■WIT El HET IRRM'DISSEffiïï Sffl.
No. 77.
N E G E N-E N-D E R T I G 8 T E J
R G A N a.
1884.
AVO EASD AG
21 fS X3 I’ T E AX 13 E XX.
a., dat de onder-
f
nijver-
t
n
a
i
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.franco per post f 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco
in te zenden.
I.
>r
;i
herziening der belastingen en 1
een afgerond stelsel te herkennen is.
een
nen
Zij herinnert er
Naar de Amst. verneemt, is de rekening van
financieelen chaos hebben wij h.i andere
„Maar voor een Kamer als
zijn zulke vindingrijke ministers als ge-
Het Hbl. bespreekt eveneens, en vrij uitvie-
ADVERIENHÈN van 1 tot 4 regels,gewone letter, 40 Cents,
voor eiken regel meer 71/2 Cents. Bij abonnement is de prijs be*
langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
de gemeente Sneek brengen ter kennis van de
ingezetenen, dat het door hen opgemaakt sup
pletoir kohier van belasting op de binnen deze
gemeente gehouden wordende Honden, dienst
jaar 1884, van den 24 dezer maand gedurende
acht dagen ter Secretarie alhier voor een ieder
ter inzage zal liggen, binnen welken termijn be
langhebbenden tegen hunne aanslagen op onge
zegeld papier, bij Burgemeester en Wethouders
bezwaren kunnen inbrengen.
Sneek dén 20 September 1884.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. van DRIESSEN.
De Secretaris,
J. W. BENNEWITZ.
T W E E D E K A M E R.
troosten met den koninklijken vorm van be
stuur.”
Ten slotte vat het blad haar opinie te dezer
eenige jaren vergelijken
en splitsingen maken tusschen allerlei soorten
van uitgaven, kan een ieder die de stukken
i heeft en er den weg in weet te vinden. Een
...uw cviivci u i. bij streven naar be-
ge- zuiniging, bij de vertegenwoordiging komen met
Bik heb eiken tak van staats
dienst in bijzonderheden nagegaan ik heb on
derzocht of do sommen, daarvoor in de laatste
jaren besteed, zonder schade voor den dienst
kunnen worden verminderd of’ er betrekkingen
zijn die zonder ongerief kunnen worden opge
heven of met andere vereenigd of de onkosten
te hoog worden opgedreven of er misbruiken
zijn, die den staat duur te staan komen.”
Laat derhalve h i. de fiuancieele rede ten
opzichte van bezuiniging onbevredigd, evenmin
acht zij de mededeelingen omtrent nieuwe ver
sterking der middelen geschikt om het vertrou
wen in ’s ministers beleid te versterken.
„Kleinhandel in belastingen”, noemt zij dein
’t vooruitzicht gestelde middelen, en wraakt
vooral de terugneming van 1/5 van het perso
neel, waardoor de gemeenten zullen te voorzien
hebben in ’t geen het ryk boven zijn middelen
uitgeeft.
Eindelijk bespreekt het Hand, nog met een
enkel woord de eveneens aangekondigde tabaks
belasting on gewijzigde zegel belasting, waarover
het zich als volgt uitlaat
„Een tibaksbolasting, die handel en nijver
heid niet belemmert, en lage zegelrechten kunnen
uitstekende onderdeeleu zijn van een goed in
gericht belastingstelsel en uitnemende diensten
bewijzen om andere drukkende heffingen te
vervangen. Maar nu tevens versterking van de
gewone middelen wordt vereischt, zien wij met
leedwezen de regeering haar aandacht geheel
afwenden van de hervorming en gelijkmatiger
verdeeling der dir>cte belastingen, waaruit aller
eerst in de behoefte belioort~1;e worden voorzien,
gelijk zij zelve trouwens in het vorige zittings
jaar erkend heeft.”
Dat de tegenwoordige minister van financiën
ontmoedigd is op dién weg voort te gaan, na
zijn ervaring omtrent de klassenbelasting,
dat is h. i. zeer verklaarbaar. Maar, vraagt zij,
’s lands geldmiddelen staan of vallen toch niet
met dezen minister van financiën „Het voort
duren van zijn beheer der schatkist is waarlijk
te duur gekocht als het herstel van het
evenwicht moet gevonden worden op den weg
dien hij thans wil inslaan.”
tot bijzonderheden over.
De N. R. C betoogt o.
scheiding tusschen gewone en buitengewone uit
gaven meer begrensd moet zijn en alleen tot de
zoogenaamde buitengewone uitgaven, waarvoor
men leenen kan, behooren te worden gebracht,
die voor spoorwegaanleg, waarbij ditmaal zou
den kunnen gevoegd worden de sommen voor
verbetering van het muntwezen uitgetrokken.
Voorts acht zij ’s ministers hoogere raming der
middelen, bij den ongunstigen tijd voor handel
en nijverheid, niet van voorzichtigheid getuigen
de, waarvan natuurlijk bij de verhooging dier
belastingen de opbrengst van suiker-en jenever
accijns uitgezonderd zijn.
Daarna bespreekt dit blad de door den mi
nister in ’t vooruitzicht gestelde nieuwe heffin
gen met een enkel woord, zonder vooralsnog in
een beoordeeling daarvan te treden. Slechts
wil zij er dit van zeggen, dat een nieuw, Hink
uitgewerkt voorstel tot belasting van het roe
rend kapitaal meer kans zou hebben om wet
te worden, als liet ten minste krachtig en con
sequent iu de Staten-Generaal verdedigd weid
Ook het Vad. gaat niet mede met dat geschift
tusschen gewoon en buitengewoon bij inkomsten
of uitgaven, daar het h. i. langzamerhand af
daalt tot een onvruchtbaar cijfergeknutsel en
niets baat, als men toch ten slotte voor een
deficit staat, waarvoor wel geleend moet wor
den.
Wel is, meent het Vad., in de cijfers der
begrooting eenig streven naar bezuiniging niet
te miskennen, maar als men alles goed nagaat
en de mindere uitgaven voor lager onderwijs
als gevolg van een nieuwe wet uitzondert, komt
men tot een bezuiniging van nog geen millioen
en alzoo tot een resultaat, dat h. i. niet zoo
heel veel beteekent.
Ten aanzien van de opbrengst der middelen
over 1884 acht ook dit residentieblad de bere
keningen van den minister te fraai gekleurd en
is van oordeel, dat het tekort zeker niet bene
den de 3‘/i millioen zal blijven. De voorge
stelde wijze om in dit tekort te voorzien, noemt
het Vad. „de politiek der kleine middelen.”
Om in het grootste deel van het tekort te
voorzien, weet de minister toch niets beters te
doen, dan zijn nog steeds sluimerend ontwerp,
om de gemeenten van */s van het personeel te
berooven, weder voor den dag to halen. Zie
daar zegt zij, de quintessence van de financi-
eele wijsheid van het oogenblikwat de staat
tekort komt, wordt aan de gemeenten ontnomen,
en de gemeenten moeten dan maar zien hoe zij
het reddenDe staat is zoo althans voor een
jaar geholpen, terwijl voor een volgend jaar
nieuwe bronnen van inkomst voorgespie^eld
worden in een tabaksbelasting en een nieuwe
zegelwet. „Tenzij vóór dien tijd nieuwe finan-
cieele combinatiën voortspruiteu uit ’s n.inisters
vruchtbaar brein!”
Neen voorwaar, om orde te schep, en in on- na "die hoogte niet
I zaken samen in de vier volgende argumenten.
„Ten eerste. In de 16e. en 17e eeuw bézat
ons volk een krachtig, bloeiend Oranjehuis en
daarin éen heerlijk symbool van eenheid, het
welk het uitbuigen van den republikeinschen
band steeds voor springen bewaarde.
„Overkomt het ons daarentegen, dat Oranje
wegvalt (en alleen dat geval bespreken we
thans), dan zou er geen ander huis denkbaar
zijn, dat als huis in die mate heel het volk
achter zich kon krijgen en de middelpuntvlie
dende kracht, aan de deelen eener republiek
steeds eigen, zou het op de eenheid alras win
nen.
„Juist hetgeen mèt Oranje mogelijk was, houdt
op denkbaar te zijn, indien Oranje wegvalt.
„Ten tweede. De nationale veerkracht heeft
thans geen worsteling met Spanje achter den
rug. Zulk een heroiek tijdperk was een smelt
kroes geweest, waarin de bestanddeelen des
volks tot op zekere hoog te waren saiimgesmolten
en waardoor de levenskracht der natie op on
berekenbare wijze was verhoogd. Jong, veer
krachtig leven nu weet door elke aardlaag heen
te schieten en eiken storm zegevierend te door
staan. Hoe er dan ook in de dagen der Barne-
velds en De Witten hier te lande gecomplotteerd
en gezondigd is, altoos heeft toch de nationale
genius het hoofd weer weten op te steken.
Steeds heeft de volkseisch getriomfeerd.
„Thans daarentegen mist ons volk die veer
kracht. Achter ons ligt bijna niets dan ons vor
men kon. Zelfs de nawerking van ’30 heeft
uitgegist. Er ontbreekt dan ook die veerkracht,
die elke moeilijkheid te boven komt. Zelfs met
den gladsten regeeringsvorm en zonder dat iets
ons in den weg stond, staan we in Atjeh na elf
jaren worstelens voor den In liaan nog beschaamd.
„In zulk een tijdperk nu mag niet te veel
gewaagd worden.
„Aan een verzwakt gestel diene men geen
te heroiek geneesmiddel toe.
„Ten derde. De republikeinsche regeerings
vorm zou thans de regeeringsvorm van een partij
en niet van de natie zijn. Het zou of een oud-
models republiek worden, en dan al de heer
lijke tradition der gereformeerden weer doen
opleven. Of wel een revolutionaire republiek,
om dan het troetelkind der liberalen te zijn.
En overmits er niets bedenkelijker is, dan een
regeeringsvorm in te voeren, die als zoodanig
een partijkleur draagt, zou terugkeur tot den
gemeenebestelijken regeeringsvorm thans uiterst
gewaagd zijn.
„De partijen staan daartoe te scherp tegenover
elkander, en het droef schouwspel, ons door
Uraguay en Mexico, door Peru en Chili, door
Bolivia en Venezuela geboden, waar heel het
volk ten prooi aan militaire intrige, gestadig uit
de éene revolutie in de andere overschuift,
zou ook ons te kwader ure kunnen wachten.
„Waar ten vierde dan nog dit bijkomt, dat
we nu deze laatste 70 jaar den koninklijken
regeeringsvorm gehad hebben, wat maakt dat
er thans onverwijld een monarchale groep tegen
de republiek zou bij ven reageeren, dat de eenig-
zins door het koningschap naar boven getitelde
adel in zulk een republiek een bedenkelijker rol
dan voorheen zou spelen en dat, ceteris paribus
de koningstam zijn wortels reeds geschoten heeft,
terwijl de republiek haar groei nog zoo moeten
beginnen.”
heffingen, waarin i zen f
mannen noodig.
Het Hbl. qualificeert de millioenen-rede, als deze
redevoering, in hoofdzaak over de millioe- knipt.
die tekort komen. Het HM. bespreekt eveneens, en vrij uitv^e-
aan, dat het kabinet-Heems- i rig de middelen tot redding uit onzen financieelen
kerk niet heeft kunnen voldoen aan zijn aange- nood. Vooreerst betwijfelt zij hot of de vraag:
kondigd strevenherstel van het financieel even- valt er niet meer te bezuinigen wel grondigs
wicht op zijn tweede begrooting. Het blad onderzocht. Zooals de minister deed, enkel ’de
voegt hier eveflwel aan toe, dat men het mini- begrootingcijfers van eenige jaren vergelijken
sterie over eigen tekortkomingen niette hard 1
mag vallen, bij de verdeeldheid, die in de Twee- I
de Kamer bestaat. i
Na deze algemeene beschouwingen over den minister moet echter "h i.
toestand van ’s lands financiewezen, gaan g
noemde bladen, de een meer, de ander minder, de verklaring
UIT DE PERS.
Neerlands /inantieele toestand, waarvan de
minister van financiën, als gewoonlijk bij de aan
bieding der nieuwe staatsbegrooting een over
zicht gaf, wordt door de N. R. Ct., Vad. en
■‘'W. besproken.
Jaarlijks tekorten, die door leeningen moeten
gorden gedekteen minister, die het talent mist
bo middelen te verdedigen, welke die ramp in
*o toekomst zouden kunnen voorkomeneen
Kaïner, wier meerderheid niet met den goeden
bezield, om die middelen te helpen toe-
Passen”, met deze woorden teekent de N. R. Ct.
en weinig verkwikkelijken toestand.
Het Vad. wijst op de opeenstapeling van te-
oi'ten en het niet te voorzien beloop der lee-
lllneen, alsmede op het gemis aan een krachti-
ëo hand bij den huidigen minister van financiën
(‘ln een einde te maken aan zulk een ontred-
Men staat van zaken, in tegenstelling met
!)n collega voor koloniën, die het Indische te-
JJ,t tot staan brengt door een doortastende be
moeiing van uitgaven on door een omvangrijke
„Onze koningstroon" plaatst de Standaard
boven een artikel, waarbij vooraf in abstracte de
voortreffelijkheid van den republikeinschen boven
den monarchalen regeeringsvorm wordt betoogt,
om daarna te verklaren, dat deze diepgaande
quaestie niet in volstrekten zin naar afgetrokken
begrippen beoordeeld kan worden, maar groo-
tendeels naar gelang der gelegenheden en om
standigheden opgelost moet worden.
„Dit toepassende op ons land, bij mogelijk
uitsterven van de Oranje-stam, komt het anti
revolutionaire orgaan tot de slotsom, dat ons
land en volk hooger zouden staan, zoo het weer,
evenals in de 16e eeuw, een republiek kon
dragen, maar dat men zich, wijl het op verre
meer inneemt, dient te
SiWEEKKR COI R iX
nr
wins n umm» id hr de
I
i
CXK
r
r
t.
KIOOL AN if.
3
i
5
I
ti
0
3
1-
h
I-
J-
i.
5
o
.8
14
>6
0
g
a
r
De zitting d ;r Kamer van jl Vrijdag werd bijnageheei in be-
genomen door de zoogenaamde „millioenenspeeeh”, d. i. de
redevoering, waarmede de minister van financiën de staatsbe
groting voor 1885 indiende.
Ier aanvulling van hetgeen reeds onder onze telegrammen
inerounrent werd medegedeeld, diene nog het volgende*
Over Het dienstjnar 1883 werd f5,555,912.79 minder uitgegeven
nan bij de begroeting was toegestaan; alle hoofd stukken deel
den lil deze besparing, vooral hoofdstuk IX -waterstaat, handel
nijverheid”, en wel met ruim 'i'i millioen.
De uitkomsten over het loopende jaar zijn natuurlijk nog niet
nnuud de minister raamt het tekort op den gewonen dienst
Voor 1885. op f 4,560,652.44‘4.
Voor 1885 worden de uitgaven op f 136,172,740.37 geraamd, of
“tma 9 millioen minder dan voor 't loopende jaar is toegestaan,
oe post voor den aanleg van staatsspoorwegen deelt in deze
liMUinigiug voor 6 millioen. De bezuiniging op de gewone uit
gaven 1,, vergelijking met 1884 schuilt hoofdzakelijk bij
wofdstuk v „binuenlandsehe zaken”, waarvoor f 2,198,985.98
imiider is uitgetrokken (o.a. voor lager onderwijs f 1,719.016,
oor medische politie f37 .,906 en voor kunsten en wetenschap
pen r 111,550 minder) Bovendien wordt de opbrengst der mid
den voor 1885 f6,788,151 liooger geraamd dan voor 1884 ge-
'eiuedde, waarin de meeste gewone middelen bovenal sui-
,l‘r" en jeneve-aecijns, elk met millioen doelen, maar
naartoe vooral bijdraagt de uitgifte van f5,000,000 aan muut-
wijetten Daartegenover wordt op een lagere opbrengst van
valige middelen, o. a. indiitcte belastingen il 11,8 3,009 minder
Kwekend
De slotsom is, dat het tekort op den gewonen dienst voor
1 volgende jaar f3,470,664 zou bedragen.
De minister betoogde vervolgens het onmogeljjke van herstel
au liet verbroken evenwicht tusschen de gewone ontvang ten
vu uitgaven, uitsluitend door het invoeren van bezuiniging en
«1 daarom de Kamer voorstellen: a. om een vijfde van de
opbrengst van het personeel voor het rijk terug te nemen dit
,,'IU 12.125 600 bedragenb. om het overgangsrecht bij ove 10-
uvn, op eflecten te verhoogen en uit te breiden tot rentegeven-
‘le schuldvorderingen; opbrengst Ï800.000; c. om het zegelrecht
J’ elieeten te verhoogen en uit te breidenopbrengst 4 ton
<1 om de inrichting der Staatsloterij op nieuw te regelen
meerdere opbrengst f 180 000.
Hndelijk wordt verdere versterking der gewone middelen,
oos m verband met de wensclielijkheid om sommige belastin
gen ie verbeteren en minder drukkend te maken, een drin-
Kei.de noodzakelijkheid geacht, en daartoe zouden moeten die
nen een tabaksbelasting en een wijziging dér bestaande zegel-
betasting, waarvan de ontwerpen nagenoeg gereed zijn.
Aan de cijfers, bij de nieuwe stuatshegrooting gevoegd, out-
wenen wij voorts nog het onderstaande:
gewone middelen stegen van 68 millioen in 1864 tot 112
ïl1,-0011 in 18s3* De stijging is bijna afgebroken; slechts in
was een kleine teruggang waar te nemen.
De uitgaven stegen iu hetzelfde tijdvak van 100 millioen tot
■s millioen Hierbij is de lijn meer golvend zelfs in 1869 en
J Wren van 94 millioen Sedert 1880 e *11 er is de stijging,
vl sprongen van 6 10 millioen, aanhoudend.