de de straatsteenen liggen.”
De Tijd vergat te zeggen, dat het ullramonta-
nisme zich wèl kan vereenigen met de grond
wet.
II.
«Of wij zegt de Rott. Ct. ook ontwik
keling willen van niet-neutraal onderwijs, zelfs
al mocht dit in onzeoogen slechts door weinigen
begeerd worden
»Gewis maar niet door het doen vervallen
van de neutrale volksschool als regel, of door de
toepassing van het restitutie-stelsel.
«Wij willen het bijzonder onderwijs verbeteren,
in dien zin, dat de concurrentie, ten opzichte van
de schoolgeld-heffing, eerlijker worde.
«Tegen de uitspattingen van de openbare school
mogelijk sedert het opkomen der moderne
school moet de bijzondere een heilzaam correc
tief opleveren. Haar het middel daartoe, wette
lijk te verzekeren, is het ernstig doel der con
servatieve partij.”
Licht in dal «correctief’ ook vervulling der be
lofte van den heer Heemskerk: ik zal de anti
revolutionairen bevredigen
III.
De conservatieve Nieuwe Arnhemsche Courant,
ook over de lager onderwijs-quaeslie sprekende,
wijst er op, hoe een liberaal bewind het vroolijk
schouwspel gaf, van eene school zonder kinderen,
zooals te Wons en te Schraard een schouw
spel, zegt zij dat Westerwoude ook had
kunnen aanbieden, maar niet aanbiedt, dank zij
de Minister Heemskerk.
IV.
De conservatieve bladen zegt de Standaard
die, nu het Ministerie aanblijft, zich, even als
in vorige tijden, meer en meer achter algemeene
woorden verschuilen, zonder ooit te zeggen, wat
zij, ter gemoetkoming aan onze grieven, willen
die telkens, als het op handelen aankomt, be
wezen dat zij, door het een en ander uiterste
te helpen verhoeden, hun plicht reeds vervuld
hebben, terwijl zij in gebreke blijven, om aan te
toonen, dat het beginsel verlaten, of zelfs, dat de
ontwikkeling daarvan gestuit is aan de hulp
van zulke dagbladen hebben wij niets, omdat op
den duur, langzaam maar zeker, de tegenpartij
ons toch vermoordt.
«Als de vijand ons óf met den kogel, óf met
den hongerdood bedreigt, zijn wij zeker zeer
dankbaar, zoo onze bondgenoot den kogel weet
af te wenden, maar als hij ons aan den gewis-
sen hongerdood overlaat, dan hebben wij aan
zijne aanvankelijke hulp niets.”
V.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek brengen bij deze ter algemeene kennis
dat zij bij hun besluit van den 23 September jl.
aan JOUKE SEFFINGA bakker te Sneek, en zij
ne rechtverkrijgenden vergunning hebben verleend
tot het oprichten en uitoefenen eener Broodbak
kerij in het perceel gem. Sneek sectie A. no.
941 aan den Trek weg alhier, met bepaling dat
die inrichting in werking moet zijn gebracht bin
nen een maand na de dagteekening van gemeld
besluit.
Sneek den 26 September 1876.
J. van DRIESSENL. Burgem.
S. HAAGSMA Secretaris.
en een
ping van artikel 1 van de militiewet het ontslag
niet rechtvaardigde. De thans aanblijvende mi
nisters hebben overigens aan den herhaalden
aandrang des Konings om te blijven, toegegeven:
het spreekt van zelf, dat zij alleen daarvoor ver
antwoordelijk zijn.
Na de gegeven ophelderingen werd het debat
gesloten en ’t ontwerp-adres in al zijn paragrafen
en daarna geheel zonder discussie met algemee
ne stemmen aangenomen, waarna de zit tin werd
gesloten.
In de Tweede Kamer heeft dienzeifden dag de
heer De Bieberstein, tijdelijk voorzitter, den beer
Dullert geluk gewenscht met het hernieuwd schit
terend blijk van vertrouwen, hem door zijne be
noeming tot voorzitter gegeven. De heer Dullert
antwoordde daarop en aanvaardde hel presidium.
Daarna werden de afdeelingen samengesteld. Tol
voorzitters zijn gekozen de hh. Fransen van de
Putte, Geertsema, van Houten, Mirandolle en
Kappeijneondervoorzitters: Gevers Deynoot,
van Nispen, de Bruijn Kops, Begram en Blussé.
De commissie voor ’t adres van antwoord be
staat uit de hh. Tak, Smidt, De Bruijn Kops,
Begram en Kappeijne.
Alle reeds bekende wetsontwerpen zijn inge-
komen, zoomede de spoorwegbegrooling voor
1877 en vele regeeringsbescheiden. Het aan
hangig ontwerp tot herziening der kiestabel is
ingetrokken.
In de middag-zitting van j 1 Vrijdag is bepaald,
dat de aanbieding der staatsbegrooting, Maandag
te 1 uur zou plaats hebben. Voorts is het ont
werp-adres van antwoord op de troonrede, nadat
het in de afdeelingen was behandeld, eenigszins
gewijzigd ter tafel gebracht en is de beraadsla
ging daarover bepaald op Maandag, na afloop
der finantieele rede.
Uit de millioenen-speech, op dien dag (Maandag)
door de minister van financiën inde Tweedekamer uit
gesproken, blijkt, dat de dienst ’73 is afgesloten
met een batig saldo van circa 1 /2 millioen de
dienst ’74 idem met 6 millioen de dienst ’75
levert voorloopig eenig overschot, maar is nog
niet afgesloten de dienst ’76 is nog loopende.
Ofschoon, om die dienst te doen sluiten, machti
ging was verstrekt voor de uitgifte van 9 milli-
oen 3 ton schatkistbiljetten, zal het te kort slechts
1 millioen beloopen, dat ruimschoots is te dek
ken uit hel overschot van ’74. De staalsbegroo-
ling voor 1877, die echter na de optreding van
een definitief minister van oorlog zal moeten
verhoogd worden, is uitgelrokken op ruim 115/2
millioen, met inbegrip van 10 millioen voor spoor
wegen en 37‘/4 ton voor de voltooiing van het
vestingstelsel. De raming der middelen beloopt
107 millioen. Tot sluiting der begrooting is we
derom machtiging tot de uitgifte van schatkist
biljetten, ad 8 mill. 7 ton, gevraagd. Wanneer
de progressie der gewone middelen gelijken tred
houdt met vorige jaren, dan kan de algemeene
opbrengst der middelen over ’77 de raming met
8 millioen overtreffen. Voor de nog te wachten
buitengewone uitgaven in ’77 zouden dan nog
voorziening door buitengewone middelen noodig
zijn. Voortgaande met den spoorwegaanleg, de
vestingbouw en andere groote werken, zullen ten
slotte buitengewone middelen onvermijdelijk zijn.
De meerdere uitgaven voor ’77, vergeleken
met ’76. beloopen, na aftrek van verminderingen,
7*/4 ton, waarin het ministerie van hinnl. zaken
't grootste aandeel heeft.
Bij de daarop gevolgde beraadslaging over de
algemeene strekking van het adres van antwoord
op de troonrede, heeft de beer De Casembroot
nadere inlichtingen gevrsagd aan den minister
en den heer Kappeyne over den loop en den
afloop -jder crisis. Hij meende, dat de heer Kap-
binet te formeeren en schelstede groote nadeelen
der crisis.
De heer Heemskerk verwijst meerendeels naar
zijn rede in de Eerste Kamer en doet vooral uit
komen, dat de ministers er op hebben aange-
dröngen, den heer Kappeyne te hooren, en dat
deze kon welen dat hem de opdracht lol for
matie van een kabinet cusu quo zou worden ge
daan.
De heer Kappeyne geeft eenige inlichtingen. Van
eenige poging om te adviseeren, of ’t Kabinet
moest vervangen worden, was geen sprake. De
heer Teding van Berkhout keurde hel af, dal de
minister den Koning de voorwaarde stelde om den
heer Kappeyne te hooren. De heer Heemskerk
herinnert, dat de directeur van het kabinet des
Konings met den heer Kappeyne, in den geest
van een opdracht, casu quo gesproken heeft.
De heer Kappeyne meent dat alleen van den
Koning zoodanige opdracht kon uilgaan en dat
dit niet is geschied. Do hh Casembroot, Begram
en Idzerda meenen dat de zaak nog niet duide-
delijk is. De heer Kappeyne herhaalt dat op 9
Augustus hem niets anders is kenbaar gemaakt
dan de aanwijzing van den dag, waarop hij bij
den Koning zou worden toegelalen. De minis
ter wijst er andermaal op, dat aan den heer
Kappeyne gezegd is, dat de vraag zal worden
gedaan, om zich casu quo met de formatie van
een kabinet Ie belasten. De discussie is hierop
gesloten.
Morgen voortzetting van de behandeling der
paragrafen.
JiTATEN-tENEIlAAL.
Onze Volksvertegenwoordiging heeft in de vo
rige week hare werkzaamheden hervat. Plaats
gebrek belette ons in het vorig nummer van de
eerste zittingen der beide Kamers melding te
makingen, Wij meenen er daarom hier nog e-
ven vluchtig op terug te moeien komen.
In de Eerste Kamer dan heeft, bij de algemeene dis
cussie, welke Donderdag gevoerd werd over het adres
van antwoord op de troonrede, de heer van Twist
den loop en de oplossing der ministerieele cri
sis besproken. De minister van binnenlandsche
zaken, de heer Heemskerk, heeft daarop dadelijk
geantwoord. Hij was het eens met den heer
Duymaer van Twist over ’t schadelijke en belem
merende van telkens wederkeerende, ministerieele
crisissen. Maar hij moest betwisten dat door
het ministerie, het besluit lol ontslag-aanbieding
verwer-