(HEDTOSIIET IBOÏDISSEfflï SSEEIi. ff. E- ■s-11DÏERTEWM1D TOUR DE I. No. 81. D R I EE N-V EERTIGSTE J 1888. 0 W Old IN S I> JV O OCTOBER. IO A. U I T DE PER 3. tcgeJ i wen' sntit Deze COURANT verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. Abonnementsprijs voor 3 maanden f\.franco per post 1.25. Alle brieven en stukken, uitgave ol redactie betreffende, franco in te zenden. nge- den go» iaat lijkt >the- enz, Jet ADVEBTENTIÈN van 1 tot 4 regels, gewone letter, 40 Cents» voor eiken regel meer 7’/» Cents. Bij abonnement is de prijs be langrijk lager. Voorwaarden daaromtrent te vernemen by den Uitgever. klaagde van alle rechtsvervolging ontslagen. Deze zaak was door den Hoogen Raad naar gezegd hof verwezen ter nadere behandeling. KENNISGEVING. I BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sneek brengen ter kennis van de ingezetenen, dat op Maandag 12 November e. k., nes voormiddags van elf tot des namiddags één kiur, ten gemeentehuize alhier zal worden ge houden, de vergadering om de plaatsen aan te hullen der leden van de Kamer van Koophandel pn Fabrieken in deze gemeente, die met het einde dezes jaars aan de beurt van aftreding zijn, nl. de heeren D. GORTER, II. JONGBLOED Jz. dn B. WIEL1NGA. Dat de lijst der kiesgerechtigden ter inzage ligt tei gemoente-Secretarie en dat de bezwaren tegen die lijst gedurende acht dagen, te rekenen van Woensdag 10 October e. k., bij het gemeen tebestuur kunnen worden ingeleverd. Sneek den G October 1888. Burgemeester en Wethouders voornoemd, ALMA, Burgemeester. BENNEWITZ, Secretaris. BEKENDMAKING. De BURGEMEESTER der Gemeente Sneek irongt ter openbare kennis, dat het le Suppletoir- Cohier van het Patentrecht no. 3, dienst 1888/89, lezer gemeente aan den heer. Ontvanger dor Jirecte Belastingen ter invordering is ter hand jeeteld, en dat ieder verplicht is zijnen aanslag, >p den bij de wet bepaalden voet, te woldoen. Sneek, den 8en October 1888. De Burgemeester voornoemd, ALMA. Het gerechtshof in Den Haag heeft uitspraak gedaan m de zaak van den directeur-generaal der Maatschappij tot exploitatie van staatsspoor wegen te Utrecht, die door den kantonrechter te Dordrecht veroordeeld werd tot 71 boeten van f 15, ter zake van het niet voldoen aan het voorschrift van den minister van waterstaat, tot versterking van de stalen d warsleggers der spoorwegbrug over de Oude Maas te Dordrecht. Het hof was van oordeel, dat de bevolen brug- versterking niet was een herstelling, maar een uitbreiding van een werk, en de directeur- generaal door de niet voldoening aan dat bevel niet strafbaar was. Op grond daarvan werd Donderdag middig is op het station te Zwolle een droevig ongeluk gebeurd. Een viertal schilders waren bezig met het verven van de kap boven de perrons. Zij bevonden zich op een stelling, die aan de kap hing. Door het breken van een juffer stortten allen van een hoogte van 8 a 9 meter naar beneden. Twee van hen, Lodewyks en Maalstee, beiden gehuwd, werden ernstig gewond, de eerste bekwam een verwonding aan het hoofd en brak twee ribben, de andere werd inwendig gekneusd. De derde, Sierink (ongehuwd), kwam er met een lichte verwonding af een kneuzing aan den rechtervoet maar de vierde, Belt (mede ongehuwd), is zoo ernstig gekwetst, dat hem, in de conducteurskamer overgebracht, de Heili ge Sacramenten werden toegediend. Hij is dan ook reeds ’s nacht overleden. Hij was ’s avonds nog naar ’t Gesticht van Liefde overgebracht. De daar nog verpleegde Maalstee is naar omstandigheden redelij k, even als Lodewijks, die zich in ’t ziekenhuis bevindt. De vierde," Sierink, die in zijn kosthuis kan blijven, heeft veel pijn aan den rechtervoet. de pers derwijze de partijdrift is geprikkeld, om zoo mogelijk te ontkomen aan de gevolgen eener niet geheel doordachte handeling. Het gaat hiermee zooals het immer gaat, wanneer men in het ingesiagen spoor volhardtde zaak, eerst als hoogst eenvoudig voorgedragen, is ten slotte bijna geworden eeu levensquaestie voor de rechterzijde, met het gevolg dat zij, wiea men niets met reden kon verwijten, als schuldig aan de begane fout worden aangeduid. IntuBschen blijft de Standaard met groeten ijver te velde trekken tegen de anti-revolutionaire Kamerleden, die zich bij een der meer belang rijke stemmingen tijdens de behandeling van het reglement van orde van hun partij hebben afgescheiden. Toen indertijd de heer Seret - de Kamer stond toen nog op het doode punt het waagde bij een belangrijke beslissing tegen de partij zijn stem uit te brengen, werd hem door de Stand. te verstaan gegeven dat men bij de verkiezingen „het vuur niet uit zijn sloffen” liep om later af te hangen van de gril of de opvatting van een der Kamerleden. Ditmaal, nu de hh. Huber en Fabius en ook voor een deel prof. De Geer die stoutigheid hebben gepleegd, wordt in iets meer gekuischte beeldspraak hetzelfde gezegd „Als dat aanhoudt, als zulk pogen veld wint, als er meerdere Kamerleden uit datzelfde vaatje gaan tappen, dan is al de winste weg die ge wonnen was; dan kan het kabiuet zijn porte- feuille’s morgen den dag ter beschikking stellen, dan is er bij de eerstkomende verkiezing geen feu sacré meer onder ons volk te brengen, dan breken de schoone dagen van de alleen-heer- schappij der liberalisten weer aan, en dan duurt het geen twee jaar meer, of al wie den Christus in ons goede land belijdt, kan het weer aanzien dat heel de macht van den staat tegen het levens beginsel van den Christen geëxploiteerd wordt. „De N. Prov. Gr on. Crt. sprak het reeds uit Dan tienmaal liever tien mannen in de Kamer, waar het volk op rekenen kan, dan zeven-en- twintig, die in de Kamer door al hun „eigen inzicht” en „particuliere overtuiging” al de winste van de stembus verspelen. „De Club wete dus, wat haar te doen staat, aldus besluit het blad. „Blijft zij aan de zaak des volks getrouw, dan kan ze nu en voor de toekomst op de trouw, op de liefde, op de toe wijding van ons volk rekenen. Maar ook, offert zij de zaak des volks aan haar spel van „eigen inzichten” op, dan dwingt ze het volk om zelf voor de ons heilige zaak op te komen. Waar men ook mee spelen moge, met de zaak van het vaderland spelen mag men niet." De anti-revolutionaire leden kunnen zich dus voor gewaarschuwd houden, Ecnigen tijd geleden werd reeds door dr. Kuy- por tegenover zijn volk betoogd dat in de assu rantie der verzekeringsmaatschappij niets onze delijks gelegen was. Hij komt er in het laatste nommer van de Heraut op terug en weerlegt een bezwaar, naar ’t schijnt nader door eenige anti-verzekeraars te berde gebracht. Het bezwaar is aldus geformuleerd Dit bezwaar klemt, volgens dr. Kuyper, al evenmin als het vorige. In I Cor. 5 9 en 10 zegt de heilige apostel PaulusIk heb u ge schreven, dat gij u niet zoudt vermengen met BIXXEM.iM), Volgens de Delvenaar is het bericht, als zou eerlang door een anti-revolutionair lid der Tweede Kamer een voorstel gedaan worden tot het afschaffen van den vaccine-dwang, onjuist. Dit plan heeft wel bestaan, doch het is opge geven zoodra bekend werd, dat de regeering voornemens is zelve een wijziging van de wet op de besmettelijke ziekten aanhangig te maken. Naar de Avondpost verneemt, heeft de Ko- ning zich niet kunnen vereenigen met dc straf, in Juli 11. aan den luitenant der huzaren S. v. d. C. door den waarnetnenden regiments commandant opgelegd, ter zake van het bekende voorval in het Kurhaus te Scheveningen en heeft Z. M. bevolen, dat die straf zal worden geroyeerd. Bedoelde officier is bereids uit zijn arrest ontslagen. Op het St. Jansveld te Utrecht is een wiel rijder met zijn voertuig tegen oen ladder gereden die op de straat lag. Hij raakte met het hoofd tusschen de sporten geklemd en wel zoodanig, dat eeu sport doorgezaagd moest worden om hem te bevrijden; gewond werd hij naar huis gebracht. Blijkens hei heden op nieuw verschenen Maandblad tegen de kwakzalverij zal het nieuwe bestuur met het begin van het volgende ver- eenigingsjaar, 1 Januari a.s., in functie treden en eveneens de nieuwe redactie. de hoereerders. Doch niet geheellijk met de hoereerders dezer wereld of met de gierigaards of met de roovers of met de afgodendienaars; want anders zoudt gij moeten uit de wereld gaan." In deze woorden is, naar dr. K. doet opmerken, de regel van gedraging duidelijk aangewezen en hij werkt dit aldus uit „Waar het op „vermenging* aankomt, d. i. waar sprake is van nauweren, vriendschappelijken omgang; van dagelijksch verkeer voor zoover het van onze keuze afhangt, en van persoonlijken invloed, dien we anderen op ons of onze kinderen gunnen, snijdt de schrift de gemeenschap met hoereerders, gierigaards, roovers en afgoden dienaars, evenals met ongeloovigen, beslist af. Voor zoover daarentegen de burgerlijke levens betrekking, het volksverband en het algemeen verkeer ons in gemeenschap van zaken brengt, zondert de apostel die bepaaldelijk uit. „Dus nooit een huwelijk met een ongeloovige. Geen ongeloovige als huisvriend over den vloer. Maar in burgerlijke betrekkingen het feit erkend, dat we met ongeloovigen en allerlei onzedelijke personen in óen burgermaatschappij door Gods bestel geplaatst zijn. „Neem b.v. het geld in uw beurs. Dezelfde rijksdaalder, dien gij straks aan uw vrouw of kind geeft, is misschien een week geleden door een dronkaard voor drank betaald, of door een hoereerder voor het koopen van zijn zonde. Toch werpt gij daarom dien rijksdaalder niet in de sloot, maar bergt hem op en geeft hem aan vrouw of kind, misschien wel voor kerk of armen. Het is soms wel een stuitende en soms zelfs vieze gedachte, die aan zulk een geldstuk kleeft, maar in de burgermaatschappij kan dit niet anders.* „Als ge om zulk een verevening van brand schade* - aldus besluit dr. K., na nog menig voorbeeld met deze lieden persoonlijk om moest gaan, ze in uw huis moest ontvangen en hun zekeren invloed op u zelf, uw vrouw of kind moest geven, dan hadt ge gelijk. „Nu daarentegen de namen van deze personen u zelfs niet bekend worden en ge in geen enkel contact, dan alleen nominaal en geldelijk, met hen komt, vervalt dit bezwaar. „Bovendien, is de bedenking zelve wel geheel vrij van een steeds te veroordeelen neerzien op het veroordeelend vonnis vernietigd en de be- anderen „Schuilt onder christenen ook niet maar al te veel zonde? „En wie de hand in eigen boezem steekt „Jezus zei: „Wie van u zonder zonde is, werpe eerst den steen op haar1” In verband met bovenstaande beschouwingen mag de aandacht worden gevestigd op ’t geen ’t jongste nummer van l'Argus, journal interna tional des assurances meedeelt. Er is te Londen een nieuwe brandverzekering- maatschappij opgericht „Notre-Dame des Flam- mes* geheeten, welker bestuur te Rome zetelt. In tegenstelling van andere maatschappijen die, in onze eeuw van godsdienstige onverschilligheid, de namen dragen van heidensche góden of mythologische vogels, bezit de Notre-Dame des Flammes een zuiver godsdienstig karakter; door de geestelijkheid beschermd, wil zij toonen, dat, waar geheel godsdienstlooze maatschappijen uit stekende resultaten verkrijgen, een instelling die de medewerking zal genieten van de geheele katholieke wereld, in niet geringer mate met voordeel kan werken. Het maatschappelijk kapitaal bedraagt 500,000 p. st. Gelijk uit vorenstaande blijkt, is dr. Kuyper op dit punt een eenigszins andere leer toegedaan. De „verchristelijking van het kapitaal* schijnt bij hem nog niet op het programma te staan. In de Delvenaar rechtvaardigt de heer J. C. Fabius, lid der Tweede Kamer, de houding die hij bij de behandeling van het reglement van orde heeft aangenomen eon houding die, gelijk men weet, den toorn van de Standaard en van een groot deel der anti-revolutionaire pers heeft gaande gemaakt. Hij heeft, naar hij mededeelt, reeds bij de behandeling in de af- deelingen der Kamer en de club-vergaderingen der antirev. partij, die vóór de openbare behan deling zijn gehouden, zijn bezwaren tegen de door de heeren Lohman en Öchaepman voorge stelde artikelen ontwikkeld, eu door de daar gevoerde discussie zag hij die bezwaren niet "eggenomen. Daarom heeft hij zijn overtuiging gevolgd en tegen art. 366 gestemd. Na er op gewezen te hebben dat het voor de voorstellers tamelijk wel hetzelfde was of hij aan het artikel in quaestie al dan niet zijn stem gaf daar het aannemen van het artikel toch het verwerpen van de begrootingscommissie niet sou hebben voorkomen komt de heer Fabius tot de vraag van het partijbelang. Zij die zijn houding hebben afgekeurd hebben er den nadruk °P gelegd, dat men althans den leider trouw moet zijn en de partij niet magatvallen. Wat m engeren zin echter de belangen van de partij schijnt te dienen, kan, naar de schrijver doet opmorken, zeer wel blijken met het landsbelang m strijd te zijn. En het onmiddellijk belang van he rechterzijde in de Kamer ziet hij na al het gehoorde nog niet in. Het partijbelang is bij deze zaak z. i. zeer ongelukkig te pas gebracht. Dij vindt dat de heeren Lohman en Schaepman een fout hebben begaan, door zich niet te Verzekeren van de instemming hunner vrienden ea niet bedacht te zijn op den te verwachten tegsnstand der tegenpartij. Hij zou de laatste mjn om op die fouten te wijzen, doch vervolgt de heer Fabius „het gaat niet aan anderen daarvoor te laten boeten; en ik acht het zeer oedenkelijk dat in de Kamer, maar vooral in OEEKER CRURO f 1.01 .IBIWM i 6 I l I Ugi' j 0 jr.-l Aagje iet 'J ijpraij l tsmal tinne! d. - 20 30 föO ,15 134 49 10 45 612 76 7 21 81’ dooi 8 36 dool 856 loof 911 loof 9 25 loof 942 loof 2 >Zlo,u dua oordeelt men „als de Christenen onder elkan der een soort vereeniging konden opriehten, om by even- tueele brandschade de schade om te slaan, er zou bij ons geen bedenking tegen rijzen. Maar is het dan niet alzoo, dat in een assurantie-maatschappy ook allerlei leden worden opgenomen, met wie men in het dagelyksch leven liever niet te doen heeft. Worden in de maatschappij, waar gij ingaat, ook niet opgeno men allerlei herbergiers, kroeg- en bordeelhouders En mogen wy Christenen, ons met zulke lieden verbinden.*4

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1888 | | pagina 1