NIEUWS- EN ADVERTENTIE-BtAD VOOR DE
GEMEENTE EN DET ARRONDISSEMENT SNEER.
I
1879.
No. 45.
VIE R-E N-D E R T I Gr S
WOENSDAG
4 J U N I.
De Verkiezingen.
N
I
ii.
0
r-
U I T DE PERS.
I 3
4
t
t
t
i-
01 ROT.
S\I.lift I'll
r
[e
n
4
I
I
si.
meer
van
e
t
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden fi.franco per post fi 25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende franco
in te zenden.
l
I.
36
30
.53
>84
.41
.58
oor
,16
oor
,34
.51
oor
oor
loor
14
10
Behalve met
tische leest
kroeg- en
1
1 «De Staten Generaal vertegenwoordigen het ge-
ieele Nederlandsche Volk.”
Zóó luidt het grondwettelijk voorschrift.
Maar is dat voorschrift in overeenstemming met
de werkelijkheid
Er zullen in ons land zeker zéér velen zijn
die deze vraag niet in toestemmenden zin kunnen
beantwoorden.
En terecht, want ons beperkt kiesrecht en
ons irrationeel kiesstelsel maken dat grondwettig
voorschrift eenvoudig tot een fictie, tot een Zeu
gen.
Door eene plutocratische wet, welke de kies,
bevoegdheid in de eerste plaats afhankelijk stelt
van het betalen van een zekere som in de di
recte belastingen, is het getal kiesgerechtigden
betrekkelijk gering, zoadat men a priori reeds
moeilijk zal kunnen beweren dat de Staten-
Generaai de uitdrukking zijn van de volkskeuze
dat zij dus uit den boezem des volks zijn voort
gesproten. Die plutocratische beperking van het
kiesrecht doet veel meer denken aan eene geld-,
dan aan eene vofks-vertegenwoordiging, terwijl
het grondwetteiijk voorschrift bovendien nog bijna
geheel illusoir wordt gemaakt door ons aileron
gelukkigst kiesstelsel, waarbij ons land eerst in
allerlei stukjes en brokjes wordt verdeeld, waar
uit een bonte lappendeken ontstaat, soms van de
grilligste vormen en kleuren, al naarmate madam
tpolitiek” hare coupures meer of minder «partij-
vormig” genomen heeft.
Dat knip- en lapwerk moet dan door een hand
vol kiezers weer zoo wat aan elkander worden
geregen, om zoogenaamd één geheel uit te maken,
en ten slotte verschijnen de representanten daar
van in *s lands Vergaderzaal onder den schoouklin-
kenden naam van EoZksveitegenwoordigers 1”
Zonder nog het noodige respect voor onze
volksvertegenwoordiging uit het oog te verliezen,
sou men zeer gevoegelyk kunnen beweeren dai
ons tegenwoordig kiesstelsel haar wel eenigszins
in een harlekiji.s-pak steekt.
In plaats van een vrije, algemeene stemming
over het geheele- of, des noods, ever de helft
van het land in ééns, heeft er eene gekunstelde
stemming plaats in willekeurig vaak op partij
belang berekende geknipte brokjes, waar toe
vallige omstandigheden veelal over de uitkomst
der verkiezingen beslissen.
Ons kiesdistrictehjk kiesstelsel creëert dan ook
eigenlijk geen Volks-”, maar wél »Districts-”
vertegenwoordigers, en ’l natuurlijk gevolg
daarvan is, dal het meerendeel der kiezers meent,
dat hunne afgevaardigden in de eerste plaats ge
roepen zijn de belangen van hun district of van
een onderdeel daarvan te behartigen, op straffe
van districts- of onder-districts ongenade.
Dat dit tot allerzonderlingste verhoudingen
aanleiding kan geven tusschen den vertegenwoor
diger en het district dat hem afaardigde, en
omgekeerd, komt vooral dan duidelijk aan het
licht, als de locale belangen van één en hetzelfde
De talrijke artikelen, door de Standaard over
de verkiezingen geleverd, en de bandleiding, die
hel blad gaf over het doen en laten der confes-
sionnelen, met het oog op de stembus, die wel
dra roept, zijn stellig niet door een achtste deel
der confessionnelen begrepen.
Het blad heeft er met groot talent zoo over
geschreven, dat de meesten daardoor volmaakt
in de war zijn geraakt.
In het nommer van Vrydag zegt hij, wat anti
revolutionair of confessionneel zijn beleekent.
«Antirevolutionair zijn zegt de Standaard
is niet, noch wil of kan ooit zeggen: zus of
zóó op politiek gebied zijn, en dan nog een Chris
telijke belijdenis er bovendien bij hebben; maar
is nooit anders bedoeld en mag dus ook niet
anders verstaan worden, dan in den zin van bet
zuurdeeg, dat gij immers niet bij uw brood eet,
maar vooraf in het deeg verwerkt, nog eer ge
uw oven heet stookt.
«Antirevolutionair zijn, is niet goede vijgen met
zilverdraad aan de lakken van een wilden vyge-
boom hangen, maar wil zeggen, dat ge den wil
den vygeboom eerst enten moet, om er vanzelf
de goede vruchten uit te laten groeten.
gelegenheid worden gegeven hun denkbeelden
bloot te leggen over de vragen van den dag. Aan
hen die in aanmerking komen maar niet tegen
woordig zijn, wordt de gelegenheid verschaft op
een nadere vergadering hun denkbeelden bloot
te leggen. In 'l algemeen zou als regel moeten
gelden, dat geen candidaat verkozen werd, die
niet mondeling of schriftelijk een staalkundige
geloofsbelijdenis had afgelegd. Ook bij de gere
geld terugkeerende verkiezingen zou deze ge
woonte gevolgd moeten worden en tevens diendo
men te zorgen, dat de band tusschen verkozenen
en kiezers vaster geknoopt werd, door de le
den der Kamer in openbare vergaderingen in
hun district rekenschap te doen geven van hun
werkzaamheden en hun houding ais afgevaardig
den. Van het verhandelde op deze samenkomsten
zou een uitvoerig verslag moeten worden ge
maakt, *t welk door middel van de dagbladen of
op andere wijze ter kennis van het groote pu
bliek dient te worden gebracht. Zijn de kiezers
op deze wijze bekend geworden met de voorloo-
pige candidaten, dan zou door hen in elke plaats
van het district moeten worden gestemd. Men
kan dit doen door ergens een bus te plaatsen.
Het resultaat van al deze stemmingen wordt daar
na aan 't hoofdbureau gemeld, hetwelk zorgt voor
de verspreiding er van in 't geheele district.
Eerst nu zou tot hel opmaken van een defini
tief candidaat moeten worden overgegaan Nu
tast men niet meer in den blinde, maar men kent
de personen die in aanmerking komen en die kans
van slagen hebben, en wijl allen daartoe hebben
medegewerkt, is het bezwaar weggenomen, dat
een kleine minderheid, die toevallig een kiesver-
gadering bywooïn, haar keuze aan de partyge-
nooten in het geheele district opdringt.
De heer v. G. ontveinst zich niet dat tegen de
ze wijze van handelen bezwaren in te brengen
zijn, maar hij acht deze vaa niet overwegend be
lang. De lauwheid en onverschilligheid van ons
volk ’t eerste en grootste bezwaar zal al
lengs overwonnen worden, en een tweede be
zwaar de kosten zou uit den weg geruimd
werden, juist door vermeerdering der belangstel
ling. Hoe dit alles zij met de sleur, wat de
gebrekkige voorbereiding onzer verkiezingen be
treft, moet gebroken worden; er moet kracht en
energie gebracht worden in den tragen polsslag
van ons staatkundig leven.
ADVERTENTTËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 71/,, Cents. By abonnement is de prijs be
langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
1
een bekrompen, op een plutocra-
geschoeid kiesrecht dat den
bordeelhouder, dat den dornsten boer,
die geen a van een b weet te onderscheiden, de
kiesbevoegdheid toekent, terwijl het den profes
sor in hel staatsrecht uitsluit, indien de door hem
te betalen belastingpenningen de «Gensus-hoogte’’
niet bereiken behalve met een absurd kies
stelsel een gevaailijk wapen in de handen
van een behendigen politieken coupeur, als deze er
bij zijn «knipwerk” behoorlijk op weel te letten,
dat zijn geliefkoosde kleur het best «uitkomt”;
een stelsel, dat slechts dient om den blik van de
kiezers te beperken en hen bijna uitsluitend te doen
letten op de behartiging van eigen belangen
sukkelen we nu bovendien nog met eene zeer
gebrekkige leiding van het verkiezingswerk, met
eene zeer gebrekkige voorbereiding der verkiezin
gen.
De practyk onzer verkiezingen de heer van
Gilse heeft in hel vorig nummer van de Vragen
des Tijds daarop zeer terecht gewezen de
practijk onzer veikiezingen deugt niet.
De kiesvereenigingen, vaak niet veel
dan een dozijn leden sterk die de leiding
het verkiezingswerk in handen namen en zich
als vóóilichters opwierpen van de kiezers, geven
over ’l algemeen zelf nog maar al te weinig blij
ken van een werkzaam politiek leven, van een rui.
men, enbevooruordeelden blik, die zich ook tot
over de grenzen van hel kiesdistrict dm ft wagen
van de roeping
van een volksvertegenwoordiger, dan dat men
aan haar met volle vertrouwen dat gewichtig werk
geheel zou kunnen overlaten en zich onvoorwaar
delijk gedragen naar hare vóórlichting.
In ons vorig nummer hebben wij er reeds aan
herinnerd, hoe coterie- en clique-geest en
heel veel andere «booze geesten” meer, die bij
dergelijke vereenigingen niet mochten domineeren
daar nog maar al te vaak den boventoon voe
ren en den doorslag geven bij de candidaten-
keuze. En toch desniettegenstaande en
desbewust toch gaat de lauwheid eu onver
schilligheid bij het meerétideel der kiezers nog
zoover, dat zij zich nog altijd laten «sleeptouwen’
door dergehjke, geheel bptieden hare roeping
blijvende, kiesvereenigingen
Aan dien ongezonden en onhcudbaren toestand,
die ten nadeele van het algemeen belang
reeds veel te lang heeft geduurd, dient hoe eerder
hoe beter, een einde te komen.
«Tegen dat wij een goede wet op het kies
recht krijgen zegt de heer van Gilse, in zijn
zoo even door ons genoemd artikel over de
practijk onzer verkiezingen”, tegen dat wij
een goede wet op het kiesrecht krijgen, zal het
zaak zijn den ijver en de belangstelling van het
publiek in de openbare zaak wat aan te wakke
ren; de lauwheid en onverschilligheid die bij het
meerendeel der kiezers woont, is trouwens de
hoofdzaak van de onvruchtbaarheid van ons par
lement, waarover zoo vaak geklaagd wordt. De
oorzaak dier lauwheid ligt niet alleen in het Ne
derlandsche volkskarakter, maar in ons beperkt
kiesrecht en in de wijze waarop ten onzent in
’t algemeen de candidaten voor de Tweede Ka
mer worden gesteld. De geest van uitsluiting
die in onze kiesvereenigingen heerscht, is zeer
groot, en de wijze waarop een verkiezing wordt
voorbereid, leidt tot tirannie. Het is in den re
gel een klein clubje, in plaats van alle kiezers
die den afgevaardigde kiest, en de rest is door
gebrek aan organisatie zoo goed als verplicht den
man te stemmen die het clubje gesteld heeft.
De loop der onlangs te Rotterdam en te Dord
recht plaats gehad hebbende verkiezingen, toen
mr. Van Gennep en mr. Van der Linden daar
gekozen werden, heeft dit o a. op nieuw bewe
zen. In beide plaatsen hebben een 30tal perso
nen de geheele zaak geleid, en ’t gros der kie
zel® heeft gestemd zonder dat het iets meer dan
hoogst oppervlakkig met de candidaten bekend
was. Hetgeen bij de jongste verkiezing te Leeu
warden is geschied, toen de meerderheid der
kiezers zich tegenover de kiesvereenigingen vóór
een heer Lieftinck verklaarde, toont aan dat men
daar althans zelfstandig weet te handelen maar
het is een zeldzame uitzondering.
Hoe moet een doeltreffender wyze van voor
bereiding, dan tot beden gevolgd wordt, tol stand
komen? De heer v. G. geeft zijn denkbeelden
hieromtrent in korte trekken weer. In de eerste
plaats wenscht hij het onderscheid tusschen kie
zers en niet-kiezers zooveel mogelijk uit te wis-
schen en den laatsten althans de gelegenheid te
geven om aan de voorbereiding der verkiezingen
mede te werken, ter vervanging van het bekrom
pen en kleingeestig exclusivisme van onze kies-
vereenigingen. Gesteld er ontstaat een vacature
in de vertegenwoordiging van een district, dan
wordt in de hoofdplaais een openbare vergade
ring belegd, waaraan kiezers en niet-kiezers kun
nen deelnemen, ter bespreking van personen die
voor de candidatuur in aanmerking komen. Zyn
de candidaten tegenwoordig, dan moet hun de
district bij zekere gevallen met elkaar in botsing en van eene gezonde opvatting
komen. De een zoekt dan zijn «dislrict-koninkje”
rechts- de ander hem links te trekken de een
Zendt hem een motie van goed-, de ander een
van afkeuring, terwijl ieder zijnerzijds beweert:
dat de algemeene belangen hel best zouden ge
diend worden, als aan zijne wenschen kon wor
den voldaan.
Wat er ten slotte zou overblijven van de zelf
standigheid en onafhankelijkheid van den volks-
vertegenwoordiger, indien deze zich door derge
lijke invloeden moest laten leiden en intimideeren,
zal wel geen breedvoerig betoog behoeven, terwijl
het zeker evenmin noodig zal zijn, aan te toonen,
hoe het algemeen belang langs dien weg wei niet
het best zou worden gediend.
En toch nu het «scherven-gericht” hier en
daar reeds zijn vierscharen spande, blijkt weer op
nieuw, dat het in de eerste plaats rekening houdt
met districts- en onder-districts belangen, bij de
beoordeeling van de houding zijner afgevaardig
den. Bij de candidaten-keuze voor de a. s.
verkiezingen en het wegen van sommige aftre
dende leden van de Tweede Kamer, beleven we
toch het weinig verkwikkelijk schouwspel, dal
enkele Volksvertegenwoordigers in de oogen van
enkele kiesvereenigingen te ligt worden bevonden,
niet omdat ze geen goed Volks-, maar wél,
omdat ze geen goededislricts-vertegenwoordigers
waren of heetten te zyn I 1
Wat blijft er op die manier over van art. 74
der Grondwet Immers niets dan een phrase,
een fictie, die geheel in strijd is met de werke
lijkheid
h* i
V