(HEEffl 11 lll'f IRIIOMSBW SSEEL HEIl'S- IS WmiSIlHUll TOOR HE 1888. N-V EERT1G8TE No. 76. DRIE- JÏIPT B ER. Z A. T ICR I U I T DE PERS. Bij doze Courant behoort als bijblad, Feu.il- leton-Dummer 19. 2. 3. 4. 5. ADVERTENT1ÉN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents, voor eiken regel meer 7 */a Cents. Bij abonnement is de prijs be- langrijk lager. Voor waarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. kiesrecht neerkomt op splitsing van meervoudige districtende sociale paragraaf is vrij wel gelijk aan de vorige, terwijl de overige mededeelingen weinig beteekenen. Het Vad. betreurt het echter, dat met geen enkel woord van ’s konings toestand wordt ge waagd. Waarom aldus luidt haar vraag wordt de natie voortdurend in ’t onzekere gela ten, waarom haar niet gezegd, of er eenige grond is voor onrustbarende geruchten, die telkens weder ingang vinden? ’t Is alsof de regeering zich van den band, die konjng en Zij, die zich met ingang van 1 October op ons blad abonneeren, ontvangen do reeds verschenen Feuilleton- nummers van den nieuwen roman van E. WernerDE FEE DER ALPEN, gratis. TWEEDE KAMER. VER G A D E RIN G. Van den Gemeenteraad van Sneek, op Zaterdag 22 Sept. 1888, ’b namidd. 6 uur. Punten van behandeling: I. Resumtie der notulen. Mededeeling van ingekomen stukken enz. Benoeming van eén Commissaris der Mu ziek- en Zangschool. Wijziging van het reglement dier school. Adres van den onderwijzer A. Keuning om verhooging van jaarwedde. 6. Als voren van den Kerkeraad der Christe lijk Gereformeerde gemeente, om bestrating. 7. Alsvoren van dr. J. L. Andrem tot ver- grootiug van zijn tuin. 8. Alsvoren van C. Visser, tot ruiling van gemeentegrond. 9. Voorstel tot bestrating van het Bolwerk, vanat de Wonderbrug. 10. Alsvoren der gedempte sloot bij de Loox- magracht. II. Plaatsing van een verwarmingstoestel in school uo. 4. 12. Reclames tegen het primitief kohier van den hoofdelijken omslag, dienst 1888. I servatief beginsel er krachtiger in sprak dan het clericale verwachtte men voor heden bepaalde voorstellen en plannen. Die verwach ting is goedsdoels vervuld. De regeering biedt van alles aan: Politieke ontwerpen: gedeeltelijke herziening der schoolwet en splitsing der meervoudige kiesdistricten. Sociale ontwerpen: tegengaan van overmatigen arbeid van vrouwen en kinderen, voortzetting van het onderzoek naar den toestand in fabrie ken en werkplaatsen. Onderwerpen van bijzonder belang: voor den landbouw een wet op den verkoop van natuur- en kunstboter en een voorstel tot het oprichten van proefstations; voor de nijverheid een wet voortvloeiend uit de suiker-conferentie; voor de ambtenaren een ontwerp tot regeling van de zoo lang aanhangige peusioenquaestie van we duwen en weezen. De regeering zegt iutusschen niets over het defensie-vraagstuk; niets over de beschermende rechtenniets over ons belastingstelsel. De toestand der geldmiddelen is niet onbevredigend, ziedaar alles. Wij hebben het in Mei jl. ook reeds gehoord en nu de regeering dit punt - en terecht van zooveel belang acht, dat zij er nog eens de aandacht op vestigt, had er wel een woordje van dank bygevoegd kunnen wor den aan de liberalen! Aan hen toch is men ongetwijfeld dit geruststellende verschijnsel in^ de eerste plaats verschuldigd. De verschillende onderwerpen, vooral de beide eerstgenoemden, laten de regeering voorzeker voldoende gelegenheid om kleur te bekennen. Het zwijgen over de genoemde, zeer belangrijke punten van regeeringsbeleid en de zeer vage bewoordingen wat de wijzizing der schoolwet betreft, wettigen echter het vermoeden, dat zij niet voornemens is spoedig een aanvallende houding aan te nemen. De conservatieve ele menten blijken nog steeds de overhand te hebben. Zij schijnen zelfs op den minister van koloniën hun invloed te hebben doen gevoelen, want ook over de paragrafen aan de Oost gewijd van West-lndie wordt in het geheel niet gesproken ligt een onverwacht waas van kalmte verspreid. Voor de liberalen, wier beleid bij de verkie zingen zoo heftig is aangegrepen, moge het een zekere voldoening zyn, dat de tegenstanders, aan de regeering gekomen, aarzelen de door hen gepredikte leer in toepassing te brengen zij zullen echter, naar men mag vertrouwen, niet weigeren met het kabinet mede te wensen ter bevordering van het algemeen belang, voor zoover dit volgens hun inzichten mogeljjk is. Maar op krachtige wijze dienen zij intusschen getuigenis af te leggen van hetgeen door hen wordt verlangd, opdat de natie uitspraak kan doen en dit tijdperk van stilstand door een tijdperk van krachtig handelen worde gevolgd. Hieronder volgt zoo beknopt mogelijk het oordeel van onderscheiden onzer organen over de uitgesproken rede. Het Vaderland wijst er in de eerste plaats op, dat aan deze rede den lof niet toekomt welke aan die van 1 Mei kan worden gegeven kloekheid en gespierdheid van stijl en gedach tengang. Deze rede is weder een dorre aan eenrijging van meerendeels niets zeggende mededeelingen. Het blad doet voorts uitkomen, dat noch over de hervorming der belastingen, noch over de protectie, noch over de defensie, noch over de i regeling der administratieve rechtspraak wordt 2__Ij over de schoolwet geeft weinig licht; die nopens het kiesrecht doet zien, alsof zij koning en natie onverschillig tegenover elkander wil stellen. „De koning is verhinderd te komen”, daarmede vangt de rede aan en verder is ’t alsof er geen koning bestaat, wiens afwezigheid aan ’t hoofd harer vertegenwoordi ging op dezen dag zij ernstig betreurt. „Een mededeeling omtrent ’s konings toestand ware aldus eindigt het blad ons meer waard geweest dan de gansche kleurlooze ope ningsrede, die niet is het zelfbewuste woord van een krachtig kabinet, dat sterk door het vertrouwen van de meerderheid der natie, waar op het meent zich te mogen beroemen, weet wat het wil en wil wat het weet”. Het Haagsche Dgbl. noemt de rede veelszins merkwaardig. Het volgt de verschillende para grafen op den voet en laat bij elke mededeeling een woord van toejuiching hooren, om met de volgende opmerkingen te eindigen „Het ministerieele woord van heden opent een ruim veld van werkzaamheid. Wil dat met zorg worden bearbeid, dan moet er tusschen regeering en volksvertegenwoordiging een ver blijdende samenwerking bestaan. De partijbe langen moeten bij die der natie worden achter gesteld. Zuilen wij dat verblijdend schouwspel beleven Dan zal Nederland, krachtig naar binnen, ook steeds krachtiger worden naar buitensteeds meer gezien bij de mogendheden, met welke wij - ook volgens de ministerieele boodschap in vriendschap leven. Kleine staten kunnen alleen groot worden door eendracht en veerkracht." De indruk, dien ’t N. v. d. D. van de troonrede kreeg, is gunstig. De regeering heeft groote plannen en zet die duidelijk uiteen. „Natuurlijk zullen wij moeten afwachteu, zegt het blad, of ’t bij plannen zal blijven, dan wel of er evenveel werk zal gedaan worden als er beloften zijn uitgesproken en of de aard der plannen zoodanig zal wezen, dat de liberalen zich er mee kunnen vereenigen of zich er bij neerleggen. Doch ’t is reeds veel, dat de regee- riug zich voorneemt de onderwijsquaestie en de sociale dito en de belangen van landbouw en nijverheid en nog vrij wat meer ernstig ter harte en ter hand te nemen. De zitting belooft in elk geval interessant te worden. Als nu ook maar de mooie verwach tingen omtrent Atjeh, die men laat dóórscheme ren, vervuld worden. Het betaamt ons der regeering kracht en wijsheid toe te wenschen in evenredigheid met wat zij beloofde." Het Hand, besluit haar overzicht als volgt: Daar de openingsrede niet door Z. M. is uit gesproken, blijft ook ditmaal een adres van antwoord achterwege. De gebruikelijke gelegen heid, om met de regeering van gedachten te wisselen en meer licht over hare voornemens te erlangen, ontbreekt dus in de eerste weken. Men zal geduld moeten hebben tot dat de begrootingen aan de orde komen, bij welke een debat dan ook met meer vrucht kan gevoerd worden. Zooveel kan echter reeds uit de openingsrede worden opgemaakt, dat het ministerie zich niet wenschtte haasten met de taak van hervorming. Door een onderwijsregeling en de splitsing der groote kiesdistricten zal het trachten aan de rechterzijde eenige voldoening te geven en haat op den weg van kalmte en geduld te houden; door eenige maatregelen tot verbetering zal het zijn bestuur nuttig trachten te maken. Maar een tijdperk van krachtige hervorming is blijkbaar niet aangebroken en dat is trouwens bij de samenstelling der meerderheid, uit groo- otendeels conservatieve elementen, niet anders natie behoort te verbinden, niets is bewust, mogelijk. De kiezers, die zulk een meerderheid in de Tweede Kamer brachten, behoeven niet ver te zoeken, als zij zich de vraag stellen Hoe komt het, dat na de grondwetsherziening en de uitbreiding van het kiesrecht, de oude slakkengang nog in eere blijft De N. R. C. vindt den toon der openingsrede mat, den vorm dor, den inhoud arm. Haars inziens neemt het ministerie niet alleen tegenover het program van actie, waaruit het voortgekomen is, maar zelfs tegenover zijn eigen program van 1 Mei een vrij teruggetrokken houding aan. In de rede van 1 Mei was een herziening van de wet op het personeel en van de tarieven aau- gekondigd; daarin was een nadere regeling van de verhouding tusschen de rijks-en de gemeente- financien „een dringende eisch des ttjds” genoemd en het uitzicht geopend op „uitbreiding van het belastinggebied der gemeenten.” Over dat alles wordt in het programma voor de nieuwo zitting gezwegen. Dit programma schijnt dan ook, volgens de N. R. C., noch van kracht noch van moed te getuigen en een groote teleurstelling te moeten zijn voor hen, die van de zegepraal der clericalen zich (of anderen) gouden bergen hadden beloofd. Het oordeel van de R. Kath. bladen luidt bijzonder gunstig. „Deze redevoering zal ongetwijfeld in den lande een zeer aangenamen indruk maken, zegt o. a het Centrum, ’t orgaan van dr. Schaepman. Men gevoelt heter is hier weer eens een ministerie van de daad aan het woord! „Geen ijdele niets-zeggende phrasen, maar in eiken volzin, die op de toekomst slaat, een belofte, en zulk eene waaruit tevens het meest stellige voornemen spreekt om haar te volbrengen. „In welken geest dc „gedeeltelijke herziening" der onderwijswet zal plaats hebben, behoefde niet uitvoerig te worden gezegd; alle bijvoeging ware hier overtollig. „De zinsnede aangaande de toekomstige split sing der meervoudige kiesdistricten klinkt eeuigs- zins ondeugend. Het schijnt of de regeering wil zeggen: Wij zullen enkel afmaken wat onze voorgangers bij gebrek aan tijd hebben overgelaten. Wat kan do oppositie daartegen hebben „Ook de aangekondigde wetten en maatregelen op sociaal gebied passen geheel in ’t programma van actie, door de regeering zichzelf gesteld terwijl de ambtenaarswereld uit de voorgenomen regeling der pensioen-aangelegenheden bemerken kan, dat ook haar belangen niet zullen worden vergeten." Het oordeel van de Tijd komt hiermede volkomen overeen, terwijl de Maasbode bijzonder tevreden is en uit de financicele paragraaf het vooruitzicht put dat er flink bezuinigd zal worden. Niet onbepaald gunstig luidt de opiuie van de Standaard. Zij vindt alleen vermaak in de aankondiging der beide politieke ontwerpen de herziening der schoolwet en de splitsing der meervoudige districten. Al het overige is als van ouds een beschrijving van toestanden, die h. i. in zulk een staatsstuk misplaatst zijn, of een herinnering van feiten die nog niemand uit het Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden 1.franco per post 1.25. Alle brieven en stukken, uitgave of redactie betreffende, franco in te zenden. Binnen een tijdsverloop van vijf maanden twee zoogenaamde Troonredenen te mogen uit spreken, is voor een kabinet een zeldzaam voor recht. Het nieuwe, anti liberale kabinet kan niet klagen, dat het geen gelegenheid heeft getuigenis van zijn beginselen af te leggen. Terwijl de vorige rede, den 1 Mei jl. uitge- sproken, de algemeene richting atteékende waarin gesproken. De tirade de regeering zich zou bewegen wij deden weinig -ie nepo - toen uitkomen, zegt de Zw. Crt. dat het con- dut de voorgespiegelde betere regeling van het T I I Omtrent het wetsontwerp tot bekrachtiging eener overeon- komst met de Hollandsche Ijzeren Spoorwegmaatschappij betieffende den stoombootveerdienst E uk huize u-S tav o re n, heen ue regeering een memoiie van antwoord aan dc Tweede Kamer gezonden. In antwoord op de vraag„Wat kan volgens de bestaande oven eukomst de regeering met opzicht tot de reserveboot van dezen aannemer vorderen*, wordt verwezen naar de bepaling, dat met de goederenboot kan worden volstaan, mits die aan zekere eischen voldoet, waaruit reeds zou volgen dat de be doeling niet was een boot to vorderen van het type der in het contract omsehreven passagiersbooten. De tegenwoordige ondernemer gaf bjj zijn inschrijving te kennen, dat hij de goederenboot uitsluitend voor het vervoer van goederen en vee zou laten dienen en de Prins van Oranje bestemde tot reserveboot. Door gebruik te maken van dit aanbod werd het algemeen belang gebaat. De bewjiing dat de boot dikweri te laat haar bestemmings- laats bereikt, is, zegt de regeering, niet juist. Slechts driemaal is de vour de reserveboot gestelde duur der overvaart vanéén uur d< rt g minuten overschreden. Slechts éénmaal werd de aans uiting gemist. OEEKER COURANT. Zitting van Donderdag 20 Sept. Te heer Beelaerts van Blokland, door den heer van der Sc irieck narteiijk geluk gewenscht, aanvaardde het voorzitter schap der Kamer onder dankbetuiging, met een beroep op de Wei dien iheid dvi leden. Zeer belangrijke werkzaamheden worden in uitzicht gesteld. Laat ons bij de behartiging der groote volksbelangen een open oog houden op de lessen der volkshistorie, volgende het voorbeeld onzer vaderen en vermjj- dende de klippen waarop zij hebben gesiooten. Hy herinnerde, nee lieden juist vo^r 20o jaar, namens prins Willem lil een eerste opening werd gedaan van de tocht naar Engeland,eenig in de wereldhistorie, hoe de Staten der verschillende provin ciën samenwerkten om spoedig en geheim den tocht voor te bereiden, en bet gnotsche doel werd bereikt; de geünieerde provinciën, aan zeerdreigende gevaren blootgesteld,ontkwamen, en staalkundige en godsdienstige vrijheden met Engeland op hechte grondslagen werden gevestigd. Moge de gedachte aan de kloeke daden onzer voorvaderen onzen arbeid bezielen en deze daardoor des te vruchtbaarder worden. God schenkeons •daartoe zegen en make ons in alle werk getrouw. Aanbieding der staatsbegrooting beden, Vrijdag, tc 11 uur. Tot voorzitters der afdeelingen zijn gekozen de hoeren Schimmelpenninck van Nijenhuis. van der Loeff, Schimmelpen- hinek van der Oye, vd. Schrieck en E. Cremers. i insdag 11 uur voorstel tot wijziging van het reglement van orde.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1888 | | pagina 1