rm
GE1IEEUE EX llETtRRO\I)ISSEmT SB.
IKWS- ES MINIMI) ÏOOR BE
I
No. 60
1882.
Z E V E N-E N-n ERTJGSTE
1
Ji
J
x.v r 11i
JULI.
29
•fl
9,
-
9
r.
,t.
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco
in te zenden.
85),
be-
be-
0
Je
Een tentoonstelling, die ook ons Nederlanders
groote belangstelling moet inboezemen, wordt
thans gehouden te Dillenburg in den Willems-
toren, die daar tot aandenken van Prins Willem
van Oranje, den grooten Zwijger, voor een goed
deel uit Nederlandsche bijdragen, is gesticht,
’t Is een tentoonstelling van oudheidkundige voor
werpen uit de tijden, dat bet hertogdom Nas
sau en het vorstenhuis van Oranje samen, ver
bonden waren; zij omvat omstreeks 1400 hom
mers, waaronder 400 oorkonden en boeken;
verder meubels, voorwerpen van kunst en smaak,
sieraden enz Voor beoefenaren van geschiede
nis en oudheidkunde biedt de tentoonstelling
veel aantrekkelijks, en vooral uit ons land, dat
met Dillenburg verbonden is door historische
herinneringen, die ieder vaderlander dierbaar zijn,
zullen velen zich opgewekt gevoelen, om nader
met haar kennis te maken. Tot 15 Augustus
blijft de tentoonstelling geopend.
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents’
voor eiken regel meer 7 Cents. Bij abonnement is de prijs te'
langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
De Minister van oorlog heeft bepaald dat aan
officieren der schutterij op Zondag 13 en Woens
dag 16 Augustus de gelegenheid zal gegeven
worden de forten te bezoeken in de Nieuwe
Hollandsche Waterlinie, die bezet en in staat
van verdediging gebracht zullen worden.
de Adder. Wij ontleenen daaraan ’t volgende
„Overal waar ongeluk zich gelden laat, kan
het leerzaam zijn. De wijsheid te halen uit een
ongeluk, moet zijn nut hebben, om herhaling er
van zooveel mogelijk te voorkomen. Uit het
ongeluk van de Adder valt iets te leeren, niet
om het verleden met verwijten te overstelpen
maar om de toekomst beter gewapend tegemoet
te treden.
„Uit al de berichten, die omtrent de ramp
openbaar werden, blijkt, dat jaren achtereen de
mannen van het gezag zij die het beheer
hebben over de maritieme middelen het ge
vaarlijke spel hebben gedreven om de officieren
van marine, van alle rangen, zendingen op te
dragen, uit te voeren met niet-zeewaardige sche
pen. Jaren achtereen heeft men in ons land
admiraals gevonden, die hun gezag hebben ge
bruikt om de bevelhebbers der monitors telkens
naar buiten te zenden, altijd weer opnieuw met
de slecht gevestigde hoop, dat het geluk nog
eenmaal dienen zou. Zoo is, en nutteloos, een
al te roekeloos spel gedreven met het leven der
bemanning van die schepen. Waarschijnlijk
alleen om zoodoende den schijn te bewaren, als
of de staat beschikken kan over belangrijk oor-
logsmaterieel, voor de verdediging onzer kusten
te gebruiken in tijden van oorlogsgevaar.
„Lichtzinnig, roekeloos was dat beheer, want
er viel op te merken, dat de niet-zeewaardige
schepen voor ’s lands verdediging nimmer tot
steun konden zijn wel tot belemmering.
„Buitengaats waren zij niet te gebruiken, want
zij moesten zich zelf daar toch de grootste vij
and zijn. Een vijand, die het geduld zou heb
ben om buiig weèr af te wachten, kan zonder
een schot te doen met de monitors afrekenen.
„Binnengaats moest het bevel over een moni
tor ontzenuwend werken op de stemming der
opvarenden, want het onbekwame vaartuig moest
er den lust tot handelen van den bevelhebber
tot stervens toe afbeulen.
„Het maritieme beheer kan niet worden ge
dacht die alles niet te hebben ingezienmaar
al te lichtzinnig heeft men het gewicht dier be
denkingen voorbij gezien. Waarschijnlijk uit
redenen van het beheer der uitgaven.
„De ramp heeft openbaar gemaakt, nu door
pijnlijke ondervinding, dat de monitors voor den
dienst niet te gebruiken zijn, maar voor de na-
een twijfel doen ont-
en de moraliteit der
Zij toch behooren verant-
voor de bevelen die zij uit-
Uit Utrecht wordt het volgende gemeld
In den vroegen morgen van Zondag passeer
de eene te goeder naam bekend staande blee-
kersmeid, van de kermis komende, het Sterre-
bosch, waar het artillerie-park door eene wacht
van soldaten wordt bewaakt. De korporaal van
de wacht sprak haar aan en lokte haar in het
wachthuis, waar zij gedurende geruimen tijd aan
de brutaalste mishandeling heeft blootgestaan.
Des morgens te 8 uren werd haar hulpgeschrei
nog vernomen, en toen daarop eenige personen
toeschoten, waaronder de stationchef en een wis-
selwachter van den staatsspoorweg, zag nien,
dat de meid uit het wachthuis werd gesleèpt en
in een greppel werd geworpen, waar zij stuip
trekkend nederlag. Op aanvraag van den sta
tionchef kwam spoedig een adjudant, die do
beestachtige manschappen liet arresteeren en zorg
droeg, dat de meid naar het ziekenhuis werd
gebracht. Ofschoon men aanvankelijk voor haar
leven vreesde, schijnt zij toch te zullen herstellen.
admiraals heeft, heeft men nu aanleiding om te
vermoeden, dat zulks, zoo zijnde, te wijten is
aan een onbetamelijke aanmatiging van des ad-
miraal’s baheer te Den Haag. Men heeft dan
geen admiraals, omdat men in Den Haag een
minister heeft, die daar een admiraals-spelletje
speelt en die zoodoende de admiraals aan da
direction tot zij n blinde werktuigen verlaagd heeft.
„Do minister heeft geen admiraals taak te
vervullen. Wannner hij het wel doet, dan heeft
hij geen andere controle dan de leden der Twee
de Kamer en bepaaldelijk hen, die daar specia
liteiten zijn.
„Die specialiteiten hebben jaren lang het werk
aangezien en gezwegen."
van een adres omtrent het
Stadsprijs aan de Zeil er-
K E N N I S G E V I N G.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de gemeente Sneek maken naar aanleiding
der wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad no. 102),
ter herziening van de artikelen 264, 265 en 266
kier wet van 29 Juni 1851 (Staatsblad no.
kegelende de samenstelling, inrichting en
voegdheid der geme mtebesturen aan
'anghebbenden bekend, dat het le Aanvulling#
kohier van den Hoofdelijken Omslag, dienst 1882,
goedgekeurd door Heeren God. Staten van Fries
land, bij besluit van den 20 Juli 1882 no. 15,
aan den Geineente-Ontvanger ter invordering is
ter hand gesteld en een ieder verplicht is, zijn
aanslag op den bij de wet bepaalden voet te
voldoen
dat een afschrift van dit kohier van af den
29 Juli e. k.gedurende vijf maanden op de
Secretarie dezer gemeente, tor inzage is neder
gelegd.
Sneek den 28 Juli 1882.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. van DRIESSEN.
De Secretaris, J. W. BENNEW1TZ.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
ue gemeente Sneek, maken bekend, dat de
Jaarmarkt of kermis,
op welke geene bedelaars, rijfelaars, hazardspe-
lers of loterijen met kaartjes om koek, glas- en
aardewerk of andere voorwerpen, zullen worden
toegelaten, alhier zal ingaan op DINSDAG den
8 Augustus 1882, des morgens acht uur, en
eindigen op Vrijdag den 18 Augustus daaraan
volgende, des morgens acht uur, en dat vóór
den 20 dier maand, alle kramen, disschen, ten
ten enz. zullen moeten zijn afgebroken en weg
geruimd.
Tevens wordt hierbij herinnerd aan art. 46
van de algemeene Politie-verordening, waarbij
is bepaald„dat niemand eene tent, kraam of
iets dergelijks, op den voor den openbaren dienst
bestemden grond mag opslaan, dan op aanwijzing
den Marktmeester en na voldoening van het
I marktgeld.
Sneek, den 14 Juli 1882.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
I J. van DRIESSEN.
De Secretaris, J. W. BENNEWITZ.
blijvenden heeft zij ook
staan aan de beteekenis
maritieme overheid,
woordelijk te zijn
vaardigen.”
„Het kon mijn bedoeling niet zijn, aldus be
sluit de heer Moeth, en het was dat ook niet
om den admiraal te treffen, die thans in Am
sterdam bevel voert.
„De monitors waren van den Isten dag van
hun bestaan niet zee waardig en toch hebben zij
jaren lang diénst gedaan. Het personeel van
adniiralen wisselde meermalen, en zij allen heb
ben bevelen gegeven, die een ongeluk konden
tengevolge hebben. Jaren lang bleef het onge
luk uit, wat zou kunnen pleiten voor de groote
voorzichtigheid bij de uitvoering, waar zoo groo
te roekeloosheid voorop stond.
„Inderdaad was de niet-zeewaardigheid der
schepen een bekende zaak in den Haag, en
daar had men die wetenschap verkregen uit de
rapporten die van de directiën waren ontvan
gen. Bij het ministerie bleef men het beden
kelijke materieel der monitors beschikbaar stel
len voor den loopenden dienstaizoo moesten
de admiraals, van uit den Haag gedrongen, ge-
schien wel tegen hun vertoogen in.
Dinsdag jl. is te Zwolle de Algemeene Ver
gadering van het Ned. Ond. Gen. geopend. On
der de autoriteiten bevonden zich de inspecteur
van het lager onderwijs in de 3e inspectie, de
heer dr. J. J. Kreenen, de schoolopziener in het
district Zwolle, de heer mr. A. G. A. Sloet tot
Oldhuis e. a.
De heer Persenaire, voorz. der Afd. Zwolle,
heette allen welkom en hoopte, dat de hartelijk
heid zou goedmaken, wat aan de ontvangst
mocht ontbreken.
Te een ure werd de vergadering geopend door
den Voorz. van het N. O. G., den heer W. De
genhardt.
Een woord van warme, hartelijke waardeering
werd door hem gewijd aan de nagedachtenis van
- den heer A. van Otterloo, den onlangs overle-
bruik blijven maken van die schepen mis- leden Voorz. des Genootschaps, den man, die
gavea van hoofd en hart aan de boiaI1_
Wanneer Holland dan twijfelen kan of het gen van het onderwijs en van het genootschap
Het Handbl. meldt aangaande het vinden van
de Adder het volgende
De Adder is gevonden op harden grond. Zon
der op het rapport der commissie te willen voor-
uitloopen kan het volgende nog worden gemeld.
De aangebrachte deelen van de Adder, welke
drijvende zijn gevonden, behooren alle tot het
dek. De mogelijkheid van het springen van den
ketel wordt dan ook door niemand meer aange
nomen. Het aangebrachte voorwerp, dat het
meeste licht geeft omtrent de oorzaak van de
schipbreuk is een houten raampje, bestemd voor
twee ruiten, welke echter ontbreken. Dit raam
pje is gebleken te behooren tot de machinekap,
voorzijde. Bij het bezwijken van de daarvoor
geplaatste schalmluiken kon het water dus door
een opening van pl. in. 30 vierk. dM. in de ma
chinekamer stroomen.
Nog is aangebracht een koperen, waterdicht
gesloten kruitkistje, waarin vuurpijlen, seinlich
ten en blikvuren. Van elk dezer vuurwerken
ontbreken er eenige tot compleet, hoogstwaar
schijnlijk zijn de ontbrekende Woensdags avonds
bij het klimmen van het gevaar verbruikt.
De sloepen zijn vermoedelijk in de davids
stukgeslagenalthans een aantal stukken van
sloepen tot de Adder behoord hebbende zijn aan
aangebracht op de Rijkswerf te Willemsoord,
waar alle deelen van dien bodem worden ver
zameld en hun herkomst wordt bepaald.
Volgens het Vaderland zal het duiken tot
onderzoek van het wrak van de Adder geschie
den door den duiker R. C. Weltevreden (die
het wrak gevonden heeft) onder toezicht en lei
ding van den luit, ter zee le klasse Nijgh, die
met de Naerebout op de vindplaats blijft liggen.
In ’t N. v. d. D. komt een artikel voor van
den heer Moeth, oud-hoofdofficier der marine
thans té Kampen woonachtig, over den monitor
'j 2. Mededeeling
kept-Verordening op de heffing
■gadering hebben gestaakt.
1 4. Goedkeuring der rekening van het Buma-
■een.
I 5 Vaststelling der begrooting voor de Arm-
kcogdij, dienst 1883.
I 6. Behandeling
■verleenen van een
■leniging.
I 7. Idem van een adres tot verhooging der
jaarwedde van onderwijzers.
I 8. Verlenging der benoeming van de bin-
hetivader en moeder in het Weeshuis.
,1 9. Voorloopige vaststelling der gemeentere-
jhening, dienst 1881.
10. Benoeming van een lid der Directie van
het Stads-Werkhuis.
11. idem van leeraren aan het Gymnasium
en de Hoogere Burgerschool.
12. Behandeling van reclames tegen den
Hoofdelijken Omslag, ingediend 'bij Ged. Staten.
VERGADERING
.Van den Gemeenteraad van Sneek,
i op Zaterdag 29 Juli 1882, ’snamidd. 6 uur.
Punten van behandeling:
Resumtie der Notulen.
van ingekomen stukken, enz,
Verdere behandeling van art 4 der Con-
J van Hoofdelijken
'inslag, waarover de stemmen in devorigever- Wichers, Den Beer Poortugael, Van der Kaaij,
De N. R. Ct. schrijft het volgende
Dezer dagen verscheen in een der bladen een
Minister-lijstje (dat zelfs naar buitenlands werd
overgeseind), bevattende een volledig Ministerie-
Tak. Het waren de heeren Tak, v. Heeckeren,
De Meijier, De Bruyn Kops en Mirandolle. De
Heer Rappeyne zou voor Haarlem zitting ne
men in de Kamer om het nieuwe ministerie te
steunen.
Wij zagen het aan, niet voor „een los praat
je”, maar voor een aardigheid. Niet om de
lijst op zichzelve, ofschoon sommige portefeuilles
wel wat vreemd terecht schenen gekomen. Maar
dat de heer Tak bijna zijn gansche partij in het
Ministerie neemt, en in de Kamer om op te
steunen, niet veel meer overhoudt dan de hh.
Holtzman, Rombach en Bergsma, dat scheen ons
zoo grappig. En dat de heer Kappeyne in de
Kamer zou zitting nemen om een ministerie te
steunen, dat scheen ons nog grappiger.
Maar nu zouden wij haast gaan gelooven, dat
wij ons vergist hadden. De Amsterdamsche Ct.
bevat toch reeds een hoofdartikel, waarin tegen
het Ministerie TakDe Meijier (dat zij heden
of morgen in de Staats-Courant denkt te zien
verschijnende oppositie geopend wordt, en
niet malsch 1
De Amsterdamsche nu, weet men, gaat niet
over één nacht ijs
OEEKER COURAN
miJBiiiiiuiiibiiiib
HIWEVLA A
i
i
-L'a-
4s'
3
I
'r
i-
e«
i
i
I.
e
0
:r