.111 IIS II IHUMIIII III. Ill MR DU
u
s
No. 73.
VEERTIGSTE
1883.
E
Paardenmarkt te Sneek
Najaars-Paarden markt
Si-
ZAT i: R DA G
13 Si E2 T> T K 13 TV! Ft.
fi
ler
lo
lo.
)0,
X
od
on-
van
en
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
emeente Sneek maken bekend, dat de
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS,
Abonnementsprijs voor 3 maanden /l.franco per post /f.25.
Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco
in te zenden.
1:
ht,
te
m.
m.
v-
>or
en
50
a
O.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
G
In de Echo, Volksblad voor Nederland, wordt
de aandacht gevestigd op heide-ontginniug als
middel tot neutraliseering van werkeloosheid,
liet blad wijst er op dat nog 700,000 hectaren
grond in Nederland woest zijn, een uitgestrekt
heid zoo groot als de provinciën Zuidholland,
Noordholland en Utrecht te zamen.
De Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen is
in het oog van de Echo aangewezen om het
plan op touw te zetten. Het plan wordt daarop
nader uitgewerkt. Stukken heide hier en daar
aangekocht, wil het blad in de maanden Nov.
e. v. doen bezetten door verschillende personen,
allen in zoogenaamde kermiswagens opgesteld,
lederen wagen zou een gezin herbergen. Op
deze wijze bleef elk baas in zijn eigen huis.
Die gezinnen, in een kamp vereenigd, zouden
onder het bestuur van een directeur staan, van
bazen enz. Er zouden dokters, geestelijken enz.
medegaan voor winkels zoude moeten worden
gezorgd, kortom, het zou een reizende gemeente
worden.
De Echo becijfdrt de kosten aan een en ander
I Terwijl de meesten onzer politici zich bijna
llind staren op de schoolquaestie, ontbreekt het
gelukkig niet aan mannen van gezag, die op het
IcoHomisohe vraagstuk den klemtoon leggen en
Ie belangstelling daarvoor levendig houden.
[Onder hen moet in de eerste plaats de heer
I’ N. Muller worden genoemd. Wie ook moch
ten vertragen waar het de behartiging van
I lands belangen geldt, hij is waakzaam waar
lp een ot ander punt iets voor onzen handel op
|o»t of west, voor onze nijverheid mocht te doen
llia> niea kan er zeker van zijn daarbij zijn
Item te vernemen. Bij de bespreking van de
lieuwe Intetnationale Revue in het September-
lomaier van de Gids heelt hg op nieuw gele-
icnlieid gevonden van zijn belangstelling in de
Ipenbare zaak te doen blijken.
I Be woorden van den heer Van Kerkwijk, bij
r ^breking van den maildienst der „Zee-
h»d in de Tweede Kamer geuit„een der
[einige zaken waarmede Nederland naar buiten
r» eer inlegt,” hebben den heer Muller bitter
ptstemd. Nederland met zijn overrijke kolo-
llen, zijn prachtig Java, zijn Sumatra, waarvan
R kleine deel dut wij ontginnen millioenen
hleveit, het groote Borneo en de bekoorlijke
P iiusken dat Nederland zou zijn roem in
r’1 vreemde moeten zoeken in een passagiers-
[llutje tusschen V lissingen en Londen Het
Is wel bescheidenheid, die wij Nederlanders op
pze wijze leereu.
I Maar het kan, naar de heer Muller meent,
r" spreker geen ernst geweest zijn met zijn
f men. Hij heeft ze als spot gebruikt en dan
FQ men er vrede mee hebben. Alleen had hij
I Uu voorbeeld dan nog lager moeten nemen,
["‘int uit niets blijkt onze stilstand sterker dan
111 onze ingenomenheid met allerlei kleine
Lb|taii^en vau VüOlultSaug> iu onze groote
li e.i 1 voorab Bie eenvoudig bewijzen dat wij
I tet vruchteloos het buitenland drukker dan
LI“fi?er bezoeken Te loochenen is het echter
P dat sedert het ontwikkelingsjaar 1850 Ne-
L,1 i111^ geen gelijken tred heeft gehouden met
planden, welke wij hier eeuwen geleden plach-
L'11 v^r te gaan. En met weemoed brengt de
P, uB«r den afstand van den Goudkust, het
L ^elo<)felijk Tenom-feit, in herinneringen scherp
LCUrt ueC dat men in Nederland de stem
°6t v.erheffen om voor onze eigene soldaten
Lts 1 C'ereQ’ di® *n ^tjeh bescherming van
L d wapenen voeren, tegen onze eigen
Rring bescherming te vragen.
L 6 tro?9tende gedachte blijft bij dit alles, dat
LJe“ee™«en tljdehjk zijn, maar het volk blijft
L n. "U in ons volk leeft nog kracht genoeg
L(^LmoeiiÜke dagen, waarin staatkundige
LUe‘aneid ons tijdelijk brengt, door te wor-
L,eu’ T)e middelen om dien strijd vol te hou-
k en zegevierend te beslissen, moeten en
|lajDteu onze koloniën ons verschaffen. Op dat
Re PH^eperkt ruime gebied, kunnen onze
'ennis en ervaring en werklasten werk-
1 opdoen, beter en bruikbaarder dan in
„eminente leden van het korps leeraren om den
„goeden en verstandigen geest die hen bezielde”,
waardoor zij „het vaderland en der school een
grooten dienst” bewezen.
Wij willen voor heden de stelling, waarom
het hier te doen is, noch verdedigen noch
wèerleggen, maar slechts wijzen op de conse-
quaenties waartoe het aannemen van die stelling
noodzakelijk moet voeren.
In het nadeel van de school, waaraan men is
geplaatst, is in den regel elke uiting in het
openbaar van meeningen die sterk afwijken van
de gevoelens der ouders die hunne kinderen op
die school doen onderwijzen. Als de meerder
heid dezer ouders katholiek is, strekt het tot
nadeel .van de school wanneer eeu der leeraars
zich in couranten en op vergaderingen als een
vurig Calvinist voor doet. Waar de ouders
meest Protestant zijn, zal het in het belang der
school afgekeurd worden als een der leeraars
in het openbaar optreedt om voor het Katho
lieke geloof propaganda te maken. Zijn de ouders
vol vrees voor het toekennen van invloed op
het Staatsbestuur aan Jan en Alleman, dan
zullen zij met leedwezen zien dat een onderwij
zer of leeraar als kampioen voor algemeen stem
recht optreedt en zij, zoowel als de schoolopzieners
en inspecteurs, zullen dit in het nadeel van de
school achten.
Houdt men zich dus aan de uitgesproken
stelling, dan zullen onderwijzers en leeraars
in het openbaar slechts die meeningen mogen
verkondigen, die of op zich zelf van weinig
gewicht zgn, öf zoo zij gewichtige zaken betref
fen, niet aandruischen tegen de godsdienstige en
politieke gevoelens van de groote meerderheid
der ouders, van wie men kinderen op de school
verwacht.
Er zijn in
der wijzers
mannen en
UI T DE PERS.
ons land ruim 9000 openbare
en onderwijzeressen, hoofden
scholen en anderen, en ruim 1000 leeraars
leeraressen aan middelbare scholen. Ziedaar dus
een leger van tienduizend
vrouwen, wier taak het is aan de intellectueele
ontwikkeling van ons volk te arbeiden en die
hiervoor bekwaam geoordeeld zijn, maar wie in
het openbare leven den mond gesnoerd wordt,
zoodra zij het als hun plicht mochten willen
beschouwen iets te verkondigen, wat in sterke
mate strijdt tegen de tot nu toe meest gangbare
denkbeelden.
\Vij beoordeelen thans niet, zooals wij zeiden,
of dit goed is, maar herinneren aan het Hand.
en aan de leeraren die te Breda in denzelfden
geest spraken, dat dit het gevolg van hun stel
sel is.
En er is meer. Niet de ouders hebben direct
de macht om den onderwijzer voor zijn spreken
in het nadeel der school te tuchtigen, deze macht
berust bij de schoolautoriteiteude inspec
teurs enz. Naar het gevoelen van dezen heeft
de onderwijzer zich dus te richten. Als hij in
zijn vrijen tjd zich op publiek terrein beweegt
heeft hij, zoo hij zijn betrekking wenscht te
behouden, zijn superieuren naar de oogen te
zien. Ten slotte komt dit hierop neer dat hij
over belangrijke quaesties zwijgt als de Minister
van Binnenlandsche Zaken zgn spreken zou af
keuren.
Het is mogelijk dat ook dit door het Hand.
en door de meerderheid der te Breda vergader
de leeraars wordt goedgekeurd, maar wij wen-
schen er óp te wijzen welk een macht op deze
wijze aan de regeering wordt gegeven over de
j uiting van meeningen in het openbaar van
i tienduizend voor het meerendeei meerderjarige
Nederlanders.
i Wil men dit, het zij zoo. De moed van den
heer Frowein om zgn motie op de vergadering
lit jaar zal worden gehouden op Woensdag den
September o, Je.
Siieek, 28 Augustus 1885.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
JOHs. SCH1JFSMA, L. B.
J. W. BENNEWITZ, Secr.
alle die bedompte schoollocalen alwaar alleen de
I theorie gehuldigd wordt, en waarvan velen on-
zer, naar men mag hopen slechts tijdelijk, de
i welvaart van ons volk verwachten. Daar in
oost en west is nog overvloed van plaats voor
j allen, die werken kunnen en werken willen, en
daar kunnen onze millioenen nog vruchtbaarder
belegd worden dan in de hoogst opgevijzelde
spoorlijn van het verre westen. Stel dat slechts
een gedeelte der ruim tweehonderd millioenen,
welke een Atjeh-oorlog verslond, wijselijk ge
bruikt was om Java van spoorwegen en havens
en kanalen te voorzien, en aan de buitenbezit
tingen den altijd kostbaren stoot van ontwikke
ling te geven, en ge durft die andere millioenen
niet noemen welke daardoor aan de burgers van
Nederland ten goede zouden zijn gekomen door
de winsten van den arbeid hunner zonen.
Gelukkig begint de overtuiging ook bij ons
veld te winnen, dat koloniën meer nut geven
als bronnen van bestaan-ontwikkeling voor het
volk, dan als opbrengst aan de schatkist. Te
hopen is het dat, waar we millioenen hebben
besteed aan een oorlog welke onze regeering
niet weet te leiden, millioenen welke wij niet
beschikbaar hadden voor de verbetering der
middelen van gemeenschap in onze koloniën en
die wij nu toch hebben moeten geven, dat thans
ons doorzicht niet nogmaals zal falen. De schrij
ver besluit zijn opwekkende woorden aldus
De woorden vau den begaafden schrijver en
practischen handelsman verdienen ongetwijfeld
met aandacht te worden overwogen.
Het laatste nummer van het Schoolblad wijdt
eeu belangrijk artikel aan „de vrijheid van
spreken van den openbaren onderwijzer”. Wij
meenen dit artikel in zijn geheel te moeten
overnemen.
„Wie in staatsdienst treedt neemt hierdoor de
verplichting op zich van sommige hem bij de
grondwet toegekende rechten tijdelijk afstand
te doen, wanneer dit noodig is voor den bloei
van den tak van dienst waarbij hij geplaatst
wordt Wil hij, in dienst van den staat getre
den, toch van die rechten in hun vollen omvang
gebruik maken, dan kan hij niets anders doen
dan zijn betrekking neerleggen.”
Zoo ongeveer sprak onlangs een der leden
van de Vereeniging van Leeraren, een militair,
de kapitein Van Dam van Isselt, op de Alge-
meene Vergadering te Breda. De spreker stel
de daarbij de leeraars bij het M. O., in de be
perking waartoe zij in hun spreken en schrijven
verplicht zijn, met de militairen op één lijn.
Dit was niet alleen het gevoelen van bedoel
den spreker, maar van de meerderheid der ver
gadering, met name ook van al de leden van
het hoofdbestuur. Bovendien weten wij dat de
groote meerderheid der sehool-autoriteiten dit
gevoelen deelt. Eindelijk is or een liberaal
orgaan in de hoofdstad, het Handelsblad, dat
onlangs, in een hoofdartikel van 3 Sept,, het
zelfde verdedigde. Er wordt in dat artikel
grooten lof toegezwaaid aan de leden van het
hoofdbestuur de heeren Baale en Versluys als
ADI ElilENllÊN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents
voor eiken regel meer 7*/2 Cents. Bij abonnement is de prijs be«
langrijk lager. Voerwaarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
van leeraren ter spraak te brengen, heeft dan
althans dit voordeel gegeven, dat men weet waar
men aan toe is, zoo men in ons land zijn werk
kring bij het openbaar onderwijs zoekt. Voor
vele der tegenwoordige onderwijzers is het een
teleurstelling, want in geen wet, koninklijk be
sluit of verordening hadden zij bij hunne be
noeming gelezen, dat hun toetreding tot het
önderwijzerscörps deze beteekenis had. Doch
aan de nieuwelingen, die in dezen ambtenaren
stand treden, kan do teleurstelling bespaard
blijvon. Voor hen kunnen de ouders overwegen
of zij hunne zonen en dochters willen opleiden
tot een betrekking, waarvoor behalve kennis en
bekwaamheid en trouwe plichtsbetrachting, ook
gevorderd wordt dat men zijn heilige overtui
ging in zaken van het grootste belang het zwij
gen oplegge.
Intusschen, wij weten, dat, hoewel velen zich
uitten in de geest van de hier besproken stel
ling, toch ook velen en daaronder eenige sehool-
autoriteiten, van een ander gevoelen zijn. Wij
hopen dat zij zich zullen doen hoorendat ook
de pers verklare of zij met het Amsterdamsche
Handelsblad meegaat of niet. Opdat men ze
kerheid krijge over de vraag wat een openbaar
onderwijzer in het openbaar mag zeggen en
schrijven. Het aantal der personen die er be
lang bij hebben dit te wetpn is te groot dan dat
men de onzekerheid mag laten voortduren.
De „liberalistische” pers is toch een ware
zondebokEr kan geen kwaad bedreven zijn
of zij heeft het op haar geweten. Volgens de
Standaard komt op hare rekening niet meer of
minder dan het volgende
het werkgebrek in de groote steden
de opstootjes der socialisten
het geroep om grondwetsherziening;
de eisch van algemeen stemrecht
de weeldezucht van ons volk
het overdadig bouwen
de losbandigheid van ons werkvolk
de overbevolking in de groote steden in
’t bijzonder, en
9de overbevolking in ’t geheele
land in ’t algemeen. Dit laatste omdat de libe
ralistische pers meer speciaal den werkman hèeft
aangespoord om te trouwen.
Dat de invloed der „liberalistische” persgroot
is, wisten wjj welmaar zoo groot dat
zal wel niet alleen voor ons eene verrassing
wezen, zegt het Roti. Nbl.
SAEEK
FJC OUR A I T
i. ni n: vf r: s iut irroimssimt sibr.
I
■St
ll I J V LAV
IÖ
2
s
I
>r-
i ut
lo.
ar
>0,
ii-
ar
fl
0
1»
n
9
9
9
I i\
3e
)0,
„Ernstig zijn de lijden die wij economisch beleven. Overal
daling van prijzen, zonder dat de algemeenegoedkoopte uitlokt
tot nieuwe ondernemingen Europa wordt te klein voor zijn
toenemende bevolking. Maar de aarde is nog g oot genoeg om
aan millioenen een woning te verschaffen en voldoend onder
houd aan hem die werken wil. En daarom neemt het koloni
ale vraagstuk thans een geheel ander karakteraan. Het fiscale
Verdwijnt en het economische treedt op den voorgrond. Niet
de ontvanger van belastingen moet dien nieuwen toestand
leiden, maar de staatsman, hij die aan het eigen land vrede en
welvaart wil verzekeren en de kolonie geschikt weet te maken
om aan de in het moederland overtollige!! een ruim onderhoud
te verschaften, zoodat hun arbeid tevens aan de achtergebleve
nen een nieuw bestaan opent. Daarvoor is dus noodig eenheid
van belang, gegrond op eenheid van inzicht en onderlinge
aanhankelijkheid. Want verstoor die laatste, en ge hebt de
eerste vernietigd. Ontevredenheid toch over het moederland
in de kolonie, zal het moederland allereerst ten schade komen,
indien dat moederland dien imam dan zelfs nog lang behou
den kau 1 Want ook dat gevaar is grooler, naar mate het ge
voel van eigen kracht ginder en van onmacht hier, over en
weer sterker doordringt