GEMEENTE EN HET ARROMHSSEMEIVT SNEEK.
I
NWS- EN AIH ERTENTIE-BL4D VOOR DE
187S
No. 19.
N Gr.
WOENSDAG
6
MAART.
‘4
I
S i B A 'I'.
SNEEO
BEKENDMAKING.
WETHOUDERS van
en
Formülen abzufassen.”
in gezinnen kan brengen.
BiVAEM.A M).
M
i
10
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden fi.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffendefranco
in te zenden.
Het Gemeentebestuur
aan de uitnoodiging
en
Ier
ti-
de
rs»
ver-
jn oin
vre-
infor-
lijven
geval
lands
oodi-
iaven
I l»j
es-
tie
te-
van
ook
eine
1
ns.
"huis
lord
deel
;dee-
mel
zaak
naar
mo
il og
i.
'ifl
Nijegs
e Kon I.
echlg, I
m -
id ie I.
e ii.
pende I
'er de I
bel ere
zeidè
g van I
iel lol
dwaling niet moge volharden.”
Wat de uitspraak zij, ’t is wel te wenschen
dat de ambtenaren van ’t Openbaar Ministerie ten
volle bewustzijn hebben van al ’t onheil, dat niet
alleen eene vervolging, maar vooral eene soms
'o
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 7’/2 Cents. Bij abonnement is de prijs be
langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
ineTe,
s Post. L
ike Jo-
Vries, j
us Poll
iVoutef
tra. I
Anne»
Wil.
s Sik-1
t Kni.
Volgens het wetsontwerp tot wyzigïng der vet
op het hooger onderwijs, vooral wat de gymna
sia betreft, zal artikel 7 der wet luiden:
«Het onderwijs aan de gymnasia wordt gege
ven in een zesjarigen cursus, in overeenstem
ming met een algemeen leerplan, door Ons bij
algemeenen maatregel van inwendig bestuur vast
gesteld, regelende den omvang van het onder
wijs en de grondtrekken van den cursus.”
»Hel staat aan de besturen van de gemeenten,
waar de bevolking minder dan twintigduizend
zielen bedraagt en, met Onze toestemming, aan
die der in het eerste lid van art. 6 bedoelde ge
meenten vrij, gymnasia met vierjarigen cursus
op te richten, die den naam van progymnasia
dragen en waarvan het algemeen leerplan op ge
lijke wijze als <tat der gymnasia door ons wordt
vastgesteld
In art. 9 wordt achter de 2de al. gelezen
«Waar de plaatselijke omstandigheden hel raad
zaam maken, kan de gemeenteraad bepalen, dat
het examen zich zal uitstrekken tot de beginse
len der wiskunde en die der Fransche taal of
tot een van deze vakken.”
In art 17 wordt als tweede lid ingevoegd:
«De benoemingen bij scholen, welke door het
Rijk worden gesubsidieerd, behoeven de goed
keuring van Onzen Minister van Binnenlandsche
Zaken.”
Eindelijk wordt hel laatste lid van art. 84 al
dus gewijzigd, dat voor verandering van het zoo
genaamd Academisch instituut (regeling der exa
mens en rectoraten) de Senaten der Rijksuniver
siteiten, ieder afzonderlijk, worden gehoord.
De bedoeling met deze wijzigingen is om, in
plaats van het algemeen afgekeurde leerplan voor
de gymnasia, een ander te kunnen stellen, dat
meer vryheid van beweging laat, en daartoe is
verandering der wet zelve noodig. In plaats van
een regeling «der wijze waarop het onderwijs
over de verschillende jaren moet worden ver
deeld”, komt een algemeen leerplan, dat den
omvang van het onderwijs en de grondtrekken
van den cursus regelt.
«De gronden voor deze verandering”, zegt de.
memorie van toelichting, «springen in het oog.
Hetgeen van Keizer Karel V gezegd wordt te
vergeefs met uurwerken beproefd te hebben, past
in het geheel niet bij instellingen van klassiek
onderwijs. De eenheid, naar welke bij deze moet
worden gestreefd, mag nooit ontaarden in klein
geestige gelijkvormigheid. Curatoren moeten niet
in alles onder curateele gesteld, de rector te veel
geregeerd, het gemeentebestuur tot het beheeren
der begroeting beperkt worden.” Slechts de
grondtrekken moeten worden vastgesteld en dan
verder, onder scherp rijkstoezicht, gelet worden
op de veelvuldige kleinigheden, waarop bij het
bestuur van een gymnasium moet worden ge
let.
In de tweede plaats vervalt de splitsing na het
vijfde jaar, die een kanker voor het gymnasiaal
onderwijs zou dreigen te worden.
Eindelijk krijgen de progymnasia een eigen
leerplan, zcodal ze niet streng gebonden zijn aan
de vier eerste jaren van een gymnasium.
De wijziging van art. 9 strekt om, waar de
toestand van het lager onderwijs het toelaat, ook
1 Zij, die zich als vrijwilliger voor de Militie
hebben aangeboden
2. de lolelingen, die vrijstelling verlangen we
gens ziekelijke gesteldheid, of gebreken, of gemis
van de gevorderde lengte.
Sneek, den 1 Maart 1878.
Burgemeester en Wethouders voornoenid,
J. van DRIESSEN, Burgemeester.
De Secretaris, S. HAAGSMA.
den, waarin werd gelast «alle Verhandlungen
Verfiigungen und Entscheidungen in einer rein
deutschen, allgemein verstandlichen Schreibart
mit Vermeidung aller in die deutsche Sprache
noch nicht übörgegangenen fremden Wörter und
Kunstausdrücke und besonders aller lateinischen met genoeg gemotiveerde preventieve gevangenis
Maken bij deze bekend, dal de lijsten, aanwij
zende de personen, die in deze gemeente tot het
kiezen van leden voor de Tweede Kamer der
Staten Generaalde provinciale Staten van
Friesland, en van den Raad dezer Gemeente be
voegd zijn, zijn herzien, en een exemplaar van
ieder dei zelve gedurende veertien dagen, te re
kenen van af den 6en dezer maand, ter Secreta
rie dezer gemeente voor een ieder ter inzage zijn
nedergelegd en aan het gemeente-huis aange
plakt
Dat bij die herziening van de lijsten zijn ge
schrapt
I. Van de lijsten der bevoegden tot het kie
zen van leden van de Tweede Kamer der Stalen
Genei aai en der Provinciale Staten van Friesland:
J. D. Boersma, mr. D. J. R. Brants, jhr. G.
T. A. Calkoen, Johan ten Cate, Inne J. Fennema,
8. H. Geertsma, T. Grabal, D. S. de Groot, A.
Heringa, mr. H. II Hiddinga, J. W. Hingst, mr.
P. Feenstra Kuiper, F. Lantinga, mr. 1.. V. Le
deboer, J. L. van der Meulen, S. K. van der Meu
ten, mr. J C. Meijer, S Nydam, H. Sanders, J.
H. Sanders, D. baron van Slingerland!, mr. J. W
Telting, Hans Tolsma en Elias van der Zee.
2. Van de lijst der bevoegden lot het kiezen
van leden van den Gemeenteraad
S G. Baars, Ate D. de Boer, J. D. Boersma
mr. D. J. R Brants, jhr. G T. A. Calkoen, Johan
ten Cate, Inne J. Fennema, S. Geertsma, H. Ger
lofs, G. P. van der Goot, T Grabal, A. Heringa,
mr 11. H. Hiddinga, J. W. Hingst, K. Jongbloed,
(Jan Kallenkoot, Johs. B. Kramer, mr. P. Feenstra
Kuiper, F. Lantinga, mr. L. V. Ledeboer J. L
van der Meulen, 8. K van der Meulen. mr. J
C. Meijer, S. Nijdam, Jan Olij, H. SandersD
baron van Slingelandtmr. J. W. Telling, Hans
Tolsma, A. Veen Ez Roelof Veltman, J. F. Vis
ser, Jan Volbeda, H. T. Woudstra, Elias van der
Zee en K. van der Zijde, die daarop verkeerde
delijk waren gebracht, die een of meer in de kie
zers gevorderde vereischten verloren hebben, of
overleden zijn.
En zal deze op de gebruikelijke wijze worden
afgekondigd en aangeplakt,
Sneek, den 2 Maart 1878
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
i. van DRIESSEN.
S. HAAGSMA, Secretaris.
Men schrijft aan ’t Utrechtsch Dagblad
«In ’t rechtsgeding tegen de hh. Munzenbroek
en Cruys te Amsterdam heeft zich een opmerke
lijk incident voorgedaan. De rechter is feilbaar.
De elkander weersprekende vonnissen zijn daar
van ’t bewijs, maar soms stelt zich ook de amb
tenaar van ’t Openbaar Ministerie op een wat
hoog standpunt. Hij is nog meer feilbaar mis
schien dan de rechter. In hoeverre dit in ’t Am-
sterdamsche geding ’t geval is, beoordeelen wij
niet doch het incident verdient toch de aan
dacht.
«De officier van justitie, mr. Telders besloot
namelijk, volgens ’t Hand., zijn repliek in dier
voege«hij heeft met genoegen den verdediger
van den eersten beklaagde gehoord, kalm en be
zadigd, zooals hij zelven meent geweest te zijn
hij deed het niel uil lust om te grieven. Zijn
plicht gebood hem te vervolgen, en het doet hem
leed, dat de smart en het leedgevoel den twee
den verdediger hebben veibitterd. Als individu
erkent hij in mr. Pijnappel zijn meerdere, maar
als amb.enaar van hel O. M. acht hij den toon
door dien pleiter aangeslagen minder gepast, en
hij hoopt, dat die bij de beantwoording van deze
rede achterwege moge blijven. Hatelijkheden en
persoonlijke aanvallen zijn geen argumenten in
deze ernstige zaak, die door den ambtenaar van
hel O. M. zoo oprecht wordt betreurd.”
«Mr. van der Breggen, advocaat van den eer
ste beklaagde, antwoordde, ofschoon hij niet door
’t Openbaar Ministerie was gegispt, o. a. als volgt
«dat hij een zware taak had te vervullen en niet
wilde eindigen zonder dank le brengen aan de
Rechtbank voor haar rusteloos streven naar de
waarheid in deze, voor haar onderzoek in deze
hoogst gewichtige zaak en aan den voorzitter
voor zijne onpartijdige leiding. Den ambtenaar
van het O. M. riep spr. toe, dat practische ju
risten het goarne in zijn streven zullen bijstaan,
kwade practijken in den handel le straffen, maar
hij hoopte, dat wanneer wederom twijfelachtige
zaken als deze zich mochten voordoen, het hoofd
van het parket van de eerste handelsslad des rijks
nooit zou vergelen, dat van beperking van per
soonlijke vrijheid slechts gebruik mag worden
gemaakt, als de ten laste gelegde feilen vermoe
delijk zeker zijn.”
«Ernstiger was, wat mr. Pijnappel, verdediger
van den tweeden beklaagde, den ambtenaar van
T Openbaar Ministerie, volgens ’t Hand toevoegde
«Ten stofte verheugde hij zich dat in deze zaak
gelegenheid is gegeven tot verdediging, tot vrij
spraak. Diep geschokt was pleiter doer dit rechts
geding, maar hij heeft daaraan niet in bittere woor
den lucht gegeven, al houdt hij vol, dat het O .M.
heeft gedwaald. Al mocht deze vervolging met
vrijspraak eindigen, de ambtenaar van het O. M.
zal, misschien niet nu, maar stellig in later da
gen, met berouw daarop terug zien. Bij over
peinzingen zal hem die vervolging drukken Naam-
looze ellende, wee en smart is daardoor in huis
gezinnen gebracht. Het publiek maakte valsche
gevolgtrekkingen. De juristen begrepen er niets
van. In de buitenwereld maakte men uit de
dagvaarding op, dat de directeuren zich ten na
deele der Raffinaderij hebben verrijkt; welnu,
zij zijn door het failliet geruïneerd. Met een
beroep op het heldere oordeel der Rechtbank
eindigt pleiter zijne rede ten slotte den wensch
uitsprekende, dal het O. M. in de nu begane
van i
ten Wonseradeel en Wijmbritseradeel, en
vastgesteld reglement voor dat waterschap.
Sneek, den 5 Maart 1878.
J. van DRIESSEN, Burgem.
S. HAAGSMA, Secretaris.
van Sneek, voldoende
van heeren Gedeputeerde
Staten van Friesland, gedaan bij hun besluit van
den 21 Februari j I. no. 2 (Prov. blad no. 32),
maakt bekend,
dat ter Provinciale Griffie, tegen den prijs
van 15 cent voor belanghebbenden verkrijgbaar
zijn gesfeld, de provinciale bladen no. 33 en 34
bevattende het goedgekeurd besluit tot oprichting
het waterschap Greonterp, in de Gemeen-
het
J
voorlezen van dat vonnis!
onze wetten in het Latijn
geschreven.”
«Wij zijn een vrij volk zoo besluit het Hand.
en worden minder gaarne dan onze oostelijke
naburen «gemasregell”, maar een verordening als
die, waarin in 1810 in Pruisen de stylus curiae
werd afgeschaft, zou in ons vaderland niet over
bodig zijn. En hoogst nuttig, indien zij werd op
gevolgd want dat schijnt bij ons in sommige
zaken meer uitzondering dan regel te zijn
zou een aanschrijving wezen als die van een Prui-
sischen minister van Justitie, een 30 jaren gele-
Het Hand, brengt naar aanleiding van een te
Sneek gewezen vonnis het koninklijk besluit van
4 Juni 1830 in herinnering, waarbij bepaald is
dat voor alle provinciën die het koninkrijk Ne
derland uitmaken, de Nederlandsche taal gebruikt
moet worden. Het bedoelde vonnis, 5 Dec. jl.
door den kantonrechter te Sneek gewezen be
helst in zijn overwegingen meer Latijn en Fransch
dan Nederlandsch en is voor iemand, die alleen
laatstgenoemde taal verstaat, geheel onverstaanbaar.
«Hoe moet de man roept bet blad uit die
voor het kantongerecht te Sneek terecht stond
omdat hij, zonder daartoe uitgefergd te zijn, ie
mand had loegevoegd: «gemeene smeerlap je
bent dronken”, hebben staan te kijken bij het
’t Is inderdaad alsof
en in het Fransch zijn
KENNISGEVING.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de Gemeente Sneek,
gevolg gevende aan art. 150 der wet op de
Nationale Militie van den 19den Augustus 1861
(Staatsblad no. 72), noodigen bij deze de lolelin
gen der Nationale Militie van deze gemeente uit,
om, indien zij verlangen bij de Zee-mihtie te
dienen, zich daartoe vóór den Isten April bij
hen aan te melden.
Sneek, den 1 Maart 1878.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. van DRIESSEN,
De Secretaris, S. HAAGSMA.
UIT DE PERS.
BURGEMEESTER
Sneek.
Gelet op artikelen 10, 34 en 35 der Wet van
lechls den 4den Juli 1835 (Staatsblad no. 37), regelen-
>edibe de het kiesrecht enz.
waalf
lat hij
idple-
i dit
t toe-
KENNISGEV1NG.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van dc
gemeente Sneek voldoende aan art. 87 der wet
op de Nationale Militie van den 19den Augustus
1861 (Staatsblad no. 72,), brengen door deze ter
kennis der belanghebbenden, dal de eerste zitting
I van den Militieraad voor deze gemeente zal wor
den gehouden te Heerenveen, op Zaterdag den
16 Maart 1878, des vooimiddags ten 11‘/2 ure,
in welke zitting uitspraak zal worden gedaan om
trent
1. de verschenen vrijwilligers voor de militie
2. de lotelingen, die redenen van vrijstelling
hebben ingediend
3. de lolelingen, in de arlt. 55 en 56 bedoeld
4. alle overige lotelingen.
Zullende voor dien Raad alleen behoeven le
verschijnen
deele der Raffinaderij hebben verrijkt;
zij zijn door het failliet geruïneerd.
eindigt pleiter zijne rede ten slotte den wensch