IHÜW8- f ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE GEMTE EN HET ARRONDISSEMENT SNEEK. HET NIEUWE MINISTERIE. (I “I 1877. 7 NOVEMBER. WOENSDAG N n >- 1 L, r 5 A. I soeker 11 i- e il d e, '■ele leerzame lessen voor volgende I r. ONZE GEMEENTELIJKE GASFABRIEK a een Dne wo- e- 4 16 eu van van o 4 BI VVEXLAXD 5< at m Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende franco in te zenden. en aan en P e- a- hebben verklaard. Sneek, 5 November 1877. J. van DRIESSEN, Buvgem. S. HAAGSMA Secr. n ot *n is A JIS, '■78, in n i- m in er e- tn )O e> er e, al e- is j- :e 3Q:. an an, en nil iet ;n ad r- Ü- n, '/a 10- ER ■cht de ■aar dat leer I0U- be- ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel meer 7'/2 Cents. Bij abonnement is de prijs be langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. ’s Gravenhage, om echter al spoedig als secretaris dier Bank naar de hoofdstad geroepen te wor den. Als zoodanig is hij tot heden werkzaam gebleven. «De heer de Roo van Alderwereltis nu minister v. oorlog. Zijn levensloop is bekend. Bij keuze bevorderd tot majoor, zonder echter weder in actieven dienst over te gaan, daar hij sinds jaren als afgevaardigde van Leeuwarden in de Kamer zitting heeft, zal hij nu den militairen dienst verlaten om in hoogere betrekking zijn krachten te wijden aan de reorganisatie van ons defensie wezen. »De heer jhr. O. II. Wichers, die bestemd is om den heer Taalman Kip te vervangen, staat als zeeofficier bij zijn korps hoog aangeschreven. De groote diensten door hem gepraesteerd als hoofd ambtenaar bij het depart, van marine, doen ver moeden, dat hij een waardig opvolger zal zijn van zijn voorganger. »Mr. P. P. v. Bosse, die aan het hoofd van hel dep van koloniën is geplaatst, is niet alleen de oudste maar ook de meest bekende van alle nieuwe ministers, althans in de departementen. Terwijl het nu voor de tweede maal is, dat de heer v. B de portefeuille van koloniën aanvaardt, werd hij, uit stekend financier ais hij is, reeds viermalen met de portefeuille van financiën belast, terwijl hij bovendien ook nog een maand lang als interim aan het hoofd van het dep. van binnenl. zaken heeft gestaan. Sinds 6 Juli 1872 nam de heer Van Bosse aan het politieke leven geen actief aandeel meer.” Ziedaar u het ministerie-Kappeyne voorgesteld, dat door ons, en zeker door velen met ons, met vreugde wordt begroet. Wij kunnen thans zeggen weer in ’t goede spoor te zijn, nu eene Regeering uit de meer derheid is opgetreden, en het vooruitzicht bestaat, dat zij, gesteund door het vertrouwen der Kamer, inderdaad Regeering en geen werktuig of speel bal van het parlement zal behoeven te zijn. Moge de goede verwachting, welke men het nieuwe bewind koestert, dat zoovele krachti ge elementen bevat, niet beschaamd worden. Mo ge het ministerie-Kappeyne gesteund door en samenwerkende met, de Vertegenwoordiging, getrouw aan zijne beginselenin flink vooruit gaande richting werkzaam zijn, en zich alzoo een nieuw tijdvak openen van vruchtbaren en zegenrijken arbeid op parlementair gebied, zoo wel ter bevordering van de zedelijke als stoffe lijke welvaart der natie. Het ministerie-Heemskerk is ontslapen en let ministerie-Kappeijne is het leven ingetreden Zullen we nog eens een blik terugslaan op ’t een achter ons ligt en het debet en credit gaan pmaken van de minis'erieele nalatenschap, om zien of de balans sluit met een vóór- of na- leelig saldo? Zullen wij nog de vraag stellen: het ministerie-Heemskerk gedurende de jaren 874 —’Tl heeft gedaan, wat het doen kon ten itte van het landof het niet met meer vrucht lerkzaain had kunnen zijn; of het zich niet vrij wat linder politieke vijanden zou hebben gemaakt n met meer voldoening op zijn ministerieel le en zou hebben kunnen terugzien, indien het leer beginsel- en minder zetelvast ware geweest? Behoeven we nog te vragen, of de vaak zoo looggeroemde werkzaamheid van het thans ont- ilapen ministerie niet vruchtbaarder voor de toe komst zou geweest zijn, indien het zich uit lucht fot levensbehoud niet bij voorkeur had bepaald tot knutselwerk, maar ook de groote vraagstukken van den dag fot oplossing had trach ea te brengen Met al die vragen en nog heel veel méér |ou men bij ’t opmaken der balans rekening ,fenen te houden, en ’t zou daarbij zeker niet mag zich, blijkens het door de commissie 'an administratie aan den Gemeenteraad aangeb den verslag van den toestand dezer fabriek en hare exploitatie van af 1 Juli 1876 tot 30 Juni 1877, in een voortdurend bloeienden toestand verheu gen. Het gasverbruik bleef toenemen. Het aantal ge plaatste meters was bij begin van dit jaar 528 en bij het einde 559. In ’t geheel was het gas verbruik, door de meters aangewezen, 273667 M3, tegen 239168 M3 in ’t vorige jaar. Het gasverbruik der straatlantaarns wordt ge rekend op 140 d. M3 per uur of totaal op 32718 M3. De gemeente betaalde daarvoor dit jaar 2500, en ontving terug ƒ1597,50, als zijnde het min der bedrag der door de gasfabriek te betalen rente door tot heden gedane aflossingen. Voor bet gasverbruik op de fabriek, in de ning enz. wordt gerekend 8000 M3. In *t geheel werden gemaakt volgens den fa- brieksmeter 343.413 M3 (tegen 296,193 M3 in het vorig jaar) waarvan 8 '/2 der productie voor condensatie, miswijzing en verlies moet worden afgetrokken. Aan Cokes werden gemaakt 22602 H. L waar van, na aftrek van de verbruikte aan de fabriek enz. 11238 HL. ter verkoop overbleven. Vei kocht werden in ’t geheel 9848 HL terwijl de voor raad op 30 Juni 1400 HL. bedroeg. De mid- delprijs was 59 ‘/2 ets per HL. tegen 54 in ’t vorige jaar. Aan koolteer Werd in’t geheel verkregen 57612 liters; aan Ammoniacwater 88000 liters Aan steenkolen werden verbruikt 15916 HL.; voor zuivering pl. m. 350 HL. Kalk, terwijl gaskalk werden verkocht 655 HL In ’t geheel zijn thans geplaatst 559 meters, vertegenwoordigende 2598 lichten, tegen 523 2437 in ’t vorige jaar. Aan arbeidsloonen werd uitbetaald desom ƒ6268 31. De finantieele uitkomsten van’t jaar 1876/1877 waren zeer gunstig, daar de fabriek eene zuivere winst opleverde van 9038,80 (in ’t vorige jaar 5499 38’). PUBLICATIE. Het GEMEENTEBESTUUR van Sneek maakt bekend dat bij Koninklijk besluit dd. 17 October 1877, no. 6, tol den 1 Januari 1881 is verlengd: de concessie tot heffing van rechten aan de draai brug over de trekvaart tusschen Leeuwarden en Sneek, bij de Dille onder Rauwerd en dat HH. Ged Staten van Friesland, bij reso lutie dd. 1 November jl. no 3,. de bij hun be sluit dd. 2 December 1862 no. 14 vastgestelde I voorschriften, omtrent het toezicht over de hef- I fing vau bedoelde rechten, ook op de nu ver- i leende vergunning, voortdurend van toepassing Z M. heeft, op hun verzoek, eei vol ont lag verleend aan mr. J. Heemskerk Az., als Minister van Binnenl. Zaken W. F. van Erp Taalman Kip, als Minister van Marine mr. G. Th. baron van Lijnden van Sandenburg, als Minister van Justitie jhr. mr. II J. van der Heim, als Minis ter van Finanliënjhr. mr. P. J. A. M. van der Does de Willcbois, als Minister van Buiten). Za ken mr. F. Alling Mees, als Minister van Kolo niën, en H. J. R. Beijen, als Minister van Oor log, onder dankbetuiging voor de vele en gewich tige diensten door hen aan den Koning en aan den Lande bewezen benoemd tot Minister van Binnenl. Zaken mr. J. Kappeyne van de Cop- pello, lid van de Tweede Kamer; tol Minister van Koloniën mr. P. P. van Bosse, Minister van Staat tol Minister van Buitenl. Zaken rnr. W. baron van Heeckeren van Keil, directeur van het Kabinet des Konings tot Minister van Justitie mr. H. J. Smidt, hd van de Tweede Kamer; tot Minister van Marine jhr. H. O. Wichers kapt.. 1 EN, Og.. Zal. Eindelijk is de stofwolk opgetrokken, die onzen olitieken hemel in den laatsten tijd beneveldfe n die velen bij herhaling ten slotte wel wat tigeduldig de vraag op de lippen legde ziet ge nog niets kornen”. Er was wij hebben er reeds vroeger op ;ewezen er was inderdaad reden voor dat on- eduldig worden, nu die vraag zoo dikwijls idangstellend herhaald telkens onbeantwoord ■n de crisis steeds bleef voortduren; langer dan elen in ’s lands belang wenschelijk achtten. Het ministerie Heemskerk moet wel een moei- jken doodstrijd hebben gehad, ’t Is geen klei igheid zoo van 25 September tot 2 November t moeten worstelen om het einde te vinden. Moet pijnlijk geweest zijn, vooral ais men daar- ij bedenkt, hoe moeilijk het voor sommigen is t scheiden van alles, wat hun in ’t ministerieel ■ven zoo lief en dierbaar geworden waszijn etel aan de groene tafel, waaraan men zich zoo tais gevoelde, te moeten ontruimen, en zijne ortefeuille steeds het ideaal van ’s staatsman’s intasie in andere handen te zien overgaan iet het vooruitzicht er misschien voor altijd van moeten scheiden. Inderdaad wij hadden het ministerie Heems- erk een kortoren ministerieelen doodstrijd, en - daarbij het nieuwe ministerie Kappeijne eene teer voorspoedige geboorte toegewenscht. We zullen ons thans echter niet gaan verdie- ;en in de vraagaan wie de schuld? Wij zou ten ons daarbij moeten wagen op een veld van herstellingen en gissingen, dat we niet gaarne streden, en waarop we thans te minder lust ebben ons te wagen, nu de beslissing gevallen, e crisis voorbij is. ontbreken aan ministeries. Wij wenschen ons thans echter minder te bepalen bij hetgeen achter-, dan wél bij ’t geen vóór ons ligt. En dan behoeven we zeker niet te zeggen, dat het een blijde boodschap voor onfwas, toen de Staatscourant eindelijk de namen noemde van hen, die met den heer Kappeyne aan de groene tafel zouden plaats nemen en bereid zijn met hem de regeeringszorgen te deelen. Het Vaderland geeft in weinige woorden kleine levensschets der personen, die met den heer Kappeyne als leden van het nieuwe libe rale ministerie zijn opgetreden. Wij ne men die mededeeling over, daar er onder de mi nisters zijn, die zich nog weinig op 't publiek terrein hebben bewogen en voor velen nog onbekenden zijn. »Mr. J. Kappeyne van de Coppell o, die thans als premier en minister van binnenl. zaken in het nieuwe kabinet zitting heeft, heeft zich, na te Leiden zeer eervolle studiën doorge maakt te hebben, terstond in de residentie als advocaat gevestigd. Zeer spoedig kreeg hij eene schitterende practijk. Dit nam echter niet weg, dat hij ook aan de publieke zaak ijverig deel nam. Toen Den Haag nog liberale afgevaardig den zond, vertegenwoordigde hij de residentie op het Binnenhof. Later vertrouwde Haarlem hem een mandaat als afgevaardigde toe. Voor om streeks twee jaren werd hij door zijne politieke geestverwanten in de Tweede Kamer als leader gekozen, en van dien tijd af was het zoo goed als zeker, dat hij over korteren of langeren tijd als premier-minister van een liberaal kabinet zou optreden. «Baron van Heeckeren van Keil, de nieuwe minister van buitenl. zaken, heeft het eerst van zich doen spreken als lid van Gedepu teerde Stalen van Gelderland. Toen hij door zijn huwelijk met de dochter van den commissa ris der konings in dal gewest uit dat college moest treden, werd zijn heengaan door al zijn ambtgenooten zeer betreurd Spoedig daarop werd hij lol hoogeren werkkring geroepen, en als directeur van het kabinet des konings heefi hij den lande groote diensten bewezen. »De Heer mr. H, J. S m i d t, de nieuwe mi nister van Justitie, heeft zich èn als griffier der Prov. Staten van Drenthe, èn als lid der Kamer, èn als schrijver van verschillende staaihuishoud kundige en administratieve geschriften, doen ken nen als een even kundig financier als bekwaam rechtsgeleerde. Vandaar dat het ook zeer goed te verklaren is, dat men lang heeft geweifeld, met welke portefeuille hij zich zou belasten, die van financiën of van juslilie. »De portefeuille van financiën wordt thans toe vertrouwd aan mr. G 1 e i c h m a n van Amsterdam. Terstond na zijn promotie heeft de heer G. zich meer in hel bijzonder aan het financiewezen ge wijd. Op jeugdigen leeftijd stond hij reeds aan het hoofd van een afdeeling van hel departement van finantien. Deze betrekking verwisselde hij met die van agent der Nederlandsche Bank te 9

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1877 | | pagina 1