ffl ID WfflIHUD TOOR DE
MIffl EMET IRROOISSfflfT SfflL
w
No, 39.
E E N-E N-V EERTIGSTE
1886.
EJi
Z AT KRD AG
15 31 JE£ I.
00.
1c
>-
i.
I
Deze COURANI verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS,
Abonnementsprijs voor 3 maanden f 1.franco per post f 1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco
in te zenden.
00,
50,
ilo.
d:
irt
a-
it)
in
o-
r-
ADVERIENHÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents
voor eiken regel meer 71/* Cents. Bij abonnement is de prijs be.
lang rijk lager. Vc or waarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
.2
10. J
ilo.
0
3o
00,
•oer
eur
00,
.00
A2
Uit goede bron verneemt de Berlijnsche
correspondent van de N. li. Ct., dat de Duit-
sche regeering, na de aanneming van het zalm-
tractaat door de Nederlandsche Kamers, niet
meer zooveel politiek ge wicht als vroeger hecht
aan het tractaat over den letterkundigen eigen
dom. Met het oog op den algemeenen en ster
ken tegenstand, dien dit tractaat in Nederland
ondervindt, en in de onderstelling, dat mis
schien later een internationale regeling van het
bedoelde onderwerp tusschen alle staten mogelijk
is, schijnt de regeering te Berlijn niet geneigd
te zijn, om ter wille van laatstbedoeld tractaat,
de thans bestaande voortreffelijke verhouding
tusschen Berlijn en Den Haag eenigszins in
gevaar te brengen.
De Staats- Courant meldt, dat de tegenwoor
dige zitting der Staten-Generaal zal worden ge
sloten in eene vereenigde vergadering der beide
Kamers, op Dinsdag 18 Mei aanstaande, des
namiddags ten 3 ure.
De Tweede Kamer der Staten-Generaal wordt
A
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
gemeente Sneek brengen onder de aandacht van
degenen, die, gedurende het jaar 1885 iets voor
de gemeente hebben verricht ot aan haar gele
verd, dat hunne pretentien, voor zoover ze niet
vóór of op 30 Juni e. k. zijn ingeleverd, moe
ten worden gehouden voor verjaard en vernietigd,
volgens art, 228 der gemeentewet, in verband
met de wet van 8 November 1815 (Staatsblad
no. 51).
Sneek den 14 Mei 1886.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
J. W. BENNEWITZ, Secretaris.
UIT DE PERS.
derdaad, ging men op het bewuste artikel af
dan zou men gelooven, dat het geheele stelsel
van R. een leugen, de installatie Amsterdam-
Haarlem een m ystificatie, de proefneming mis
leiding, de installatie van het Belgische net
een fictie was, en de telefoongemeenschap tus
schen Parijs en Rouaan, Parijs en Reims, Mün
chen en Augsburg, Weeneu en Brünn nimmer
tot stand was gebracht.”
De mededeelingen, door de Arnh. Crt no
pens het onvoldoende van het systeem-Rijssel-
berghe gedaan, worden thans ten stelligste
weersproken door den heer H. van Eek, directeur
van het rijkstelegraaf kantoor te Amsterdam.
Na de onjuistheid van de verschillende bewe
ringen te hebben aangetoond, besluit hij aldus
„Om te resumeeren zou men kunnen zeggen:
les gens quevous tuez se portent assezbien. Het
blijft echter treurig, dat zoo maar klakkeloos
en ondoordacht een zaak verdacht kan worden
gemaakt, nadat die reeds gebleken is goed te
zijn, en op een administratie een blaam kan
worden geworpen, terwijl zij lof verdient voor
haar pogingen het telegraafwezen in Nederland
En in-
A
KUIPERIJ.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sneek, brengen, ter voldoening aan art. 8 der
wet van 2 Juni 1875 {Staatsblad no. 95), ter
openbare kennis, dat zij vergunning hebben
verleend aan Jakob Terpsma, van beroep Kui
per alhier en zijne rechtverkrijgenden, tot op
richting eener Kuiperij in het gebouw kada
straal bekend gemeente Sneek, Sectie B no. 185,
gelegen in de Leeuwarder Pijpsteeg.
Sneek den 13 Mei 1886.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA.
De Secretaris,
J. W. BENNEWITZ.
I ontbonden met het tijdstip der sluiting in het
I vorige artikel bepaald.
De verkiezingen der leden van eene nieuwe
Tweede Kamer zullen plaats hebben op Dinsdag
den 22 Juni 1886; waar herstemming noodig
is, zal deze plaats hebben op Dinsdag den 6 I
Juli daaraanvolgende.
De eerste samenkomst der Kamers van de
Staten Generaal zal plaats hebben in vereenigde
vergadering op Woensdag den 14 Juli 1886.
les releveerde namelijk dat Lavertu, die in 1880
wegens diefstal tot tien jaar tuchthuisstraf werd
veroordeeld, kort daarop gratie kreeg. Die gratie
berustte op een vergissing. Een broeder van
den besch., die gelijk met dezen in het tucht
huis zat, werd ernstig ziek. De geneesheer gaf
hiervan een attest aan de bevoegde autoriteit
af, maar vermeldde per abuis daarin den gezon
den Lavertu (thans beschuldigde) in plaats van
den zieke. De Koning verleende gratie en
zoo kwam de man, over wien thans weder de
vierschaar gespannen werd, op vrije voeten. En
hoe hij die onverwachte genade heeft gebruikt,
blijkt uit het feit dat hij weder bedreven heeft.
Tegen Lavertu is nu 15 en tegen Bot 12 jaar
tuchthuisstraf gerequireerd.
Terwijl mevr, de wed. J. te Middelburg bezig
was het petroleumkomtoor aan te steken, vloog
dit in brand. Om de vlam te blusschen begaf
zij zich met het brandend voorwerp naar den
tuin, doch de vlammen deelden zich aan haar
kleeren mee en zij bekwam ernstige brand
wonden. Een buurman, die haar treurigen toe
stand ontdekte, kwam haar ijlings te hulp en
wist zooveel mogelijk het vuur te dooven.
Te Breda is de korporaal Hermanns Boshoven,
terwijl hij de wacht had bij den grooten soep
ketel, in slaap gevallen en in de kokende soep
geploft. Hij werd zoodanig met brandwonden
overdekt, dat hij onmiddelljjk naar het hospitaal
moest worden vervoerd, waar de ongelukkige
spoedig den geest gaf.
Met het zoeken naar kievitseieren in de maand
April is op Texel een flink daggeld verdiend.
Sommige der bekwaamste zoekers verdienden
met dat werk f 80 a f 90. De kievitseieren, in
dit jaar van genoemd eiland verzonden, beloopen
van 15,000 tot 20,000 stuks. Naar matige be
rekening werd daarvoor ruim f 2000 ontvangen.
Aangaande de restauratie van het stadhuis te
Woerden meldt men aan het R. Nbl., dat de
gevoelens over do groote historische kunstwaar
de van dit gebouw zeer uiteenloopen, alsook dat
men met den architect van rijkswege, den heer
Cuypers, lang niet op één stoel zit. Opmerke-
Irn 'si ^wiil de heer Busken Huet in
op het stadhuis te Woerden, de heer Cuypers
niet eens schijnt geweten te hebben, dat dit
stadje zulk een prachtgebouw bezat. Dit is voor
het oogenblik zeker, dat Woerdens vroede raad
zich alleen met den Minister van Binnenl. Za
ken wil in contact stellen, „den heer Cuypers”
zooals een raadslid zich uitdrukte „niet meer
wenscht na te loopen”, en in allen gevalle hoopt
te zorgen, dat er geen enorme uitgaven zullen
gedaan worden, daar men zich aan Heusden
denkt te spiegelen, dat bij de restauratie, in
plaats van */4 ton, f 55.000 zou moeten bijpassen.
Onder de vraagpunten voor het 39e landhuis-
houdkundig congres, te Leeuwarden te houden,
komen de volgende voor
Uit de ontwikkeling van den handel in kunst
meststoffen, vooral in de noordelijke provinciën
van Nederland, blijkt het groote voordeel, dat
ook hier te lande bij doelmatige toepassing door
kunstbemesting te verkrijgen is. In andere
streken van het land bleet onder zeer over
eenkomstige omstandigheden die toepassing nog
bijna geheel achterwege, ofschoon er niet aan
te twijfelen valt, dat ook daar door dezelfde
middelen even groote voordeelen te bereiken
zouden zijn. De vraag rijstdoor welke mid
delen kan in die streken de toepassing van
kunstmeststoffen worden aangemoedigd. Inlei
der prof. Mayer te Wageningeu.
Verdient voor de veehouding het stelsel-
Goffart (inkuilen van groen voeder) aanbeveling,
of zou aan andere stelsels de voorkeur gegeven
moeten worden? Inleider de heer G, Reijnders
te Wageningeu.
Welke soorten van groenten verdienen tegen
woordig voor de cultuur in het groot aanbeve
ling, vooral met bestemming voor Londen of
andere groote buitenlandsche markten
Is de bijenteelt voor den landbouwenden
stand in Nederland van zoodanig belang, dat
daarop door de landbouwmaatschappijen meer
de aandacht moet worden gevestigd, dan tot nu
toe het geval is Inleider de heer mr. A. Ferf
te Franeker.
Is de oprichting eener vennootschap voor
internationalen handel in fokvee, voornamelijk
tot uitvoer naar Noord-Amerika en andere lan
den waar Nederlandsch vee gevraagd wordt,
wensehelijk in het belang der Nederlandsche
veefokkers Inleider de heer H. M. Hartog
fiev e/dt* ouw.Ao ziivii uiuuxviuoiiuo bxgul
wegen niet meer partij getrokken kunnen wor
den voorden landbouw dan tot heden geschiedt?
En zoo ja, hoe
Zou het ook wensehelijk zijn, dat in de wet
van 25 Mei 1880 tot bescherming van dieren,
nuttig voor landbouw en houtteelt, of in het
koninklijk besluit, regelende de uitvoering dezer
wet, veranderingen worden gemaakt En zoo
ja, welke? Inleider de heer dr. J. Ritsema
Bos te Wageningeu.
Zou het, bij den sterk verminderden koop-
en huurprijs der landerijen, niet wensehelijk
zijn om veel afgelegen en niet bijzonder vrucht
baar bouwland in boschgrond te veranderen
Zoo ja, welke houtsoorten bieden dan de meeste
kans op voordeel Wat is er te doen, om de
blijkbaar in ons land weinig ontwikkelde kennis
van houtcultuur onder den landbouwersstand te
doen toenemen?
Hoe staat het met de op het vorig landbouw-
congres besproken veraudering in de wijze,
waarop de voordrachten der omgaande land-
bouwleeraars gehouden worden. Is daarvan reeds
iets in den afgeloopen winter merkbaar ge
weest
Is het streven der vereeniging tot bestrijding
van knoeierijen in den boterhandel in het belang
van den Nederlandschen landbouw? Zoo ja!
Wat kan het congres doen om die vereeniging
Onder het opschrift: „Deputatenvergadering”
lezen wij in de Standaard
Veel zal van den 13eu Mei afhangen.
Immers triomfeert dien dag te Utrecht de in
nerlijke overtuiging, dat in den grooten strijd
tegen de God-onteerende theorieën van het Li
beralisme alle liefhebbers van het Woord des
Ileereu één breeden, ondoordringbaren phalanx
behooren te vormen, dan wacht ons op 8 Juni
een schoone uitkomst.
Dusver, én in 1879 én in 1881 én in 1883
■én in October 1884 behield steeds die schoone
overtuiging de overhand, en rusteloos wies daar
door de stroom van anti revolutionairen invloed.
Zelfs wat vroeger nimmer mogelijk scheen, is
thans reeds een oogenblik gebeurlyk geweest:
het overgaan van de regeermacht op een man
uit onze gelederen.
Dat we zoover kwamen, dankten we aan de
heilige drijving des Heeren, en dies aan ons
onwrikbaar vasthouden aan den van zelf geboden
stelregel: „Op kerkelijk terrein iedere opinie
vrij gelaten, maar bij de stembus als politieke
mannen één”.
Wel zag men nu en dan, dat de natuur som
migen te machtig werd. Bij een koele bries
hielden ze zich nog kalm, maar als het storm
tuig opging, dan kropen ze angstig in hun hut
of sprongen gekleed in de sloepen.
Maar ons bevaren volk deed aan die Neptunus-
kunsten niet mee.
Bedaard en gelaten bleef het zijn koers ver
volgen.
En als we dien koers ook nu maar houden,
komen we in Juni ver.
Tusschen de gemeenten Helmond en Zome
ren is, naar de ’s Hert. Crt. meldt, een eigen
aardig geschil gerezen. Op 23 Febr. verliet een
meerderjarige boerenknecht zijn dienst te Hel
mond, na zich alvorens bij een ander inwoner
dier gemeente te hebben verhuurd om 1 Maait
in dienst te treden. Hij ging in den tijd tus
schen 23 Febr. en 1 Maart .bij zijn vader te
Zomeren inwonen (zonder echter ten raadhuize
van Helmond zijne verandering van woonplaats
aan te geven) en werd aldaar krankzinnig. De
vraag is nu gerezenwie van beide gemeenten
moet de verplegingskosten dragen? een vraag,
die afhankelijk is van de vraag waar had de
bedoelde persoon zijn wettelijke woonplaats
tijdens hij krankzinnig werd Zomeren zegt
te Helmond Helmond daarentegen zegtte
Zomeren. Aanvankelijk schijnen Gedeputeerde
Staten Zomeren in het gelijk te stellen. Hel
mond blijft echter zijn eenmaal ingenomen stand
punt handhaven, zoodat weldra de Raad van
State over het geschil zal hebben te oordeelen.
Bij de behandeling van de strafzaak tegen
Willem Lavertu en Jan Thomas Bot te Am
sterdam, beschuldigd van diefstal van horloges
bij den horlogemaker Verheijden te Amsterdam, u»«x Fv&.xxÖOU. xxOu vcxvöx«ax„c<.eu x.4 x.-
is een opmerkenswaardig feit genoemd. Mr, Jol* I op de hoogte van den tijd te houden.
Eenigen tijd geleden verscheen bij den heer
Gosler te Haarlem een gedicht getiteld „Julia,
een verhaal van Sicilië,” door Guido. Het
boekje zag er keurig uit. In verschillende
tijdschriften en bladen werd het besproken of
vermeld.
Dit boekje was een fopperij. De hh. Kloos
en Verwey hadden het met de bereidvaardige
hulp van eenige vrienden samengesteld en den
heer Gosler beetgenomen. Met den heer Gosler
zijn er echter ook anderen ingeloopen, want het
gedicht is o. a. door Fiore della Neve, Hulda,
Smit Kleine en Cosman besproken en meer of
min gunstig beoordeeld, Thans hebben de hh.
Kloos en Verwey in een brochure, den titel
voerende „de onbevoegdheid der Hollandsche
literaire critiek,” de verschillende beoordeelaars
a faire genomen en zich vroolijk gemaakt met
de gunstige beschouwing aan hun „letterkundig
product” gewijd. Vooral de heer Smit Kleine,
die er uitvoerig over schreef, hoeft het hard te
vorantwooi’dcn.
I
f
'I
rm
I
H 1 ft K M Li A .V I*.
I
6
'2
110
id
l
ia
ën
2
in
20
’s
-f
ZiM II yy Li ft Dd VftXx lA21x2 J 2} 11'