rm SHIS- Eï IDKillEWiHLW MOR DE U HIIUI. II HEE IRMDISSHfflf SM. I if m 1888. No. 02. D R I E-E N-V EERTIGSTB go J 7. Z A T IMt I) AG elm de dat ioa eeft van gh. Zoowel de zedelijke wet ale de strafwet u Lilo. LOO. */S ia )EP. eekje I. uli. 50 J 3a -,oo, voer >rd: ;ha- jen, ren f9. a 0. keur 4e -,00, L00. too. .,00, ADVERTENT1ÈN van 1 tot 4 regels,gewone letter, 40 Cents» voor eiken regel meer 7’/a Cents. Bij abonnement is de prijs be langrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. ,00. iilo. vrijmetselaren, werden uitgebracht. De kansen was." v„„ staan duS] voor de liberalen in dat district te echter redeneeren op dit stuk eenigszius anders. sedert enkele maanden door de tegenpartij zouden begroeten. keuze van vertegenwoordigers behooren derhalve ook politieke redenen den doorslag te geven. Ihans te verlangen, dat Okma ontslag zal nemen, van politiek beleid. Dat de kiezers, welke keuze zouden doen dan in Maart, valt weliswaar Okma en om te worden gesteld, was voor behoeven te zijn. Alles zeer juist! Wij weten Eindelijk geeft de Standaard, ’t hoofdorgaan der anti revolutionaire partij, haar oordeel over het geval met den heer R. K. Okma, het kamer lid bij de verkiezingen door de anti-revolutionaire besturen candidaat gesteld en bij herstemming gekozen, met behulp van het comité van algem. kies- en stemrecht. Dit laatste comité riep den heer Okma reeds ter verantwoording wegens de uitspraak, waarbij hij als raadslid werd ge schorst en eindigde met de verklaring, dat het geen uitspraak kan doen, maar dat een openbare verdediging van den persoon in quaestie wen schelijk was. Het algemeen anti-revolutionair kies-comité zweeg. De Standaard behandelt de zaak een weinig ew bagatelle. Dit blijkt reeds uit de wijze waarop de quaestie wordt gesteld. Men oordeele: „De heer Okma is vervallen verklaard van het lidmaatschap van den raad. Waarom „Omdat in 1888 uit de fabriek van de heeren Okma en Wiarda, dus voor die firma, tot een bedrag van f314 materialen geleverd zijn aan den aannemer voor een schoolgebouw, dat door de gem. Wymbritseradeel was uitbesteed. Okma du was lid dier leverende firma en wethouder der gemeente en moest dus om die reden als lid van den raad worden ontslagen. „Ziedaar nu het feit en den zondaar. Ziedaar, Waarom Friesland zich door Okma te kiezen, „geschandvlekt" heeft Daarop voert de Stand, een en ander aan togen de uitspraak van Gedeputeerden van Friesland, noemt het vonnis eenzijdig en insinu eert dat het wel een wraakneming kon zijn voor de wijze waarop Okma het college altijd heelt tegengewerkt en verslagen. De uitspraak van den minister de raad van State gehoord is echter niet weg te cijferen. Deze is ten uadeele van Okma uitgevallen en het blad is wel zoo goed toe te geven, dat Okma dienten gevolge van zijn lidmaatschap van den raad moest vervallen worden verklaard. Maar hoe en thans komen wij tot de hoofd zaak behoort dit feit zedelijk te worden gewaardeerd Het komt ons wenschelijk voor Woensdag is in de fabriek van den heer Schonebaum te Groningen een ISjarig jongeling, J. Eltingh, een oppassend, tiiuk werkman, in aanraking gekomen met de machine; hij werd vastgegrepeu en om een drijfas geslingerd, met dit treurig gevolg, dat hij, hoewel dadelijk de machine stopte, den rechterarm verloor en het linkerdijbeen en den linkerarm brak, terwijl hij bovendien inwendige kneuzingen bekwam. Dien zelfden avond is hij overleden. Maandag voormiddag wilde de brugwachter J. B. Kastrup op de spoorwegbrug over de Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.franco per post f 1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco in te zenden* Het Utr. Dagbl. verneemt dat de ingenieur le klasse van ’s rijks waterstaat P. J. de Quartel voornemens is, met eenige Engelsche en Am- sterdamsche kapitalisten concessie aan te vragen aan de Nedeiï. regeering tot droogmaking en inpoldering van het grootste gedeelte van do Zuiderzee en Friesche wadden. volgen. Ieder kan dan oordeelen over het zedelijkheidsbegrip van de Standaard „In het afgetrokkene valt niet te ontkennen, dat het wenschelijk is, den raadsleden elke leve ring ten behoeve der gemeente te verbieden, zelfs eene levering aan een aannemer, wien, gelijk in dit geval, het werk bij publieke aanbesteding gegund is, omdat, bv. bij de keuring van het werk, het raadslid, dat aan den aannemer een leverantie gedaan heeft, partijdig zou kunnen zijn. De wet, die geen onderscheid kan maken tusschen de verschillende gevallen, verbiedt daarom terecht elke levering. En wil men dat verbod handhaven, dan schiet er niets anders over, dan den overtreder te ontzetten van zijn lidmaatschap. Zulk een ontzetting is echter meer een dwangmiddel dan een straf en wordt gewoonlijk niet als onteerend beschouwd. Dit laatste is vooral dan het geval, wanneer de levering niets meer is dan een eenvoudige overtreding van een wettelijk voorschrift. O. i. is dit hier het geval. Immers had de publieke uitbesteding plaats, vóórdat de firma Okma en Wiarda zich tot levering had verbon den. Zij geschiedde in het openbaar. Het werk werd aan den laagsten inschrijver gegund. En niet de wethouder Okma, maar een ander raadslid word met het toezicht en de keuring belast. In dit speciaal geval kon dus geen strijd van belangen ontstaan. Dit is dan ook niet gelijk in andere soortgelijke gevallen door de regeering of zelfs door het college van Gede puteerden beweerd. In dit geval was er over treding van een bepaling, die om de mogelijkheid van een tweestrijd van belangen in het leven is geroepende tweestrijd zelf echter bestond niet, en niemand is dan ook benadeeld of heeft kunnen worden benadeeld. Het komt ons voor, dat de heer Okma beter gedaan had, met terstond open en rond er voor uit te komen, dat met zijn medeweten de firma deze onbeteekenende leverantie had gedaan, al willen wij als verzachtende omstandigheden doen gelden, dat hij door Ged. Staten is over vallen, en dat hy ook wel wist, dat hij om zijn politieke houding voortdurend gezocht werd, zoodat hy er toegekomen schijnt te zijn, zich, het koste wat het wilde, tegen zijn belagers te verdedigen. Indien Okma inderdaad zelf een tusschenpersoon heeft helpen aanstellen, ten einde het door de firma te plegen feit te dekken, dan achten wij ook dit zeer verkeerdde vraag echter of hij dit gedaan heeft, is niet uit te makenen de regeering legt het hem niet ten laste. In allen gevalle is de daad, die door die aanstelling bedekt moest worden, en om welke Okma vervallen is verklaard van zijn lidmaatschap, op zich zelve beschouwd geen on eerlijke daad geweest. Zij heeft niemand kunnen benadeelen. Zij staat gelijk met een gewone overtreding, zooals er honderden op een jaar gebeuren, en is menigmaal gepleegd door zeer aehtenswaardige menschen, die dan ook, zoodra de tijd van niet-benoembaarheid verstreken was, op nieuw door de gemeenteleden tot lid van den raad werden gekozen." Ook de Tijd wijdt thans haar aandacht aan de zaak Okma. Evenals de Standaard pleit het blad verzachtende omstandigheden en ver gelijkt de overtreding, door hem begaan, met een gewone belasting-ontduiking De Tijd ver liest echter de politieke zijde van de quaestie niet uit het oog en besluit het artikel aldus „Het district Wolvega, waarin Okma gekozen werd, is een twijfelachtig district; bij de her stemming op 20 Maart 11. verkreeg Okma als candidaat der anti-revolutionairen en katholieken - --v„ 1115 stemmen, terwijl 1008 stemmen op Van de jedeneering hier in haar geheel te laten I Diggelen, den grootmeester der Nederlandsche Onlangs werd gemeld dat de 24jarige dochter van den havenmeester en kastelein aan de Groenendijksche Haven te Oosterhout bij Breda dood in een sloot was gevonden, nadat zij uitgegaan was om een koe in de weide te brengen. Men vermoedde dat zij bij ongeluk te water geraakt was of wel zich verdronken had. Doch later begon men aan een misdaad te gelooven. Maandag morgen namelijk, bij een twist tusschen den vader van het meisje en den kapitein eener stoomboot, over het beta len van door hem en zijn stoker gemaakte ver tering, moet de kapitein de dochter, toen zij zich in het geschil mengde, gedreigd hebben dat hij haar, als hij haar buiten ontmoette, zou verdrinken. Men zegt dat het slachtoffer is geworgd en daarna in de haven geworpen. De kapitein der bedoelde stoomboot is in hechtenis genomen. Onderwijs. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek, herinneren belanghebbenden aan de hieronderstaande bepalingen van het Reglement voor de openbare lagere scholen in deze gemeente: Art. 3. De aanvraag tót toelating op de scholen nos. 1 en 2 geschiedt bij de hoofden dier scholen. Wat school n°. 3 en 4 betreft, heeft dit plaats bij de Commissie van Toezicht op het lager onderwijs in tegenwoordigheid van de hoofden dor scholen. Burgemeester en Wethouders beslissen over de toelating. Art. 4. De toelating van leerlingen geschiedt éénmaal ’sjaars, op den eersten September. Alsdan worden degenen toegelaten, die den ouderdom van zes jaren bereikt hebben of vóór den len Januari van het volgende jaar bereiken. Tusschentijds kunnen leerlingen worden toe gelaten, die zich in de gemeente komen vestigen, in hunne vorige woonplaats onderwijs hebben ontvangen en zes jaren oud zijn. Geen leerlingen worden toegelaten voor een enkelen dagelijkscheu schooltijd of voor een of ander leervak uitsluitend. Snoek, den 20 Juli 1888. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA. De Secretaris, BENNEWITZ. UIT DE PERS. Mr. J. Heemskerk Az., lid van den Raad van State, mocht jl. Maandag zijn 70sten ver jaardag gedenken, welk feest, geheel in over eenstemming met zijn wensch, huiselijk en in den familiekring werd gevierd. Nietemin vloeiden de betuigingen van belangstelling den 70 jarigen staatsman van alle kanten toe. Staatslieden, tegenwoordige en vroegere ambtgeuooten, tal van autoriteiten en vele belangstellenden betoonden, hetzij door persoonlijk bezoek, hetzij door het aanbieden van gelukwenschen, in schrittelijken of anderen gebruikelijken vorm, hun sympathie met het voorrecht hem ten deel gevallen. De heer Heemskerk had reeds vroeger, in verband met daartoe te zijner kennis gebrachte voornemens, voor een publiek huldebetoon be paaldelijk bedankt, daar hij meende dat de aard van zijn ambteljjk leven daarop geen aanspraak gaf. ’t Zou anders gewis daarby niet aan mede werking hebben ontbroken. Z. M. heeft benoemd tot ambtenaar van het Openbaar Ministerie in de kantons Harlingen, Bolsward en Sneek, ter standplaats Bolswrard, mr. Th. O. van Eyk Bijleveld, adv. en proc. te Amsterdam. vrijmetselaren, werden uitgebracht. De kansen gu nstig, dan dat zij niet het open vallen van den ingenomen zetel als een onverwacht voordeel De Tweede Kamer men onthoude het politieke vergaderingbij de ook politieke redenen den doorslag te geven. Ihans te verlangen, dat Okma ontslag zal nemen, zou o. i. getuigen van juist het tegenovergestelde van politiek beleid. Dat de kiezers, welke onze toestanden verstandig beoordeelen, nu een andere keuze zouden doen dan in Maart, valt weliswaar niet te verwachten. Immers, de aanklacht tegen was toen reeds vóór maanden ingediend, men wist zeer goed dat hij alle kans liep door de bevoegde macht in het ongelijk J“Wat toen geen beletsel zijn verkiezing, zou het ook nu niet echter maar aï te goed, hoe van liberale zijde het eventueel bedanken van den afgevaardigde uit Wolvega zou uitgelegd en geëxploiteerd wordenwij weten te goed ook van welke toevallige omstandigheden het resultaat van verkiezingen in twijfelachtige districten kan afhangen, om roekeloos en zonder eenige drin gende reden een zeker voordeel voor onzekere kansen te willen prijsgeven. Wij verwachten daarom zoowel van de kiezers als van den afgevaardigde Okma zelven, dat zij zich door het alarm en partijgeschreeuw van liberale zijde hun kalmte en bedaard oordeel niet zullen laten ontnemen, en dat geen gevoel van valsche schaamte en valsche grootmoedigheid hun de plichten zal doen vergeten, welke ten opzichte der anti-liberale party op hen rusten. Over het antwoord van den heer Domela Nieuwenhuis op het jongste schrijven der ver veners in Sehoterland, schrijft de Tijd: „Eenigen tyd geleden onderstelden wij, dat hy zyn inlichtingen had ontvangen van lieden, die geen verveners waren, die dus uit den aard der zaak slecht op de hoogte konden zijn en gissingen gaven voor stellige feiten. Het blijkt thans dat die onderstelling juist was. De mannen, die den heer Nieuwenhuis de door hem in de Kamer aangevoerde en later in Recht voor Allen gewijzigde cyfers verstrekten, waren K. Nieu wenhuis te Willemsoord (zonder beroep en A. van Emmenes, graver en baggerman, thans ia Den Haag. Dat de verveners tegenover de beweringen van zulke lieden, wier goede trouw wij overigens niet verdenken, weigeren inzage van hun boeken te verleenen, komt ons niet meer dan natuurlijk voor. Ook zonder hun boeken open te leggen tot welken stap men zeker slechts in het uiterste geval overgaat geldt de getuigenis der verveners meer dan die twee getuigen, eindelijk door den hr. Nieuwen huis genoemd. De heer Nieuwenhuis moge zoo triomfantelijk kraaien als hij wil„mocht gij niet willen of niet durven voldoen aan mijn voorstel, dan moet ik het beschouwen dat gij liefst in deze materie ’t publiek niet tot waarheid wilt brengen de bron, waaruit hij putte, is niet serieus. „Merkwaardig mag ook de redeneertrant van Domela Nieuwenhuis heeten „Ik poneerde, en dan rust op de tegensprekers den last te bewijzen dat ik onjuist poneerde." „Op diezelfde wyze redeneerende zou ieder lasteraar kunnen zeggen„Ik poneerde, dat mijn buurman een schurk is nu rust op hem als tegenspreker de last te bewijzen, dat hij gedurende zijn geheele leven een eerlijk man Naar uit Den Haag wordt gemeld zou een koninklijk bevel naar Indie gezonden zijn, om het besluit tot ontzegging van het verblijf aan de hh. Sol en De Sturler in een deel van den Archipel in te trekken. B SAEEkER RERAN B I A E X L A A D. I 8 I 8 8 0 Un i i i 515 >34 .49 II) 45 2J 30 JÜ» 612 76 T2l 815 jool 8 36 loor 8 56 loof 911 loor 925 loor 942 loof i I l lo’n ■,00. JJ wel is een ,vxS«dOxxUÖ„a

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1888 | | pagina 1