JONEL FORTUNAT.
4
der school te Oudega, van al het geen do hoor
Naar’t N. v. d. D. verneemt heeft de Engel-
met
behoorende tot het onderwyzers-gezelschap W ym-
britseradeel en Ulst.
ete
de
te
ge
g'
st
ac
on
in
bj]
en
ini
N
le
gi
ze
Wi
in
va
ee
de
ne
me
rijl
en
lie*
tee
J
pul
He
StOI
din
kel
het
tint
wet
1
zoo
avo
jubi
hod
de
<1
ui
sp;
to*
25
by
oo
aa
ge<
eei
Ui
toe
ge:
set
hei
’t Visschen naar de millioenen van de Lutine
begint weer. De kosten behoeven iutusschen
niet zoo groot te zijn, daar de stoomschelpzuigers
bij ongunstige weersgesteldheid binnengaats aan
’t schelpenzuigen gaan. Zij behoeven dus niet
werkeloos te liggen. Men wil voorts gaan zoeken
naar de zilver- en koperertsen uit de Eldorado,
nabij de Lutine gezonken.
Eenige dagen geleden werd zekere F. te
Roermond bij een familietwist door zijn twee
schoonzoons ernstig aan het hoofd verwond.
'Thans is hij stervende. De daders zyn gevlucht.
De Arrih. Cl. wijst er op dat zulk een loop
van zaken wel wat te veel heeft van „gemeen
overleg*.
te
ont*
E
van
kna
Zwa
Mijr
op
de
vern
Van
smol
D
wel
pref*
van
omvi
H
Rem
ten ei
uit t
mijnl
latijn
1 Der>
tot a
eerlij
van I
H*
van i
gebo*
de d*
schen
vergt
Da
Te Zetten is Dinsdag nacht zekere Thijssen
door een kogel ernstig verwond. De kogel, tegen
’t gelaat gericht, kwam er aan ’t oor weder uit.
De dader, W. Rovers, is gevat. Wat hem
tot deze daad heelt bewogen wordt niet gemeld.
Dinsdag is voor den Hoogen Raad het cas
satieberoep behandeld van den Dordrechtschen
zoutzieder, die tot een bagatel van f401,863.05
boete is veroordeeld wegens het als zoutzieder
bij peiling der zoutziederij aanwezig hebben van
minder zout of pekel dan waarvoor de zoutzieder
is gedebiteerd.
Mr. Kappeijne pleitte voor vernietiging van
het arrest. De advocaat-generaal neemt 29 April
conclusie.
Te Eindhoven blijft het nog onrustig. Wel
was Maandag het houden van samenscholingen
verboden, maar te 2 uur verzamelden zich de
werkstakers en trokken naar de fabriek. Door
de politie werden ze aaugemaand uiteen te gaan,
maar zij weigerden zelfs toonden eenigen hunner
revolvers en messen. Nu werden zy met de
blanke sabel uiteengejaagd. De aanvoerder van
den troep werd met nog een paar anderen in
verzekerde bewaring genomen. Da marechaussees
zyn versterkt met manschappen uit andere bri
gades.
Is het N. v. d. D. goed ingelicht, dan moeten
er onderhandelingen gevoerd worden over een
plan tot overneming van de Rijnspoor door de
Maatschappij tot exploitatie van Staatsspoorwegen.
Dr. J. M. Smit, voormalig leeraar aan de
koninklijke hoogere burgerschool te Apeldoorn,
zal, naar wordt gemeld, naar Argentinië vertrek
ken. Hij moet een staatsbetrekking bij het
hooger onderwys hebben gekregen.
Ten gerieve van het publiek zil binnenkort
een rijkstelegraafdraad worden gespannen tus-
schen Stavoren en Sneek, welk kantoor met alle
rykskantoren gemeenschap heelt. Tot nog toe
was er te Stavoren slechts een spoorwegkantoor.
De rechtbank te ’s Gravenhage heelt den
gepensioneerden hoofdofficier bij het Indische
leger Verstege veroordeeld, wegens eenvoudige
beleed’ging van den gep. luitenaot kolonel de
Rochemont, tot f 200 boete.
sche landbouwmaatschappij besloten de uitnoo-
diging der regeering, om personen naar Nederland
te zenden, ten einde zich van de voldoendheid
der maatregelen ter voorkoming van invoer van
veeziekten te overtuigen, niet aan te nemen.
Zij zal nu voorstellen de in werking treding
van de verordening van 1 Juni tot 1 Sept, uit
te stellen, ten einde ondervinding te verkrijgen
van de voldoendheid der maatregelen in Neder
land en het gevaar van veeziekten op de ten
toonstelling te Windsor af te sluiten. Voorts
deed zij het voorstel om de bestaande wetten
op dit stuk te verscherpen.
Raadersma voor het gezelschap Wymbritseradeel
jaren reeds was. Zyn helder hoofd, zyn warm
hart, waar het de belangen van het onderwijs
gold, hadden hem aller achting doen verwerven.
Zy boden een paar artikelen Japansch laswerk
aan tot gedachtenis.
Een schaar van oud-leerlingen volgde, om
den dank voor ’t genoten onderwys uit te spre
ken en deden dit vergezellen door een geschenk 1
in zilver.
Voor de oud-leerlingen der Normaalschool 70
d 80 in getal, sprak de heer J. H. Plevier, I
zoo’n voorname onverschilligheid aan, dat men
haar al heel spoedig onder de vrouwen met
marmeren harten rangschikte. Men bleef haar
wel is waar onafgebroken hulde bewijzen, maar
geen van hare vereerders hoopte meer de Pyg
malion van dit marmerbeeld te worden.
Eenige maanden na den dood van haar echt
genoot verliet mevrouw Veiota de residentie en
reisde met haar kind naar Nizza. Zj was
gewoon elk jaar een reisje naar de baden te
maken, telkenmale door de hoop gevleid, dat
haar arme Flo.ica daar genezing vinden zou.
Er was geen beroemde geneesheer in Europa,
met wiou zy niet geconsulteerd, geen bad, dat
zij niet bezocht had. Maar de verlamming wilde
ondanks alle mogelyke badkuren niet genezen.
Het moederhart wanhoopte niet. Als zij in
de helder blauwe oogeu van haar Florica keek,
als zy haar wonderlyk fijn gezichtje beschouwde,
dan kon zy het zich met begrypeu, dat haar kind
veroordeeld was om haar levenlang daar als een
geknakte bloem te moeten liggen.
Eenige maanden nu haar aankomst te Nizza
ontving zij een brief van mevrouw Falutza»
Deze bevatte drie postscriptums. Het eerste
melddeop breedsprakige manier, welkeen eenzaam
somber leven mynheer Fortunat in Banesti
leidde. Het tweede bestond uit allerlei zinspe
lingen, dat eeue jonge, schooue weduwe met
bestemd was, haar leven eenzaam te slijten,
en dut eene vrouw door de sterke hand van een
man moest geleid worden. Het derde eindelyk
bevatte de lakomeke mededeeling, dut het ia du
nabyheid van Banesti gelegen landgoed Oiesti
voor een spotprijs te koop was.
Mevrouw Veiota had die drie postscriptums
met een zonderling gevoel van misdagen gelezen.
i na de ontvangst van den brief
Het heelt eenige bevreemding gewekt dat
de interpellatie, door den heer Schaepman aan-
gekondigd over de pakketvaart naar Indie, niet
is doorgegaan. Volgens den Haagschen corres
pondent van de Midd. Ct. heelt een nader over
leg plaats gehad tusscheu den heer Keuchenius
en den iuterpollaut, waardoor laatstgenoemde
heeft gemeend de zaak verder te moeten laten
rusten.
las zij dien nogmaals over en een week later
had haar advocaat te Jassy de opdracht ont
vangen, op haar uaam het landgoed Oiesti aan
te koopen.
Het bericht, dat mevrouw Veiota eigenares
van Oiesti geworden was, had overal onder de
ongehuwde landeigenaars in het district een
prettigen iudruk gemaakt, die bepaald tot enthou
siasme steeg, toen met het begin van Juli de
schoone weduwe met haar dochtertje in het
heerenüuis van haar nieuw aangekocht landgoed
haar in trek nam.
Mevrouw Falutza, die anders veel van over
drijving hield, had ditmaal toch niet overdreven.
Mevrouw Veiota was werkelijk een zeldzame
verschijning. Haar bleek, min of meer roos
kleurig gelaat, had wel is waar geen klassiek
schoone trekken. De neus met zijne lichttril-
lende vleugels was een beetje stomp, de
mond met zyne trotsch opgetrokken bovenlip
een beetje groot. Maar desniettegenstaande
frappeerde dat gelaat met zijne door lange wim
pers overschaduwde donkerolauwe oogen, dat
door het zware blonde, door een gouden kam
omhoog gehouden haar omlijst werd, terwyl
eenige weerspannige lokjes in den nek krulden.
Eu als mevrouw Veiota een beetje opgewon
den wasals het in hare donkerblauwe oogeu
begon te weerlichten; als die fiere, als door een
kunstenaarshand gebeitelde gestalte zich verhief;
als de half geopende mond met die trotsch óp
getrokken bovenlip zyn schitterende tanden zien
liet; als alles leven en beweging aan haar was
en eene onverminderde jeugdige trischheid uit
geheel haar uiterlyk straalde, dan was die be
koorlijke vrouw werkelijk verrukkelyk.
Was het te verwonderen, dat mevrouw Veiota
reeds gedurende de eeiste week vau haar .verblyf
Niet vreemd dus, dat de jubilaris op talrijk
bezoek mocht rekenen op zijnen feestdag.
De school werd tot feestzaal iugerichtvaar
dige handen hadden inden voorafgaandeu nacht
keur van groen en vlaggen aangebracht en
reeds op den voormiddag vau den gedenkwaar-
digen dag weerklonken daar de tonen vau de
liederen der scholieren, die hunnen meester
hartelijke heilgroeteu toebrachten. Zy werden
onthaald, speelden naar hartelust en gingen wel
voldaan naar huis.
In den loop van den dag werden door de
ouders der leerlingen en door oud-leerlingeu
kostbare geschenken aangeboden, bestaande in
een 8 tal degelijke stoelen met dito leunstoelen,
benevens een keurige pendule met nog andere
huishoudelyke artikelen. Zy gingen vergezeld
vau de heilwenschen der milde gevers.
’s Avonds was het feest in volle glorie. Het
ruime schoollokaal was nauwelijks groot genoeg
om de talrijke schare te bevatten, allen ouge-
uoodigde gasten, maar niettemin hartelijk wel
kom, want dat zy verwacht werden bleek uit
het gul onthaal.
Ook ’s avonds werden schoone toespraken
gehouden.
’t Eerst voerde het woord de heer J. Visser,
directeur der Normaalschool te Sneek, niet als
schoonvader van den jubilaris, maar in qualiteit
als onderwijzer. Hij herdacht de werkzaamheid
van den heer Raadersma, bracht hem zijnen
dank voor alles, wat hij had gedaan voor de
inrichtingen tot opleiding te Sneek en sloot met
den wensch, dat hij lang nog even krachtig
mocht werken om den bloei er van te verhougen.
Daarna gewaagde de heer J. de Jong, hoofd
Mijnheer Veiota echter deed degenen, die zijn
dood voorspelden en daarop speculeerden, het
genoegen niet, te sterven.
Integendeel! Een jaar na zijn huwelijk werd
hy de gelukkige vader van eou allerliefst meisje
en leefde daarna nog volle elf jaren.
Het was wel is waar een treurig leven, dat
bijna altyd in de ziekenkamer gesleten werd.
En zoo ontbrak het dan ook niet aan goede
zielen, die mevrouw Veiota van harte beklaagden,
maar er tusschenbeide ook een gevoel van me
delijden in lieten doorschemeren, dat de eenige
spruit uit dit zonderliuge huwelyk aan beide
voeten verlamd was. Maar mevrouw Veiota
seneen geen behoefte te gevoelen aan medelyden
en troost.
Zy voerde een grooten staat, gaf schitterende
balo, waarop zy op hoogst beminnelyke wijze
de honneurs waarnam, en overschaduwde al haar
lieve vriendinnen door even kostbare als smaak
volle toiletten, door hare gemakkelykheid in den
omgang en door hare stralende schoonheid.
Het maakte een zeer eigenaardigen indruk,
als men die mooie, steeds opgewekte vrouw
naast haar ineeugeschrompeldeu echtgenoot met
zijne halfblinde oogen zag. Den zwerm barer
vereerders kwam het onbegrijpelijk voor, hoe
zulk een goddelijke vrouw aan de zijde van
zoo’n man kon leven en lachen. Het ontbrak
dan ook niet aan pogingen, om haar dat geluk te
verschaffen, ’t welk zy volgens de beschouwingen
barer vereerders in haar huwelyk onmogelyk
vinden kon.
Mevrouw Veiota wees de talrijke dweepende
liefdes-verklaringen, wemeuaar vooral gedurende
het eerste jaar van haar huwelyk werden gedaan,
biet met oitse koemeid aizy hoorde ze zoo me*, eeu &uuu<
bedaard, maar met zoo’u ironisch lachje, met I Eenige dagen
bezoeken. Wel een bewijs dat de belemmering
niet zoo groot wasVooits is het Hand.
min of meer ontstemd, dat de regeering de
bijzondere scholen tot het „vrije onderwijs
rekent en het stelt de vraag of dan de openbare
scholen niet vrij zijn.
Naast de bepalingen van het nieuwe ontwerp,
die op verbetering van het technische gedeelte
der schoolinrichting betrekking hebben, komen
andere voor die het hart der quaestie raken,
b.v. het subsidieeren van het bijzonder onderwijs,
ook in kerkelijke richting, en de vermindering
van het aantal onderwijzers in verhouding tot
het aantal kinderen. Daar rijzen de cardiuale
bedenkingen, daar rijzen vragen of het geld uit
de openbare kas mag worden besteed voor on
derwijs, ’t welk gegeven wordt op scholen, niet
voor ieder toegankelijk, of het volksonderwijs
daardoor niet ernstig zal worden benadeeld,
liet blad komt nader op een en ander terug.
De Kamper Ct. vestigt op dit subsidieeren
van bijzondere scholen reeds meer de aandacht.
Om in het genot van subsidie te kunnen komen
moeten de scholen aan zekere voor waarden vol
doen. De eerste voorwaarde is dat zij moeten
staan onder het bestuur van een instelling of
vereeniging, die rechtspersoonlijkheid bezit.
Door deze bepalingen zyn vereenigingen, door
sociaal-democraten opgericht, uitgesloten. De
vraag is echter of dit kan worden volgehouden
en of uitsluiting van wie dan ook overeen te
brengen is met het beginsel van rechtsgelijkheid.
Eeu ander bezwaar is, dat de scholen, die
gemiddeld f25 of meer per leerling heffen in
’t jaar, geen subsidie zullen erlangen, ’c Gevolg
daarvan zal zijn, dat voor onderwyzers, die voor
eigen rekening een school hebben, de concur
rentie met openbare en gesubsideerde bijzondere
scholen onmogelyk wordt gemaakt. By zulk
een subsidiestelsel is uitsluitend de secte-school
gebaat.
De bepaling, dat de kosten van ulle scholen
waar f 25 of meer wordt geheven, ook bij het
openb. onderwijs, ten laste der gemeente blijven
zullen, legt een zwaren financieeien druk op de
gemeente, een druk, die ten nadeele zal komen
van dit talrijke deel der burgerij, ’t wolk niet
tot de on-, noch tot de minvermogenden behooit
maar toch voor het hooge schoolgeld terug
schrikt, te weten op den middenstand.
De ziektetoestand van Z. M. den koning
bleef de laatste dagen naar omstandigheden
gunstiger.
Een roman uit Rumenië van Marco Bsociner.
III.
Mevrouw Veiota had met haar echtgenoot
een twaalfjarig huwelyk gesleten, dat men juist
niet gelukkig, maar ook niet ongelukkig noemen
kon. Toen zy met haar man trouwde, was bij
bijna driemaal zoo oud als zij, afgeleefd en
sukkelend. Aanvankelijk had men er zich over
verwonderd, maar ten slotte vond men, dat
mejuffrouw Notara toch een bijzonder practisch
karakter had. Een meisje met eeu week en
dweepend gemoed, dat acht dagen vóór haar
huwelyk door haar bruidegom in den steek ge
laten was, zou van schaamte en verdriet verteerd
zijn, zou geklaagd en gejammerd en zich gerui-
men tijd uit de maatschappij teruggetrokken
hebben, om de onaangename praatjes der men-
schen, de kwetsende betuigingen van medelijden
vau don oen en de opgedrongen troostwoorden
van den ander te ontvluchten. Mejuffrouw
Notara klaagde niet, jammerde niet, zy scheen
den slag gemakkelijk en snel te hebben over
wonnen en verraste iedereen door hare kort
daarop gevolgde verloving met mijnheer Veiota,
die, zooals wij roods zeiden, wel is waar oud
en ziekelyk, maar ook zeer rijk en buitengewoon
gezien was.
„Het zal goen jaar duren,* zoo heette het
algemeen, „of mejuffrouw Notara zal een nauppe,
ryae, levenslustige weduwe zyn.“
Door den Commissaris des Konings in deze
provincie is bepaald, dat het eindexamen voor
de hoogere burgerscholen in Friesland dit jaar
zal worden gehouden te Leeuwarden, en zyn
benoemd tot leden van de commissie voor dat
examen de heeren prof. dr. C. P. Burger, direc
teur der Rijks hoogere burgerschool te Leeu
warden, tevens tot voorzitter, dr. J. Ariëus
Kappers, N. D. Doedes, mr. 8. J. Cohen en A.
Galand, leeraren aan die school, dr. A. Nyland,
dr. H. van Cappello, A Mmderhoud, C. Brak
man en J. C. vau Druteu, leeraren aan de
hoogere burgerschool te Sneek, P. J. Alberts
en C. de Haas, onderscheidelijk directeur en
leeraar aan de hoogere burgerschool te Harlingen,
en W. H. Wisselink eu J. C. vau den Berg,
onderscheidelyk directeur eu leeraar aan da
Ryks hoogere burgerschool te Heereuveen.
SNEEK, 19 April.
f Bij gelegenheid van een huwelijksvoltrekking
deed zich hier in de vorige week ’t treurig feit
voor, dat man, vrouw, en de ouders van beiden,
zich vau een kruisje moesten bedienen, toen hun
de pen ter onderteekeuing in handen werd
gegeven.
f De Normaalschool alhier hoopt 1 Aug. a s.
haar JOjarig bestaan te herdenken. In aanmer
king genomen de schoone resultaten van die
inrichting, (306 personen danken haar tegen dien
datum hunne opleiding) zou ’t misschien wen-
schelyk zyn, dat ’t directeur en leeraars mocht
behagen, dien dag feestelijk te herdenken.
Gisteren werd in het naburige Oppenhuizen
’t Volgend droevige verhaal komt uit Veendam.
De vrouw van schipper G. van Alteren van
Hoogezand, die bij het binuenvaren van het
kanaal haar man hulp wilde bieden met het
zeil, is met het kind, ’t welk zij op den arm
had, door de overslaande giek getroffen en te
water geworpen. De man stak haar onmiddellijk
een haak toe, maar de vrouw schijnt in haar
angst voor ’t kind, dat zij vasthield, de haak
niet te hebben kunnen grijpen en zonk met de
kleine weg.
een feest gehouden, dat zeker lang in herinne
ring zal blijven bij velen, die er aan deelnamen.
Het was op dien dag 25 jaar geleden, dat de
heer J. L. Raadersma zijne betrekking als
hoofdonder wijzer aldaar had aanvaard. De
dorpsgenooten, oud-leerlingen en ouders van
tegenwoordige en vroegere leerlingen, waren van
meening, dat die heriuneringsdag niet stil mocht
voorbijgaan.
Zoo dachten ook de oud-leerlingeu van de
Normaalschool te Sneek, waaraan de heer Raa- T
dersma een lOtal jaren is verbonden, benevens
zij, die van die inrichting en aan den cursus tot
opleiding voor hoofdonderwijzer thans nog les
ontvangen; zoo oordeelden ook de collega’s,
li l .V .V E A LAA 1).
oi
bi
in