rm 9. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR DE I No. 2. 1877. r i (5 J A N U J ZATERDAG ERFENIS-JAGERS. J V .cut 1 1 I I 9' 9 y 1 a9 Mij is A L SMI. KIR J 5 wees- Mr. W. F. SCHOOK. U I T DE PERS. opgaan. Del nu T L Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffendefranco in te zenden. 1 J uiiyigw Er zijn twee soorten van erfenis-jagers, name- van zij die hun hel opsporen van belangheb- bestaande, doch meestal ge- a lijk zij, die jacht maken op de nalatenschap nog levende kmderlooze lieden en werk maken van benden bij soms waande erfenissen. De eerste soort lijks geschiedt, zoowel in Nederland als elders. Het aantal erfenissen is legio. In de grootste helft der familie’s beslaat hel geloof aan groote erfenissen, die door anderen onrecntmatig worden bezeten. Jaarlijks komen er nieuwe bij. Het geloof er aan neemt toe, naarmate de te leurstellingen menigvuldiger zijn. De teleurgestelde heeft de overtuiging, dat er inderdaad eene erfenis geweest is, die verdeeld is, en dat men zijn aandeel heeft ingeslokt. Hoe grooler het te verdeelen kapitaal is opge geven, des te sterker wordt zijn geloof. Vandaar dan ook, dat de door mij bedoelde jacht de jagers gewooniijk goed gelukt. De bekwame, volleerde erfenis-jager houdt er agenten op na, die de provinciën afreizen, om oude erfenissen en daarop rechthebbenden op te sporen. Het erfenisjagen is een eigenaardige nijverheid, die steeds slaagt voor den exploiteur, doch den geëxploiteerden zelden anders dan nadeel ople vert. Het gaat er mede als met de courantenberich ten, aangaande de wolf bij ’t boseb, de zeeslang en dergelijke steeds wederkeerende mededeelingen. Het is jammer, dat Barnum zich niet op het erfenis-jagersvak heeft toegelegd. Hij zou het er zeer ver in gebracht hebben. Bij sommige lieden, vooral zij, die het minst missen kunnen, is het happen naar- het aas, dat groote erfenis heet, eene soort van manie. Zij sparen het brood uit den mond, om gespaarde in de erfenisjacht-loterij te beleggen. Enkelen zijn ten slotte krankzinnig geworden, anderen hebben zelfmoord gepleegd, toen zij be grepen, dat zij eene hersenschim hadden nage jaagd. doch de noodzakelijkheid eischt dat gebiedend. De jager zou het benoodigde geld gaarne voor schieten, want de zaak is zeker doch hij is geen man van middelen, en daarenboven doet hij al het werk belangeloos en om niet. Nu vloeien de bijdragen ruim. Vele stukken worden gelicht, doch die, zonder welke de erfenis niet kan bemachtigd worden, zijn nog niet gevonden. Ze bevinden zich vermoedelijk in een ander land; ze daar op te sporen is niet moeilijk, doch dat en niemand twijfelt er aan kost heel veel geld. De bijdragen in de kosten vloeien nog rui mer. Het doel is haast bereikt, doch haast is nog niet half. Inmiddels doen zich hindernissen voor, op wel ke men niet gerekend had, daar ze niet te voor zien waren. Om deze uit den weg te ruimen, is weder geld noodig, meer nog dan tot nu toedoch is de bepaalde of onbepaalde som bijeengebracht, dan is het doel bereikt, en zal de erfenis ver deeld worden. Ei, lieve lezer, hebt gij wel ooit iemand ge sproken, die uit zoo’n erfenis een cent genoten heeft Dat het met zooveel verlangen tegemoet ge zien wetsontwerp van den minister Heemskerk op het Lager Onderwijs, druk zou worden be sproken, was te verwachten. Dat het oordeel daarover zeer verschillend zou zijn, lag mede voor de hand. Sedert het wetsontwerp in druk verschenen en daardoor publiek eigendom geworden is, door loopt het dan ook druk de spitsroeden der kri tiek. Reeds in ons vorig nummer hebben we be knopt teruggegeven het oordeel van een paar onzer voornaamste liberale bladen; wij wenschen thans een kort resumé te geven van ’t geen door enkele andere organen daaromtrent wordt gezegd: De eerste indruk, die de wetsvoordracht op ’t Vadl. maakt, is verre van gunstig. De liberalen kunnen met de voordracht ónmogelijk ingenomen zijn, omdat zooals het blad later in bijzonderheden hoopt aan te toonen niet gegeven wordt wal vol strekt noodig is. Op het gebied van het volks onderwijs zijn wij een nieuwe phase ingetreden. Waar vuoeger het svoor de openbare school” het vereenigingswoord der onzen was, zegt het Vad., werd thans met de bijvoeging sen die openbare school vooruit” een booger slandpunt ingenomen. Volkomen tevreden met de thans aangeboden schoolwet kunnen alleen zij zijn, die, afkeerig van hervormingen, alleen schoolwetsher ziening willen om de agitatie te bezweren, en dat het best meenen te kunnen doen door aan alle partijen een douceurtje aan te bieden. Ook de algemeene indruk die het ontwerp- Heemskerk op het N. v. d. D. maakt is ongun stig. De groote quaestie voor het openbaar on derwijs is: wie de kosten betaalt Zoolang dit (behoudens kleiner of grooter afwijking bij wijze van subsidie) geheel door de gemeentebesturen geschiedt, het aandeel van den staat in de kosten niet overwegend is, zal men vooral ten platlen lande steeds en telkens stuiten op de verkeerde zuinigheid der gemeentebesturen en zal de be schavende kracht van degelijk neutraal-onderwijs zich ’t minst daar kunnen doen gelden, waar die ’t meest noodig is. In beginsel behoort daarbij op den voorgrond te staan, dat het onderwijs ook kosteloos gege ven en verplichtend gemaakt mag worden. Het ontbreekt in de memorie van toelichting niet aan een kordate afwijzing van al wat de voorstanders van het bijzonder onderwijs tegen een flinke behartiging van het openbaar aanvoe ren of zouden kunnen aanvoeren maar wat baat dit, indien wat de voordeur wordt uitgezet, door de achterdeur wordt binnengelaten en nu spoort hij nog meer Niet zelden wordt de erfenis hoe langer zoo grooter; op een millioen of wat komt het niet aan. Is het terrein goed verkend, dan vangt de ei genlijke jacht aan. Er zijn veel stukken te lichten en dat kost geld, een werkman bekend, die er, voor zijn doen, goed bij zat en thans arm is door hei contribuëeren aan erfenisjagers. Desniettegenstaande is hij heilig overtuigd, dat hem eenige millioenen toekomen, van welke anderen mooi weer spelen. Krankzinnig schreef ik: wie herinnert zich niet Dickens: Verlaten Huis en daarin de erfenis zaak Jarndyce 1 Die tragische geschiedenis is uit het leven ge grepen en geenszins overdrevenzij is geen type, maar een voorbeeld; ééne uit velen. Zij is geen voorstelling van iets, dat zelden voorkomt, zij is eene afspiegeling van wat dage- ADVERTENTIÊN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel meer l'/2 Cents. Bij abonnement is de prijs be langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. is zeer oud en wordt reeds door Horatius vermeld als een bijzonder slag van volk. De tweede soort is in den lateren tijd ontstaan, vooral na de Wet van 5 Maart 1852 no. 45, hou dende oprichting eener commissie van liquidatie 1 der zaken, betreffende de voormalige wees- en moinboir-kamers. Ik herinner hierbij, tot recht verstand der zaak, dat in vroegeren tijd onbeheerde nalatenschappen aan deze kamers ter beheering werden opgedra gen. Die nalatenschappen waren soms aanzienlijk. De jagers op dit terrein kan men reële noe men, daar er inderdaad wild was. Zij jaagden voor zich zelf, hetzij als erfgenamen, hetzij als koopers van het erfrecht. Deze jacht heeft tonnen gouds opgeleverd, voor al aan de koopers van hel jachtrecht. Art 40 zegt «Elke gemeente voorziet in de kosten van haar lager onderwijs Art. 42 »Ter gemoetkommg in deze kos ten wordt een bijdrage voor ieder schoolgaand kind tot een naar den toestand der gemeente bdlijk bedrag geheven.” Dit beteekent, volgens de memorie van toelichting: »naar gelang var. share geldelijke inkomsten en van het meerder of minder welvaren harer ingezetenen.” Ter beoordeeling van de behoefte aan onder wijs wordt, luidens art. 16, onderzocht, of en in hoever door anderen dan de gemeente voor vol doend onderwijs wordt gezorgd. ’t Nieuws twijfelt, of inzonderheid de gemeente raden bij zoodanig onderzoek wel de meeste nauwgezetheid van geweten zullen aan den dag leggen. Men stelt de mogelijkheid open, op het artikel onderwijs te gaan bezuinigen, en zal het onderwijs goed genoeg vindenom er geen school naast te zetten of het schoolgeld een voudig zoo hoog opvoeren, dat de bijzondere school de ouders en voogden te verleidelijk wordt. De Raagsche Correspondent van de Gron. Crt. schrijft aangaande de nieuwe wet »De indruk is algemeen hoogst ongunstig nie mand is voldaan en niemand heeft dan ook re- den om voldaan te zijn, T Is met deze voor dracht beaucoup de bruit et pen de besogne. En vooral de liberalen hebben zich over de ga ven van den heer Heemskerk niet te verheugen. In dit opz cht zijn zij eigenlijk allen teleurge steld. Verschillende leden der kamer en daar onder ook enkelen die het regeerings-voorsui wilden afwachten, alvorens het voorstel-Moens in behandeling te nemen hebben nu reeds ver klaard, dal zij thans gaarne aan het laatstgenoem de de voorkeur zullen geven. Nomina sunt odi- osa doch ik zou u namen kunnen noemen van een tweetal zeer gematigde liberalen, die de regeeringsvoordracht als een zoo onbeduiden de beschouwen, dat zij, aanvankelijk tegen het initiatief van den heer Moens in deze hoogst be langrijke quaestie, thans van een geheel veran derde opinie hebben doen blijken. Gij kunt dan ook verwachten, dat de quaestie der prioriteit tusschen de beide voordrachten al wordt ze vermoedelijk in den zin der re- geering beslist, wat ik ook uit beginsel zou goedkeuren niet achterwege zal blijven en dat, wanneer het ontwerp van den heer Heems- kerk in behandeling komt wal ook nog niet boven allen twijfel verheven is ernstige po gingen zullen worden aangewend om T ontwerp Moens daarin te doen opgaan. Die pogingen waardoor, ik erken het gaar ne van de regeeringsvoordracht wel iels goeds zou zijn te maken, met behoud en consequente toepassing van de meeste daarbij aangenomen beginselen ze zullen echter bepaald misluk ken. De heer Heemskerk is op eenmaal beginsel vast geworden. Hij wil met deze zaak slaan of vallen hij zal ’t is mij verzekerd door zeer van nabij met hem bekende personen hij zal nu eens voet bij stuk houden. Overtuigd, dat hij thans zijn laatste kaart uitspeelt, wil hij, door op een beginselquaestie te vallen, een achterdeur voor de toekomst openhouden. De verplichte schoolgeldheffing, het ontbreken van leerplicht en ’t verbod van subsidien voor het ’bijzonder on derwijs moeten de retraite gemakkelijk maken. Op deze hoofdbeginselen vooi ziet de heer Heems kerk zelf zijn val, doch hij is vast besloten om bij verwerping van de aanbevolen of bij opening der achterwege gelaten beginselen de wel terug te nemen en af te treden. En loch, zonder leerplicht en met verplichte schoolgeldheffing heeft het wetsontwerp zeer wei nig kans wet te worden. Allen die ik over het Vroeger en later is er eene andere erfenis-jkcht ontstaan, welke den jagers niet onvoordeelig is hoewel het wild, dat zij opsporen, gewoonlijk niet bestaat. Van oudsher zijn er fabuleuse erfenissen ge weest, liefst herkomstig uit Nederlands Oost- en West-Indië of uit vooimalige Nederlandsche be zittingen, zooals de Kaap, Noord-Amerika, Brazilië. De grootste erfenis van deze soort is die van Josua Wirtz, een Hamburger, die een paar eeu wen geleden in dienst der republiek was, ik meen als generaal. Zijn onmetelijke erfenis zou de stad Amster dam hebben ingeslokt, en inderdaad is tegen haar eene procedure gevoerd door de honderd en zoo veel rechtbewerenden, doch zonder te slagen. De echte erfenis-jager begint met de erfgena men of rechthebbenden op de erfenis van N.N. op te roepen, liefst in de Haarlemmer Courant. Hij (zijn naam verzwijgt hij) is ook erfgenaam doch gunt aan een ander ook iets; hij is niet gulzig integendeel, hij is onbaatzuchtig, zooals uit de oproeping blijkt. Zonder deze immers kan hij het geheele hoogst aanzienlijk kapitaal voor zich alleen bemachtigen; doch verre van daar, hij wil eerlijk deelen. Rechtbewerenden doen zich altoos op; men kan er wel eens op schrijven; wie weet, wat er nog van komt; de port is zoo gering I Hoe meer brieven de jager ontvangt, des te liever hij het heeft- De jacht is geopend erfgenamen op.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1877 | | pagina 1