1.
BEffif Bl HET IMIWSffl Sil
BIB Bl ADBMMTK-fU* W M
J TO
81
1
w
1886.
No It.
E E N-E N-V EERTIG8TE
J
W
1
Paardenmarkt te Sneek.
II
0 i
,3e
,50,
roei
Najaais-l’aardenniarkt
Afgifte der Patenten.
T
fl I
J
i m jk x® T e 3i be ii-
ci.
,50.
<ilo
,00.
is I v k a' i, .1 x a».
de lieer Helling niet met de heilige
f
waarde.
Den 15 September zal het gerechtshof te
instructie, schrijft het blad nader
JDVEBTENTEÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents
voor eiken regel meer 7’/a Cents. Bij abonnement is de prijs be"
langrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bij den
Uitgever.
in;
3.
?afl
pan
net
Door de schelpenzuigers „Do Tijd” en „Fries
land” zijn Dinsdag van het wrak der „Lutine”
rd
ha-
en
len
nd.
het
De
eut
,00,
-.00
Ir
•en
12-
I)
20,
s»
1
Te Huiden hebben Zondag- en Maandagavond,
naar aan ’t A7. v. d. D. wordt gemeld, eenige
ongeregeldheden plaats gehad. Een vijftigtal
werklieden aan de in aanbouw zijnde buskruit-
fabriek gedroegen zich vijandig tegen drie Duit-
sche arbeiders, die aan hetzelfde werk zijn. Door
de hulp der ingezetenen werden Zondag de drie
Duitschers ontzet, doch Maandag begon het op
nieuw, zoodat infanterie uit Naarden ontboden
werd. Vóórdat deze echter was aangekomen,
waren de belhamels reeds verdwenen en was de
rust zoo goed als hersteld. Een der bedreigde
Duitschers was intusschen, nadat men hem uit
zijn woning gesleept had, in allerijl met den
tram naar Amsterdam gevlucht.
De oorzaak van den wrok schijnt hierin te
bestaan, dnt de Duitsche werklieden meer ver
dienen dan de andere.
,50.
.,00
:ilo,
Aan een bakker en een herbergier op de
Lindengracht te Amsterdam is schadevergoeding
uitbetaald voor het beschadigen hunner wonin
gen, bij de ongeregeldheden in Juli jl.
gemeente Sneek maken bekend
dit jaar invalt op Woensdag den 15den Septem
ber e. k., en dat overeenkomstig art. 2 der ver
ordening op de heffing van marktgeldvan
elk paard of veulen dat wordt aangevoerd, tien
cent marktgeld verschuldigd is.
Sneek den 3 September 1885.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA.
De Secretaris
J. W. BENNEWITZ.
Verschillende bladen hebben nog beschouwin
gen gewijd aan hetgeen men de Eraneker school-
■guaestie geliefde te noemen. De Tijd en de
Maasbode en ’t Vent, Weekbl. waren uiterst
verontwaardigd ovei ’s ministers beschikking en
verheugden zich er alleen in zooverre mede, wijl
daardoor h. i. op de duidelijkste wijze bleek dat
neutraal onderwijs een onding is.
De Tijd is van oordeel dat de ministerieele
beschik king een vrijbrief verstrekt voor elke
Beutraliteitsschennis. Zij wijst op de laatste
overweging
«Overwegende, dat bovendien de kinderen,
«die omtrent deze zaak meermalen zijn onder-
il
ug.
Vis
as
i
Naar men verzekert bestaat het voornemen
tegen het aanvangen van den winterdienst op
de spoorwegen, in het belang van een veilige
overvaart der rijksveerstoombooteu tusschen den
Noordhollandschen en Frieschen spoorweg, een
kust- of havenlicht op te richten te Stavoren,
tot vrijloopen van het Vrouwenzand, op den
leidam van het Krabbersgat, tot verkenning van
den ingang, en op den dam van de spoorweg-
haven te Enkhuizen ter aanduiding van den
havenmond.
Naar de Avondpost met zekerheid verneemt
zal de plechtige onthulling van het standbeeld
van Hugo De Groot niet plaats hebben op den
17 September a.s., maar 22 of wol 24 September.
Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.franco per post ƒ1.25.
Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco
in te zenden.
Een ontzettende brand heeft Woensdag te
Scheveningen gewoed in het voor 2 jaar gebouw
de groote Kurhaus, ’t welk door de vlammen
vernietigd werd.
De brand is ontstaan op een der logeerkamers,
no. 88, op de eerste verdieping, boven den hoofd
ingang van het hotel aan de landzijde, waar
schijnlijk door het omvallen van een spiritus-
lamp. De dienstbode in ’t vertrek aanwezig,
liep verschrikt weg, in plaats van terstond alle
pogingen tot blusschen aan te wenden en de
heer die de kamer bewoonde, bevond zich toe
vallig in een aangrenzende slaapkamer. In on
gelooflijk korten tijd breidde de vlam zich uit,
daar de kamer, waar de brand ontstond, naast
de lift gelegen was en door die lift de vlammen
onmiddellijk naar alle verdiepingen werden over
gebracht.
Aldra had de brand zulk een aanzien, dat
aan blusschen met de middelen van het hotel
niet te denken viel, en het personeel slechts
op het waarschuwen van de logeergasten en
redden van eenige bagage bedacht moest zijn,
een taak waarvan, volgens getuigenis van ver
scheidene logés, men zich over het algemeen
goed kweet.
Ondertusschen woekerden de vlammen steeds
voort De vuurzee, die de koepel te aanschou
wen gaf, werd een oogenblik en ook maar
een orgenblik, bedwongen, toen het hooge ge
vaarte met donderend geraas inviel, even een
half uur na het ontstaan van den brand.
De hoop dat de noorder vleugel gespaard zou
kunnen blijven, werd weldra teleurgesteld, want
kamer voor kamer zag men een prooi der vlam
men worden. Op een dergelijk ongeluk scheen
men niet bedacht te zijn, althans de politie kon
slechts eenige slangen op de waterleiding aan
brengen, een bluschmiddel dat, hoe Hink de
agenten en de in de nabijheid zijnde soldaten
zich ook weerden, niets kon uitwerken. Een
stoomspuit, die wellicht iets had kunnen doen,
ontbrak, en eerst laat verscheen de stoomspuit
uit Den Haag op het terrein. Een paar offi
cieren van de artillerie belastten zich met de
leiding van dit bluschmiddel en aan hun zorgen
was het te danken dat ruim anderhalf uur na
het uitbreken van den brand de stoomspuit met
ten minste éen slang kon werken
Die klacht over het geheel ontoereikende van
de waterleiding, wordt door allen, die den brand
bij woonden, geconstateerd. De brandweer stond
letterlijk machteloos tegenover de geringe druk
king van de waterleiding waarmede men uren
lang te kampen had, schrijft o. a. het Dagblad,
en elke minuut won het vuur veld en lekte de
muren, vernielende het kostbare gebouw, dat
met zooveel kunstvlijt was opgetrokken. Zelfs
het water van de zee ontfermde zich niet over
het pronkjuweel der badplaats, want de men-
schenhand was machteloos om het in den vuur
gloed uit te storten. De stoomspuit werd naar
hel strand getrokken, en met alle inspanning
togen de mannen van de brandweer aan het
werk om de slangen in zee te leggen. De in
spanning was nutteloos. De stoomspuit was
onmachtig het zeewater tot zich te trekken. Zoo
sukkelde men door met druppels water, waar
1 stroomen noodig waren.
ren, en toen de bewuste handelingen met ou- was een glimlach te wekken dan als grond te
1 voor een krachtige overtuiging, en wij
i ons tot de overweging van den mi-
dat de opgaven van zóó jeugdige kin
deren ten aanzien van de preciese feiten en
„van de waardeering en strekking daarvan en
„düs ten aanzien van de schuld des onderwijzers
„geen bewijs opleveren”, om daaruit de con
clusie te trekken.”
Op deze nadere verklaring antwoordt de Amst.
eenvoudig door nogmaals te wijzen op het on
derling verband van ’s ministers beschikkingen
Als men de laatste in verband brengt met de
vorigen, behelst zij niets absurds.
Bij de opmerkingen van de Amst. wenscht de
Zw C. ook daar zij ook in deze „quaestie” ge
mengd is nog een enkel woord te voegen en
wel naar aanleiding van ’t geen de Tijd schreef
over de „vrij zonderlinge en zeker onvolledige in
structie.” ’t Is mogelijk, zegt zij, dat de wijze van
instructie, hier gevoerd, te wenschen overliet, hoe
wel de Tijd verzuimt aan te geven waarin men
te kort schoot, maar wat dunkt het blad van
de handelwijze van den heer van Asveld, die
den 3 of 4 Juni door een lid zijner gemeente
kennis kreeg van het gebeurde en reeds den
5 Juni zie ’s ministers beschikking een
klacht inzond? Acht het éen dag voldoende
voor het onderzoek van zulk een ernstige be
schuldiging, een beschuldiging die over de toe
komst van een onderwijzer kon beslissen, en
waar het een feit gold acht maanden vroeger
voorgevallen tegenover jeugdige kinderen
KENNISGEVING.
Aan de belanghebbende ingezetenen wordt
bekend gemaakt, dat van af den (1 tot en met
den 11 September e. k., des voormiddags van
9 tot des namiddags 1 uur, ter Secretarie der
gemeente zal worden gevaceerd tot de afgifte
der Patenten over 1886.87, tegen overgave van
het door den Ontvanger afgegeven regu en bo
vendien, voor zooveel de drankverk oopers be
treft, tegen vertoon der quitantie van betaalde
belastingenzullende na dien tijd de onafge
haalde patenten door den Deurwaarder der be
lastingen, tegen betaling van tien cent, aan de
huizen der belanghebbenden worden bezorgd.
Sneek den 3 September 1886.
Burgemeester en Wethouders der gemeen
te Sneek,
ALMA, Burgemeester.
J. W. BENNEWITZ, Secretaris-
i „wels zouden zijn gebeurd slechts 9 jaren, en I dienen
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der „dat de opgaven van zoo jeugdige kinderen ten bepaalden
meente Sneek maken bekend dat de „aanzien van de preciese feiten en van de nister„d
„waardeering .van de strekking daarvan, en dus „deren tei
„ten aanzien van de schuld des onderwijzers,
„geen bewijs opleveren.”
Als de onderwijzer dus zorgt dat geen vol
wassenen tegenwoordig zijn bij de neutraliteits-
schennis, is er, zegt het blad, geen gevaar voor
hem. Niet slechts waar het waardeering en
strekking, niet slechts waar het de bedoeling
van ivoorden aangaat, maar ook ten aanzien van
bepaalde feiten wordt de verklaring der kinde
ren eenvoudig ter zijde gesteld en geheel waar
deloos verklaard. Wat in de zaak-Poppink nog
slechts in bedekte termen werd verkondigd,
wordt thans openlijk door de regeering uitge
sproken.
Ieder openbaar onderwijzer, die het grofste
materialisme op de school wil aanprijzen en den
godsdienst van zijn scholieren en hun ouders
op de laaghartigste wijze wil hoonen, kan, meent
de Tijd, na de ministerieele beschikking veilig
zijn gang gaan. Het getuigenis der kinderen
immers is door den minister volkomen waarde
loos genoemd, en andere getuigen zijn binnen
de schoolmuren niet te duchten.
De Amst. die ecu tweetal artikelen heeft ge
wijd aan de klachten van dé Tijd en de an
dere katholieke bladen, kan allerminst toegeven,
dat hier met recht wordt geklaagd. Het blad
brengt onder de aandacht van de 'lijd, dat de
beschikking des ministers door haar verkeerd
wordt voorgesteld. De minister heeft niet ge
zegd, dat de verklaring der kinderen waarde
loos was. Ware zulks het geval, een onderzoek
zou overbodig zijn geweest Neen, de verkla
ringen der kinderen waren niet eenstemmig en
uit de verklaringen kan niet worden afgeleid,
dat het uitdeelen van stukjes ouwel aanstoot
heeft kunnen geven. Hadden de kinderen
eenstemmig getuigd, dus wil de minister zeggen,
men had schuld bij den heer Helling mogen
aannemen nu zij echter elkaar weerspraken en
bij die weerspraak het getuigenis van enkele
kinderen, die van 9 tot 10 j tren oud waren,
den doorslag zou moeten geven, sprak men vrij
bij gebrek van bewijs, d. i. bjj gebrek van een
onwrikbare overtuiging.
„Welk ernstig man zou anders handelen?
vraagt het blad. Of’ is het zulk een kleinigheid
den goeden naam en mitsdien ook de toekomst
van een onderwijzer te vernietigen mag men
daarbij lichtvaardig te werk gaan Dat kin
deren van tien of elf jaar, als hun getuigenis
niet eenstemmig is, geen onbepaald geloof ver
dienen, spreekt toch van zelf en waarom zou
men nu, bij het ontbreken der eenstemmigheid,
wel een onbeperkt vertrouwen moeten stellen
in de woorden van de kleine burgers als zij
tegen meester getuigen, maar hun alle oordeel
ontzeggen, zoodra zij iets verklaren wat den
onderwijzer van schuld ontlast Het heeft er,
als men het oordeel van de genoemde bladen
hoort, waarlijk iets van, alsof zij, in plaats van
ne COMMISSARIS van POLITIE te Sneek
x. IJ brengt bij deze ter kennis der betrokke
nen
1°. dat volgens art. 437 van het Wetboek
van strafrecht de goud- en zilversmid, kashou
der, horlogemaker, uitdrager en winkelhoudend
opkooper of tagrijn verplicht is een doorloopend
register te houden van alle door hem gekochte
goederen
2°. dat volgens art. 438 hij die er zijn be
roep van maakt aan personen nachtverblijf te
verschaffen een doorloopend register moet hou
den van de personen die een nacht in zijn huis
doorbrengen.
Omtrent de inrichting dezer registers zullen
op aanvraag de noodige inlichtingen gegeven
worden
3°. dat volgens art 458 het verboden is: niet
uitvliegend pluimgedierte (o. a kippen) te laten
loopen in eens anders tuinen of op eenigen
grond die bezaaid bepoot of beplant is.
UIT DE PERS
er over te jubelen, dat er een misdadiger min-
der op deze booze wereld wandelt, het betreu- I
reu, nu de heer Holliug niet met de heilige j br"cht n goudstukken, 1 geldstuk (twij-
hostie heeft gespot! j - - - - J
De lijd is door deze opmerkingen niet over- j
tuigd gedwaald te hebben en meent dat zjj in I k no eenige V0Q en miadere
de waardeering van liet besluit des ministers a r
van een gematigdheid heeft blijk gegeven, die I
heel iets anders dan dezen aanval had verdiend, i
„Wij onthielden ons zelfs van het apprecieeren j
der o. i. vrij zonderlinge en zeker onvolledige j Amsterdam de zaak behandelen contra Geel, be-
instructie, schrijft het blad nader wij zwegen I schuldigd van poging tot moord op den heer Stork,
«vraagd, toen dit plaats had, 1Ü jaren oud wa- I over meuigen considerans, die meer geschikt j
felachtige waarde), 363 heele Spaanscae matten,
9 kleine dito, 5 koperen stukken, een gouden
de waardeering van het besluit des ministers
J
r
mkm
cs“«
w
-Ö'
>12
(2
23
(9
jor
127
jor
>48
lor
14
oor
119
oor
137
)51
oor
fa
k
2W
•2 Sb
260
31
31»
k -
1
i
I
‘lis
1
i
i
9
16
l
I
I „ten, eu i»ucu uc ucmusw uö.uuciiug,eu iuou