IH1UBN I L I Export Varkensslachterij te Assen. Een millioen Pond. GENOOTSCHAP TER BEVORDERING VAN DEN LANDBOUW IN DRENTE. [ijl Jk rees verbi lak aarb efopti J te u mi »Hc t he gein 3 i: I T K S b .4 M>. p 003 oin waar ran 1 landt tot d 11am wel i swaa ion Sp gcvrn Zaak (a ;clioi looli [0 k( deriu en w Persei He iet d J'.liU leze niddi furke villst; >ene lie eliee reikt rordt oeleg luef'ti older ing lestat lacht Aa 'an d nlich lieroi tige liet t er g. De loudt were e be Tot pgek tssen throe De an utlee aar Li» g Dat ingel p de J sla an d ind i a En todm iet b ewoo ste. Mei at dr r»Ai, [Jtlen loetei Alli snoet i het aar VERSLAG van het verhandelde in den Raad der gemeente SN-EEK den 22 October 1887. Voorzitter de Burgemeester. Afwezig de heer 11. Pyttersen Tz. Secretaris J. W. Bennewitz. 1. De notulen der vurige vergadering worden gelezen en goedgekeurd. 2. Wordt medegedeeld dat Jan Steensma den hem afgestanen grond op de gestelde voorwaarden niet aanueemt; dat Ged. Staten hebben goedgekeurd het besluit tot tijdelijke afstand van grond aan J. v. d. Horst; dat tot alstand van bouwterrein aan J. Banker Sz. en het besluit tot ruiling van grond op de ascmoelt niet net rijk een schrijven van directeuren van het werkhuis, dat zij over de jaren 1855—^6 en 1886—geen wuctelijke rescuing ca ver antwoording kunnen overleggen; het proces-verbaal van opneming der gemeentekas. 3. Nadat een voorstel van net lid Eeauema, om lieden niet tot de benoeming over te gaan, met Lu tegen 4 stemmen is verworpen, wordt met algemeune stemmen tot ouderwyzcres aan school no. 1 (vacature Driessen) benoemd mej. 3. C. Pen- nink te Groningen. 4. Wordt besloten: ingevolge gedaan verzoek, de bank von leening over 1888 weder voor fóü onderhands te verpachten aan J. en E. Sanders. 5. Aan W. E. v. d. Werf, congierge der H. B. School, wordt eene verhooging van jaarwedde ad 1'20 toegekend. 6. Wordt goedgekeurd de begrooting der dd. schutterij voor 1888, met eene subsidie van fl8al uit de gemeentekas. 7. Wordt behandeld de gemeentebegrooting voor het jaar 1888. Wegens het ver gevorderd uur werd de vergadering verdaagd, tot afdoening der begrooting. berichten.” „Gy raadt juist en verkeerd, kind,” antwoordde hij, zich tot kalmte dwingende. „Laat mij dus beginnen met mijne goede berichten. Ik heb met den advocaat Oarringshliff gebroken.” „Ah,” antwoordde de jonge dame, terwijl een zucht van verruiming haar boezem ontsnapte, „dat is inderdaad een nieuwtje van onschatbare waarde Dat weegt duizendvoudig op tegen al het kwade dat gij brengen kunt, mylord.” „Gij zult zoo dadelijk erkennen, dat eerwaarde vriend er de man niet naar is, van den keten, Gy begrijpt, dat, waren gekomen gedrukte brieven van Wilson toonen, in welko hij het een of ander verzoek beantwoordt met de beloite, om voor de zaak van den requestnmt de noodige stappen te doen, en tevens de be trokken personen uitnoodigt om zich te abon- neeren op zijn te Tours verschijnend blad La Petite trance of daarvoor nieuwe inteekenaars te werven. Voorts zegt men, dat de hoer Wilson voor al zijne brieven den stempel van zijn schoonvader gebruikt om zich daardoor op onrechtmatige wijze vrijdom van briefport ver zekeren. Men kan bezwaarlijk aannemen, dat dit alles geschiedt met het doel om de versprei ding van een klein en goedkoop provincieblaadje te bevorderen. Voor eenigen tijd heeft de heer Wilson zich een prachtig hotel laten bouwen, en zoodra het voltooid was, kregen vijf zijner leveranciers het legioen van eer, en de man, die den tuin had aangelegd, de orde van Le Mérite Agricole. Daniel Wilson is de zoon van een Engelschman, die in Frankrijk de eerste maatschappijen voor gasverlichting oprichtte, en daarmede millioenen verdiende. In zijne jonge jaren, (hij is in 1840 geboren) leidde hij een ongebonden en verkwistend leven, waardoor zijn fortuin en zijne gezondheid gelijkelijk leden. Hij werd onder curateele gesteld, en zijne voogd zorgde er voor, dat zoowel in den financieelen als in den lichamelijken toestand van den viveur de noodige beterschap kwam. Toen hij weder zijn eigen heer en meester was geworden, hield hy zich ijverig met de politiek bezig. In 1869 werd hij lid van het Wetgevend Lichaam, en in 1871 van de Nationale Vergadering, in welke hij zich, evenals Grévy wiens eenige dochter Alice hij in 1881 huwde bij het linker centrum aansloot. Herhaaldelijk was hij lid van de begrootings-commissie; in het Kabinet-Ferry werd by in December 1879 benoemd tot onder secretaris van financiën, doch Gambetta hand haafde hem niet in die betrekking. Wilson wreekte zich hierover door Gambetta’s invloed bij den heer Grévy en in de Kamer op alle mogelijke wijzen te bestrijdenzijn optreden als president der budget-commissie stelde hem daar toe in de gelegenheid. Aan talent en handigheid ontbreekt het den schoonzoon van den president zeker niet, maar het schijnt, dat hij zijn eigen belangen wat al te veel behartigt. Reeds voor twee jaren heeft de openbare meening zijn ver wijdering uit het Elysée geëischt. Paul de Cassagnac bedankt in V Autorité voor de vriendschappelijke uitnoodiging om den 25sten dezer te Tours de kiesvergadering bij te wonen, waar Wilson te zijner verdediging spreken zal. De Cassagnac verklaart evenwel dat hy het betreuren zou, indien Wilson do Kamer verliet (de vergadering te Tours zal namely k beslissen, of Wilson nog waardig is de republi keinen in het departement Indre-et-Loire te vertegenwoordigen). Wij hebben geen reden om te wenschen, zegt hij, dat het schandaal ophoude, dat er een einde kome aan de schande, die op de republiek, haren president en op de republikeinen rust. Ook moet Wilson in het Elysée blijven: Grévy moet als zijn compagnon doorgaan, en den republikeinschen kiezers in Indre-et-Loire moet het schaamrood op de kaken vliegen, ais zij er aan worden herinnerd door welk een roover zij vertegenwoordigd worden. Zulk een schandvlek voor de republikeinsche regeering is voor ons onschatbaar. Wjj hebben eene zoo afschrikwekkende figuur in de Kamer noodig, om met den vinger of' den voet er op te wijzen, als een republikein het waagt het Toen het gerucht, dat in de hoofdstad onzer provincie door eene Duitsche firma eene groote export-varkensslachterij zou opgericht worden, voor de Laatste Stuiverbrug J. Otten f5643, F. J. Schaafsma f 4986, G. Hazelhof f 4994, J. de Graaf f6330, L. de Waard f6494, F. te Herder f 5995 en voor de Dillebrug J. Otten f4301, A. T. Joustra f3937, F. J. Schaafsma f4850, G. Ha zelhof f 4444, J. de Graaf f4630, F. te Herder f5216 en W. E. Penning te Kampen f4260. f Van de 13 leerlingen der rijks-normaalschool alhier, die zich onderwierpen aan het in deze maand gehouden onderwijzers-examen, slaagden er elf. Onze voormalige stadgenoot de heer E. C. Grefe heeft met gunstig gevolg examen afgelegd voor den rang van 2e Luitenant der infanterie. minste smetje der conservatieven aan het licht te brengen. Daar, in de Kamer, aan zijn zetel genageld als aan den schandpaal, zal hij ons ter verontschuldiging, tot eene fontenel zijn, en tot rechtvaardiging van al wat wij ook mochten gedaan hebbenAls Wilson niet be stond, moest hij uitgevonden worden. De Duitsche bladen bevatten uitvoerige mededeelingen omtrent de installatie van msgr. Kopp als vorst-bisschop van Breslau, die Don derdag met veel plechtigheid plaats had. Zelden heeft een prelaat in het staatkundig leven zulk een gewichtige rol gespeeld als deze kerkvorst. Hij was het, die in het Pruisische Heerenhuis als bemiddelaar tusschen den Paus en de Prui sische regeering optrad en zich met zooveel tact van zijn moeilijke taak kweet, dat de strijd werd bijgelegd en beide partyen zich verheugden over de door hen verkregen resultaten. Op betrekkelijk jeugdigen leeftijd staat hij nu aan het hoofd van het grootste en rijkste der Pruisische bisdommen, waartoe Paus Leo XIII zelf, in overleg met de hooge regeering, hem benoemde. Dit bisdom ligt zoowel in Prui sen als in Oostenrijk, terwijl in een groot ge deelte er van uitsluitend Poolsch gesproken wordt. Reeds sedert tal van jaren wordt er naar gestreefd om de grenzen van dit bisdom zoodanig te wijzigen, dat het Pruisische van het Oostenrijkse he gedeelte gescheiden werd, doch redenen van financieelen aard hebben de daartoe aangewende pogingen tot nog toe steeds verijdeld. liet bericht dat vorst Ferdinand van Bul garije naar het buitenland zou vertrokken zijn, wordt bepaald tegengesproken. Uit Rustschuk wordt echter gemeld dat de vorst daar ter stede verwacht wordt en de toebereidselen, die men voor zijn ontvangst maakt, vermoeden doen dat hij daar geruimen tijd blijven zal. Volgens den te Weenen gevestigden corres pondent der Köln. Ztg. vertrouwt men daar ter stede de houding der Bulgaarsche uitgewe kenen niet al te best en meent men dat de intrekking der geldelyka ondersteuning, die zij tot nog toe van Rusland genoten, wel eens alleen een voorwensel zijn kon om naar Bulgarije terug te keeren, om aldaar op de plaats zelf nieuwe complotten te smeden. De aanhangers van den metropolitaan Clement spreken het bericht van een audiëntie, die hij bij den vorst had, tegen. Het schijnt dat hij wel zulk een welgemeende of voorgewende poging tot toenadering heeft willen wagen, maar dat daaraan tot nog toe geen uitvoering gegeven is. De Sivoboda, het officieuse orgaan dor Bul- gaarsohe regeering, schijnt intusschen over den loop der zaken in den laatsten tijd slechts zeer matig tevreden te zijn en wendt zich in een van Oosterschen gloed doortinteld hoofdartikel, met opgeheven handen, voor de laatste maai tot Europa en tot Bulgarije’s oude suzerein, Turkije, en voorts tot alle volkeren van Euro pa, die parlementen en vryheid van spreken hebben, om een zwak volk te hulp te komen en den strijd tusschen de muis en den leeuw niet toe te laten. Op geheel Europa zou een smaad rusten, als op het einde der negentiende eeuw een volk te gronde moest gaan alleen omdat het opkomt voor zijn vaderland en zijn vrijheid. En vooral Frankrijk zou door die smaad getrof fen worden, omdat het buigt voor den liussi- schen alleenheerscher, die de halve wereld on der zijn macht heeft en de zwakken verplet tert. ons zonder offer los te laten waaraan hij ons vasthoudt, toen wij eenmaal zoo ver om onbeschroomd met elkaar over eene weder- zydsche scheiding te spreken, ik er in de eerste plaats op bedacht was om de voor waarden vast te stellen waarop dit zou kunnen gebeuren. Ik eischte van hem, mij ronduit te zeggen welke aanspraken hij meende te moeten maken.” „En hij eischte?” „Alles haar binnen. „Uw gelaat, mylord,” zeide zij, terwijl zij den voor haar staande opmerkzaam aankeek, „ver raadt anders niet gemakkelijk wat er in uw binnenste omgaat, maar op ’t oogenblik is het tegendeel ’t geval. Gij komt met ongunstige OVERZICHT. Uit P a r ij s verneemt men dat de minister president Rouvier den president der republiek bij zijn terugkomst in de hoofdstad te kennen heeft gegeven dat hij bereid was zijn ontslag te nemen, als daardoor de eendracht tusschen de verschillende fraction der republikeinsche partij hersteld kon worden. Grévy antwoordde echter dat er buiten de Kamer om niets geschie den kon. Men wil daaruit afleiden dat de pre sident, als door tweedracht tusschen de afge vaardigden der meerderheid het regeeren on mogelijk gemaakt wordt, in de eerste plaats tot ontbinding der Kamer zelf overgaan zal. Voor de republikeinsche partij zelf zou het oogenblik daartoe thans zeker zeer ongelegen komen. De Gaulois deelt mede, dat de Kamerleden der rechterzijde tegen 25 dezer een verklaring zullen openbaar maken en van de tribune doen voorlezen, waarin zij zich verbinden om zich van stelselmatige oppositie te onthouden, zoolang de regeering geen gemeene zaak maakt met de radicalen, die Frankrijk ten verderve voeren. Voor een coalitie tusschen de rechterzijde met de intransigenten of Boulangisten behoeft het kabinet-Rouvier dus vooreerst nog niet te vreezen. Eenige republikeinsche kies-comités in Indre- et-Loire, welk departement door den heer Wilson in de Kamer vertegenwoordigd wordt, hebben hem uitgenoodigd zich in eene kiesvergadering te verantwoorden wegens de vele tegen hem ingebrachte beschuldigingen. Hij heeft die uitnoodiging aangenomen en zal nu den 25sten dezer in eene groote vergadering te Tours verschijnen. De Parijsche bladen, die beschuldigingen tegen "Wilson gericht hebben, zullen vertegenwoordi gers naar de vergadering zenden, ten einde de beschuldigingen vol te houden en nader toe te lichten. De heer Wilson wordt beschuldigd reeds sedert lang zaken te hebben gedaan, die hem als afgevaardigde en als schoonzoon van den president der Republiek niet pasten. Tijdens het oorlogs- alarm verleden voorjaar speculeerde hij a la baisse en verloor daarbij aanzienlijke sommen. NVel heeft de syndic der Parijsche beursmake laars verklaard, dat de hierover in ornloep ge brachte geruchten ongegrond waren, maar men kent de lieden, die den heer Wilson als tusscheu- personen dienden, de papieren, waarin hij spe culeerde, en de sommen, die hij verloor. Verder had de heer Wilson een volledig bureau in de ambtswoning van zijn schoonvader, waar hij iedere week 150 „audiëntien” verleende. Dozijnen van personen uit alle rangen en standen kunnen „Hoezoo alles?” „Houd u aan dat naakte woord, het zegt u genoeg 1” „Is hy gek „Niemand die beter bij zijn verstand was als hij op dat oogenblik. Hij had ook geenszins de onbeschaamdheid om zijn eisch zóó te stollen, alsof hij de vruchten van jarenlange, slim ver zonnen en voorzichtig uitgevoerde plannen voor zich alleen begeerde. Wel neen, hij was veel bescheidenerzyn eerste eisch bestond slechts in een half millioen pond.” „Die onbeschaamde 1” „Gij kunt denken in welk een toestand van opgewondenheid ik geraakte by ’t hooren van dien monsterachtigen eisch. Ik verklaarde hem, dat ik dien nooit ot nimmer zou iuwilligen.” „En daarop?” „Stak hij met de zachtmoedigheid van een lam de nagels uit en eischte „Welnu „Mij, waartoe mij „Ais zijne vrouw 1” „Dat’s geheel iets voor hem!” zei de jonge dame op een toon van diepe veiachting. „Doorziet gy zyn helscn plan vel, myu kind? Eerst de ééne helft van het vtfmogen, en dan de andere, uw bruidschat! D/t beteekentalles Het Berl. Tgbl. schrijft dit artikel hoofdzake lijk toe aan de groote geldverlegenheid waarin de Bulgaarsche regeering thans verkeert en waarin men vruchteloos op allerlei wijze tracht te voorzien. Alle pogingen, om een leening te sluiten, hebben tot nog toe schipbreuk geleden en het is niet waarschijnlijk dat men daarin slagen zal voordat er op een ot andere wyze een be vredigende oplossing der tegenwoordige crisis verkregen is. Het Belgische ministerie zal een nieuwe wijziging ondergaan, daar koning Liopold ge weigerd heeft om verdere besluiten tot opheffing van onderscheiden openbare scholen te ondertee- kenen en de minister Thonissen (bin nenlandsche zaken en onderwijs) dientengevolge Zaterdag avond zyn ontslag gevraagd heeft. Men verwacht dat Devolder zijn portefeuille van justitie met die van binnenlandsche zaken zal verwisselen en dat De Sadeleer, afgevaardigde voor Aalst, tot minister van justitie zal benoemd worden. De herstemmingen te Brussel zijn Zondag in den geest der liberale party uitgevallen. De candidaten De Mot en Bergman verkregen 3896 en 3858 stemmen, terwyl op Finet en Guiliery, candidaten der radicalen, 3815 en 3546 stemmen uitgebracht werden. Te iSchaerboek werden evenzeer de candidaten der gematigde liberalen gekozen, benevens een „independent” een candi- daat der progressistische partij leed de nederlaag. Te Luik werden de liberalen gekozen. Te Re- nesse, Yperen, Hasselt en Braine-le-Comte over wonnen daarentegen de clericaien. De Temps meldt, dat de Sultan van Marok ko Vrijdag 11. de moskee weder bezocht heelt. Het was vooral de omstandigheid, dat sultan Muley Hassan dit eoaige keeren niet deed, waaraan de zeer ongunstige berichten omtrent zijn toestand en de waarschijnlijkheid van zijn dood hun oorsprong dankten. Uit dat over Madrid ontvangen bericht zou men nu moeten afloiden, dat de Sultan hersteld is en do Ma- rokkaansche quaestie dus voorloopig weder op den achtergrond treden zal. a W „Di hvul uchts ii uzi itweg Uk e „W. IK? luerd „He „On at ei •»8tf •rtroi |»W ■et tt Roman van P. E. van Akeö. XV. Vervolg.) Lord Norman was intusschen in zijne hem wachtende equipage gestapt en had den koetsier bevel gegeven naar huis te rijden. Hij was nog erg zenuwachtig tengevolge van de scène, welke zoo pas tusschen hem en den advocaat was afgespeeld. De zoo vurig gewenschte verbreking der banden, welke hem aan den advocaat verbonden, had plaats gehad, echter niet tengevolge zijne bemoeiingen, maar door provocatie van den anderen kant. Maar kon dit dan werkelijk een scheiding genoemd wor den Sedert hij vernomen had dat de eisch van den advocaat zich had uitgestrekt tot aan het bezit van het meisje, was het vorderen van het halve vermogen bepaald belachelijker was hier sprake van alles. Zij zou de prijs worden voor een zwarte daad, welke geen van beiden, die ze hadden ontworpen, anders als door zinspelingen durfde noemen en waarvan ook zij kennis droeg, alhoewel zij daartoe niet anders had meêgewerkt als door bereidwillig de plaats in te nemen en de rol te spelen van de persoon, welke haar was voorgeschreven. Hij wist geen uitweg te vinden uit dit dilemna en vooral dan niet, als hij dacht aan de haat, die deze jonge schoone vrouw tegen dezen zijn vroegeren raadsman koesterde. Alleen daarover stond hij ook zelfs geen oogenblik in twijfel, dat het totaal ónmogelijk was ook maar aan één der beide eischen van Carringshiiff te voldoen. Men zou daarmee zijn stilzwijgen koopen, maar ook tegelykertyd zijn eigen ondergang. Er moest iets op gevonden worden waardoor het eene bereikt en het andere verhinderd werd; maar over het hoe en waardoor pijnigde hy zijne hersens te vergeefs. Hij kwam thuis met het vaste voornemen Alice voor elke overrompeling van den kant van den advocaat te vry waren, terwyl hij haar een duidelyken blik wilde laten slaan in 't geen gebeurd was en te wachten stond. Thans moest zy gemeenschappelijk handelend met hem op treden ieder van hen toch werd op gelyka wijze bedreigd. Hij gunde zich maar even den tijd om van kleederen te verwisselen en naar zijn pupil te vragentoen hy vernam dat zij in haar boudoir was, liep hy dadelyk de trap op en trad by

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1887 | | pagina 2