-Niq Hut er zij x>k aan opealgke beschuldiging optrad, dan was alle» het om in do in de den BIJBLAD behoorende bij de SNEEKER COURANT van ZATERDAG 6 April 1889. FEUILLETON-NUMMBB (33.) hoe leen ond veer zult ■h ik' I ^a’s ve er pt, hg als uren veer 1 ken, iaan. Lore i het ertia srwijl dden. leren Iden- tïaaio iende haar jd zoo haar, zijner bhecn, ibeide leestal die .Is hij in. geheel en doctor ZIJ haaijfl vanH e daairl De ver* j op haar J -n nti.lUd w au mt o kwam 1 ooskleu* J Zij haiMI e burs® niet deJH iit.i'tiM'h I I' i' ie I „Daar zijn wij!’ zei hij groetende. »^\voorf komen direct vanOberstein, maar hebben eigenlijk, meer gezwommen als geloopen/ „Wij vroeg Ernst. „Is dokter Reinsfeld De "Wolkenstein had zijn kruin nog dichter omsluierd als gewoonlijkdonkere onweerswol ken omgaven zijn spits en omsloten zijne wanden, ■wilde bergstroomen stortten van zijne ijsvelden naar beneden en de stormen gierden dag en nacht om hem heen. De Alpenfee zwa tide den sciiepter over haar rijk, de wilde gebiedster van het gebergte toonde zich in ha ir volle vreoselijke macht. De najaarsstormen waren immers zoo vaak noodlottig geworden; meer als eenmaal hadden zij overstroomingen en gevaar voor lawinen meêgebrachtmenig dorp, menige eenzame hoeve op ’t gebergte, had zulks op noodlottige wijze moeten ondervinden, maar zoo’n romp was sedert een meascnealeeftijd niet voorgekomen. Zonderling was het, dat zij ditmaal grootendeels de omliggende pla itsen verschoondede stroo- men en stormen bedreigden slechts den spoorweg, die, den loop van de rivier volgende, door het geheele Wolkensteiner gebied liep en met zijn talrijke bruggen en gebouwen maar al te veel punten van aanval aanbood. De chef ingenieur had dadelijk bij het eerste dreigende gevaar met zijne gewone voorzichtig heid en energie zijne maatregelen genomen. De gezamenlijke werklieden werden opgeroepen om den weg te beschermen de ingenieurs waren dag en nacht op hun post, Elmhorst zelf scheen zich te vermenigvuldigen en overal tegelijk te zijn. Hij vloog van de eene bedreigde plek naar de andere hij moedigde door zijn voorbeeld aan, gaf zijne bevelen, vuurde den ijver aan en gaf daarbij onophoudelijk zijn eigen veiligheid prijs. Zijn voorbeeld sleepte allen meêwat menschenkrachtea doen konden, werd gedaan, maar alle menschelijke kracht bleek onmachtig tegenover de ontketende elementen. Óedert drie dagen en nachten stroomde de regen als wolkbreuken neeral de huizende water-aderen, die anders zoo onschuldig en zoo helder als zilver van de hoogten neerliepen, stroomden en stortten thans als bruisende beken naar beneden in het dal, de beken werden verwoestende rivieren, die door de bosschen heenbraken en dennen en rotsblokken met zich voortrukten, en alles voedde den bergstroom, wiens vloed al hooger en hooger steeg en die zijn wilde golven gedurig op nieuw tegen de spoor dijken wierp. Deze konden dien onophoudelijken aanval eindelijk niet langer weerstaan; hier werden zij overstroomd, daar stukgeslagende natte omgewoelde aarde hield nergens meer stand en rukte, bezwijkende, het muurwerk met zich meê. Ook de bruggen hielden geen stand meer, de maakt/ eene na de andere bezweek voor den aandrang der golven, welke men te vergeefs trachtte te verdeelen en te breken. Tengevolge den onop houdelijk neêrstroomenden regen hadden overal aarde- en rotsstortingen plaatseen der stations gebouwen werd daardoor totaal vernield, de anderen zwaar beschadigd. Daarbij gierde de storm door de lucht en bemoeilijkte ontzettend het werken daar buiten. Als de chef-ingenieur niet aan hun hoofd had gestaan, dan zouden de werklieden reeds lang den arbeid opgegeven en zonder verder een hand uit te steken de verwoesting hebben aangestaard, die zij toch niet konden keeren. Maar Wolfgang Elmhorst zette den strijd voort tot het uiterste. Stap voor stap, zooals hij eenmaal dien bodem veroverd had, verdedigde hij dien thans ook. Hij wilde niet bezwijken, wilde zijn werk niet prijsgeven; maar terwijl hij met wanhopige energie streed en alles op het spel zette om het aan de vernietiging te ontrukken, klonken hem gedurig weer de laatste woorden van den ouden vrijheer von Thurgau in de ooren „Neemt u in acht voor onze bergen, die gij zoo hoogmoedig wilt beheerschen, dat zij niet naar beneden storten en al uwe wegen en bruggen tot splinters maken. Ik wou wel dat ik er bij kon staan en zien, hoe dat geheele vervloekte werk in gruis viel Die sombere profetie scheen thans vervuld te zullen wordennajaren! Men had door bosschen en rotsen heengebroken, rivieren bedwongen eh hetgeheele uitgestrekte bergrijhonderden ijzeren band doen buigen, die het dienstbaar moest maken aan de menschen; men had er zich zoo trotse h op beroemd, de Alpenfee overwonnen en onder- s n vau de warms >ud. i de prmj .griinonieJ jlkt blal riep zij èr? ’.tjj i eens irecies, 1 nu zou I et haai I i ij zou orden 1 i streek ooren. op het 3, ver en der voorkomen/ „Dat zou ook verschrikkelijk zijn kermde Nordheim. De schade is nu reeds niet te overzien. Als de brug ook nog bezwijkt, dan is alles ver loren 1“ Het sombere voorhoofd van den chef ingenieur rimpelde zich nog dieper bij die wanhopige uitbarsting. „Herstel uzei hij zacht, maar met vollen nadruk. „Men let op ons, aller oogen zijn op ons gevestigd, wij moeten het voorbeeld geven van moed en hoop, anders houden die menschen in ’t geheel geen stand meer/ „Hoopherhaalde de president, die zich aan dat woord als aan een laatst reddingsanker vastklampte. „Hebt gij dan werkelijk nog hoop „Neen - maar ik strijd tot aan mjjn laatsten ademtocht Nordheim keek den spreker aan. Zijne bleeko, sombere gelaatstrekken waren onbeweeglijk als I van ijzer, zij verriedden niets van de stormen, die in zijn binnenste woedden, en toch stond ook voor hèm alles op het spel. Sedert zjjne trotsche droomen van macht en rijkdom vervlo gen waren, bleef hem nog slechts zijn werk over, waarop hij zich een nieuwe toekomst zou kunnen bouwen,als hij in leven bleef, en dat ten minste een onuitwischboar spoor van zijn bestaan zou nalaten, als hij door den kogel van Wallenberg viel maar thans dreigde ook dat te gronde te gaanEn toch stond hij daar strijdende op zijn post, terwijl de president slechts een beeld van dotfe wanhoop aanbood. Wat vroeg deze er naar, of men zijne kleinmoedigheid opmerkte, of men van een man van zijne positie een voorbeeld van moed verwachtte, hij dacht slechts aan de ongehoorde verliezen, welke hem ten val zouden kunnen brengen, als er niet spoedig paal en perk aan gesteld werd. „Ik moet naar myn post terugzei Elmhorst, het gesprek af brekende. „Als gij hier wilt blijven, kies uw standplaats dan met voorzich tigheid, de steenen en aardstortingen vallen overal neer, wij hebben daarbij reeds ongelukken genoeg gehad/ Hij keerde zich om teneinde weer naar de dammen te gaan en bemerkte thans eerst dat Nordheim niet alleen was gekomen Een oogen blik scheen zijn voet als aan den grond vastge worteld en vloog zijn blik naar Erna toe. Hij vermoedde, wat haar naar hier voerdehy wist nu immers dat zij voor hem sidderde en beefde, maar hij deed geen poging om haar te naderen; want naast haar stond, stom en onver biddelijk als het noodlot zelf, de man wien zij zou toebehooren, die haar nu reeds als zijn on vervreemdbaar eigendom beschouwde. Wallen berg bespeurde den angstigen blik, dien Wolfgang volgde, toen deze weer naar de werklieden terugkeerde en zich midden op den bedreigden dam plaatste, en als toevallig greep hij den teugel van het andere paard en hield deze met ijzeren hand vast. Op eens kwam achter hun beiden de lange gestalte van Gronau opduiken. Hy was door en bedaard. ontmoetingen niet. Zij wisten immers het best, wat hun te verliezen stond en gedeeltelijk ook reeds verloren was, en het gevaar, dat de onderneming liep waarbij zij beiden betrokken waren, verbond hunne belangen weer even onafscheidelijk aan elkaar als ten tijde hunner nauwste verbintenis. „Gij zijt hier op het bovenste gedeelte der lijn?“ vroeg de president in angstige spanning. „En het benedenste „Hebben wij moeten opgeven/ vulde Wolf gang aan. „liet was ónmogelijk het langer te behouden. De dammen zijn doorgebroken, de bruggen weggerukt. Ik heb slechts het nood zakelijkste personeel tot bescherming der stations achtergelaten en alle beschikbare krachten hier saamgetrokken. Wij moeten tot eiken prijs de woeste beken van ’t gebergte zien meester te worden/ De dwalende blik van Nordheim vloog over de brug en naar boven naar het stationsgebouw, waar eveneens een aantal werklieden bezig was. „En wat gebeurt daar Laat gij het gebouw leêgmaken?“ „Ik laat in elk geval het technisch bureau met de plannen en teekeningen in veiligheid brengen, want van den Wolkenstein dreigt het gevaar voor lawinen hij heeft ons reeds eenige waarschuwende teekenen vooruit gezonden/ „Ook dat nog 1“ mompelde de president wanhopig, en plotseling sprong hij op, als door een vreeselijk denkbeeld getroffen. „Om Gods wil, gij gelooft toch niet, dat de brug „Noen antwoordde Wolfgang, diep adem halende. „De zoom van het bosch beschermt de kloof en meteen de brug, dailr breekt geen lawine door. Ik ben reeds van het begin af op worpen te hebben, en thans, onmiddellijk voor die mogelijkheid verdacht geweest en heb haar de voltooiing van het werk, verhief zij zich op haar wolkentroon en schudde toornig het hoofd. Thans kwam zij naar beneden in storm en onweer, en voor den adem van dien storm viel al dat trotsche menschenwerk als een puin'ioop in elkaar. Hier hielp geen moed en energie, geen worsteling van de wanhoopde woeste natuur kracht vernielde binnen eenige dagen allo wer ken, die de menschelijke geest na jarenlangea moeilijke arbeid in ’t leven hadden geroepen, en dreef onder hoongelach haar spel met hen, die gemeend hadden hare meesters te zijn een vreeselijk dood- en verderf aanbrengend spel 1 ’t Is waar, de Wolkensteiner brug stond nog vast en veilig, terwijl al het andere wankelde en neerstortte. Zelfs het witte kokende schuim, dat de woest schuimende rivier omhoog slingerde, drong niet door tot haar, die zich daarboven in h ire duizelingwekkende hoogte verhief. En hoe vreeselijk hij ook door de lucht gierde, de storm werd gebroken tegen de ijzeren ribben van dat reusachtig bouwwerk. Als voor de eeuwigheid geschapen rustte het op zijn rots grond, het hoofd biedende aan alle machten van het noodlot. Het stationsgebouw, dat de chef ingenieur tusschenbeide bewoonde, was sedert het losbarsten van de ramp het hoofdkwartier geweest, waar alle berichten en mededeelingen werden heen gezonden, vanwaar alle bevelen en maitregelen uitgingen. Men had dit gedeelte van de lijn tot nu toe als veilig beschouwd, omdat zij hier een der smalle, diep ingesneden zijdalen kruiste, de Wolkensteiner bergkloof overbrugde en zich vervolgens langs steile, hooge hellingen weer naar den bergstroom wendde, die op deze plek een breede bocht maakte. Het hooge water, dit zoo noodlottig voor het benedengedeelte van den spoorweg geworden was, kon het bovengedeelte niet bereiken, maar thans waren de woeste beken van den W olkenstein losgebroken en het slib en de rollende steenen en brokstukken, welke zij meêvoerden, drongen door tot de brug. Het gevaar moest ook daar wel dreigend zijn, want Elmhorst wa» zelf op deze plaats en bestuurde persoonlijk het werk. Te midden der algemeene drukte en opge wondenheid werd de komst van den president en zijn gast nauwelijks opgemerkt, slechts eenige ingenieurs naderden hen en bevestigden schou derophalend de laatste berichten. Niettegenstaan de het onweer werd er met koortsachtige inspanning gewerktgeheele scharen arbeiders waren in de nabijheid van de brug bezig, ook bij het stationsgebouw scheen ’t een of ander te gebeuren, en intusschen stroomde de regen neer en brulde de storm, zoodit het vaak niet mogelijk was, de woorden en bevelen van de ingenieurs te verstaan. Nordneim was van het paard gesprongen en naderde zijn voormaligen schoonzoon, die eveneens zijn post verliet en hem tegemoet kwam. Zij hadden beide gedacht, dat het onderhoud, dat ten slotte op eene scheiding uitliep, hun laatste zou zijn; thans zagen en spraken zij elkaar dagelijks en in den drang der omstandigheden voelden zij bijna het pijnlijke dier vernieuwde De Fee der Alpen. Roman van E. Werner. (Vervolg.) In de zijkamer vernam men de stem van .den president, die haastig en op luiden toon een bevel gaf aan een der bedienden en dadelijk daarop zelf binnenkwam, bleek en opgewonden, slechts met moeite zijne tegenwoordigheid van geest bewarende. De laatste berichten deden het ergste vermoedenhij wilde er zelf naar toe en zien hoe het stond. Wallenberg zei dadelijk dat hij met hem zou gaan en keerde zich vervolgens zoo kalm tot zijn verloofde, alsof er niets tusschen hen was voorgevallen. „Wilt gij ons niet vergezellen, Erna? Wij rijden naar de meest bedreigde punten, en gij zijt waarlijk onbevreesd genoeg/ Erna aarzelde een oogenblik, maar toen gaf zij haastig hare toestemming. Zij moest zien en weten, wat daar beneden gebeurde, al ware ’t dan ook het ergste. Alles liever, als langer hier boven te blijven om in denjagenden nevel te turen, die alles voor het oog verborgen hield, en de berichten aan te hooren, die van uur tot uur meer beangstigend luidden 1 Men zou naar de meest bedreigde punten gaan; daar was Wolfgang, zij zou hem dan althans zien 1 Wally, die niet begrijpen kon hoe men zich in zulk een weer naar buiten dorst begeven, keek hen, toen zij wegreden, hoofdschuddend naook de president was te paard, want op de totaal doorgeweekte wogen kon een rijtuig niet vooruitkomen zelfs de dieren konden zich slecnts met moeite door het dikke slijk voortwerken. Het kleine gezelschap spoedde zich onder een beangstigend zwijgen voorwaartsalleen Walten berg maakte van tijd tot tijd eene opmerking, welke nauwelijks beantwoord werd Zij sloegen in de eerste plaats den weg in naar de W ol- kensteiner brug. bij u?“ „Ja zeker, wij hebben de Obersteiners met alle moeite en inspanning weer bij hun verstand I gebracht en hen overtuigd, dat hun nest ditmaal buiten gevaar is. Het is een zwaar stuk werk I geweest, maar zij zagen het eindelijk in, en pas I waren we daarmeê klaar, toen er een bode kwam van den chef ingenieur om den dokter te halener waren by het reddingswerk een paar ongelukken gebeurd. De goede dokter liep natuurlijk alsof zijn hoofd in brand stond, van de eene ellende in de andere, on ik ging met I hem, want ik dacht zoo een paar stevige armen zijn overal te gebruiken, en dat was een heel I goede inval. Voorloopig heb ik my daarginds in het wachtershuisje als helper in het hos- i pitaal gevestigd en kom nu slechts even hier, om mij te laten zien, want wij hebben helaas de handen vol/ „Er zijn dus reeds ongelukken gebeurd - toch geen erge, wil ik hopen vroeg Erna haastig. Gronau haalde met een bedenkelijk gelaat de schouders op. „Een van de werklieden is door het woedende water meègesleept en half verpletterd weer op- gevischt gewordende dokter vreest dat hij er moeilijk weer van zal op komen; een tweede is door een neervallende aardstorting am het hoofd getroffen, en met dien gaat het eveneens om dood en levende kwetsuren van de anderen zijn van lichteren aard „Als dokter Reinsfeld nog hulp mocht noodig hebben, ik ben tot eiken dienst bereid zei het jonge meisje, terwijl zij eene beweging maakte om haar- paard naar het aangewezen huisje te laten gaan. „Dank u, juffrouw, wij zullen het samen wel redden/ antwoordde Veit, terwijl Wallenberg zich omkeerde en zijn verloofde verbaasd aan keek. „Gij, Erna Daarvoor zijn hier toch wel andere handen Gij hoort het immers dat Gronau den dokter helpt. Waartoe dus dat overtollige heroïsme „Omdat ik het niet kan uitstaan, hier alleen ledig en werkeloos te blijven, terwijl alles om mij heen werkt on worstelt en zijn laatste krachten op het spel zet/ Er lag een bitter verwijt in dat gezegde, maar Ernst scheen het niet te willen begrijpen. „Nu, zonder deelneming zyt gij althans niet, IUoclit gij hebt bepaald de koorts van opgewondenheid/ merkte hij koel op. „Maar, t is waar, diemenschen doen inderdaad alles wat zij kunnen, niettegenstaande zij by huu werk in voortdurend gevaar verkeeren/ „Omdat de chef-ingenieur hun steeds vóór gaat/ vulde Veit aan. „Als hij niet overal de eerste was en hun toonde, hoe men het gevaar moet verachten, dan zouden zij zich wel bedenken en zich achteruit houden; maar zóó'n leider sleept ook de laf hartigsten meê. Daar staat hij weer midden op den dam, dien het woedende water elk oogenblik kan wegrukken, en kom- mandeert alsof hij de geheele bergwereld voor 't bevelen had Sedert drie dagen vecht hij nu zoo tegen die vervloekte Alpenfee, die ditmaal bepaald een a inval van woede schijnt te hebben, en ik geloof waarachtig dat hij er in slagen zal, haar te over .vinnen. Maar nu moet ik naar den dokter terug 1 God behoede u Hij ging heen, en de president, die thans eerst naar zijn gezelschap terugkeerde, zag hem nog in de deur van het wachtershuisje verdwijnen. Onwillekeurig voelde hij eene rilling door zijne de leden gaanhet verschijnen van dien man was voor hem een onheilspellend voorteeken te meer op dezen reeds zoo rampzaligen dag het herinnerde hem er aan, dat hem nog iets anders bedreigde, wat door de tegenwoordige ramp op den achtergrond gedrongen was, en deze ramp was al reeds verschrikkelijk genoeg. Het jongste gesprek met Wolfgang had de laatste schemering van hoop aan Nordaoim ontnomen. Als ook hot bovenste gedeelte der lijn eindelijk moest worden prijsgegeven, wat bleef er dan nog over van den geheelen aanleg, die millioonen verslonden h id en welks herstel ling op dezelfde wijze voor hèm althans een zaak van onmogelijkheid was? Hij was van het begin af de hoofdeigenaar van den spoorweg geweest en had gedurende den laatsten tijd, met het oog op de verwachte winst bij zyne aftreding, nog meer aandeelen in zijne handen gebracht; thans trof hem het geheele ongehoorde verlies alleen. Hg wist wel dat zijn vermogen, dat wel is waar ook in verscheidene andere onderne mingen gestoken was, echter zulk een slag niet zou kunnen doorstaan, en als Gronau nu ook door nat en beslijkt, maar als altijd evenj nog gevolg gaf aan zijne bedreiging en met een lüü

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1889 | | pagina 5