SHIS-ffllDlMillHLIDIWDE
CEHHffi Eiï IIET HIIIOilDISSEffiJ'f SIDES.
J FIJI
j
i
1
■n
No. 95.
A C II T~E N-D E JR, T I
1883.
N
or
fl
WOENSDAG
28 O V E M B K L€.
1
I
ill
b
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave oi redactie betreffende, franco
in te zenden.
Nader blijkt, dat het geval van de twee Chi-
neezen, die een Amsterdamschen kruier nog
f 300 zouden schuldig zijn doch zonder betaling
vertrokken waren, eenigszins overdreven is
voorgesteld. Vooreerst werd ruim f 150 be
taald; 2. de adressen der Chineescho schulde
naars zijn den kruier bekend, en 3. hij heeft
voldoende waarborgen, dat hij zijn geld zal
krijgen. Hierdoor kan de kruier dus niet ge
ruïneerd zijn.
Z. M. heeft het ontslag van den minister van
Koloniën aangenomen en den minister van Oor
log intermediair met de portefeuille van Kolo
niën belast
hij ’t mededeelde, dachten de heeren, dat hij
een loopje met hen nam, doch toen de verhalen
zijn verhaal bevestigde, waren zij even verbaasd
over het feit, dat zij onkundig waren gebleven.
Naar men verneemt zouden de beide daders
van de vreeselijke moorden, gepleegd te Heinoo,
in de vorige, week te Osnabruck zijn aange
houden. Het zouden, naar men. zegt, Hollan
ders en twee broeders zijn.
Wij vestigen do aandacht op do bij de hep-
ren ter Gunne en Plantinga te Deventer uitge
komen maandeljjksche scheurkalender voor 1884,
Door de duidelijke cijfers, waarmede de datums
zijn gedrukt, is deze kalender vooral voor kan
toren aan te bevelen. De prijs is 60 ets.
Ofschoon de pokken te Oud-Beiorland in he
vige mate heerschen, worden do lompenen vod
den uit die gemeente geregeld door opkoopers
van buiten opgekocht en naar elders getrans
porteerd.
Bij kon. besl. is verlof verleend om op de plek,
waar de verwoeste buskruitfabriek „do Krijgs
man” bij Muiden gestaan heeft, onder zekere
voorwanden eene nieuwe fabriek op te richten.
Bij Z. K. H. Prins Alexander, voorzitter der
centrale commissie tot het inzamelen van giften
ter leniging der ramp in Nederlandsch Indie,
is ingekomen van Z. M. gezant te Parijs oen
som van 32,623 frs., te Parijs en te Bordeaux
bijeengebracht.
Den Hen December zullen voor het gerechts
hof te Amsterdam terechtstaan de vier personen,
die beschuldigd zijn van het namaken van bank
biljetten en het desbewust gebruik maken dier
valsehe stukken, nl,
le. Benjamin David Lopez Salzcda, oud 35
jaar, lithograaf (steendrukker), geboren en wo
nende te Amsterdam f
2e, Sijtze Jans Vlietstra, oud 35 jaren, koffie
hui .bediende, geboren te Sneek, wonende te Am
sterdam
3e. Johannes Hendricus Dooronbosch, oud
43 jaren, schachtenfabriekant, geboren te Sloten,
wonende te Nieuweramstel
4e Nicolaas Exter, oud 35 jaren, schachten
maker, geboren te Amsterdam, wonende te
Nieuweramstel.
stemmigheid, eindigt de Stand, haar artikeltje
met de vermaning: „sluit de gelederen weer!
alleen in eendracht schuilt macht.”
Te rekenen van 1 December a. s. zal bet
rijkstelegraaf kantoor te Makkum open zijn op
werkdagen van 9 ure voor- tot 4 uur namid
dags en van 2 tot 4 en 6 tot 8 uur namiddags,
op Zon- en feestdagen van 8 tot 9 uur voor-en
van 2 tot 4 en 6 tot 7 uur namiddags.
Bij Dokkum heeft, volgens de N. R, C.. tus-
schen eenige inwoners dier stad en eonige be
woners der gemeente Dantumadeel een ernstige
vechtpartij plaats gehad, die ruim 5 uur duurde.
Een onbezoldigde veldwachter, die de namen der
vechtenden wilde opschrijven, werd zóo toege
takeld, dat hij daartoe niet meer in staat was.
Bij ingezonden stuk in de - Zwolsche Courant
verklaart S. te Ameloo, dat volgens zeggen van
een zeer geloofwaardig ingezeten van Oldenzaal,
wiens naam hij desgevorderd bereid is te noe
men, de politie te Salzbergen en te Rheine 3
dagen na den moord te Heino, daarvan en van
de vlucht der moordenaars nog geen kennis
droeg. Ook trof die ingezetenen eenige burge
meesters van Duitsche grensplaatsen aan, die
evenmin van het gebeurde iets wisten, Toen
ADVER'IENllKN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Centsi
voor eiken regel meer 7 Cents. Bij abonnement is de prijs be
langrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
Een jong, onbekend gebleven zeeman, goed
vertrouwd met de Engelsche taal, gekleed met
korten jekker met dubbele rij vergulde knoopen
en marinepet, bij zich hebbende een lange regen
jas (waterproof), heeft te Leeuwarden bij verschil
lende ingezetenen geld geleend en goederen ge
kocht, om daarna spoorloos te verdwijnen. Ge
dachtig aan het spreekwoord: „Een ieder vischt
op zijn getij”, wist hij daar ter stele behendig
gebruik te maken van het treurige voorval te
Dockum met den eigenaar van het stoomjacht
Fireflij, door zich als diens broeder uit te geven
en te vertellen dat hij was overgekomea om
dezen in de gevangenis op te zoeken.
Een ieder zij op zijn hoede.
plant genezen zal zijn. In vollen ernst geloof
ik dat de Minister innerlijk gelukkig zal zijn
geweest toen Vrijdagmiddag aan zijn bitter lij
den een einde werd gemaakteven als ik zou
durven verzekeren dat velen der tegenstemmers
hun votum ten nadeele der begrooting hebben
uitgebracht, omdat zij het, na het ondubbelzin
nig fiasco, door hem bij alle discussien schier ge
maakt, verraad aan ’s lands belang rekenden
dezen Minister te handhaven. En zoo is ’t.
De heer van Bloemen Waanders, partijman of
niet, is een man van beginsel, een eerlijk, res
pectabel man, een kundig ambtenaar in ruste
maar geen Minister. Hij heeft weer ondervon
den -hoe waar het istel brille au second qui
s'éclipse au premier.
Het is een les voor aspirant-Ministers.
Misschien brengt de dag van morgen ook uit
komst voor den heer Grobbéehet zou een
zegen voor hem zijn als hij over de Indische
begrooting heen struikelde. Dat de minister
van Financiën weldra aftreedt, is een feit, waar
van hij zelf evenmin als de heer Heemskerk
een geheim maakt. Reeds „scharrelt” de pre
mier een opvolger op. Maar het wil nog niet
gelukken. Ik hoor dat de heeren van Bosse,
van Financiën, en van Kuyk, ’s Konings Com
missaris in Drenthe, herhaaldelijk gevraagd zijn,
maar nog niet willen bijten. De toestand is
dan ook hachelijk. De Gouvemeur-generaal
van N. Indie zit het kabinet akelig in den weg.
Gesteld dat er een paar nieuwe ministers ko
men, dan is de meerderheid nog niet voldaan.
Zeer velen is ’t om den val van den hoer ’s Ja
cob te doen geweest bij het votum van Vrij
dagmiddag en deze zullen niet rusten voor dat
zij hun doel hebben bereikt. Dat ie echter
moeilijk, want de heer ’s Jacob heeft rondweg
verklaard, dat hij zich aan hetgeen „de lui op
het binnenhof’ zeggen of doen, niet stoort.
„J’y suis et j’y reste’ schreef hij na ’t Billiton-
votum in het voorjaar.
Mr. J. Verwer, advocaat te Leeuwarden en
dikwijls door de katholieken candidaat gesteld
voor ’t lidmaatschap der Kamer, keurt het in
een pas verschenen vlugschrift zeer af, dat dr.-
Sehaepman zich zonder opdracht heeft opgewor
pen als programma maker der katholieke partij
ofschoon hij wist dat sommige katholieke Ka
merleden zijn leiding niet willen. Vervolgens'
ontwikkelt de heer V. zijn bezwaren tegen elk
der 17 artikelen van bovengenoemd program,
die z. i. klaarheid en juistheid missen en hoofd
beginselen niet van beginselen, die uit die
hoofdprincipes kunnen worden afgeleid, onder
scheiden. Mr. V. wonscht het program te be
perken tot een drietal artikelen, neerkomende
op volledige onafhankelijkheid der kerkgenoot
schappen, beperking van staatsbemoeiing tot het
onontbeerlijke (als naaste doel op het onderwijs
toe te passen), zelfstandigheid van provincie en
gemeente in eigen kring, „onschendbaarheid van
huisvrede’en erkenning van het recht van
vrije wilsbeschikking.
Hij gelooft dat dif louter staatkundig program
tevens de grondslag kan zijn tot het vormen
eener conservatieve partij, waarvan de katho
lieken geroepen zijn de kern te vormen.
In het jongste nummer van de Standaard
wordt met leedwezen gewaagd van verdeeldheid
in het kamp der antirevolutionairen”, bij gele
genheid van de stemming over hoofdstuk II der
Indische begrooting.
Tien anti-revolutionairen stemden tegen, 8
voor, zoodat het, schrijft het blad, „precies ge
lijk stond alsof er instee van 18, slechts 2 on
zer leden in de Kamer zaten”. Ofschoon dank
baar aan „onze club” voor de doorgaande een-
Een jonge schoone te Eede, in Gelderland,
wachtte dezer dagen to vergeefs op haar bruigom,
met wien zij dien dag in’t huwelijk zou treden.
Eindelijk besloot zij eens naar het dorp Ren-
kum te kuieren en te zien wat daar aan de
hand was. Zij vond, aldus luidt het verhaal,
haar bruigom in den stal in volle bezigheid.
De koe had gekalfd, en in de drukte had de
bruigom vergeten dat het zijn trouwdag was.
„Aors ha’k je wel sollens laate wéte, da’k nie
komme kos 1” voegde hij er geruststellend bij.
Dien dag werd er natuurlijk niet getrouwd.
De bekende harddraver „Prinses” van den
heer P. Smit jr. te Rotterdam is Vrijdag nacht,
bij gelegenheid van een brand, die woonhuis,
schuur en stal van den heer J. Smits te Dub
beldam in de asch legde, in de vlammen om
gekomen. Nog andere min of meer op hard
draverijen bekende paarden, nl. „Hercules”,
en „Sophie”, vonden bij die ramp hun dood
terwijl een prachtige zilverkast, grootondeels ge
vuld met bij harddraverijen gewonnen prijzen,
door het vuur werd vernield.
Eenige jongelieden uit Utrecht men kon,
zegt de berichtgever van de N. R. C., niet zien
of het al of niet leden van het studentenkorps
waren zijn in de vorige week in de jonge
juffrouwen kostschool van mej Heringa Kuiper
te Baarn binnengedrongen, nebben zich van
de piano meester gemnakt en zijn toen mot de
jonge dames lustig aan het dansengegaan. De
kostschoolhouders ijlde naar de brandklok
boeren en boerinnen schoten te hulp en ’t eind
van de pret was, dat er een soort van vechtpar
tij ontstond, waarbij een paar van de „heeren”
zoo ernstig met een snoeimes gewond werden,
dat zij te Utrecht in het ziekenhuis verpleegd
moeten worden.
De justitie heeft een onderzoek ingesteld.
UIT DE PERS.
Over het aftreden van den minister van ko
loniën en de daartoe geleid hebbende verwer
ping van hoofdstuk II der Indische begrooting
„uitgaven in Indie”, laten organen der liberale,
I conservatieve, katholieke en antirevolutionaire
I partij zich in geheel afwijkenden zin uit.
Het Vdd. ziet in de verwerping van hoofd
stuk II der ludische begrooting, die het heen
gaan van den minister van koloniën ten gevolge
had, een votum van wantrouwen door de meer
derheid der liberalen in ’t beleid van dien mi
nister, en hoopt dat de kabinetsformeerder
daardoor overtuigd zal zijn, dat de tijd voorbij
is voor proefnemingen met reactionaire ministers
van koloniën, die ook, al werpen zij hun vroe
gere stellingen overboord en al aanvaarden zij
eenige liberale koloniale beginselen, toch on
mogelijk do mannen kunnen zijn, die aan Indie
die ontwikkeling geven, waaraan (t behoefte heeft.
Het Dbl. betreurt hot, dat de heer Van Bloe
men Waanders heengaat, zonder de voldoening
te smaken van op een beginsel-quaestie te zijn
gevallen, daar toch het door de Kamer verwor
pen beginsel ook het zijne niet was.
Het blad hoopt op eon opvolger, zóózeer in
allen deele als de heer Waanders de hooge
plaats waardig, die hij met eere mocht bekleeden.
-Zijn heengaan was echter h. i. niet noodig.
Evenals het geheele kabinet na de gevallen
beslissing niet aftrad, waarschijnlijk om de zon
de linge samenstelling der stemlijst, had ook
h. i. de minister van koloniën de stemmen kunnen
wegen, in plaats van ze eenvoudig te tellen.
Ook de Tijd meent dat door het votum de
staatkunde van den minister van koloniën niet
is veroordeeld, immers het heeft hem aan tijd
ontbroken om te toonen wat hij doen wilde en
kou. Hij verdedigde een bogrooting die in Indie
was opgemaakt, en die“hij zelf zou hebben ver
worpen indien hij niet aan de groene tafel, maar
op de banken der afgevaardigden had gezeten,
■van daar het wankelen en het gemis aan gloed
en overredingskracht in zijn betoogvoering.
Het kutholteke orgaan betreurt de verwarring
door het heengaan des ministers veroorzaakt,
die niet gemakkelijk tot klaarheid zal worden
gebracht, en noodzakelijk tot vertraging en stag
natie in zaken zal moeten leidon.
V olgens de Stand, was de reden van het af
stemmen der begrooting in substantie deze
„geen schulden maken.” Zij keurt daarom de
Verwerping goed, doch laat er zich niet over
■uit of ’s ministers aftreden hiervan het noodza-
kehjk gevolg had moeten zijn.
In de Haagsche kroniek van de N. Gr. Crt.
lezen wij o. a het volgende:
Welk een gebeurtenisDe Indische begroo
ting gevallenHet feit is bijna zonder voor
beeld (ik meen dat het sedert 1848 slechts twee
malen is vóórgekomen, onder de Minister's LTh-
lenbeek en de Waal).
Indien het tot een crisis komt, zul niemand
zoo gelukkig zijn als de heer van Bloemen
Waanders. Wat heeft die arme man geleden,
’t Was erbarmelijk! Als hij rondweg erkende
van ’t een of ander geen studie gemaakt te
hebben dan heette het: dat moest ge toch
Wel gedaan hebben als ge Minister wilt spelen;
als hij overleg noodig achtte met de Indische
Regeering, dan klonk hetgij verschuilt u steeds
achter het Indische bestuur, terwijl ge u voor-
steldet zelf de bezuinigingstaak ter hand te ne
men; gaf hij plannen dan werden ze uitge
rafeld en vernietigd hield hij ze nog achter
Jan werd hij bespot en aangevallen. Welk een
pad vol brandnetels heeft de Minister in de
laatste dagen gestadig doorwandeldMij dunkt
Jat hij thans wel van zijn voorliefde voor die
SMEEK
AM
b-
B I Mi B N I. A W