t rm
"J
GEMEENTE EN HET ARRONDISSEMENT SNEER.
NIEUWS- EN ADVERTENTIE BLAD VOOR DE
I
i
tf
1879.
No. 5.
VIE R-E N-r> ERTIGSTE
J
15 JANUARI.
WOENSDAG
IN MEMORIAM.
,80
van
k
n
5
het Gym-
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betredendefranco
in te zenden.
n
ont-
ver-
ën
De
nen
0L-
Ox-
:n,
de
J.
al.
R-
le-
is
at.
ct;
:d.
sn
et
m
I
I
153
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 7‘/a Cents. Bij abonnement is de prijs be
langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen by den
Uitgever.
KENNISGEVING
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
de gemeente Sneek, doen te weten dat door
den gemeenteraad, in zijne vergadering van den
Hen Januarijl is vastgesleld het aanvullingsko-
hier van denHoofdelijken Omslag dezer gemeente
over het jaar 1878, betreffende ingezetenen, die
in den loop des jaars of na de opmaking van
het primitief kohier in de gemeente zijn komen
wonen, en sedert een eigen middel van bestaan
of inkomsten van anderen aard, de som van f 400
te boven gaande, hebben verkregen en dat ge
meld kohier, te beginnen met den 15 dezer, ge
durende acht dagen ter Secretarie der gemeente,
voor een ieder ter inzage zal liggen.
Voorts wordt aan degenen, die bezwaren tegen
hunne aanslagen mochten hebben, herinnerd, dal
zij hunne op ongezegeld papier geschreven re
clames, vóór het verloop van den termijn der
visie, bij heeren gedeputeerde Staten van Fries
land behooren in te dienen.
Sneek den 14 Januari 1879.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
J. van DRIESSEN,
De Secretaris,
W. van WANING Ja.
Prins Willem Frederik Hendrik der
Nederlanden is geboren te Soestdyk den 13
Juui 1820. Hy huwdje in 1853 met Amalia
Maria Da Gloria Augusta, hertogin van
Saksen Weimar-Eisenach, die 1 Mei 1872
na een kortstondige ziekte overleed. Dit
huwelyk bleet kinderloos Den 24 Augustus
van 'l vorig jaar trad hy vour de tweede
maal in *t huwelyk, en wel met Prinses
Marie Elisabeth Louisa Frederika van
Pruisen.
De koning-groothertog benoemde hem 13
Maart 1850 tot zyn stedehouder in Luxem
burg, en 25 October van dat jaar werd hy
daar met veel plechtigheid als zoodanig
geïnstalleerd. Hy bekleedde mede den rang
van luitenant-admiraal opperbevelhebber der
Nederlandsche vloot.
Weer heeft de koninklijke familie en ons
Vaderland een zwaar verlies geleden.
De telegraaf bracht ons gisteren de treu
rige tijding, dat Z. K. H Prins Hendrik der
Nederlanden in den vroegen morgen van
dien dag aan eene beroerte was overleden.
Zeer onverwacht komt die treurmare lot
ons. Wel was sedert eenige dagen melding
gemaakt van ’s Prinsen ongesteldheid, die hem
verhinderde bij de huwelijksplechtigheid van
zijn koninklijken broeder tegenwoordig te
zijn, maar de berichten, die daaromtrent
inkwamen, deden zien, dat de ziekte, op
zichzelf weinig gevaarlijk, haar geregeld
verloop had en in ’t minst geen ongerust
heid behoefde te verwekken, ’t Schynt dan
ook, dat zijn dood er niet meé in verband
staat, daar het een beroerte was, die een
einde maakte aan zijn leven.
Het overlyden van Prins HENDRIK zal
zeker by de natie een algemeene deelneming
verwekken. Hij toch bezat in hooge mate
de achting en liefde van ons volk, zooals o.a.
duidelijk gebleken is bij gelegenheid van zijn
huwelijk in Augustus van het vorige jaar, toen
hem en zijne jeugdige gade, by hunne komst
in ons land zulk eene schitterende en har
telijke ontvangst werd bereid, ’t Was toen,
alsof de natie blij was, eene gelegenheid te
hebben, om den Prins hare dankbaarheid te
loonen voor alles, wal hij voor haar had
gedaan.
’t Is toch van algemeene bekendheid, dal
Prins Hendrik niet alleen een geopend oog had
voor de belangen van land en volk, maar
dat hij ook steeds zyne beste krachten wydde
aan alles wat de algemeene welvaart kon
helpen bevorderen. Het mag dan ook over
bodig geacht worden in bijzonderheden aan
de toonen, waar prins Hendrik de hand
uitstak, welke inrichtingen hij in ’t leven
riep of steunde en hoe hij op afdoende wyze
hulp verleende, waar deze noodig was. Ook
door zijne bekende welwillendheid en min
zaamheid had hij zich de achting en toege
negenheid van allen weten te verwerven,
die met hem in aanraking kwamen.
Het Nederlandsche volk zal dankbaar het
goede erkennen, dat hy, gedurende zyn leven,
in hel belang van land en volk meè heeft
helpen tot stand brengen. De nagedachtenis
van Prins Hendrik zal by onze natie zeker
lang in gezegend aandenken blyven.
KENNISGEVING.
De Burgemeester van Sneek,
maakt bekend:
dat ingevolge het ovei lijden van Z. K. H’
PRINS HENDRIK der Nederlanden, in deze ge-
i meenle tot nadore aankondiging geene tooneel-
voorstellingen of andere openbare vermakelijk
heden zullen mogen plaats hebben.
Sneek, 14 Januari 1879.
»De Burgemeester voornoemd,
J. van DRIESSEN.
AFKONDIGING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek, doen te welen, dal door den Raad dier
Gemeente in zijne vergadering van 21 December
1878, no. 12, is vastgesteld het volgende
REGLEMENT voor hel Gymnas.um in de
Gemeente Snkek.
Hoofdstuk I. Van het Onderwijs.
Art. 1. Het Gymnasium le Sneek is eene in
stelling, voorbereidend tot universitair onderwijs,
ingericht volgens hel plan der Gymnasia met zes-
jaiigen cursus, omschreven in art. 7 der wet op
het Hooger Onderwijs van 28 April 1876 (Staats
blad no. 102), zooals dat is gewijzigd bij art. 1
der wet van 7 Mei 1878 (Staatsblad no. 33).
Art. 2. Het onderwijs in de bij de wet op het
Hooger Onderwijs (art. 5) aangewezene vakken
wordt, gegeven doorVier leeraren voor de
Grieksche en Latijusche taal en letterkunde, te
vens belast met het onderwijs in de Nederland
sche taal en letterkunde. Een leeraar voor de
Geschiedenis en Aardrijkskunde. Een leeraar
voor de Wiskunde. Twee leeraren voor de Fran-
sche, Hoogduitsche en Engelsche talen. Een of
twee leeraren voor de Natuur- en Scheikunde en
de natuurlijke Historie. (Twee leeraren, indien
de Natuur- en Scheikunde wordt opgedragen aan
een leeraar der 11. B. School
Het onderwijs in de moderne talen, alsmede
dal in de natuur- en scheikunde en de natuurlijke
historie, kan geheel of ten deele worden gegeven
door leeraren der Hoogere Burgerschool.
Art. 3. De cursus vangt aan den isten Woens
dag der maand September.
Er zijn drie vacantiën ééne beginnende half
Juli tol den aauvang van den volgenden cursus
ééne beginnende Vrijdag vóór Kerstmis, na afge-
loopen schooltijd, tot den derden Woensdag daar
aanvolgende, en ééne, beginnende Donderdag vóór
Paschen, na afgeloopen schooltijd, en eindigende
den tweeden Woensdag daaraanvolgende.
Ingeval de gelegenheid tot ijsvermaak de vrees
doet ontstaan, dat de leerlingen de namiddagles-
sen zullen verzuimen, is de Rector bevoegd,
hoogstens tweemaa* per week, des namiddags,
vacantie te geven.
Art. 4. De leerlingen ontvangen in alle klas
sen de lessen, aangeduid in de tabel bedoeld in
art. 3 van het Koninklijk besluit van 29 Juni 1878,
no. 19 (Staatsblad no. 98).
De lessen worden gegeven tusschen 8 uur ’s mor
gens en 4 uur ’s namiddags op iederen werkdag.
Hoofdstuk II. Van de Curatoren.
Art. 5. Bij het Gymnasium is een College van
vijf Curatoren.
Art 6. a. De leden worden door den Ge-
y-.’■s toeenteraad, uit een door het C°llege ingediende
voordracht van twee personen, benoemd voor zes
jaren.
De aftreding van de helft (2 of 3) heeft, vol
gens rooster, om de drie jaren plaats. De af-
Iredenden zyn herkiesbaar.
b. Die, ter vervulling eener buiten den ge
wonen tijd opengevallen plaats, verkozen is, treedt
af op hel lydstip waarop diegeen, in wiens plaats
hij gekomen is, moest aftreden.
Art. 7. De verplichtingen van dit College zijn
omschreven in art. 26 van de wet op hel Hooger
Onderwijs. Het zorgt tevens voor de getrouwe
nakoming van dit reglement, en van alle veror
deningen betreffende de inrichting van het Gym
nasium, door den gemeenteraad uitgevaardigd, en
tracht door schoolbezoek en het bijwonen der
examens, bekend le blijven met het onderwijs
der leeraren en de vorderingen der leerlingen.
Art. 8. De curatoren hebben den vrijen toe
gang tot alle lessen, die aan het Gymnasium
gegeven worden.
De Rector en de leeraren zyn gehouden hun
de verlangde inlichtingen te geven omtrent de
school en het onderwijs.
Hoofdstuk III. A. Van de Leeraren.
Art. 9. De verdeeling van het onderwijs, in
de verschillende klassen, tusschen de leeraren,
geschiedt volgens een programma der lessen, dat
voor iederen cursus wordt vastgesteld.
Alt 10 Het in het vorig artikel bedoelde
programma, wordt jaarlijks, in de maand Mei,
door de leeraren, onder voorzitterschap van den
Rector ontworpen. Er wordt eene opgave bijge-
veegd van de boeken, die zij bij de lessen wen-
schen te gebruiken, met vermelding van de re
denenen van eventueele verandering.
Deze stukken worden vóór Juni door den Rec
tor aan het College van Curatoren gezonden, dat
ze, na ze beoordeeld te hebben, tot datzelfde
einde aan den Inspecteur zendt. Het program
ma wordt inet hel rapport van den Inspecteur,
door Curatoren aan den Gemeenteraad ter vast
stelling aangeboden. Na goedkeuring, worden
het programma en de lijst der te gebruiken boe
ken, door de zorg van den Rector, terstond ge
drukt en algemeen verkrijgbaar gesteld.
Aan den Inspecteur wordt een afdruk gezonden.
Art. 11. De leeraren ge»ea zonder vergun
ning van het College van Curatoren geen privaat
lessen.
Deze vergunning wordt niet verleend, indien
het geven van privaatlessen lot nadeel zou kun
nen strekken, helzy van het onderwijs op het Gym
nasium, hetzij van zijn bloei.
Ait. 12. Bij vacature worden de opengeval
len lesuren vervuld door de overige leeraren,
volgens eene daartoe door den Rector, te maken
regeling.
Zy genieten daarvoor gezamenlijk het bedrag
der jaarwedde aan die betrekking verbonden, ge
durende den tijd der waarneming, elk in verhou
ding van het getal der door hem vervulde lesuren.
Indien Curatoren, in overeenstemming met den
Inspecteur, het noodig achten, dat op eene andere
wijze in de vacature tydelijk worde voorzien,
kan het bovenbedoelde gedeelte der jaarwedde
gebruikt worden tol het aanstellen van een hulp-
leéraar.
Deze aanstelling werdt aan de goedkeuring van
Burgemeester en Wethouders onderworpen.
Ari. 13. De leeraren, die hunne betrekking
willen verlaten, zullen hun verzoek om eervol
ontslag, minstens drie maanden vóór den datum,
waarop zij dit verlangen te ontvangen, schriftelijk
bij Burgemeester en Wethouders moeten indienen.
Deze bepaling is niet van toepassing op de
leeraren der Hoogere Burgerschool, aan het Gym-
nasim werkzaam, waarvan hel ontslag wordt ge
regeld naar het reglement voor die inrichting.
B Van den Rector,
Art. 14. Het dagelijksch beheer van het Gym
nasium is aau den Rector toevertrouwd.
Art. 15. De andere leeraren gedragen zich in
alle zaken, die de schoollucht of de inwendige
huishouding der school betreffen, naar de beslis
sing van den Rector, behoudens beroep op het
College van Curatoren en Burgemeester en Wet
houders.
Art. 16. De Rector belegt vergaderingen van
de leeraren, zoo dikwijls hij dat noodig acht, of
dat door minstens drie hunnër wordt gewenscht.
Art. 17. Hij geeft, in overeenstemming met
de leeraren, om de drie maanden aan ouders of
voogden bericht van het oordeel der leeraren,
over het gedrag, de naarstigheid en de vorderin
gen der leerlingen, in ieder vak van studie af
zonderlijk, alsmede over het schoolverzuim.
Alt. 18. Het beredeneerd verslag van den
toestand van het onderwijs, gedurende het afge
loopen jaar, wordt door den Rector opgemaakt,
en ieder jaar aau het einde van den öursu^ aan
BEKENDMAKING.
De BURGEMEESTER der gemeente Sneek,
brengt, ter voldoening aan Prov. blad no. 4 van
dit jaar, ter openbaie kennis, de volgende
NOTIFICATIE.
De COMMISSARIS dbs KONINGS in de pro
vincie Friesland,
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten
der provincie van den 3 Januari 1879, nc. 9,
alsmede op de bepalingen van art. 11 der wet
tot regeling der jacht en visscherij van den 13
Juni 1857 (Staatsblad. ijo.^/;
Brengt ter kennis van de belanghebbenden
1°. dat de stuiting der visscherij in deze pro
vincie is vastgesteld op Zaterdag, den 1 Februari
1879;
2°. dat de wederopening der visscherij is be
paald op Zondag, den 1 Juni 1879, met uitzon
dering van het visschen met den zegen, dat niet
vóór Maandag, den 1 September daaraanvolgende
zal zyn geoorloofd,
alles met uitzondering van de paling-visscherij
door middel van aalfuiken, waarmede, even als
vroeger en op den ouden voet, zal kunnen wor
den voortgegaan.
En zal deze, op de gebruikelijke wijze worden
«fgekondigd en aangeplaki.
Leeuwarden, den 8 Januari 1879.
De Commissaris des Konings,
Van HARINXMA thoe SLOOTEN.
Sneek, den 13 Januari 1879
De Burgemeester voornoemd,
J. van DRIESSEN.
S A E
u.
-X
4
8
e
4
I
3
5alf,
lol-
Iver
en
I