(EIK ES IB 1MMSSE» SHES. Uli 11 ESMKRWIHLIII ÏOORDE No. 56 1882. Jaarmarkt of Kermis, JULI. 1.5 Z A. T U. R I) A G f 18 J V K XE.li I». Sturea het de- I Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.franco per post ƒ1.25. Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco in te zenden. Z. M. heeft benoemd tot schoolopziener in liet arrondissement Lemmer jhr. mr. van Beyma thoe King ma. Snoek, den 14 Juli 1882. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. van DRIESSEN, De Secretaris, J. W. BENNEWITZ. ADVERTENTEËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel meer 7 */2 Cents. Bij abonnement is de prijs be langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. De justitie uit Roermond heeft te Venlo een onderzoek ingest'.‘ld ter zake van het gerucht, dat het kapitaal der Heutzstichting bij het fail liet van de firma Wolters zou verloren gegaan zijn. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft aan de Commissarissen des Konings verzocht opgave te doen van het aantal plaatsvervangers in elk der 5 laatste jaren bij de militie ingelijfd, aan wie vrijstelling van de militiedienst was verleend op grond van art. 47 3° der militiewet (eenige wettige zoon). Op verzoek van het comité voor algemeen stemrecht zijn jl. Zondag te Utrecht afgevaar digden van verschillende kiesvereenigingen sa mengekomen. Volgens de A. C. is de volgende motie aangenomen Het is wenschelijk art. 76 der grondwet te vervangen door het volgende: Als een staaltje hoe met de gelden wordt om gesprongen, op de begrooting van het Departe ment van Oorlog jaarlijksch toegestaan, wordt gemeld, dat dezer dagen bij eene publieke ver- kooping van buiten dienst gestelde voorwerpen, aan het Rijks Kledingmagazijn te Delft, o. a. zijn verkocht geworden 3400 nieuwe ransels, die aan het Rijk circa acht gulden per stuk heb-’ ben gekost, voor de kapitale som van 5 cents (zegge vijf cents'). Alzoo eene inkoopswaarde van f27,000 nieuw goed, zonder ooit gebruikt te zijn geweest, voor f 170 van de hand gezet. Een fortuintje voor de schatkist 1 ervaring van goed zeemanschap een g voldoende en goede vandaar, dat men onkundig was gebleven van het vertrek. In het niet ontvangen van een be richt kan men niets vreemds zien, omdat het dikwijls gebeurd is, vooral bij de rammonitors, dat de commandant eenige dagen wacht op wind en weer om uit te gaan. Zoo is eens een vroe gere kommandant van dezelfde Adder acht dagen te IJmuiden blijven liggen. Van het departe ment van marine worden dan geen telegrammen gezonden om te vragen, waarom de komman dant niet vertrokken is, of wanneer bij vertrek ken zal, omdat allicht zulk een vraag als een wenk zou worden opgevat of als een teeken van ongeduld. Juistom volstrekt geen pressie uit te oefenen, worden de commandanten volkomen vrijgelaten om te vertrekken het volgen van het plan van vertrek op het door hen bepaalde uur is voor hun verantwoordelijkheid. „Zoo nu is het gebeurd, dat men aan het de partement van marine en te Hellevoetsluis niet bekend was met het vertrek van de Adder maar dit schip nog te IJmuiden waande.” ’t vaartuig. Volgens het Vad. schuilt de fout echter daar niet. Het blad schrijft: „In sommige bladen is gemeld, dat het ver trek van de Adder van IJmuiden naar het de partement van marine en naar Hellevoetsluis zou zijn geseind. Dit is onjuist. Bij onderzoek is ons van zeer goed ingelichte zijde gebleken, dat noch aan het departement van marine, noch te Hellevoetsluis bericht van het vertrek van de Adder van IJmuiden is ontvangen. Er is wel van Amsterdam naar Hellevoetsluis geseind dat de Adder van Amsterdam was vertrokken maar men dacht te Hellevoetssluis zoowel als aan het departement, dat de Adder te IJmuiden was blij ven wachten. Geregeld toch worden alle ver trekkende schepen van IJmuiden door den sein post van daar aan het departement geseinddit volgt dan de bewegingen der schepen. Doch de man, die dat altijd doet, heeft op jl. Woens dag ochtend op onverantwoordelijke wijze ver zuimd het vertrek van de Adder te seinen en BURGEMEESTER en WETHOUDERS van K de gemeente Sneek, maken bekend, dat de I’ op welke geene bedelaars, rijfelaars, hazardspe- I Iers of loterijen met kaartjes om koek, glas- en I aardewerk of andere voorwerpen, zullen worden R toegelatch, alhier zal ingaan op DINSDAG den 8 Augustus 1882, des morgens acht uur, en p eindigen op Vrijdag den 18 Augustus daaraan- volgende, des morgens acht uur, en dat vóór I den 20 dier maand, alle kramen, disschen, ten- I ten enz. zullen moeten zijn afgebroken en weg- I geruimd. Tevens wordt hierbij herinnerd aan art. 46 I van de algemeene Politie-verordening, waarbij I is bepaald „dat niemand eene tent, kraam of I iets dergelijks, op den voor den openbaren dienst I bestemden grond mag opslaan, dan op aanwijzing I van den Marktmeester en na voldoening van het I marktgeld. bruik te maken, naar het strand te seinen of op het strand te loopen. „Het schip kan zijn aangevaren, maar dan had men toch licht iets, van het andere schip ver nomen het kan hebben gestooten, maar de dub bele bodem zou dan hebben kunnen voorkomen, dat het zoo plotseling zonk, dat de opvarenden zich, niet in de sloepen hadden kunnen redden het kan zijn volgeloopen, en daar dit bij deze schepen zeer spoedig en gemakkelijk geschiedt, daardoor plotseling gezonken, maar do zee was niet bijzonder onstuimig. Men kan slechts gis sen zekerheid of groote waarschijnlijkheid om trent de oorzaak van de verschrikkelijke ramp is er niet. „Aan goed zeemanschap ontbrak het zeker niet aan boord. De kommandant, de luit, ter zee der le. kl. Simon van der Aa, is een uit stekend zeeofficier, die meermalen in de gele genheid was ervaring van goed zeemanschap op te doen en steeds getoond heeft een goed zeeman te zijnhij had een 1 bemanning onder zijn bevelen. „De Adder heeft ongeveer éen millioen gulden gekost. Doch dat materieel verlies is niets bij het verlies aan menschonlevens, aan levens van mannen in den bloei hunner jaren, waardoor tal van familien in den diepsten rouw zijn ge dompeld.” Van twee drenkelingen zijn de horloges stil blijven staan op 9 uur 15 minuten. In den jaszak van het lijk van luitenant Jonckheer, dat te Nieuwediep is aangebracht, werd de volgende wachtaanteekening gevonden, die met potlood was geschreven „Passeeren ten 10 uur de Piers. Sturen koers magnetisch Z. W., stuurkompas Z. t. W. */4 W., standaard Z. W. */4 W. Koppelen roerstoombeweging af. Bergen brugtentklee- den sjorren toren zetten alles zeevast. Water bij de pomp. Trachten te 6 uur te draaien, om IJmuiden te bereiken, doch het schip weigert herhaaldelijk met schroeven; stu ren, daarop Z. t. O. om minder water over te nemen.” Van een anderen berichtgever verneemt het Dagblad dat schipper Abraham Westerduin, te Scheveningen, Woensdag avond in deNoordzee tusschen Scheveningen en Katwijk bij slecht weder omstreeks 6 '/2 uur de Adder heeft ont moet, gaande in de richting van de Maasdat hij zoo nabij den monitor is gekomen dat hij bijna ware overzeild geworden indien het oor logschip een halve streek van koers ware ver anderd. Daar de Adder veel water overkreeg, is schipper W. bij den monitor gebleven tot half tien uur, met het doel Om zoo noodig hulp te verleeueneven na half 10 heeft hij een ver schrikkelijke rookmassa gezien en onderstelt hij dat de vuren toen uitgingen. Schipper W. is met den waterschout van Scheveningen en een matroos bij den minister van marine ontboden. Popingen tot opsporing van het wrak worden voortdurend in het werk gesteld. Schipper Den Duik, die Woensdag avond te 8 uur den monitor de Adder op de hoogte van ’s Gravesande en een uur later vuurpijlen zag enz., is, volgens ’t Vaderland met de Frans Naerebout, onder bevel van den luit, ter zee Nijgh, vertrokken om op de plek, waar den mo nitor ’t laatst zou gezien zijn, onderzoekingen in ’t werk te stellen. Volgens ’t Dagblad is ook schipper Westerduin, die ’t vaartuig ont moette, ter opsporing medegegaan. De meeste bladen spreken met verontwaardi ging over de houding van de hoofden van marine departement, die tot Zaterdag hebben ge. wacht giet het instellen van een onderzoek naar bouw als de Adder, hier moest binnenkomen en eenige uren langer uitbleef dan verwacht was, maakte men zich dan ook zeer ongerust en werd onverwijld een stoomschip ter opsporing uitgezonden. Toch schijnt men bij het depar tement van marine nog geèn aanleiding gevon den te hebben het voorbeeld van andere landen te volgen, waar deze schepen bij een zeetocht steeds worden begeleid.” Het blad wijst er echter op, dat men met een be wering over de onzeewaardigheid der Adder voorzichtig moet zijn. Een ongeluk aan de ma chine kan evengoed tot het vergaan geleid heb ben. Wel echter mag gevraagd worden, waarom tot Zaterdag is gewacht met het zenden van een schip tot opsporing van den monitor, die reeds Woensdag in den namiddag te Hellevoet sluis werd verwacht. Ware Woensdag avond of Donderdag ochtend vroeg hulp gezonden, wel licht zouden velen nog zijn gered, die nu met zwemgordels, wie weet hoe lang in doodstrijd nog hebben rondgedobberd, te vergeefs naar redding uitziende. „Indien verzuim is gepleegd, aldus besluit het blad, dan rust op de nalatigeu een vreeselijke verantwoordelijkheid. Hoe dit zij, een streng onderzoek moet onverwijld wor den ingesteld.” Het Vaderland, dat mede uitvoerig bericht nopens het onheil bevat, spreekt dan ook do beweerde onzeewaardigheid tegen. Het blad schrijft het volgende „Het was Woensdag goed weer; de zee was vrij kalm en de wind niet sterkmet het oog op het goede weer maakte de kommandant Simon van der Aa dan ook, blijkens het van hem door zijn familie ontvangen telegrafisch be richt, niet het minste bezwaar om met zijn schip op het door hem bepaalde uur van vertrek IJmuiden te verlaten. „De monitors van het model de Adder zijn, als slechts voor de binnenwateren en de kust bestemd, geen goede zeebouwende schepen, maar tochtjes als van IJmuiden naar Hellevoetsluis heb ben zij tallooze malen zonder het minste be zwaar zonder geleide verricht De rammonitors Tijger en Heiligerlee zijn o, a. zonder geleide van andere schepen van Glasgow en Liverpool naar onze havens gevaren. Sedert 1875 heeft de Adder jaarlijks voor de zomermanoeuvres den tocht van IJmuiden naar Hellevoetsluis gemaakt. „Aan boord was, zooais op onze oorlogssche pen steeds het geval is, alles in orde voor sei nen vuurpijlen en vuurblikken waren aan boord; desnoods had men zich van het geschut kunnen bedienen, als er teekenen van gevaar hadden moeten gegeven worden. Er waren vijf uitstekende zeewaardige sloepen aan boord, vol doende ruimte voor de bemanning aanbiedende. Het roer liet vroeger te wenscheu over, maar in 1878 was het schip vau een stoomstuurtoe- stel voorzien, dat, blijkens de ervaring op den laatsten tocht van de Adder door den luit. t. z. le kl. Arriëns opgedaan, zeer goed werkte. „Het feit dat eenige lijken zijn gevonden met reddinggordel, andere met, is daaruit te ver klaren, dat de wachtdoende manschappen aan boord van de monitors steeds een reddinggor del dragen voor het mogelijk gevaar van door een zee van het lage dek te worden afgeslagen de met een gordel gevonden manschappen zul- len dus die van de wacht zijn, terwijl de ande- ren hoogstwaarschijnlijk zelfs geen tijd zullen gehad hebben om nog dezen voorzorgsmaatregel te nemen, die echter helaas zelfs den anderen 1 niets heeft kunnen baten „Door welke ramp de Adder vergaan is, kan slechts gegist worden. In elk geval moet de ramp zeer plotseling hebben plaats gegrepen, er geen tijd was om van de sloepen ge ilet is thans zoo goed als zeker, dat hetram- torenschip de „Adder” met man en muis is ver gaan. Dat deze hoogst treurige gebeurtenis, die terecht een nationale ramp kan worden genoemd, zoowel door het publiek als door de organen der publieke opiuie, de pers, druk besproken wordt, ligt voor de hand. Aan ’t geen we daaromtrent reeds meedeelden, kunnen we, resumeerend, thans nog het volgende toevoegen Het Handelsblad ontving uit Nieuwediep een schrijven, in hoofdzaak het volgende vermel dende „Met betrekking tot deze noodlottige gebeur tenis kan ik u nog het volgende mededeelen. De rammonitor 2e klasse Adder vertrok Woens dag morgen 9 uur van IJmuiden naar Helle voetsluis, ter opneming van zeemilitie. Bij ver trek van het schip van IJmuiden werd telegra fisch bericht gezonden aan het departement van marine en eveneens moest volgens de voorschrif- I ten de aankomst te Hellevoetsluis worden ge meld. Deze aankomst kon verwacht worden Woensdag avond uiterlijk 6 of 7 uur. Toen dat bericht niet dien dag, ook niet Donderdag, zelfs niet des Vrijdags en eindelijk ook des Zaterdags niet bij het departement van marine was aan gekomen, werd van daar op laatstgenoemden dag -naar Nieuwediep geseind om een oorlogschip ter i opsporing uit te zenden. Er was echter te Nieu wediep geen enkel schip der marine voor dien tocht beschikbaar. De beide ramschepen, vóór de ha ven liggende, die hiervoor anders in aanmerking I hadden kunnen komen, bezaten geen kompassen. Deze waren ter verificatie naar Leiden opge- zonden en op dien grond werd de Frans Naere- I bout van het loodswezen, een stoomvaartuig, be- I kend als weinig zeewaardig, eindelijk uitgezon- I den. Deze kalme berusting van het departement van marine gedurende verscheiden dagen ver- eischt zeker opheldering. „Te meer is dit het geval, wijl de onzee- I waardigheid der rammonitors 2e klasse bekend I en vooral die van de Adder meermalen is ge- I r<ippoiteerd Een ongeluk kon dus niet geheel onverwacht komen. Toen een tweetal jaren lowp geleden de Matador, een schip van gelijken zoodat W- •URAN SYEEk ■n ressnraK J V F f t

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1882 | | pagina 1