SHIMS- IA ADÏÏKTEUTIÏ BHD IWR IE
ffllffl'TE ES HET IRMlKfflT SIM.
No. 37.
NEGE N-E N-D E R T I G 8 T E J A A IZ Q A N Cl.
1884.
I
M®iireooii®iji
8
k
5
ZATI3 RDA G
19 JULI
'L.
satn uu™^6^yk eenig doei bereiken wil, is': schaamdheidzijn, zich daarop te willen beroepen.”/
yn,OnUW0rk*n® noot^j en die verkrijgt men niet Wat, vraagt zij, zou er van de staatsfinanciën j
staar.601' Inea 8t°kstijf enkel op eigen eiseh blijft worden, indien dergelijke beweringen van tij-J
e“ d? eischen van anderen eenvoudig over delijk gebruikte tusachenpersonen meer ingang
°id ziet. i Vonden en consequent werden toefepast „Er
consequent werden toefepast
5
s
3
29
50
01
JG
a
3e
00
•er
Lj
i-
o.
10
?o
0,
lo
n
5
i
Dien personen is het h. i. zoo bijzonder kwalijk
‘i een i
voor
er
Even
’s Hage alles afgeloopen.
De plechtigheid in
kort. Vóo. 12 uur was
Alle autoriteiten en
de vrijlating eischte.
Ook was het niet zeer oprecht van de Engel-
sche regeering, toen zij onlangs in het parle
ment verklaarde, dat zij de gestelde vragen nog
niet kon beantwoorden, omdat zij het antwoord
der Hollandsche regeering wachtte. Immers
het is eon feit dat juist de Nederlandsche re
geering op een beslissing van lord Granville
wachtte. Holland had een voorstel gedaan, dat
ik üog niet mag mededeelen, maar waarvan ik
wel kan zeggen dat het hoogst verstandig is.
Even onjuist was het om het publiek in den
waan te brengen dat de Hollanders zich niét
gehaast hadden om met Engeland tot een schik
king te komen, want de Nederlandsche regeering
zond terstond twee gedelegeerden naar Londen,
die echter 14 dagen lang te vergeefs op een
onderhoud met den Engelschen minister moesten
wachten. Evenwel kan Engeland niets liever
verlangen dan de bevrijding der bemanning, en
daarom is het te verwachten, dat de zaak spoedig
naar wensch zal worden geregeld.”
grau-
weg zich in
uur was te
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.franco per post 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
worden.
i loterij, dan moet zij ook zooveel mogelijk in het
1 i
en mag zij niet langer dienen als middel om
enkele bevoorrechte personen, ten koste van de
schatkist, grove winsten te bezorgen, die dóór
Dit laatste is evenwel, meent het blad, ook
nu weer de taktiek van mr. v. II.
„Met een beslistheid alsof hij zoowat heel de
Kamer achter zich had, verzet hij zich tegen
de wijziging van art. 193 der grondwet, tenzij
aan zijn eischen omtrent grondwetsherziening
tevens voldaan worde. Ieder die den poiitiekeu
toestand overziet, zal toestemmen, dat grond
wetsherziening, ook partieele, niet verkrijgbaar
is, zonder overleg van partijen, waarbij aan
I weerszijden wat wordt toegegeven. Kan zulk
een overleg niet tot stand komen, dan behoort
men ten minste zorg te dragen, dat door het
nu bestaande art. 198 de weg tot herziening
der grondwet niet voor lange jaren wordt af-
l gesneden. De heeren Borgesius en Lohman
hebben terecht daarop gewezen. Van laatstge-
zelf door melde en van de anti-revolutionaire partij is
het stellig zeker, dat zij het kiesrecht van den
belastingcensus willen losmaken. Echter niet
wanneer niet tevens art. 194 der grondwet ver
anderd wordt.”
Eu, iaat het anti-revolutionaire orgaan hierop
volgen, de heer Van Houten verzekert zich niet
van den steun van die zijde. Wat, vraagt zij,
zal dan het kamerlid met zijn isolement uitha
len Meent hij de Kamer bang te maken met
dreigementen voor oproer, gelijk hij van tijd tot
tijd schijnt te beproeven Dan zal hij zich te
leurgesteld vinden.”
II. i? moeten mannen als Van Houten, willen
zij een practisch doel bereiken, zich verstaan
met anderen. Willen zij herziening van het
kiesrecht, laten zij dan bedenken, dat daartoe
ook de steun der rechterzijde noodig is, en dat
die niet verkrijgbaar is zonder wijziging yan
art. 194, terwijl da rechterzijde harerzijds dan
behoort mede te werken tot em zoodanige wij
ziging, waarin elk liberaal zonder zijn beginse
len te verloochenen toestemmen kan.
„Maar zegt de heer Van Houten alles of
nietswelnu, dan krijgt hij niets
De Londensche correspondent van de te Ber
lijn verschijnende Post, een officieus blad dat
in nauwe betrekking staat tot het ministerie van
büiteulandsche zaken, schrijft aangaande de
Nisero-quaestie o. a. het volgende
Ofschoon het niet waarschijnlijk is dat de
Aisero-zaak het af breken der diplomatieke be
trekkingen tusschen Engeland en Nederland ten
gevolge zal hebben, zoo is het toch een feit, dat
het met de genoemde onderhandelingen niet
altijd even vlot is gegaan. De quaestie was
dan ook van hoogst teederen aard. Gelukkig
paarden zoowel lord Granville als de Neder’
landsche gezant te Londen de meest hoffelijke
I vormen aan een vaderlandlievende beslistheid,
j Van den Engelschen minister van buitenlandsche
zaken, die de sterkste partij was, kon natuurlek
niet verwacht worden, dat hij zijn eischen “te
weinig klem zou bijzetten, maar spoedig heeft
lord Granville blijkbaar ingezien dat hij met een
man te doen had uit het land, waaruit de Boeren
afstammen. De groote moeielijkheid lag hierin,
dat Nederland natuurlijk niet kon toegeven,
dat Engeland handelend optrad in een der
Nederlandsche koloniën, terwijl de Engelsche
regeering van haar kant alles deed om de ge
vangen bemanning der Nisero te bevrijden.
Uit de beste Engelsche bronnen ziot men,
dat de radja van Tenom een doortrapte schurk
is en geheel onaanneembare eischen stelde. En
daarbij waren de Hollanders werkelijk geen on
verschillige toeschouwers gebleven. Twee der
matrozen waren Hollanders, terwijl er G bur
gers bij waren van andere machtige landen.
Het was dus niet te verwachten, dat de Neder
landsche regeering zich gaarne de geheele we
reld tot vijand zou maken en daarom deed zij
wat zij kon om de bemanning te bevrijden. De
Hollandsche troepen deden een landing te Te-
nom en het was waarlijk hun schuld ’niet dat
de Radjah met zijn gevangenen naar de onbe
reikbare binnenlanden terugtrok.
Het^ is eigenaardig, dat de Engelsche regee-
yinding opdeed, hoe moeilijk het soms der mach-
tigste mogeuuheid valt om een gevangene te i
alle bemoeiingen der i
veld hield
In oen Woensdag avond gehouden vergade
ring der te Amsterdam gevestigde vereeniging
„de Unie” is, na eenige discussie, besloten, dat
zit iets specifiek leelijk Amerikaansch in die
geheele verhouding en toch durfde blijkbaar
tot dusverre geen regeering daartegen in te
werken.”
Ook de^ tegenwoordige regeering, die door de
Tweede Kamer gedrongen is de hand aan ’t werk
te slaan, gaat slechts schoorvoetend verder. Het
blad weet niet wat het resultaat van het ont
werp zal zijn, maar als de reorganisatie niet
ferm en doortastend is, zoodat alle misbruiken
worden opgeheven, ware zij beter achterwege
gebleven. „Want nog ergerlijker dan de tegen
woordige toestand zou het zijn, onder den schijn
eener reorganisatie aan de ergste misbruiken een
gewijzigd blijvend karakter te geven.”
bii a op'afctinS van -
J «en heer Van Houten, ook blijkens zijn
ir 'ea staatkundigen brief, zeer
bei eiuent moge by den belijder van een begiu-
t,,u Ü|J. z9n plaats zijn en te eeniger tijd vruch-
lia,naiWeipe.,1> waar n,ell> als genoemd lid der Vad., geen sprake zijn
ADVER1EN11ÊN van 1 tot 4 regels,gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 7 '/a Cents. Bij abonnement is de prijs be-
langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
de Delftsche kerk duurde
alles reeds afgeloopen.
gezanten plaatsten zich
om de lijkkist in een kring en dr. Van Koets-
l een korte rede, waarin hij het treu
rig leven van den afgestorvene schetste, herin
nerde hoe deze reeds op zijn 30e jaar verklaard
had levensmoede te zijn en niet terug te willen
treden. Een woord van opwekking en bemoe
diging sprak hij tot den Koning.
Z. M. verliet dadelijk na deze toespraak de
kerk met den Hertog van Saxen-Wei mar, prins
Albert van Pruisen en den Graaf van Vlaan
deren. De prins Von Wied begeleidde hen,
doch keerde terug en daalde in den grafkelder
af bij de verzegeling van de lijkkist.
U IT DE PERS.
In den aanvang van den zevenden Staatkun
digen brief y waarvan wij in ons vorig nummer
melding maakten en die hoofdzakelijk moest die
nen tot ondersteuning van de candida'tuur van mr.
J. Kappeyne bij de te Haarlem te houden
-Iweede Kamer-verkiezing, schreef mr. 6'. van
Houten o. a. bet volgende
„Door den dood van Prins Alexander zal,
naar allë waarschijnlijkheid, het hoogst gezag
ten onzent toevallen aan een kind en een tyd-
lang uitgeoefend worden door een vrouw, die tot
vóór korten tijd aan Nederland geheel vreemd
was. Eerlang komt er dus een tijd waarin het
een volkomen zinledige uitdrukking zal worden
bij het bestuur des lands te vertrouwen op de
Kroon. Meer dan ooit zal het volk
zijn vertegenwoordigers kracht aan de regeering
móeten geven, en de keuze van ministers door
de Kroon slechts het zegel moeten drukken op
net reeds bij het volk zei ven verworven ver
trouwen. Meer dan ooit zal de vastheid van
net regeeringsbeleid moeten wortelen in de
kracht der staatkundige partij, en zullen mini-
sterien, wier eenige titel in de koninklijke be-
n°ominy is, een onmogelijkheid moeten zijn,”
aangehaalde zinsneden de
strekking, dat, wanneer onze geëerbiedigde Ko- I
mug komt te overlijden vóór de meerderjarig-
mid van Prinses Wilhelmina, Nederland, met
behoud van enkele constitutioneele vormen, een
republiek moet worden, geregeerd door den op-
perinachtigeu volkswil.
Hiertegen komt het R. K. blad ten ernstigste
bp. Zij zou Nederland toch liever blootstellen
zelfs aan het gevaar van een tijdlang door een
Wakke monarchie bestuurd te worden, dan aan
con wending in bet staatsbestuur, geqjk h. i.
oor den heer Van Houten en de zijnen be-
geerd wordt. Het vooruitzicht echter, om enke-
6 jaren door de tegenwoordige Koningin ais re-
fceutes en later door het Prinsesje als Koningin
fcciegeerd te worden, heeft niets wat haar ver
ontrust en van de zgde der Kroon eenig ernstig
gevaar doet voorzien.
De wijze waarop de heer Van Houten voorts
byer de Koningin spieekt, getuigt, meent zij,
m van vooringenomenheid. Wat vroeger moge
geweest zijn, doet h.i. niets ter zake: feit is
ib i o °P oogenbiik de Koningin ons, Ne-
erlauders, zóó weinig vreemd is, dal, zoodra
sprake kwam van een
'eene opinie haar, en niemand anders, met
sbstheid heeft aangewezen als regentes.
oudieu mogen wij, Hat de Tqd volgen.
Sbgronde hoop voeden, dat in
i'nni-QU^e? /oHoopen, eer de Koningin als re-
ver Van Houten voorop stelt, is
an vorm en strekking, h i op
Jmst. Eindelijk zegt het blad
de rcneGriiio’ van i
g v»l.trckt niet a;0,AklSLbabuSi:
beffend ite i o'JC*br8C^e‘^e,1i bewijst menig (jer reorganisatie in den weg staat.
4n oo Dien personen is h
V;Horia in EntaïSdï'^e regeenng van koninSID niet te nemen, doch
®e ana* eerste plaats geroepen is
De opvatting van isolement is, zegt de Stand. zorgen, mag niet dulden dat
den heer Van Houten, ook blijkens zijn i vier ton vloeien in de zakken -
ngsten staatkundigen brief »oen zonderling, voorrechte tusschenpersonen, die men zou kunnen
Van verkregen rechten kan hier, meent het
het zou een on be
llet Vad. wijst op de vertraging, die de in-
dieuing van het ontwerp tot reorganisatie van
de staatsloterij weder heeft ondervonden. Het
j blad meent te weten, dat de belanghebbenden,
i „wier invloed grooter is dan men wel denkt,”
hier weder den remschoen hebben aangelegd.
„Wij voor ons,” aldus vervolgt zij, „zagen de
staatsloterij liefst afgesehalt, omdat wij het be-
I neden de waardigheid van den staat vinden zijn
regentschap, de alge- I inkomsten te vermeerderen met dit middel, dat
UZI ll lllli ..rwGnr, 4- j 1 1 1
door de praktijk vooral een vies middel is ge-
^o- I worden. Maar wil men behoud van de staats-
xv» «vigcu, de i loterij, dan moet zij ook zooveel mogelijk in het
elk geval nog ja- l belang van de schatkist worden geëxploiteerd
hep„t6vZal kelloeveh op te treden. Hetgeen de l
dus, afgezien I
zichzelf reeds gejn arbeid of verdiensten worden opgewogen.
Juist die enkele bevoorrechte collecteurs-rente- ..„s,,,. inoo-ononoio
vrouwen overigens n;e..s ZOoals de heer Van Kerkwiik hen noemde k" IIlu=oimnei(t valt om een gevangene 1
niers, zooms ure neer v an rneikwijk nen noemqe, j bevrijdennu echter alle bemoeiingen der
i Hollanders in deze droevige aangelegenheid
i geheel over het hoofd scheen te zien. Evenzeer
minister, die in de i
de schatkist te
jaarlijks drie a
van enkele be-
IB I N xN E N E A M D.
De plechtige uittocht van het stoffelijk over
blijfsel van den Prins van Oranje is, stipt vol
gens programma, volbracht ten aanschouwe van
stroomen volks, zoowel van ’sHage als elders.
De rouwwagen bood een aandoenlijken aanblik
in den trein en was met 14 kransen voor en
achter, alsmede op het rouwkleed, getooid,
waaronder die van koningin Emma, van den
Prins van Wales, van de vrijmetselaars, de of
ficieren van land- en zeemacht, bet huis- en
stalpersoneel van den overledene, enz. De Ko
ning volgde, in óen rijtuig met zijn broeder, den
Groothertog van Saxen, en Prins Albert van
Pruisen gezeten, het lijk. De graat van Vlaan
deren vertegenwooidigende den Koning der
Belgen, en de vorst Von Wied kwamen daarna.
Door bijzondere afgevaardigden waren in dé
lijkstaatsie vertegenwoordigdde Keizer van
Rusland, de Koningin van Engeland, de Koning
van Wurtemberg, de Hertog van Nassau, de
Vorst van Waldcclc, de Koning van Rumenie,
de Koning van Zweden, de President der Fran-
sche republiek, dé Sultan van Turkije en de
Koning van Italië. De uitvaart droeg een stil,
eenvoudig karakter. De Koning beantwoordde
onafgebroken de stille groeten der langs den
weg geschaarde menigte, die diepbewogen den
rouwwagen naoogde; de adjudanten van den
lijk. De somberheid van
1
we lucht, die op den Delftschen
regen ontlastte. Even voor 10
ring, die toch in Egypte onlangs zelve de onder- i
tigste mogendheid valt
nu echter
m deze droevige aangelegenheid
is het onbegrijpelyk, dat de Engelsche staats
lieden niet inzien, hoe hun houding den Radjah
i slechts kan versterken in zijn verzet. Natuur*
l lijk zal hij de gevangenen niet loslaten, nu juist
deze gevangenschap hem in staat stelt om van
Engeland te verkrijgen, dat dit rjk eischen zal
ondersteunen, welke geen suzereine mogendheid
zonder haar gezag te ondermijnen, aan een rebel
kan toestaan. Ten onrechte beweren de Engel-
I. schen, dat de schuld van den Chineesclien
koopman niets met de gevangenschap der be-
I manning te maken heeft. Integendeel, kapitein
Bickford meldde zelf eerst, dat de Radjah oor-
spronkelijk alleen het betalen dier schuld voor
.Si»
Mg
NNEEkER COURANT
C3
0.
Kamo •••v.x, gcuvuiuu liu uur I gcvii opiate uju ucv iuu evil vuw-
i
I
6
r*
s-
...x,..., xxv.anjja xxvix
weten een zekeren invloed uit te oefenen, die
uü aujuuctiiieii van uen
overledene liepen hoogst aangedaan naast het
den droevigen uittocht
kwam nog sterker uit onder de donkere
missen.