GEMEEATE EN BET ARROWSSEfflT SNEEK.
MELWS EN ADVERTENTIE-BLAD VOOR DE
I
I
1879.
VIE R-E N-D E RTI G STE’ JAAROANQ
No. 13.
12 FEBRUARI.
WOENSDAG
t
r>
-•
-r -
4?
»-
n
I
I
2°. - - - - -
tot
3U.
I
SMi'HIK (OIKm.
E
n
PERS.
^IXNEXb.l >n.
34
■f
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ4.fri.nco per post ƒ1.25.
AHe brieven en stukken, uitgave of redactie betredendefranco
in te zenden.
er
van de Staten-Generaal.”
En zal deze op de gebruikelijke wyze worden
afgekondigd, tevens met plaatsing in de Sneeker
Courant.
Sneek den 24 Januari 1879.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
J. van DRIESSEN.
De Secretaris,
W. van WANING Ju.
Van den eersten Zaterdag in Augustus
en met den 5en Maandag d. a. v.
Van 24 December tot en met 2 Januari
35
30
53
•‘it
43
n
M.
n
1.
►or
15
►or
34
51
>or
oor
oor
14
10
10
r.
Le
r
if.
It
5
JS
►b
iO
:v.
n
ie
'i*
5e
De Tweede Kamer is bijeengeroepen tegen
Dinsdag 18 Februari, ’s middags te 3 uur.
l en eenvoud, in
afstand van ruim
De BURGEMEESTER van Sneek,
Gelet op de mededeeling van den Landmeter
voor den velddienst te Sneek, gedaan bij zijn
brief van 10 Februari 1879, no. 276
Brengt ter kennis der ingezetenen, dat de ge
wone op- en uitmetingen voor het Kadaster,
in de gemeente Sneek in den loop dezer week
een aanvang zullen nemen.
Sneek, den 14 Februari 1879.
De Burgemeester voornoemd,
J. van DRIESSEN.
1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
•j Gculs. Bij abonnement is de prijs be-
daaromtrent te vernemen bij den
de lessen be
de hulponder-
wijzeressen en den onderwijzer in het teekenen
de toestemming van Burgemeester en Wethouders.
Art. 13 De hoofd- en huiponderwijzéressen
geven, zonder vergunning der Plaatselyke School
commissie, geen huisonderwijs.
Art. 14. Dit reglement treedt in werking op
1 Januari 1879, met welke dagteekening worden
ingetrokken de Reglementen voor' de scholen
voor gewoon lager en meer uifgebreid lager on
derwijs voor meisjes in deze gemeente, vastgesteld
den 2 December 1872 no. 10 en 8 Mei 1875
met de later daarin gebrachte wijzigingen.
Welk reglement aan de Gedeputeerde Staten
van Friesland in afschrift is medegedeeld en
bljjkens bun besluit van 24 Januari 1879 no. 9
voor kennisgeving is aangenomen.
En is hiervan afkondiging geschied den 12
Februari 1879.
Burgemeester an Wethouders voornoemd
J. van DRIESSEN.
De Secretaris
W. van WANING Jr.
Het N. v. d. D. heeft niet alleen verslag ge
geven van de Vondelsfeesten, maar ook een op
wekkend artikel aan des dichters nagedachtenis
in verband met onzen tijd gebracht.
»Meer dan tot dusverre schrijft het blad
moet het kleurenrijke panorama van de Ibe
en 17e eeuw aan jong en oud van den tegen-
woordigen tijd worden getoond. Oranje en de
burgerij samen kampende, samen overwinnende,
van armoede tot rijkdom, van zwakheid tot kracht,
van dwang tot vrijheid, wijzen aan het nageslacht
den eenigen, den veiligen weg, om in het bewust
zijn van eigen sterkte zijn heden en toekomst te
beheerschen.
Voor de groote massa, voor de jeugd, blijft
die burgerij altijd min of meer een abstract be-
begripen het groote publiek heeft behoefte aan
iets concreets, aaneen persoonlijk'iets. Welnu,als
zoodanig niemand beter dan de groote, de eenige
VondelOm hem groepeert zich onze moeilijk-
ste, onze degelijkste, onze schoonste tijd. Zijn
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de Gemeente Sneek, voldoende aan de circulaire
van Heeren Gedeputeerde Staten van Friesland
van den 9 Januari 1879 no 7, brengen ter ken
nis van de ingezetenen, navolgende
U I T N O O O I G I N G.
»De Gedeputeerde Staten van de Provincie
•Friesland,
Gelet hebbende op het 2e lid van art 73 der
wet van 4 Juli 1850 (Staatsblad no 37)
Noodigen, bij deze, de inwoners der provincie
uit om, zoo zij in andere provinciën in de ryks
•directe belastingen zijn aangeslagen, daarvan
vóór den 1 April aanslaande aan hunne verga
•dering te di en blijken, ten einde door haar
•daarop kunne worden gelet bij de opmaking
•der lijst van hoogs'aangeslagenea vaor de ver-
j, 5 »kiezing van de afgevaardigden ter Eerste Kamer
ADVERTENTIES van
voor eiken regel meer 7'Z, Cents,
langrijk lager. Voorwaarden
Uitgever.
De leden der Tweede Kamer, die in Septem
ber a s. moeten aftreden, zijn de volgende;
Mr. S. van Houten, mr. D. de Ruiter Zylker,
mr. J- W. J- baron de Vos van Steenwyk, jhr.
W? A. van der Fellz, F. Lieftinck, A. Moens,
mr. W. A. Bergsma, jhr. C. M. Storm van 's Gr«-
Bij de onthulling van ’t beeld op Potgieter’s
graf, werd o. a. ’t woord gevoerd door dr. J. van
Sloten. Hij bracht Pr (gieters >Jan Jannetje en
hun jongste kind”, in herinnering en wees er
naar aanleiding daarvan op dat de Jan Salie-
geest nog niet uit Nederland gebannen was
adres aan de weigering die de commissie voor
de Vondel vereering van het kerkbestuur te Am
sterdam had ontvangen, om den krans óp ’s dich
ters graf te leggen. Het Hand, noemde die
woorden onhebbelijk
De heer Van Vloten schrijft thans in ’t jongste
nummer der Spectator 't volgende
„Welke herinnering rees bij zijn herdenken bet le
vendigst voor mijn geest Ik-zag hem voor mij her
rijzen als de geestvolle schetser vóór haast een halve
eeuw reeds van Jan en Janney-, de kastijder en voort
dnrende bestrijder van bun jongste kind. En thans
Thans ligt Potgieter ouder de aarde en Jan Salie
heerscht in Nederlands kerk en staat er boven. Gelukkig
dat althans zijn sprekend borstbeeld weer voor ons is
opgesteld, en dat op een plaats, waar geen kerkelijke
stokbewaarders, de geestverwanten van zijn dichtbroeders
ten Kate en Hascbroek den Nederlander den toegang
kunnen weren, als bij zijn grooten en kloeken afgestor
venen zijn hulde brengen en zich door kun aandenken
sterken wil. Roepen wij daarheen dan Nederland op,
roepen wij het op Potgieters graf, maar bovenal door
ons eigen, ons aller voorbeeld toe „zweert alle ver
standhouding met Jan Salie af 1”
„Men heeft mij gevraagd, waarom ik die namen van
beide kerkelijke dichtbroeders vermeld had Doch zijn
zij dan niet, vooral aansprakelijk voor ’t gebeurde om
trent Vondel De-, stumpers van kerkvoogden wisten
niet Ijeter doch zij, hun geestelijke leeraars, hadden
huu dat anders moeten beduiden. Bovenaf Ten Kate
die verreweg de scbuldigste is. Had bij zich niet ont
trokken aan de eerst gegeven belofte, voorzitter bij de
commissie te zijn, de toegang tot Vondels graf ware
zeker niet geweigerd. Haseöroek, ik erken het gaarne,
is heel wat minder schuldig dan hij.”
Het Hand, blijft de woorden onhebbelijk noe
men, vooral wijl de heer Hasebroek lid van de
commissie was voor ’t huldeblijk op Potgieter’s
graf.
De daarvoor bestemde uren worden door de
hoofdonderwijzeres, in overleg met den betrokken
onderwijzer en onder goedkeuring der Plaatselijke
Schoolcommissie bepaald en aan Burgemeester
en Wethouders medegedeeld.
Art. 4. De hoofdonderwijzeres stelt het leer
plan vast, bepaalt welke boeken en schoolbehoef-
ten bij het onderwijs zullen worden gebruikt, en
verdeelt de leerlingen in klassen een en ander
onder goedkeuring der Plaatselijke Schoolcommis
sie
Zij zorgt er voor, dat in het schoollokaal steeds
een rooster van werkzaamheden aanwezig is.
Art. 5. Om tot de school te kunnen worden
toegelaten, moeten de kinderen den leeftijd van 6
jaren hebben bereikt.
De toelating van leerlingen geschiedt voor de
le en 2e klasse, op d'en len van iedere maand,
na het bereiken van dien leeftijd en voor de
overige klassen éénmaal ’s jaars, en wel na de
zomervacantie. In bijzondere gevallen kan, met
goedvinden der Plaatselijke Schoolcommissie, op
deze bepaling eene uitzondering worden gemaakt.
Art. 6. De aanvraag tot plaatsing geschiedt
door de ouders of voogden bij de Hoofdonder-
wyzeres.
Art. 7. Vrijdags vóór de zomervacantie kan,
met goedvinden der- Plaatselijke Schoolcommissie,
eene openbare les gegeven worden.
Art. 8. Vacantie wordt gegeven
1°. Van Vrijdag vóór- tot en met den eersten
Maandag na de Paaschweek
d. a
Voor andere vacantien wordt de toestemming
der Plaatselijke Schoolcommissie vereischt.
Art. 9. Een half uur vóór het begin van eiken
schooltijd moet hel hulppersoneel in de school
aanwezig zijn.
Voor 'de leerlingen wordt deze een kwartier
vóór den aanvang der lessen geopend.
Na den aanvang der lessen worden geene
leerlingen meer toegelaten.
Art. 10. Dit noodig oordeelende mag de
hoofdonderwijzeres een leerling tijdelijk wegzen
den en geeft zy daarvan kennis aan de Plaat
selijke Schoolcommissie
Art. 11. In den loop der maand September,
zendt de Hoofdonderwijzeres een staat, behelzende
de namen der leerlingen in elke klasse, aan de
Plaalselijke t Schoolcommissie en doet na afloop
van elk kwartaal opgave ■van. de datpip .voorge
vallen veranderingen.
Art. 12. Voor afwezigheid van
hoeven de boofdonderwijzeres en
wikkeld? Bestaat er in degelijkheid
kracht en schoouh''id, waarlijk een t
twee eeuwen trisschen u en mij
Viaag niet verder, dichter! - zoo besluit het
blad Wij hebben in de verte niet het ideaal
verwezenlijkt, dat gij mei uwe klassieke tijdge-
nooten ons gesteld hebt. Bij veel drukte hebben
wij niet den tijd kunnen vinden om' ook maar
ten halve te vo!voeren, wat gij en uw vrienden
bij uw beroep of posten hebt kunnen afdoen.
Wij waren cp hel gebied van handel en scheep
vaart en indnstrie, in t kort in alle nering en
bedrijf, niet altijd wakker ea werkzaam niet
steeds belangstellende staatsburgers, helanglooze
bevorderaars van het algemeen welzijn. Met één
woord: wij hebben de rijke erfenis der vaderen
niet steeds zorgvuldig bewaakt, noch met tact en
ijver vermeerderd? Miar Wij willen boete doen
op uw tweede eeuwfeest, ons aangrijpen en de
toekomst doen beantwoorden aan uwe verwach
ting en die van uwe groote tijdgenooten. VVy
zullen van u Jeeren in ons zelven le gelooveu
en ons zelven te zijn.”
AFKONDIGING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
SNEEK, doen te welen
dat door den Raad dier gemeente in zijne ver
gadering van 9 November 1878, no. 7, is vastge
steld het volgende
REGLEMENT voor de OPENBARE SCHOOL
VOOR GEWOON EN MEER UITGEBREID I.AGEn
ONDERWIJS VOOR MEISJES IN DE GEMEENTE
Sneek.
Art. 1. De bij dit reglement bedoelde school,
Is eene school voor gewoon en meer uitgebieid
lager onderwnjs voor meisjes, waarin onderwijs
wordt gegeven in de vakken a. i. k. (de begin
selen der Fransche, Hoogduilsche en Engelsche
taal) o en p. van art 1 der wet van 13 Augustus
1857 (Staatsblad no. 103) tol regeling van het
lager onderwijs.
Art. 2 Aan het hoofd der school staat eene
hoofdonderwijzeres, die, bijgestaan door huipon-
derwyzeresseH, m de in-art.’ 1 ge.iwemde.vakken,
met uitzondering van het teekenen onderwijs
geeft.
liet onderwys in het teekenen wordt alléén
aan de leerlingen der vijfde en volgende klassen,
in een daarvoor door Burgemeester en Wethou
ders aan te wyzen locaal, door een afzonderlijken
onderwyzer gegeven.
Art. 3. Het onderwijs wordt gegeven in de
beide eerste klassen van 9 tot 11 en met
uitzondering van-’s Zaterdags, van 2 tot 4 uur;
in de twee volgende klassen: van 9 tol 12
uur en 's namiddags als voren
in de volgende klassen dagelijks van 9 tot
12'/a uur en, met uitzondering van’s Woensdags
en ’s Zaterdags, van 2 tot 4 uur.
Tydens den schooltijd in de morgenuren wordt,
op door de Hoofdonderwyzeres, in overleg met
de Plaatselyke Schoolcommissie le bepalen tijdstip,
der leerlingen een kwartiernur pauze verleend
De Plaatselyke Schoolcommissie is bevoegd de
regeling dezer schooluren, in overleg met de Hoofd-
onderwijzeres, tydelijk te wijzigen
Zy geeft van deze wyziging kennis aan Bur
gemeester en Wethouders.
Het onderwijs in hel teekenen wordt des
Woensdags en Zaterdags namiddag gegeven.
UIT DE
leven en werken spiegelen zijn eeuw af; zijn ge
schiedenis die van zijn volk.”
»’t Is ons zoo vervolgt het blad of de
grootste burger der 17e eeuw, die in alles wat
kerk en staat en maatschappij betrof, hel leven
digste belang stelde, van zijn voetstuk aftreedt
in ons midden. Zijn Amsterdam heeft zich goed
gehouden, maar rimpel op rimpel doorploegt zijn
voorhoofd ais hij hoort, dat zich naast zijn stad
mededingers verheffen. Zijn stad had de eerste
van Europa moeten wezen. En als hij verneemt,
hoe weinig gebruik er nog gemaakt wordt van
de betere verbindingswegen, dan zou hij de
kleinhandelaar der 17e eeuw, die zelf reeds voor
zijn zaak een reis naar Denemarken ondernam
nog minder tevreden zijn.
„Geen-werwtschuldiging, waarde vrienden zoo. zou
bij spreken ik’ len üi^en goeden wil. Dieft kraua^
op mijn graf, ik beboef hem niet, maar mij deert de
onverdraagzaamheid, nog niet afgeleerd ia twee en een
halve eeuw; ais een woekerplant zie ik ze hechten aan
’[gezonde godsdienstig-teven. Handhaaft uwe neutrale
scholen, leert daar dat er een godsdienst is van practijk
en van waarheid, boven geloofsleer; opdat het jonge
geslacht booger sla dan de tegenwoordige toongevers.
Onderwijs, heerlijk middel dezer eeuw tegen tal van
maatschappelijke kwalen, krachtige hefboom om eiken
stuud hooger op te beuren, om alten, die willen en kun
nen, onafhankelijk, vrij te maken. De wetgever, die de
groote weldaad aan ’t land bewees, de- kern der maai
schappij le prikkelen tol hooger opgaan, verdient daarom
alleen een standbeeld, zoo ’t hem niet om zijn ijveren
voor constitutioneels beginselen reeds dubbel toekwam.
Hoe waardeert de natie dien tweevoudigen zégen?Tr acht,
men. naar kennis, heeft men er alles voor over?...
„In mijn stad en land, waar de bronnen van konst
eu wetenschap zoo voor ieder ontsloten zijn, daar moet
het kennen en het kunnen natuurlijk er mede in harmonie
wezen. Hebt gij gegeven 18e, löe eeuwen, wat uw
voorgangster beloofde en als een heiligen plicht u oplegde?
Bestaat er een nationaal tooneel, een rijke letterkunde,
die mijn tijdgenooten met mij hebben voorbereid ,Zijt
gij voorgangers gebleven in den tempel der, kunst?.
Hebt gij uwe taal, dat plechtanker uwer nationaliteit
gekoesterd eu gekweekt, met zorg bestudeerd en önt